Twintig originele benaderingen van spaghetti bolognese.
Van bovenstaande drie boeken ben ik medeauteur !
Tips en hulp voor de keuken !
Ter Leringhe ende Vermaeck
05-04-2007
Aan alle allochtone vrouwen!
De laatste dagen, sinds het zonnetje zo af en toe eens wat schijnt zie ik regelmatig aan de afritten van de Antwerpse ring, richting centrum, vrouwen scharrelen in de bermbegroeiing.
Naast hun een mandje op de grond.
Ik ken die vrouwen niet, ik kan alleen hun rug zien maar ze dragen van die lange kleurrijke rokken of jurken en daarom vermoed ik dat het Turkse of Marokkaanse vrouwen zijn.
Wat ze er zoeken dat weet ik ook niet maar ik ben er zo goed als zeker van dat ze molsla zoeken.
Een soort groente die wij hier in Vlaanderen niet zo goed kennen. Er bestaat een gekweekte versie van molsla die inderdaad in de winkels van allochtonen te koop aangeboden wordt.
Op een Vlaams bord heb ik het nog niet zo dikwijls zien verschijnen.
Ja, maar wat is dat nu, molsla....?
Wel in t Vlaams, pisbloemen, of pissebloemen of paardenbloemen ....is dat nu met tussen n of niet ???
Taraxacum officinale. Dat is Latijn. Pissenlit, in t Frans, dandelion in t Engels...
Die -officinale- duidt er op dat de plant een medicinale werking heeft, namelijk waterafdrijvend. Om goed te kunnen plassen als het ware!
(Sinds pissen, plassen geworden is, is het gezeik begonnen...)
Het Engelse woord - dandelion- lees letterlijk in het Frans dent-de-lion, duidt op de scherpe insnijding van de bladeren. Leeuwentanden.
Het woordje molsla verwijst naar de mollen. Die beestjes, de mollen, graven pijpen en maken daarbij molshopen. Iedereen die een tuin heeft kent dat wel. Maar, als er nu zo een molshoop op een plantje, een pisbloem, terecht komt, dan verbleken de blaadjes van die plant omdat ze verstoken blijven van het zonlicht. Dat zijn juist de meest gezochte blaadjes, die worden dan zachter en minder bitter. Ook de commerciële versie van de molsla is een gebleekte plant.
In het vroege voorjaar worden de blaadjes van de wilde paardenbloem verzameld door de liefhebbers er van. Dan zijn ze nog jong en fris, ze worden vooral gezocht voor de bloemknoppen open gegaan zijn. Daarna worden de blaadjes bitter en taai.
Ze kunnen gewoon gemengd worden met andere sla, op zichzelf zijn ze nogal sterk van smaak en taai, of als men er toch een aparte sla wil van maken worden de blaadjes overgoten met heet spekvet en spekblokjes, geblust met azijn, om de blaadjes wat malser te maken.
Ook fijngehakt wordt het kruid wel eens gebruikt in kruidenpannenkoeken of gemengd in aardappelpuree.
De bloemknoppen worden gebakken in een omelet. Enfin, dat kan !
Van de bloemen maakt men een soort wijn maar daarvoor is het nu nog een ietsje te vroeg.
Nu de oproep aan die allochtone vrouwen...
Doe geen spekvet op die slablaadjes, dat mag niet !
Ten tweede, op de Anatolische hoogvlaktes in Turkije of hoog in het Atlasgebergte van Marokko, daar kunnen jullie zoveel pisbloemen gaan zoeken als jullie willen. Voor mij mag het zelfs in de wei van boer Janssens in de polders, maar niet aan de afritten van de Antwerpse ring.
Het is niet verboden hoor! Zo tolerant zijn we in Antwerpen wel.
(Sommigen willen het misschien wel zo...?)
Maar t is niet zo gezond.... voor de gezondheid!
Die plantjes daar zitten vol met lood van de benzinedampen van de autos en ze zijn bestrooid met fijn stof van mijnen dieselauto...
Zelfs goed wassen zal niets helpen.
Dus aan die dames daar, aan de afrit van de Antwerpse ring, koop liever molsla bij jullie buur, de groenteman...
Die sla, niet de buurman, is misschien minder lekker maar t is een beetje veiliger!
Het is ongelooflijk maar waar, er zijn nog ganser bevolkingsstammen die niet weten hoe een tomaat moet gepeld worden.
Hoe ik dat weet ?
Ik zie het bijna dagelijks gebeuren.
Ik in de waan van, zij zullen dat wel kennen zeker commandeer dan; pel eens even enkele tomaten.....!
Dan zie ik een hele tijd nadien een massa slappe smurrie op de tafel liggen waar nog met veel goede wil een tomaat in te herkennen valt. Nog op het nippertje bruikbaar om er confituur van te maken. Tomatencoulis gaat ook nog.
In vakterminologie spreken we eigenlijk niet van tomaten pellen maar van tomaten émonderen of monder les tomates. Ah, oui eh, en Français!
Het Franse werkwoord monder of emonder betekent ontvellen: vooral van tomaten maar ook van amandelen of andere dingen die een dun velletje hebben.
De Nederlanders gebruiken het woord plisseren om aan te duiden dat ze een tomaat zullen ontvellen. Dat plisseren is afgeleid van het Franse werkwoord éplucher . Pellen, schillen.
Frans is voor de Nederlanders altijd een even exotische taal geweest als bijvoorbeeld het Zuid Lesbisch....
Gaan we even enkele tomaten plisseren ?
Zet een pot met water op het vuur en wacht tot het kookt. Dit wil zeggen tot het hevig borrelt.
