Zondag.
Jawel, ik weet het! We zijn al maandag. Maar dat was dan ook een column dat ik gisteren zou geschreven hebben. Ik had namelijk halvelings besloten om de zondag te reserveren voor het neerzetten van een stukje proza. Maar mijn muze dacht er gister anders over. En wat doe je daaraan hé? First things first!
Maar who cares
zondag of maandag, maakt niet uit!
Zondagmorgen dus. Zoals elke dag openen zich mijn ogen en neem ik de wereld rondom mij terug waar. Tenminste, toch lichamelijk. Geestelijk slaap ik nog, maar heb na enig zoeken toch al het knopje gevonden om mezelf op automatische piloot te zetten.
Nog even probeer ik vertwijfeld de mooie dame uit mijn laatste droom vast te houden, maar handig ontglipt ze me en begint te vervagen. En ik weet dat ze, leep als ze is, binnen enkele seconden zelfs haar laatste sporen uit mijn bewustzijn zal hebben gewist en het zal zijn alsof ze er nooit is geweest.
Met lede ogen zie ik haar dan ook verdwijnen door het venster dat op een kier staat. Haar achterna duiken is geen optie, want we wonen drie hoog! Waarom wil ik ook altijd met open venster slapen? Vanavond gaat het gegarandeerd dicht.
En dan eindelijk begin ik te functioneren. En al is het dan ook maar als een robot, je zou versteld staan wat je in die toestand allemaal kunt zonder geestelijk wakker te worden. Dat laatste word ik pas na twee à drie koppen koffie en een sigaretje.
En ondertussen gaan de vele radertjes en vliegwielen in mijn hoofd zich sloom en fel tegensputterend in beweging zetten.
Ik slaapwandel naar de keuken, zet het espresso machien aan, maak koffie voor mijn vrouw en mij, geniet van een sigaretje, help haar nog met het bed opmaken, en voorwaar, na een half uurtje (of een uur? Ik zou het niet weten) gaat een rood lampje branden aan het plafond van mijn hersen-cockpit: tijd om stof te zuigen. Of is het stofzuigen?
Jawel, sinds ik op pensioen ben hebben we de taken navenant verdeeld. Ik heb er stiekem wél voor gezorgd dat mijn huishoudelijke taken zich vooral situeren in de periode dat ik op automatische piloot functioneer, want dat schenkt me weer twee voordelen:
Ten eerste komt er geen deuk in mijn macho-imago, want ik ben me er toch niet echt van bewust dat ik aan het stofzuigen ben. Integendeel. Ik lig nog ergens op een tropisch strand te zonnebaden tussen een hele hoop hoela-meisjes onder de wuivende palmbomen.
Ten tweede: nadat ik de controle over mijn geest heb overgenomen heb ik immers geen tijd meer om de nieuwe man uit te hangen!
En dan de badkamer in: ijskoud water op mijn gezicht, daarna heet, en een heerlijk gladde scheerbeurt met the best a man can get om geen merken te noemen. Met genoegen zie ik de lampjes van de automatische piloot een na een doven.
En na de finishing touch met after-shave dooft ook het laatste gele lampje en klinkt er wiwiwiwiwi een luid alarmsignaal. De cockpit is klaar om overgenomen te worden. De radertjes spinnen, de vliegwielen hebben weer hun kruissnelheid bereikt.
En met het hernieuwd besef van de wereld waarin ik leef, dringen zich al onmiddellijk een paar vragen op:
- Zouden alle mensen zo reageren s morgens?
- Zouden er bestaan die direct met full control van start kunnen?
- En zouden er misschien ook zijn die de hele dag, en misschien wel hun hele leven op automatische piloot blijven staan?
Heel graag zou ik tot die middelste categorie behoren, maar ik ben al blij dat ik niet tot de laatste behoor. Als ik dan toch door iedereen bedot moet worden wil ik dat graag ook beseffen!
Willy.
|