Nachtrust in een kasteel, en dan ´s morgens ontwaken met de zon
op de achtergrond,
even een blik werpen uit het ronde raam van de bibliotheek.
…en dan een lekker ontbijt in de ridderzaal. Meer moet dat niet zijn.
Met heel veel spijt laten we Château Paquier voorlopig in
de sepia sudderen, maar we komen nogmaals terug. Dat staat vast.
De kasteelheer heeft voor ons een autocircuit uitgezocht,
dat we nog vóór Grenoble zullen volgen bij onze tocht naar
het noorden, doorheen de berglandschappen van de Vercors.
Tijd hebben we genoeg, want pas tegen de avond worden we verwacht
in de Bourgognestreek.
Na een tijdje rond kijken vanuit de auto, gaan we wat stappen,
vertrekkend uit het dorpje Gresse.
Vanwaar de naam Vercors? Zie je die figuur, boven Bob?
Hoe spreek je groen uit in het Frans? "Ver"! En wat is lijf? "Corps".
De streek werd genoemd naar deze soepsoldaat!
Het is piepklein en geen kat te zien, toerisme is hier nog niet uitgevonden.
We nestelen ons even op het terras van het plaatselijke hotelletje,
maar omdat niemand zin heeft om ons een (vol) glas te brengen,
houden we hier alleen maar een sanitaire stop en krassen we maar op.
Er is een wandeling voorhanden, dus gaan we de berg op
tussen de bloempjes en de bijtjes.
Het landschap is schitterend, en het verbaast ons intussen
dat we nu in zo´n korte tijd al zover van de zee zijn.
De natuur baadt hier in stilte: geen toeristen, alleen het blauw van de lucht
en het groen van de bomen die deze tijd van het jaar er heerlijk fris bijstaan.
Een laag sneeuw aan onze voeten.
Het is hier een paradijs voor parapenters. Werkelijk met tientallen zweven ze
hoog boven ons. Verrassend dat er geen botsingen of ongevallen gebeuren.
Op een stukje lichthellend weiland bereiden er zich nog een aantal voor
om in het ravijn te duiken.
Af en toe is er eentje die het lastig heeft om zijn zeil in bedwang te houden
tegen de wind.
Terug beneden in het dorp wil Greetje wel eens weten of het water
hier wel nat genoeg is.
Anderen verbroederen dan weer met de plaatselijke bevolking.
Het blijken SMURFEN te zijn! Links zie je een stomme verdwaalde toerist,
in het midden heb je boomsmurf en rechts kookpotsmurf.
|