Geen kleine luchtbelletjes die opstijgen, zwaar borrelen !
Er zijn zelfs individuen die dit verschijnsel nog niet kunnen herkennen.
Bereid ondertussen de tomaten voor.
Verwijder het kroontje. Dat is de steelaanzet. Doe dit met een zeer scherp mesje.
Maak aan de andere kant van de tomaat een ondiepe insnijding in de schil in kruisvorm.
Neem een schuimspaan en zet een tweede kom met koud water klaar naast de pot met kokend water.
Leg enkele tomaten, een drietal, op het schuimspaan en dompel ze in het kokende water.
Nu ziet men de schil na enkele seconden openbarsten, het kan ook langer duren. Stop de tomaten nu onmiddellijk in het koude water.
Wacht tot het water opnieuw hevig kookt en verwerk nu de volgende tomaten.
Nu rest ons nog alleen om het velletje er af te halen. Dat is echt kinderspel.
Heel dikwijls zullen de tomaten nadien gebruikt worden om er tomate concassée van te maken. Geconcasseerde tomaat in t Nederlands. Tomatenblokjes als ze in blik verpakt zitten.
Snij daarvoor de tomaat dwars in twee helften.
Dus de tomaat op de steelaanzet op een plank leggen of in de hand houden. Het topje, waar het kruisje zat, naar boven. Snijd nu door de denkbeeldige evenaar.
Binnenin ziet men nu vele vakjes, minsten twee toch, daar zitten vele pitjes in en een kliederige slijmerige vloeistof. Wip die er uit, met behulp van een lepeltje. Als het snel moet gaan eens een goede neep geven op de halve tomaat en alle pitten vliegen er zo uit...
Als de tomaat moet dienen om op te vullen moet ze met een beetje meer tederheid behandeld worden natuurlijk.
Zelfs zonder de Franse tekst is het wel duidelijk.
De tijd dat de tomaat in het kokende water moet blijven is soms ook een heikel punt.
In de lectuur is te vinden :
- enkele tellen
- een paar seconden
- tien seconden
- een half minuutje
- ikzelf zeg nogal eens; de tijd om een Weesgegroetje te bidden maar de praktijk heeft uitgewezen dat, dat veel te lang is.
Praktisch: men ziet dat! De schil barst open en de tijd hangt af van het type tomaat, het ras, hoe rijp ze is enz...
Eén tomaat kan wel eens gepeld worden mits wat geknoei, door ze aan een lange vork te prikken en ze al draaiend boven een hoge gasvlam te houden. Goed voor één tomaat voor meer exemplaren is het niet rendabel.
Ooit werkte ik bij een Waalse chef die, om een korte tijd aan te geven, altijd zegde: attention eh, que deux minutes.... Twee minuutjes maar....
Hij liet het nieuwe leerjongetje tomaten émonderen, enne : attention eh, que deux minutes.
Die kleine snapt nu nog steeds niet waarom hij toen die oorvijgen gekregen heeft !
малосольная лососина Is Russisch voor een zalmbereiding die in de volgende talen zo heet :
gravlax Engels
graavilohi, tuoresuolattu lohi Fins
gravlax Zweeds
gravlaks Noors
gravet laks Deens
graflax IJslands
Dus in welke taal graved lax gebruikt wordt is mij nog altijd niet heel duidelijk. Wel vind ik dat woord veel terug in Duitse teksten.
Ook gravad lax , gravalax geschreven.....De heel oude benaming zou surlax geweest zijn.
Keuze te over en als er iemand op opmerking geeft over de schrijfwijze op het menu: er is altijd wel ergens in één of andere taal een juiste versie te vinden.
In alle schrijfwijzen vindt men het woordje, begraven of graf terug . Dit heeft te maken met de techniek die toegepast wordt. Oorspronkelijk zou de zalm begraven geweest geworden zijn(!) met zout om hem langer te kunnen bewaren.
In verstaanbare taal hebben we het hier over gemarineerde zalm met dille.
Gravlax. Dat spreekt vlot en dat schrijft gemakkelijk !
Er bestaan waarschijnlijk evenveel en nog veel meer recepten voor gravlax als er schrijfwijzen zijn.
De vorige keer hebben we zalmfilets gemaakt. Een bemerking nog daarbij, voor dit recept mag, en moet zelfs het vel aan de zalm blijven, oef, dat is al heel wat minder werk.
Maar..... de schubben van de vis moeten dan wel eerst verwijderd worden. Dit doet men door met de achterkant van een mes de schubben weg te schrapen van de staart naar de kop toe vooraleer men aan het fileren begint.
( Nu denk ik wel dat iemand die een zalm gaat fileren ook wel zal weten hoe de schubben van een vis moeten verwijderd worden. )
Nu, het eenvoudigste is natuurlijk om aan de vishandelaar te vragen om twee zalmfilets te maken met vel.
Een hele zalm levert al gauw een hele massa eten op maar de bereiding kan wel een week lang bewaard worden en de resten kunnen ook ingevroren worden.
In plaats van een hele zalm kan ook een zalmstaart gebruikt worden. Men moet wel beschikken over twee gelijkaardige stukken. Dus één filet in twee snijden dat lukt niet.
Aan de slag nu; het is heel eenvoudig.
Neem een klein maatbekertje en doe :
- Drie bekertjes grof zout
- Twee bekertjes kristalsuiker
- Eén bekertje grof gemalen peper .... in een kom en meng dit.
Zorg voor een bosje dille en hak die grofweg.
Het meeste werk is nu reeds gedaan.
