Weer een stap dichter bij minuscule moleculaire computers
Weer een stap dichter bij minuscule moleculaire computers
Wetenschappers zijn er in geslaagd een molecule te plaatsen tussen
twee nanodraden van koolstof en deze molecule te laten oplichten.
Dit experiment aan het Karlsruher Institut für Technologie
brengt ons een stap dichter bij de moleculaire computer: een uiterst
kleine en energiezuinige computer die communiceert via optische kanalen,
niet meer met elektronische schakelingen op microchips.
De verbindingen van moleculen met koolstof nanobuisjes (zogenaamde
CNT-molecule-CNT verbindingen) zijn pas de laatste jaren ontwikkeld,
maar nog niemand was erin geslaagd de molecule te laten oplichten. De
lichtgevende molecule tussen de twee buisjes vormt ook het eerste
optische bewijs van het bestaan van deze verbindingen.
De metallische nanodraden fungeerden in de proefopstelling als
elektroden. De onderzoekers maakten een onderbreking van minder dan tien
nanometer (1 nanometer = 1 miljoenste millimeter) groot in de
nanodraden en wisten in het gat een molecuul te positioneren. Het zes
nanometer grote, staafvormige molecuul was speciaal ontwikkeld om
elektroluminescentie te vertonen: het licht op als er spanning op wordt
gezet.
De wetenschappers in Karlsruhe, die samenwerken met chemici uit Basel
en een Poolse universiteit, ontwikkelen nu verschillende moleculen die
verschillende golflengtes licht produceren.
Satellieten en sensoren verzamelen dagelijks massa's gegevens over
allerlei klimaatomstandigheden in de hele wereld. Een international team
van wetenschappers heeft nu een computerprogramma ontwikkeld om in dit
kluwen makkelijker en sneller patronen te herkennen en
klimaatveranderingen te detecteren.
"Alle data en informatie die voortdurend worden verzameld door
satellieten en sensoren kunnen de wetenschappers enorm veel problemen
bezorgen", zegt James Wang, hoogleraar informatiewetenschappen aan de
Penn State-universiteit in de Verenigde Staten. "Ze hebben gewoonweg de
tijd niet om elke pixel van elk satellietbeeld te analyseren. Onze
doelstelling was hen een instrument te geven dat bruikbare informatie of
kennis haalt uit de enorme zee van data."
Het computerprogramma is gebaseerd op een database over
oceaanstructuren. Met de kennis van experts leerden de
informatiewetenschappers het programma om veranderingen in de oceaan te
herkennen en identificeren.
De technologie werd getest op satellietbeelden van de Atlantische
Oceaan en de Middellandse Zee ter hoogte van Spanje. Bij de beste
combinatie van filters en classificatiemethodes werden de echte
klimaatveranderingen boven de oceaan in 89 procent van de gevallen
correct geïdentificeerd.
De Sahara, de bekendste woestijn op deze planeet, is niet altijd even
kurkdroog geweest. Volgens onderzoekers van het King's College in
Londen bestond het gebied 6.000 tot 10.000 jaar geleden zowaar uit een
netwerk van rivieren waarin een groot aantal verschillende soorten
vissen was terug te vinden.
De vorsers zijn tot die conclusie gekomen na het bestuderen van
het landschap van de Sahara op satellietbeelden en digitale kaarten. Er
zouden ook meren en moerassen zijn geweest.
"De Sahara was geen barrière in de migratie van dieren, dus het is
goed mogelijk dat de eerste mensen ook via dit gebied uit Afrika
trokken", aldus hoofdonderzoeker Nick Drake bij LiveScience.
Volgens de onderzoekers hebben heel wat vissen de woestijn
overgestoken, omdat er heel wat soorten aan beide zijden van de Sahara
voorkwamen.
Als de vissen het gebied konden doorkruisen, zouden ook mensen dat dus
gedaan kunnen hebben. De wetenschappers zullen hun theorie nu verder
onderbouwen door plaatselijk onderzoek te gaan verrichten. Dat belooft
geen makkelijke klus te worden. "Veel gebieden zijn namelijk te
gevaarlijk om te bezoeken door activiteiten van terroristen of
burgeroorlogen", zegt hoofdonderzoeker Drake nog.
