Na een heerlijk ontbijt in hotel Cuatro Postes in Avila poetsen we de plaat
naar Toledo, voor een extra uitstap in het binnenland, die niet gepland was.
De afstand is 250 km, voornamelijk langs autoweg, dus heel comfortabel.
Onderweg komen we langs een Embalse, een kunstmatig meer dat drinkwater levert.
Rechts in het midden van de foto is de brug waar we net over reden.
Ook de andere kant van het meer ziet er voldoende fotogeniek uit,
maar de waterstand mag wat hoger zijn.
Hoewel er wel wat wolken hangen in de heuvels, gaat het zeker niet regenen.

Toledo is de hoofdstad van de gelijknamige provincie, in de autonome gemeenschap
van Castilië-La Mancha in Spanje. De stad is gelegen aan de rivier de Taag (El Tajo),
ten zuidwesten van de hoofdstad Madrid.
De rivier omspant de oude stad volledig, en was in de middeleeuwen natuurlijk
makkelijk te verdedigen. De stad heeft een rijke geschiedenis en cultuur,
en staat dan ook op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO.

We hebben onderweg via internet geboekt in het prachtige Eurostar hotel,
dat op een heuvel ligt buiten de stad.
Vanuit onze kamer hebben we een prachtig overzicht over de oude stad.

Toledo, een van de oudste steden van Spanje werd in 192 voor Christus
door de Romeinen veroverd, die haar 'Toletum' noemden.
Onder de Visigoten was de stad van 534 tot 712 hoofdstad en werden er talrijke
concilies gehouden.
Toen waren dat de vergaderingen die het politieke en religieuze leven beheersten.
Ze zijn vandaag vervangen door Toppen van de Europese Unie.
In de Moorse tijd was de stad tot 1035 de zetel van een emir onder het opperbevel
van de kalief van Córdoba; daarna beleefde de stad als zelfstandig koninkrijk
een bloeitijd door de wapenfabricage, en ook door de wolnijverheid.
Zelfs nu kan je in elke toeristenwinkel alle soorten (nep) snij- en hakwapens kopen.
Het blanke staal maakte Toledo bekend doorheen alle tijden.
Ook de wetenschap werd op hoog niveau beoefend.
In 1085 bezette de Castiliaanse koning Alfonso VI de stad. In 1087 werd ze
de residentie van de koningen van Castilië en tevens het kerkelijke centrum
van heel Spanje.
Toen Philips II, zoon van Keizer Karel de residentie naar Madrid verplaatste,
verloor de stad haar politieke betekenis. In de Spaanse burgeroorlog
werd Toledo beroemd door de verdediging van de Alcazar.
Hier zie je de rechts kathedraal en links het Alcazar, dat is het kasteel.

Vooral ’s avonds komt de schoonheid van het Alcazar tot zijn recht.

Toledo heeft een oneindig aantal smalle middeleeuwse straatjes.
In een ervan sta ik (links) rustig tegen een muur mijn puntzakje frieten te eten.
Verbindingen tussen paters- en nonnenkloosters waren ook al voorzien,
om samen de Heer te loven en peren te stoven.

Weinig straten zijn vlak te noemen.
De toerist kan sightseeing combineren met fitness.

Oude kerkjes met wanordelijke structuren bepalen het stadsbeeld.
Toledo bezit geen echte toeristisch bekende blikvanger.
Het is een stad om te verkennen door de smalle straatjes,
die je vijfhonderd jaar terugzetten in de tijd.

Deze volgende foto is niet bewerkt.
Het is gewoon een reflectie in een etalageraam
van een van de talloze winkeltjes met snijapparaten.

Onze wandeling leidt ons langs het Alcazar.
Vandaar heb je een ruim zicht over de omgeving, met de Taag
en een reeks middeleeuwse gebouwen op de achtergrond.
Toledo is in feite een kleine, maar niet overzichtelijke stad.

Poorten en deuren in de oude stad zijn meestal nog origineel en onverwoestbaar.

Toledo is ook de stad van de hertog van Alva (of ook wel Alba, want in het Spaans
klinkt dat hetzelfde). Wij kennen hem onder deze verkorte naam.
Don Fernando Álvarez de Toledo, was een Spaans generaal en landvoogd
van de Nederlanden aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog.
Zijn bewind leidde tot een verheviging van de opstand in de Nederlanden
en uiteindelijk tot het ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
In de Nederlanden was hij bijgenaamd de IJzeren Hertog en in Spanje de Grote Hertog.
In 1566 werd Alva door de toenmalige koning Filips II (zoon van Keizer Karel V)
vanuit Italië naar de Nederlanden gestuurd.
Hij kreeg een leger van 10 000 man en onbeperkte bevoegdheid.
Directe aanleiding voor de benoeming van Alva was de Beeldenstorm.
Volgens een anekdote had Alva tegen Filips II gezegd dat hij maximaal
zes maanden nodig zou hebben om de opstand neer te slaan
en dat er "enkel wat koppen moesten rollen".
Aan zijn eigen kop kan je al zien dat hij geen koorknaapje was.
Zelfs de schilder van het portret had dat al (letterlijk) in het snuitje.