Neem een grote schotel waar één zalmfilet mooi op kan liggen en strooi daar ongeveer de helft van het zout, peper en suiker mengsel op. Leg filet nummer één met de velkant naar beneden op het zoutmengsel. Strooi op het zalmvlees de dille kwistig rond plus een beetje zoutmengsel. Leg de andere filet nu op de eerste zodat we opnieuw een hele vis bekomen, strooi de rest van het zoutmengsel over de zalm en voila, klaar !
De hoeveelheid zout, peper, suikermengsel heeft geen enkel belang...Liefst niet te weinig. Er moet met royale hand kunnen gestrooid worden.
Dek het geheel af met wat folie of leg een stevige plank op de twee filets.
Maar nog een beetje geduld, de zalm mag en moet nu een tweetal dagen, dat is achtenveertig uur, marineren in de koelkast. In het graf!. Af en toe de twee filets tezamen eens omkeren.
Op de schotel waarop de vis rust zal zich een plas vloeistof vormen. Laat dat zo, laat dat liggen, dat vocht bestaat uit de gesmolten suiker en zout en vooral ook uit het vocht dat uit de vis getrokken wordt door de inwerking van het zout.
Dat omkeren zou toch een keer of vier moeten gebeuren. Dus ook dat is niet al te veel werk.
Het vel zal ondertussen bijna veranderen in een soort leer. Dat komt straks nog goed van pas.
Niet om daar een saccoschke van te maken maar als we straks de zalm in dunne plakjes gaan snijden wordt er gesneden tot tegen dat vel en dat is terwijl zo taai geworden dat het mes daar niet meer doorgaat....
Zo, na twee dagen mag de vis uit de koelkast, bewaar de gezeefde marinade nog even en haal de twee helften uiteen. De dille die tussen de twee filets ligt wordt er af geschraapt en gaat de vuilnisbak in.
Leg een filet op een snijplank, vel naar onderen, en snij de vis met een lang vlijmscherp mes in dunne plakjes.
Aan de kant van de staart beginnen. Hoe dat juist moet?
Toedeloe...Ik kan dat hier niet uitleggen, dat is training....
Begin maar !
Dat staat zo in alle recepten !
Nu, als die plakjes op niet al te veel gelijken, erg is dat niet, de zalm blijft even lekker.
Soms wordt er ook nog een sausje bij gemaakt door wat straffe grove mosterd te mengen met een beetje van de vloeibare marinade terwijl er olie bij geroerd wordt. Zo iets als een mayonaise maken of een vinaigrette. Daar voegt men dan ook nog een weinig gehakte dille aan toe.
Wij, de Vlamingen, eten deze zalm meestal als een koud voorgerechtje met een toastje er bij en wat boter maar het kan ook op zijn boerenfluitjes en dat is zeker even lekker.
Neem daarvoor hete vers gekookte aardappelen, patatten, in je bord, leg daarop een stevige plak gravlax (малосольная лососина) zodat ie door de hitte van de aardappelen opwarmt, schep daar wat van de saus over en....juist ! Smikkelen maar.
Aan collega blogger, Smiling Cobra: de poezen zullen evenzeer kunnen mee genieten van de restjes maar let wel op: gravlax is vet en zout. Dus controleer nadien hun bloeddruk en cholesterolgehalte !
Maar het vet van de zalm, dat is puur omega 3 of is het nu omega 6, of alle twee, wie weet dat nog.... ?
De volgende keer maken we, van hetgeen er overbleef na het fileren van de zalm een mooi voorgerechtje.
Stop die resten zolang maar in de diepvriezer want anders zal zelfs de kat het niet meer lusten!
Dikwijls vind ik op het internet en vooral op mijn website vragen over het fileren van vis, zalm in het bijzonder.
Nu heb ik daar enkele maanden geleden reeds een fotoserie over gemaakt en die is dan kalm en rustig in de kast blijven liggen.
In t kastje van de pc, afdeling: mijn fotos...
De fotos zijn life gemaakt.
Er zijn geen speciale voorbereidingen genomen. Ik weet het, Tony Le Duc zou het veel beter doen, maar we doen ons best.
Terwijl ik de zalm fileerde heeft de Ronny de fotos gemaakt. Met mijn toestel.
Dat toestel is ondertussen ook al tot de industriële archeologie gaan behoren. Ik vind er ondertussen al geen geheugenkaartjes meer voor. Maar zolang het ding werkt zal het gebruikt worden.
Dus dit alleen maar om uit te leggen dat de fotos niet altijd even verhelderend zijn want een vis fileren dat is iets dat niet kan geleerd worden via een fotoserie.
Dat moet gezien en geleerd en gedaan worden.
Ooit heb ik het wel eens enkele keren laten doen door iemand die het nog nooit gedaan had en met enkele wenken lukte het wel.
Kwestie is om een zeer scherp en groot mes te hebben en te durven doorsnijden.
Leg de pleisters en de mercurochroom maar klaar en hier gaan we!
Leg de vis met de rug naar je rechterhand. Dit als je rechtshandig bent!
Voor een linkshandige zal het waarschijnlijk andersom zijn, dat weet ik niet ....
Snij achter zijn oren naar voor naar de kop toe. Ik bedoel hier zijn kopvinnen.
Vis omdraaien en hetzelfde aan de ander kant.
Als alles goed gaat zal de kop er nu afgaan.
(Poes, poes...)
De vis terug met de rug naar rechts draaien en nu een insnijding geven van kop tot staart terwijl je op de vis drukt. Boven de rugvin blijven. Alleen het vel doorsnijden snijden is nu voldoende.