Baby's zouden zich vanaf de leeftijd van 7 maanden bewust kunnen zijn
van het standpunt of de zienswijze van iemand anders. Dat blijkt uit
experimenteel onderzoek waarbij de ukkie's naar een reeks herhaalde
tekenfilmfragmenten moesten kijken.
Het onderzoek is maandag gepubliceerd in het wetenschappelijke magazine Science.
Het vermogen om zich in te leven in het standpunt van een ander is een
essentiële vaardigheid voor mensen en stelt mensen in staat om samen te
werken.
Volgens de hoofdauteur van de studie Ágnes Kovács (Hongaarse Academie
voor Wetenschappen) kan deze stelling worden gedistilleerd uit het
tekenfilmexperiment. Bij dat experiment was het niet nodig dat de
7-maanden oude kinderen het gedrag of gedachten van anderen expliciet
konden beoordelen.
Smurf met bal
De onderzoekers lieten 56 kinderen naar tekenfilmfragmenten kijken
van een smurfachtig figuurtje dat een bal ziet voorbijrollen. De bal
rolt voor de ogen van de smurf achter een driehoek door en komt niet
meer tevoorschijn of verschijnt vervolgens aan de andere kant om uit het
beeld te rollen. Als laatste fragmenten in die repetitieve reeks werden
twee gevallen getoond met een afwijkend scenario. In een scene was de
smurf al verdwenen alvorens de bal in zijn afwezigheid van achter de
driehoek tevoorschijn rolde. In een tweede scene verdween de smurf ook
vroeger uit beeld, maar verdween ook de driehoek uit beeld en was er
geen bal meer te zien.
Deze laatste scene, die een verrassende wending toont voor de
afwezige smurf, werd langer bekeken dan een verwacht resultaat, namelijk
de bal die doorrolt. De baby's zouden volgens de onderzoekers langer
naar de onverwachte scene hebben gekeken omdat ze verrast werden, net
zoals het te vroeg vertrokken tekenfilmfiguurtje zou zijn geweest.
Baby's zouden zich met andere woorden inleven in het standpunt van de
smurf.
De capaciteit voor kinderen om zich in te leven in de zienswijze van
een ander manifesteert zich volgens gangbaar onderzoek pas op de
leeftijd van 4 jaar. Maar in 2005 en 2007 hebben wetenschappers
aangetoond dat 15 en 13 maanden oude kinderen zich in sommige gevallen
in anderen kunnen inleven.
Vraagtekens
Toch zijn er nog enkele vraagtekens. Volgens psychologe Alison Gopnik
(University of California) is het onduidelijk of de kinderen naar de
juiste elementen in beeld kijken. Om deze bevindingen hard te maken,
zullen de oogbewegingen moeten gevolgd worden.
Indien ze bevestigd worden door andere studies, tonen deze resultaten
wel aan dat kinderen vanaf de leeftijd van 7 maanden al gevoelig zijn
voor sociale informatie en voor wat andere te zien krijgen. Maar je kan
daarom niet beweren dat ze anderen "begrijpen" zoals vierjarigen, Alison
Gopnik.
Eten zoals onze verre voorouders geen granen en geen zuivel is gezond, voorkomt welvaartsziekten én je slankt ervan af.
Vergeet het Atkinsdieet, Montignac of Sonja Bakker. Eten zoals onze
voorouders, het paleodieet, dát is het helemaal. En de basis van de
oerdis ligt, anders dan bij de laatste dieethypes, in serieus
wetenschappelijk onderzoek.
Onze genen zijn nog nagenoeg hetzelfde als die van onze voorouders
15.000 jaar geleden. Ze zijn niet afgestemd op verwerkt voedsel met veel
vetten en zout, en ook niet op melk en zuivel, die pas werden
geïntroduceerd met de komst van de landbouw.
We moeten weer pure producten gaan eten; knollen, eieren, vruchten,
zaden, vis en vlees. Verschillende studies wijzen op positieve
resultaten van het paleodieet voor gewicht, bloeddruk,
cholesterolgehalte en bloedsuikerspiegel.