Vrijwel direct na zijn aankomst in Brussel richtte deze schurk
de Raad van Beroerten (=onlusten) op, die in de volksmond
al snel bekend stond als "de Bloedraad".
Zijn komst deed veel edelen als Willem van Oranje op de vlucht slaan.
Deze besloot in overleg met zijn broers om een inval te wagen in de Nederlanden.
In de Slag bij Dalheim werd hij verslagen door Alva's soldaten.
Alva was woedend en liet 18 edelen onthoofden op de Grote Markt van Brussel.
Twee populaire edelen, graaf van Egmont en Graaf Horne, werden later eveneens
als voorbeeld publiekelijk onthoofd in Brussel.
Willem van Oranje had daar ook bij moeten zijn,
maar doordat hij tijdig gevlucht was, ontkwam hij eraan.
De Raad van Beroerten was naar de maatstaven van die tijd erg efficiënt.
Tijdens de vijf jaar van Alva's bewind werden zo'n 8950 personen uit alle lagen
van de bevolking ondervraagd en veroordeeld wegens verraad, ketterij of beide;
verbeurdverklaring van goederen bij vermogende veroordeelden kwam veel voor.
In totaal werden er meer dan 1000 dwarsliggers letterlijk een kopje kleiner gemaakt.
Op 2 oktober 1572 plunderden en moordden de Spanjaarden onder de leiding
van deze wreedaard in Mechelen, nadat er daar in de maand september voordien
even een niet-katholiek bestuur aan het bewind was geweest.
Op 15 november van dat jaar onderging het Noordelijk Zutphen een dergelijk lot.
De Watergeuzen verweerden zich succesvol in een drietal zeeslagen
tegen Spaanse schepen.
Vanwege deze tegenslagen en zijn kwetsbare gezondheid diende Alva
bij Filips II zijn ontslag in.
Na zijn terugkeer werd hij aanvankelijk als held binnengehaald door Filips II,
maar door een liefdesaffaire van zijn zoon Frederik werd ook Alva zelf
in opspraak gebracht.
Alva werd verbannen van het hof en bracht zijn tijd door in het kasteel van Uceda.
Hij vervult de rol van slechterik in het Suske en Wiske album “Het Spaanse Spook” .
In Spanje wordt deze meedogenloze katholieke moordenaar beschouwd als
"de beste van zijn tijd en een van de besten in de geschiedenis".
Alles is relatief.

De kathedraal van Santa Maria de Toledo was, zoals die van Antwerpen, gepland
met twee torens, maar waarschijnlijk ontbraken de nodige financiële middelen.
Niks nieuws onder de zon dus.
Vermits we de uitzonderlijk mooie kathedralen van Sevilla en Burgos in detail
bezochten, de absolute top dus, laten we deze links liggen.

We komen dus uit aan de rechterkant, en wie zit daar?
Een ingetogen muzikant, die zorgvuldig en beheerst Aziatische klanken
produceert tegen een kleine vergoeding.

Aan de Torre de San Nicolas springen de Moorse invloeden zo in het oog.
Een muzikaal meisje haalt onvoorstelbare klanken te voorschijn
uit een merkwaardig instrument, met bijhorende strijkstok.

In de omgeving is er nog het Monasterio de San Juan de los Reyes.
Er zijn in Spanje evenveel middeleeuwse kloosters als tapabars.
Meestal beperken we onze bezoeken tot de laatste categorie.
Dat komt omdat de openingsuren ons beter liggen.

Na het uitgebreide bezoek aan de stad keren we met de bus terug naar het hotel.
In dit reusachtige moderne etablissement zijn we praktisch alleen als hotelgasten.
Deze periode in de herfst is het laagste van het laagseizoen.
We hebben dan ook een romantisch arrangement kunnen boeken voor een prijsje.
Onder meer zijn inbegrepen: halfpension en ontvangst met Cava op de kamer.
In het romantische pakket zijn eveneens de twee aparte bedden
vervangen door een kamerbreed dubbelbed (!).
In het restaurant voor het diner is een rode roos voorzien voor de aanwezige dame.

Deze roos moet ik dan ook op een passende wijze aanbieden aan Greta.
Cupido komt uit Toledo! Wat een interessante ontdekking!
Het moet geen Valentijn zijn om je liefste plezier te doen.
Daarenboven heeft ze haar halve fles wijn ook nog…
P.S. waarom we nauwelijks iets gegeten hebben van het nochtans lekkere menu
komen jullie volgende keer te weten.

|