Licht de filet nu op met je linkerhand en snij voorzichtig gans de filet los. Probeer boven de borstgraten te blijven met je mes. Ergens halfweg de dikke filet zitten obstakels. Dat zijn kleine dwarsgraatjes. Deze moeten gewoon doorgesneden worden. Dat produceert een krakend geluid, zoals in een operatiekamer zegde ooit één van mijn cursisten. Zij was operatiezaal assistente en kon het dus weten...
Verder is het moeilijk uit te leggen.
Doen en kijken op de beelden!
Na wat gehakkel komt er misschien wel een filet vrij. De buik waar onder andere de buikvin aan vast zit wordt er af gesneden. Dat is bijna puur vet als het om een gekweekte zalm gaat en wordt dan ook meestal als kattenvoer gebruikt.
Nu ook nog een beetje alle ongerechtigheden wegsnijden met de punt van het mes.
Als je nu met je vingers over het dikke gedeelte, het bovenste, van de zalm wrijft voel je daar kleine pinnetjes. Dat zijn die dwarsgraatjes die we daarstraks luidruchtig doorgesneden hebben.
Die worden er nu, of later, uitgetrokken met behulp van een pincet of gewoon tussen duim en mespunt houden en trekken in de richting dat het graatje vast zit. Andersom zal het visvlees inscheuren. Maar zelfs dat is geen ramp...
Nu wordt het hoog tijd om even je handen te gaan spoelen want die glimmen van het vet.
Een zalm is een vet beest en dat ondervind je nu zeer goed.
Dat is op de fotos ook duidelijk te zien...
Nog wat! De snijplank die ik hier gebruik is een foute. Het moet een blauwe zijn voor rauwe vis. Deze roodbruine plank is voor gebraden vlees. Foei, foei !!!
We hebben ze nadien goed afgewassen hoor! ( Ik heb ze laten afwassen )
Nadien hebben we toch geen klachten gehoord dat de rosbief naar vis zou gesmaakt hebben.
Nu moet voor vele bereidingen ook het vel verwijderd worden van deze filet.
Leg daarom de filet met het vel naar beneden op de (blauwe) plank en maak een insnijding tussen vel en vlees aan de staartkant. Grijp het stukje vel dat nu vrij hangt stevig vast met een doek, linkerhand gebruiken, sommigen doen het zelfs met een tang. Draai het mes om. Dit wil zeggen de botte kant, de rug van het mes naar voor en trek aan het vel van de zalm en maak een zigzag beweging met het vel en terwijl met het mes een duwende beweging naar voor maken... Het mes tussen visvlees en vel houdend!
Als alles goed gaat, en dit gaat snel, houden we een zalmvel in onze linkerhand en een, van het vet glimmend mes in onze rechterhand!
Filet nummer één, ligt op de plank!
De eerste filet is af... Mission accomplisched... !
Nog even wat vet en schubben er af schrapen en klaar is ie.
Misschien dat de filet nu ook even kan gewassen worden maar ik raad dit niet aan.
Gewoon met de botte kant van het mes alle ongeregeldheden doen verdwijnen door te schrapen.
Leg deze filet nu op een platte schaal. Daar mag ie wachten tot seffens nummer twee er aan komt.
Voor nummer twee steekt men het mes tussen graat en visvlees en snijd maar tot de graat los is. Het is een beetje moeilijker maar het lukt wel.
Eerst naar de staart toe, nadien naar de kop toe, rekening houdend met die kleine dwarsgraatjes.
Nadien nog eens het vel verwijderen en de kleine graatjes er uit trekken.
En daar hebben we filet nummer twee !
Verlies de moed niet als je ziet hoeveel visvlees er nog aan de graat hangt. De professionals doen het niet veel beter hoor. Zij doen het wel veel sneller.
Daarbij, als spaarzame keukenmeid kan het vlees van die graat perfect gerecupereerd worden zowel in rauwe toestand als gekookt. Daar kan men nog allerlei bereidingen van maken.
Mousses of salades bijvoorbeeld.
(Wil je hiervoor een receptje, sein maar...!)
Nog iets, met weinig of geen belang, maar toch. Alle zalmachtigen hebben zo een vetvinnetje juist voor de staart. Daaraan herkent men de soort. Ook een forel heeft dat!
Conclusie; een forel is een zalmpje; zeer juist!
Om te oefenen op het fileren van zalm kan dat dus ook perfect gedaan worden met forellen. Die zijn veel kleiner en het verlies na het verbrokkelen van het visvlees is dan ook niet zo groot.
Volgende keer zal ik twee mogelijkheden geven om dit verhakkelde visvlees te recupereren en voor de volgende keer gaan we met een mooie filet van een zalm een graved lax maken.
Hiervoor moet het vel er aan blijven, dus dat is al wat gemakkelijker.
Pasen is in aantocht en dan zijn die receptjes mooi meegenomen. Misschien ook nog iets over lammetjes en dan zij we er !
Als ik nu nog eens de fotos bekijk dan begrijpen jullie ook wel waarom ik zo lang gewacht heb om ze te publiceren.
Volgende keer zoek ik een mooie babe uit om het werk te doen, die heeft mooiere handen en polsen dan de mijne en ik maak dan de fotos... ( Ronny, hier bij, in bijlage, je C4 ! )
Maar, of die babe een zalm zal kunnen fileren ???
Ja, ik kan proberen om haar enkele privé-lessen geven, in het fileren van vis weliswaar...
Kandidaten mogen zich aandienen via de mailknop, die staat aan de rechterkant hier.
Geen juwelen, geen gelakte nagels, een mes kunnen vasthouden en niet gillend gaan lopen als de zalm wat glibberiger aanvoelt dat wat je er van verwachtte!
Ergens heb ik daar de naam grote Zohara gebruikt.
