In the good old days, when times were bad. (song van Dolly Parton)
J E E P
Neen, we hebben het niet over het gekende manusje van alles bij zowat alle strijdkrachten. Of toch? Want de naam van dit voertuig werd destijds doelbewust gekozen omwille van de betekenis van de letters: Just Essential Elementary Parts, en dit was ook de doelstelling van de ontwerpers: enkel essentiële elementaire onderdelen. Met andere woorden: alle nutteloze rommel er af.
Wel, dit was in mijn prille jeugd ook waar wij van leefden: het elementaire en essentiële primeerde. Dat betekende: voldoende voedsel om te leven, maar niet om te snoepen. Klederen om je warm te houden, maar niet om mee te pronken. Plezier kon je niet kopen; je moest het zélf maken. En of we dat ook deden!
Radio brak maar mondjesmaat door bij de gewone mensen. Zo was ik acht jaar toen mijn vader fier met zon okkazieke thuis kwam: een bastaard van een bak, Itax was met merk. Je had een lange antenne en goede aarding nodig om het ding aan de praat te krijgen. Maar we waren er dolgelukkig mee.
We leefden, naar de toenmale maatstaven gerekend, goed, vonden we. Er werd niet veel verdiend, maar het leven was ook niet duur. Vooral ook omdat we met weinig tevreden waren. We hadden immers geen keus en wisten van niet beter.
Maar als je, ondanks alles, onze toenmalige levenskwaliteit vergelijkt met die van nu, ben ik geneigd te geloven dat, hoewel de tijden slecht waren, de dagen toch beter waren dan die van nu. Er was warmte; er was echte vriendschap. Als iemand je iets aanbood moest je je niet afvragen wat er achter stak. Het was gewoon omdat hij je leuk vond. Volwassenen waren écht volwassen en integere mensen uit één stuk. Complexen, frustraties en stress waren nog niet uitgevonden door de psychiaters. Als je een slechte was, kon je je nog niet verbergen achter een ziekte van zus of zo als dekmantel, maar zat er maar één ding op: proberen een 'goeie' te worden.
Met genoegen zie ik nu jongeren die zowat àlles hebben: eigen TV op de kamer, computer, het allermodernste speelgoed
Allemaal heel erg mooi en voor diegenen die daar verstandig mee omgaan gewoon een zegen. Je kunt dan ook niet anders dan gelukkig zijn dat de jeugd het schijnbaar beter heeft dan wij in onze tijd. Of is dat maar een illusie?
Wij hadden, letterlijk, niets! Het eerste en enige speelgoed dat ik ooit van mijn vader kreeg, en ik was toen toch al een jaar of acht oud, was een zakmes.
Wat kon ik dààr nu mee? Wel, je zou verschieten! Ik sneed er takken mee van de bomen, sneed van die takken speelgoed-bootjes en liet die dan drijven in de plassen voor ons huis. Wie niet sterk is moet slim zijn dacht ik, en zonder het te beseffen leerde ik improviseren, mijn plan trekken, en roeien met de riemen die ik had. En geloof me
daar kwam ik een heel eind mee en werd steeds inventiever. Sneed ontelbare keren in mijn vingers, maar ook dààruit trok ik de nodige lessen: Bedenk dat je gevaarlijk bezig bent, en werk bewust!
En nee, ik kan me niet herinneren dat ik ooit iets anders aan speelgoed heb gekregen van mijn ouders. En toch vraag ik me af of de hedendaagse jeugd écht gelukkig is.
Die hedendaagse jeugd heeft àlles, maar omdat alles voorgekauwd is leert ze ook het plezier van improviseren niet meer kennen. Bovendien kost dat het gezin ook een bom geld. En ja, er moét wel meer verdiend worden om je zoveel te kunnen permitteren.
Waar ik eigenlijk wil op neerkomen is het volgende: liever dan geld te lenen en de ene put te proberen te vullen met de andere, moet iedereen zich toch eerst afvragen hoe ver hij eigenlijk boven dat elementaire en essentiele uitsteekt, en waar het nodig blijkt, een stapje achteruit zetten alvorens wéér naar de bank te stappen voor nog een lening.
Je zou versteld staan hoe vér je in deze mooie eenentwintigste eeuw achteruit kunt zonder aan je elementaire levensbehoeften te moeten raken, en zonder daarom ongelukkiger te moeten leven.
De enige voorwaarde hiervoor is: je niet met jaloerse blikken blindstaren op leeftijdsgenoten die het schijnbaar beter hebben, maar liever eens goed nadenken over die miljoenen mensen op aarde die het duizend keer slechter hebben.
Count your blessings!
Willy
|