Je stierf oude jaren geleden toen waren onze vingers jong
ze roken naar lavendel en prille tederheid
we vulden onze longen met dromen in het rood morsten lentedagen in t licht zo eindloos lief
wat ik zag was het begin
vogels daalden en verzamelden op je schouder de zomer verbleekte in je korte, bruine haar
plots lag je stil in een helderwitte kist tussen rijen bomen nog smaller dan je blik
de wereld was voor jou niet af
|