Zohara was mijn rechterhand, soms ook wel eens mijn linkerhand, in de keuken ten tijde dat ik in Algerije werkte.
Toen ik het stukje over tajine schreef dacht ik er aan dat ik ergens nog een grappige foto van haar heb.
Maar daarvoor moest ik toch weer naar de derde verdieping gaan zeker om ergens een oud vergeeld fotoalbum op te sporen waar die foto in zit....
Deze namiddag; vrouw zegt: ikke moet naar boven gaan om koffer naar een nog hogere verdieping te sleuren... Zij niet, ikke ! Even blijven treuzelen natuurlijk, maar uiteindelijk me toch maar naar de zoveelste verdieping gesleept en er toen van geprofiteerd om de bewuste foto uit het album mee te brengen...
Vrouw heeft wel even geholpen om de koffer te slepen.
De foto heb ik zelf gedragen.
De linkerfoto is een gescande, bijgewerkte en geknipte polaroidfoto van de twee Zoharas
Grote Zohara links en de kleine Zohara rechts.
De tekst op de schort van de grote Zohara heeft zij zelf nooit begrepen, gelukkig maar.
Zij dacht dat iedereen haar sympathiek vond en dat ze daarom even glimlachten, enfin, dat denk ik toch.
Toch heb ik van die vrouw vele dingen geleerd...
Men moet niet altijd denken dat er in die primitieve ( sorry , mr president !) landen alleen maar opvoedingswerk te doen is ...!
Maar hiermee zitten we weer op een delicaat punt....
Ik heb van haar een hééeeel klein beetje Arabisch geleerd. Nadien bleek dit Berber te zijn.
Zij kon, un souilla Frans spreken en samen konden we goed converseren.
Shoukran...!
Ik heb haar eens getoond hoe wij aardappelkroketten maken.
Toen zij het procédé bekeek , zegde ze: ah ; patata sferia....( Bolletjes aardappelen)
Zij had voordien wel bij een Franse familie gewerkt en had het daar blijkbaar wel eens zien maken, of wie weet, zelf moeten maken....
Nog iets om niet te vergeten....
Zij maakte lamskoteletjes met suiker alstublieft.....gekarameliseerde lamskoteletjes.
Neem mooie lamskoteletjes, met een beentje er aan, en kruidt deze sterk met:
Neem potlood en papier en noteer :
Kruidnagelpoeder, ofwel even enkele kruidnagels fijn stampen in de mortier....
Kaneelpoeder
Zwarte peper
Suiker
Zout
Boter, let op dit is een duur product aldaar...
Nu, die koteletjes kruiden met het kruidenmengsel, bakken in de boter in een grote braadpan, bestrooien met de suiker en lichtjes laten karameliseren. Het vlees mag lichtjes rosé blijven.
Nadien heb ik het hier een paar maal geserveerd bij een receptie met groot succes...
Merci, Zohara...
Couscous maken was ook een job voor haar. Indien jullie willen weten hoe zij dat deed, mail maar. Bij drie aanvragen zal ik het op de blog zetten...
Over de kleine Zohara heb ik minder te verstellen, zij werkte bij mijn vrouw om bedden te dekken en dergelijke, kamermeid dus..... Soms kwam ze in de keuken, vooral om te helpen bij het aardappelen schillen en om de afwas te doen.
Aardappelen schillen noemde zij :deshabiller les pommes de terre ....
Aardappelen uitkleden!
De rechtse foto is de tajine die ik gekregen heb van Khalil.... In ruil voor een cijfer hoger dan vijf op tien bij één of ander examen... Hoe noemt men dat ook al weer : corruptie of zoiets ?
Het vlees is zwak, niet ?
Een onbruikbaar ding, hoe mooi het ook is...
Daarom staat het hier ook gewoon op de kast. Engelstaligen noemen zoiets : dustcollectors!
Ook geschreven als tajine... het woord heeft twee betekenissen. Het is zowel een aardewerken kookpan met conisch deksel als het gerecht dat er in klaar gemaakt wordt.
Nu is het een typisch mode gerecht, vijf jaar geleden had niemand er ook maar iets van gehoord maar vandaag staat het op de menukaart van elk trendy restaurant.
Het gaat hier om een gerecht uit de Mahgrebijnse keuken. Van Noord Afrika dus.
Nu heb ik daar toch weer puur per toeval gewerkt zeker, in Algerije om juist te zijn en mijn keukenmeid, grote Zohara, maakte het wel eens klaar als ik afwezig was.
Het is een typisch gerecht uit de nomadenkeuken.
Tijdens de tocht door de woestijn vang je overdag ergens een kip, een schaap of een geit en s avonds ga je die dan klaar maken in een tagine!
Zo een onbestorven beest is eigenlijk niet te pruimen, ik bedoel te eten, dat is taai en blijft taai.
Laat ons daarom maar een kip uit de supermarkt gebruiken, die is behoorlijk bestorven.
Beter nog is een kip van eigen erf die reeds enkele dagen voordien geslacht is, maar welke gelukkige sterveling heeft dat nog ? Laat staan een geit of schaap die mogen geslacht worden ?
Terwijl de kip in de koelkast ligt te wachten gaan we eerst naar de Marokkaanse winkel.
Den Turk heeft het ook en de betere supermarkt zal het ook wel verkopen. Alleen is het daar veel duurder.
Ras el hanout.... moeten we hebben. Khalil heeft mij ooit geleerd om het juist uit te spreken en ik heb er een verkrampte tong aan over gehouden. De Noord Afrikaanse klanken zijn veel scherper dan de onze. En die rochelende klanken ....?
