Nog drie dagen tot de begrafenis. Gisteren heb ik mijn dichtste omgeving (living, keuken, hall), opgeruimd. Beginnend met de laden van de kasten. En dat moest! Want het was moeilijk iets terug te vinden als ik niet wist waar ze het altijd stak. Oplossing: alles er uit en briefje na paperasje, klein of groot, bekeken, gesorteerd, het onbelangrijke weggegooid en het belangrijke netjes teruggelegd. Nu weet ik weer precies waar alles ligt en voel ik me een stuk veiliger.
Aan haar kleerkast ben ik nog niet toe. Dat is voor later. Ik weet precies hoe ver ik kan gaan, en als het teveel wordt stop ik ermee. Bij het opruimen van de laden was het af en toe even slikken, en af en toe een traan. Maar echt depressief werd ik niet. Zodra ik voelde dat het teveel werd, stopte ik ermee. Ik heb nog zeeën van tijd om het te doen als de tijd er rijp voor is. Niets dringt. En ik hou mijn hersenen goed in de gaten. Want je wilt ze wel zand in de ogen strooien, maar ze laten zich niet altijd beetnemen. En ondertussen heb ik ook geleerd waar mijn 'point of no return' ligt, en daar ga ik niet voorbij!!! Voor de donder niet!
Onder mijn ondertussen beroemde motto 'first things first' neem ik de zaken op mijn gemakjes aan en hou controle over mijn hersenen. Wordt er gebeld, dan leg ik de werkzaamheden gewoon stil en hou me bezig met de eventuele gasten. Weer even wat afleiding. En bezoekjes heb ik wel voldoende. Bijna altijd dezelfden, maar dat zijn dan ook de echte vrienden en daar babbel je nu eenmaal graag mee in dergelijke omstandigheden.
Maar het feit dat ik nu neerkijk op een huis dat clean is en waar ik alles weet liggen heeft, ongelooflijk maar waar, veel geholpen met mijn rouwproces! En ere wie ere toekomt: dat moest ik, aan 72 jaar... nog leren van mijn dochter die me zei: "Chaos in huis maakt chaos in je hoofd!"
Verdomd juist, mocht ik ondervinden en zoals Jean Gabin zo treffend zegt in zijn nummertje 'Je sais':
"Au milieu de ma vie j'ai encore apris!"
Nou, ik ben al lang voorbij dat 'milieu de ma vie', en nog leer ik bij. En dan nog wel van mijn eigen gebroed, dat ook al niet gespaard is geweest door het leven.
Zondag dus... traditionele frietjesdag. Zij, van hierboven ergens, maakt me duidelijk dat ik die traditie moet verder zetten. Deed ik al eens op een weekdag, maar de frietjes smaakten me toen niet. Haar 'touch' ontbrak. Benieuwd of ze vanmiddag wél zullen smaken.
In elk geval, aan eten ontbreekt het me niet, want tot de laatste snik heeft ze voor me gezorgd. De vriezer steekt vol lekkere sausjes, bereide gerechten, alles wat je maar dromen kunt. Ik hoéf het niet, want kan best zelf koken. Maar hààr keuken eten geeft me een goed gevoel. Net alsof ze bij me is, en dat is ze ook!
Ik durf nu weer te kijken naar de plaatsen waar ze het meeste was, en het maakt me niet meer verdrietig zoals enkele dagen geleden! Integendeel, ze zit daar echt nog en praat met me; geeft me raad; kijkt tevreden op me neer! Jawel hoor! Er IS leven na de dood. Je moet alleen maar op de juiste frequentie weten af te stemmen!
Vergeet niet dat, als ik toen ze leefde naar haar keek, ik op een hoop grenzeloze pijn keek! Eindeloos medelijden met haar had maar niets kon doen! En dat was gruwelijk. Meestal verborg ze haar pijn. Zéker voor de buiitenwereld, en ook wel voor mij. Deed alles wat ze kon om me gelukkig te maken. Wilde dat ik, als ze heenging, opnieuw gelukkig zou worden. En meer en meer besef ik dat ik inderdaad gelukkig begin te worden nu ik haar pijnloos weet. Er is een vrede over me gekomen. Een vrede, teweeggebracht door de wetenschap dat ze, na een helse jeugd en een leven vol tegenslagen, eindelijk in een zalige toestand kan zijn. Ze weet dat haar hondje goed verzorgd wordt; ze weet dat ik mijn best doe om ook de laatste traantjes te verwerken; en ze weet, gelukkig maar, dat ik spiritueel genoeg ben aangelegd om haar boodschappen te begrijpen.
Ze zei ook altijd dat ik na haar dood gelukkig moet worden met een andere vrouw. Dat ik dat verdien. Maar dat heb ik altijd fel tegengesproken. Een goede relatie opbouwen vergt tijd. Véél tijd. En die tijd is er niet meer voor mij! En trouwens... hoe vervang je iemand die onvervangbaar is? Dat kan toch niet?
Willy.
|