Het hemelwater van de voorbije dagen had zich gelukkig wat teruggetrokken naar andere oorden en voorwaar leek het of het een zonnige dag zou worden. Het gras was nog vochtig, de bankjes waren nog nat, maar aan de horizon lonkte een veelbelovende blauwe lucht.
Ik deed mijn morgenwandeling in het park met de hond. Chico trippelde vrolijk mee, en eindelijk weer ontdaan van zijn toch wat belemmerend jasje zag hij het allemaal weer heel goed zitten. Toch hield ik hem een beetje kort aan de leiband, want er reed een klein meisje rond met een step. Een schattig blond ding van hooguit acht jaar.
Aan de andere kant van het park zat een onbekende man op een (nat) bankje. Telkens het meisje hem voorbijstepte zwaaide ze en riep ze hem iets toe. Door het grote grasplein tussen mij en de man kon ik niet verstaan wat ze riep, en deed daar ook geen moeite voor. Bij ervaring wist ik toch dat ik ze niet zou begrijpen, want van vroege vaders op natte bankjes en rondrijdende dochtertjes weet ik ondertussen wel al dat ze van allerlei pluimage en afkomst kunnen zijn. Van vóór of achter het ijzeren gordijn
van oost of west van de Sahara
van boven of onder ons zonnestelsel
het doet er allemaal niet toe. Als wij maar betalen voor hen is het al lang goed voor de Wetstraat!
Toen kwam ik dichter bij de man. Het meisje reed hem weer voorbij, zwaaide vrolijk en nu hoorde ik wat ze telkens weer riep: Dag papa
Het scheelde geen haar of ik struikelde over mijn hond, want zelfs hij was van verbazing perplex ter plekke blijven staan, met zijn ene witte voorpootje omhoog! Wàt een verademing! Wàt een verrassing! Een Vlaamse vader en een Vlaamse dochter! En nog wel in Vlaanderen! In Oostende! En ze spráken zelfs Vlaams! De wonderen zijn de wereld nog niet uit!
Ik geloofde mijn oren niet, en bleef wat ter plaatse treuzelen met Chico. En ja hoor, daar reed ze de volgende ronde, en weer klonk het vrolijk: dag papa. Mijn dag kon niet meer stuk en plots kon het me ook niet meer schelen of het al dan niet zonnig zou worden. Maar verder wandelend begon ik te twijfelen!
En tot op heden blijf ik me afvragen: waren dat nu echt authentieke en autochtone Vlamingen? Dat kan toch bijna niet? Of had het meisje op school twee woordjes Nederlands geleerd en riep ze hem die nu steeds weer toe omdat ze het grappige woordjes vond?
Helaas zal ik het wel nooit weten! Kleine meisjes kunnen raar uit de hoek komen. Enerzijds is het aannemelijk dat een Vlaams meisje het heerlijk vindt om telkens opnieuw met die twee woordjes haar liefde voor papa te betuigen. Hartverwarmend trouwens wél, maar niet heel echt geloofwaardig! Zéker niet bij elke ronde.
En dus zou het ook helemaal niet vreemd zijn dat dit meisje fier was op de twee woordjes Nederlands die ze had geleerd, en dit haar papa wou duidelijk maken. Aantonen dat ze zich aan het integreren was in die honingkoekerige samenleving die vindt dat ze maar moet opdraaien voor alle verschoppelingen van de aarde.
Ach ja
humanisme, weet je wel? Ook als dat kind inderdaad een vreemde was zou ik haar wel haar geluk dubbel en dik gunnen
Ze is tenslotte ook een mensenkind.
Als ik maar niet wist dat een piepklein landje als België bezig is zich als trekpaard op te stellen voor die reuzengrote wereld. Die wereld waarvan veel bewoners hun vaderland beu zijn, en liever dan er een beter vaderland van te maken zoals wij ooit deden, hun geluk elders gaan zoeken. Bij mensen die de weg al effenden voor hen. Zodat zij zich maar aan te melden hebben bij het OCMW en het CGKR.
In een landje waar iedereen welkom is.
Tot grote vreugde van alle vreemdelingen;
Tot grote lol van alle criminelen van de wereld;
Maar tot leed, zweet en onveiligheid van de Vlaamse belastingbetaler!
Lof der zotheid! Dank zij de onvolwassen humanistische en globalistische jankerds. Die zullen het ooit wel ondervinden, maar ondertussen zal hun eigen kroost wel weer de janktoer op gaan. Zo kan de geschiedenis zich telkens weer herhalen.
En in mijn verbeelding zie ik dan België als een heel klein speelgoedtractortje dat bezig is een aantal levensechte loodzware aanhangwagens voort te trekken, terwijl het eigen volk bezwijkt onder de belastingen!
Willy.
|