Ras el hanout betekent zoiets als; het beste van de winkel, maar ja, die Noord Afrikanen zijn ook rap tevreden, sommige toch..... het is een kruidenmengsel dat wat op kerrie gelijkt maar is minder sterk. Er bestaan ook varianten van: rode en gele. De rode is de pikante versie ! Kies maar.
Breng ineens een pakje gedroogde pruimen en enkele zoute gekonfijte citroenen mee.
De dikke groene olijven niet vergeten. Met pit. Ontpitte olijven das voor westerlingen.
Een paar tomaten liggen wel in de koelkast veronderstel ik. Koop ze anders ook maar.
Nu we toch bezig zijn; wat gemberpoeder en wat saffraanpoeder. Nu hebben we ongeveer alles denk ik. Nog een fles olie.
De kip in stukken snijden. Hoe je dat doet, dat doet er niet toe, geen enkele van die woestijnvrouwen brengt daar ook maar iets behoorlijks van terecht. Tracht het zo netjes mogelijk te doen om ruzie in het huishouden te vermijden.
Neem nu een handvol bloem en meng die met een evenveel ras el hanout. Doe er ook een greepje zout bij. Wentel de stukken kip door dit kruidige mengsel.
Het schijnt dat dit een plastic zak zeer goed gaat? Nog nooit geprobeerd, wij gebruiken onze handen....
De stukken kip nu aanbakken in een braadpan met olie zonder ze echt te laten kleuren.
Ze kleuren uit zichzelf mooi geel.
En onze tajine ?
Die komt nu.... Want die tajine dat is eigenlijk show....Die heeft geen nut. Een gewone pot of pan met deksel doet het evengoed. Maar die woestijnvrouwen die hebben alleen maar tajines... In de woestijn zijn winkels die potten of pannen verkopen vrij zeldzaam. Aardewerken tajines die kunnen ze zelf (?) maken ...niewaar !
Goed !
Leg de stukken kip in de tajine, voeg geweekte pruimen toe, de olijven, strooi er wat gemberpoeder en saffraandraadjes over en een paar gepelde lookteentjes mag ook wel.
Zet je tajine nu op een klein houtvuurtje. Let op voor de dampkap...
Een elektrisch gasvuur zal het ook wel doen.
Nu het conische deksel er opzetten maar voeg eerst een stevige scheut bouillon toe. Kippenbouillon.
Je denkt toch niet dat die woestijnvrouwen eerst wat kippenfond gaan maken zeker ?
Knorr heeft daar reeds lang geleden zijn intrek gemaakt...
Bouillonblokjes bewaren perfect in de woestijn, ook zonder koelkast.
Daarbij, kippenafval om fond te maken, dat kennen zij niet. Alles wat aan een kip eetbaar is gaat in de pot, sorry, de tajine.... En eetbaar dat is alles. Kop, oren, poten...ingewanden..enz...
Volgens de leeftijd van de kip, is de bereidingstijd variabel. Toch minimum een driekwart uurtje.
Voor een oude haan kan die tijd wel wat oplopen. Maar we hebben een supermarktkip genomen, die is snel gaar. In stukken gesneden, zelfs reeds na een halfuurtje.
Zorg er voor dat de bereiding niet droogt kookt, water toevoegen is dan de boodschap en wat stukjes tomaat en een in dikke schijven gesneden gekonfijte citroen mag er uiteraard bij gedaan worden.
Hetzelfde kan gedaan worden met stukken lamsvlees. Of geit ! ( Niet voor mij)
Voor degenen die het lusten mag er ook wat grof gehakte koriander over gestrooid worden.
Eten met de handen ( eerst wassen) en een schotel gestoomde couscous erbij of gewoon een stuk plat Marokkaans brood.
Geen wijn, geen bier. Water !
Thee kan ook of cola ....pas op hé...!
Ook nog even opletten. Die mooi gekleurde tajines die verkocht worden in de souks zijn totaal onbruikbaar !!!
Dat zijn spullen voor toeristen. Die toeristen komen misschien ooit wel eens terug naar Marokko maar klagen doen die toch niet en hun gebarsten tajine brengen ze ook niet terug...
Zet dat soort tajine op de kast als kijkobject en gebruik een gewone braadpan met deksel of koop ergens in een goed gestoffeerde Marokkaanse winkel een echte tajine in rood hard aardewerk. Die kan op het vuur gezet worden. Of beter nog in de oven.
Zelfs zou ik die toeristen tajines niet gebruiken om er in te serveren. Het glazuur zou wel eens loodglazuur kunnen zijn en dat is niet zo erg bevorderlijk voor onze geestelijke gezondheid.
Zijn er lezers van dit blog die weten of er ergens in Vlaanderen schapenkaas gemaakt wordt? Of kent iemand een verkoper van schapenkaas of een producent. Iemand die de markt doet bijvoorbeeld. Let wel het gaat over Vlaamse schapenkaas... Franse roquefort en Hollandse kazen zijn er te kust en te keur. 't Is in dienst van de wetenschap, dus iedereen op zoek!
Reageer via gastenboek of mail of gewoon via "reageer"....het moet geen epistel worden, gewoon een klein berichtje is reeds goed. Wij zullen er onze eeuwige dankbaarheid voor betonen !
Met Nieuwjaar zijn we voor de zoveelste keer naar de Périgord geweest en door een inschattingsfout hebben we veel te veel citroenen gekocht.
Drie personen, vierentwintig oesters en zestien citroenen, dat is van het goede een beetje te veel. Van de citroenen toch...
Uiteindelijk zijn er een twaalftal stuks naar België verhuisd.
