p align="center"><a href="http://blog.seniorennet.be/hetbloggershoekje" target=_blank"><img alt="Welkom bij " src="http://i39.tinypic.com/yfhfq.jpg" bloggershoekje="het="border="0" /></a></p>
Zachte lieve ogen zeiden; vergeet mij niet, lief en bescheiden, maar steeds de klappen, waar artsen en logen zelfs niets van snappen. Men zegt; in het leven krijgt ieder zijn deel, maar waarom, gebeurt er haar dan zo veel!
Waarom verbreekt God de ban of circel niet, moet zij dan gaan met kromme schouders, zonder dichten , krom van ziekte en verdriet.
Lieverd, als ik je dichten mag aanschouwen, altijd zo vol woorden van liefde en zonneschijn. Steeds mooi je woord, God heb je geen twijfel Moet wat Goddelijk is; niet voor Eeuwig zijn.
Ach was ik eens God, had ik zijn macht, dan zou ik vol liefde en deemoed maken, dat geen vloek of andere mensenklacht, haar dan nog ooit zouden kunnen raken.
Schor klonk de bedelaar als hij zijn lied liet klinken Het leek wel of hij tevergeefs, om een aalmoes vroeg. De man boven; brulde dan; kan mijn rust niet vinden! Een vrouw beweerde, dat hij altijd over alles klaagt.
Gezeten op de drempel van het statige Herenhuis, zong hij zacht,schor, hongerig, maar niet luidruchtig! Zijn lied klonk voor al, ook voor hem van het Herenhuis. Nimmer vergeten was hij; die ook waren voortvluchtig, zij doolde van land tot land en van kamp tot kamp.
Doch op een dag, zagen we hem verdrietig gaan, weende wel diep in zijn hart, doch viel geen traan, uit heel lieve droevige ogen, die verhard waren voortaan.
Leg mijn gids haar handje in mijn hand, en loop samen met haar door het waterland, het weidse waterland waar de Wilgen groeien, zijn natuur je steeds meer gaat boeien.
De fraaiste bloemen zie je in overvloed, boven je hoofd, maar pas op; ook onder je voet. Delfland met zijn bloemen verfraaid en beladen. Zullen we samen door zijn mooie bloemen waden, en een beetje door het water pootje gaan baden?
Ik wist eerst niet, hoe mij hier te wenden, was hier in het Delfland nog een onbekende. Rijk rustend lag in de lentezon het Delfland, met vele waters wijd uit over het waterland.
Nee, hield hier eerst alleen mijn nodige rust, heel stil in een huis met heel stille lieve buren. Waar in het genot van de niet pratende lege uren, mijn pijn en onrust langzaam werden geblust. En zo heb ik vele uren voor me uit zitten turen, maar slok nu met teugen de Maasland lust.