De twee muilen (1/3) - Een Arabisch verhaal over wat twee versleten schoenen veroorzaken - |
Er was eens een bejaarde koopman, Aboe Kasim heette hij, die de rijkste koopman in heel Perzië was. Hij was overigens zo gierig, dat hij in lompen door de straten van de stad liep, alsof hij een arme bedelaar was. Zijn gewaad was oud en tot op de draad versleten en zo vaak versteld met lappen in andere kleuren, dat niemand meer kon beoordelen welke kleur het kledingstuk oorspronkelijk had gehad. Met zijn tulband stond het al niet veel beter. Het was een groezelige tulband van de goedkoopste stof, die ooit op enige markt was verkocht en die meer aan een dweil voor het schoonmaken van vloeren deed denken dan aan een hoofdtooi.
Dit alles werd nog ver overtroffen door zijn muilen. In de zolen zaten grote gaten en de bovenkanten vertoonden een mozaïek van opgezette lapjes - zoveel, dat men bij het tellen in de war zou zijn geraakt. Zeker tien jaar lang hadden diverse schoenlappers hun beste krachten aan die haveloze muilen gewijd en het was hun steeds moeilijker gevallen ze bijeen te houden.
De muilen waren geleidelijk zo berucht geworden, dat ieder die wilde beschrijven dat iets totaal waanzinnig of onmogelijk was, aan zijn woorden toevoegde: "alsof het de muilen van Kasim waren!"
Op een avond liep de koopman in voortreffelijk humeur over de markt. Hij had die ochtend een grote partij geslepen drinkglazen kunnen kopen tegen een zacht prijsje, doordat de man die ze te koop aanbood, hals over kop naar zijn glasblazerij terug moest en geen tijd voor onderhandelen had. Tegen de middag was hij aangeschoten door iemand die op zwart zaad zat, zijn schulden niet kon betalen en Kasim het enige te koop aanbood dat hij nog bezat - een partij rozenolie voor de halve prijs.
Volgens gebruik dienden dergelijke voordelige zaken gevierd te worden, men nodigde dan zijn vrienden uit voor een feestmaal. Kasim evenwel was van mening beter naar de badinrichting te kunnen gaan. Hoewel hij op water even gek was als de kat, viel het niet te ontkennen dat hij in het badhuis goedkoper uit zou zijn dan thuis met zijn vrienden, die hem de oren van het hoofd zouden eten.
Terwijl hij zich in de kleedkamer van zijn plunje ontdeed en juist uit zijn muilen wilde stappen, werd de koopman op de schouder getikt door een van zijn buren, met wie hij tamelijk goed bevriend was.
"Die muilen van jou, daar maakt de hele stad zich vrolijk om, Kasim," zei de vriend. "Het wordt hoog tijd dat je een paar nieuwe koopt. Geloof me, iedereen steekt de draak met je."
"Daar heb ik al heel lang over gedacht," antwoordde de koopman en hij kreeg rimpels in zijn voorhoofd; "ik heb voor en tegen van zo'n aankoop langdurig overwogen. Ik ben jammer genoeg nog niet tot een besluit gekomen, ik weet niet of mijn muilen werkelijk zo versleten zijn, dat ze niet meer gebruikt kunnen worden."
Kasim had niet eens gemerkt dat ze onder het praatje tot vlak bij de rand van het bad waren gekomen. Klappertandend stak hij behoedzaam de grote teen van zijn rechtervoet in het water, alsof hij zich in de bek van een leeuw waagde. Terwijl hij zich kweet van de hoogst onaangename wastaak, werd de deur aan de straat geopend en de eerste rechter van de stad kwam binnen, ook met het doel een bad te nemen.
De koopman was al heel gauw klaar en repte zich naar de kleedkamer, waar hij zijn bundeltje kleren bijeen zocht en zich haastig aankleedde. Maar bij de baard van de Profeet, waar waren zijn oude muilen? Waar hij ze achtergelaten had, stond nu een paar fraaie nieuwe pantoffels. Hij nam aan dat ze een geschenk waren van de buurman, met wie hij even tevoren had gepraat. Zonder zich te bedenken stak de oude vrek er zijn voeten in. "Aardige man," dacht hij bij zichzelf, "hij heeft me de aanschaf kosten van een paar nieuwe muilen willen besparen." Opgeruimd verliet hij de badinrichting.
* * * wordt vervolgd * * * |
Bron : "Perzische sprookjes" bewerkt door Margot Bakker. Uitgeverij N. Kluwer N.V., Deventer, 1972. ISBN: 9020200151 |
|