Die hebben daar dan in de koelkast enkele weken liggen rondslingeren tot ze zo wat begonnen te verdorren en te verschrompelen ...
Mijn aangeboren zuinigheid in gedachte, niets gaat hier verloren, zou er toch iets met die citroenen moeten gebeuren...
Vorige zomer heb ik een paar keer een tagine klaar gemaakt, dat is zo één van die modegerechten tegenwoordig en je hebt daarvoor onder andere gekonfijte citroenen nodig. Die geconserveerde citroenen zijn vlot te koop in de Marokkaanse winkels en ze geven werkelijk een lekker exotisch smaakje aan gerechten met vis of kip....
Dus, ik zou mijn uitgelebberde citroenen omzetten tot gekonfijte citroenen. Dan zouden ze niet verloren gaan.
De bereiding heeft juist geteld tien minuten geduurd.
Een grote steriliseerbokaal heeft men er voor nodig, maar die had ik niet. Dus maar een oude glazen koffiekan gebruikt. In een plastic container zal het ook wel lukken.
De citroenen pro forma even afgeschrobd om de zogezegde kwalijke stoffen die op de schil zitten te verwijderen. Dan mijn vrouw met een tandenstoker vele gaatjes laten prikken in de citroenen, de citroenen in de bokaal gedaan en dan een pekel gemaakt van 75 gram zeezout per liter water. Een halve liter was al voldoende.
De pekel op de citroenen gegoten enkele laurierblaadjes daarbij en een scheut olijfolie op het geheel gegoten. Naar de koelkast gedragen.
Ik heb sel de Guérande gebruikt. Dat is ook zeezout maar het is duurder en het klinkt chiquer . Citrons confits au sel de de Guérande....
Kakt niet in uw bottinen, zou mijn schoonmoeder gezegd hebben!
Twee dagen later krijgt mijn vrouw een keelontsteking...;
Toen maar nieuwe citroenen gaan kopen... Veel vitamine C, zegt men maar dat is ook weeral niet meer waar...
Een maand wachten stond er in het recept van Chef Simon. Dan zijn ze klaar of toch bijna.
Ondertussen was ik de citroenen bijna vergeten tot ik daarstraks een pintje uit de koelkast ging halen. Jullie moeten weten, wij hebben twee koelkasten, één met voedsel en één met drank.... Als dat geen luxe is weet ik het ook niet meer!
De kast met drank staat in de kelder en bij het openmaken kwam er een heerlijke geur vrij...van gekonfijte citroenen. Ik ben vergeten hoelang ze reeds in de koelkast zitten, twee weken denk ik, t steekt ook zo nauw niet.... k Zal nog een weekje wachten en dan gaan we tagine maken....
Ik kan dan die mooie tagineschotel gebruiken die ik van Khalil gekregen heb...
(Wij leven hier nogal eens van de krijg...)
Tot dan...
Misschien nog een woordje over de term konfijten.
Als wij hier die term horen denken wij onmiddellijk aan gekonfijt fruit, van die plakkerige vruchten. Kersen, ananas, engelwortel, enz...
Maar het woord konfijten betekent veel meer!
Men zou het woord, konfijten, kunnen omschrijven als : bewaren in ....
Denk maar aan confituur dat afgeleid is van het Franse woord confire, konfijten.
Een conserve van vruchten in suiker.
Nu kan men ook konfijten in azijn, alcohol, olie, vet, enz...
Bijvoorbeeld de Franse term voor die zure opgelegde augurkjes of uitjes is : oignons et cornichons, confit au vinaigre!
De eendenconfit, confit de canard, is eendenvlees geconserveerd in vet.
Boerenjongen en boerenmeisjes, zijn rozijntjes of abrikozen opgelegd in jenever. Gekonfijte vruchten, dus... Wie herinnert zich dat nog.
Boerenjongens? Boerenmeisjes?
Het product is nog te koop hoor, maar toch zo wat vergeten, denk ik.
Kriekjes op brandewijn, overheerlijk, lekker !
Tante maakte dat en als klein manneke ging ik daar dan stiekem van proeven en werd dan zo zat als ....ja wat ? Zwitser, Pool, kanon, oorlogsschip, patat...?
De moderne koks spreken ook dikwijls over gekonfijte groenten. Ze bedoelen daarmee groenten die langdurig en zachtjes gestoofd zijn in olie.
Ik ga nu even naar beneden om aan de citroenen ruiken en zal ineens een pintje meebrengen.
Sir Koen, zijn naam is hier regelmatig te vinden in het gastenboek of bij de reacties, is een regelmatig lezer van dit blog. ( Sir, is zijn voornaam...)
Hij woont in Frankrijk, in Agde, zit met zijn voetjes in de zee en zijn bollekke onder de blauwe zon... De pastis binnen handbereik. Mooi leventje, zo schrijft hij zelf...
En toch... Hij is niet gelukkig!
Hij heeft heimwee...
Hij wil frikadellen maken en blinde vinken en worsten en zo nog wel een en ander...
Maar dat Franse gehakt, daar is niets fout mee, maar dat is niet hetzelfde als ons Belgisch gehakt. Dat Franse gehaksel is donker, grof, daar zit veel zwarte peper in en je kan daar geen behoorlijke frikadel mee maken...
Dus hoe maak je Belgisch gehakt in Frankrijk ?
Het is mij ook eens overkomen, ten tijde dat ik nog veel en lang in de Franse Provençe kampeerde, samen met wat scoutsgroepen.
We hadden van thuis een bokaal krieken meegebracht, kwestie van de schapraai leeg te maken en we zouden er ginder, in de Provençe, wel wat mee doen.
Op een mooie dag naar de slager geweest en daar gevraagd of hij varkensgehakt kon maken voor ons.... we wilden frikadellen met kriekjes maken.
Impossible...Il y a de la chair à saucisse daar moesten we dan maar mee doen Dus met dat Franse gehakt.
Dan gevraagd of hij niet een beetje varkenvlees door zijn vleesmolen kon draaien.
Mag niet.... Allen rundvlees mag door de machine, geen varkensvlees ....
Dus dan van de nood een deugd gemaakt en zelf maar gehakt gemaakt.
Eigenlijk eenvoudig maar je moet een vleesmolen hebben. Dergelijk instrument behoort normaal niet tot de standaard uitrusting van een campingkeuken, dus dan maar zoals in overgrootvaders tijd: alles zelf met de hand hakken !
Goed, een stuk varkenvlees gekocht en een stuk lekker vet spek. Alles in blokjes gesneden en dan met twee personen zitten hakken als gekken . Ik met een keukenbijltje en mijn compagnon met een zwaar keukenmes.
Dat gaat zelfs vrij vlug, na een tiental minuten hakken hadden we iets wat echt op gehakt leek. Hoe kan het ook anders, wat is gehakt anders dan gehakt vlees ???
Wat peper en zout er bij gedaan, een snufje muskaatnoot, nadien ook nog een eitje en wat broodkruim. En wat hebben wij die avond gegeten?
Juist, Belgische frikadellen met krieken, in Frankrijk.
De plank waar we het vlees op gehakt hebben heb ik nadien wel even onder de schaafmachine door laten halen... Die was zwaar toegetakeld....Te veel jong enthousiasme misschien ?
Dus Koen...
Ik heb gehoord dat je vrouw een vleesmolen gekocht heeft voor je verjaardag?
Uit eigen belang ?
Ga naar die Franse slager, zeg hem goeden dag, bonjour dus, een vraag een stuk varken van, zeg maar 500 gram. Stukken van de schouder ( épaule) of de nek, de spiering, ( léchine) zijn goed. Vraag dan ook voor 250 gram goed vet spek. Niet van de rug , dat is te droog maar van de buik. Hoe heet dat daar bij jullie: ventrèche fraîche ? Of gewoon: du lard gras...?
Snij alles dan thuis in kleinere stukken en koel het vlees zeer goed, zelfs een uurtje in de diepvriezer is goed. Dat maalt nadien beter en ook om het kweken van kwaadaardige bacteriën met slurfjes en flaporen - tegen te gaan.
Draai het vlees twee keer door de vleesmolen, de eerste keer door een snijschijf van ongeveer acht millimeter. Meng nu peper en zout en muskaat met het grof gemalen vlees. Hoeveel, probeer dat even, dat is niet zo simpel om te zeggen , zoveel en zoveel....
Proef er even van. Het verhaaltje dat je van rauw gehakt wormen zou krijgen behoort al land tot de folklore! Normaal zal een 15 tot 17 gram zout per kilo vlees wel goed zijn... Maar dan moet je ook een weegschaaltje hebben die dat juist kan wegen ...
Als het vlees nu gekruid is draai je het een tweede keer door de molen maar nu door een fijne plaat van drie tot vier millimeter.
Et voila, mon cher : de la chair à saucisse Belge! Gekapt, zoals ze het hier zeggen.
Gisteren heb ik de Leo nog gezien. Leo, niet die van die paarse koeien maar een ex slager.
Op pensioen, de gelukzak! Hij zegde om het zo te doen.
Twee derde mager varkenvlees, een derde vet, een klein beetje broodkruim om te binden en als kruiding peper en zout en muskaat of beter nog wat foelie. Dit laatste is niet overal zo vlot te vinden. ( Macis)
Er mag ook wat mager rundvlees bij gedraaid worden, dat geeft meer smaak zegt hij, maar daar heb ik dan zo weer mijn twijfels bij. Sorry hé, Leo!
Met kalf zal het ook wel lukken natuurlijk maar als je de prijslijst ziet van het kalfsvlees, dan stel ik mij daar toch een paar vragen bij . Ook, attentie, hier steeds wat varkenvlees aan toevoegen en varkensvet, spek dus.
Om blinde vinken, vogels ( leeuweriken) zonder kop, oiseaux sans tête, paupiettes de veau à la truc çi et ça ... te maken.
Een lapje dun gesneden kalfsvlees, een bolletje gehakt daar in en dan mooi oprollen. Koordje er rond...
Trouwens ik heb hier nog een gehaktmolen liggen, uit grootvaders tijd. Een Husqvarna denk ik. Met twee platen, een grove en een fijne...
Mijn vrouw heeft er al verscheidene rommelmarkten mee gedaan maar ze raakt het ding aan de straatstenen niet kwijt. Nu is ze het beu om nog met dat logge zware ding rond te slepen...
(De Marokkanen gebruiken dat niet, die maken geen worst.)
Wie het wil hebben mag het komen halen!
Wie een fles wijn meebrengt heeft natuurlijk voorrang...! Niet drummen, asjeblief...!
Daarstraks was ik even aan het rondneuzen op de site van Chef Simon. Volgens mij nog steeds een van de beste sites als het over de klassieke keuken gaat.
Deze Bertrand Simon is eveneens een leraar als ik aan een school waar opleiding gegeven wordt aan toekomstige voedingsspecialisten. Bij de Fransen heet zoiets een Lycée.
Bij mij is dat Syntra.
Zijn website is enorm groot, gigantisch, met vele fotoreportages en een forum.
Voor vele Vlamingen een probleem: alleen in t Frans.... en zeer professioneel.
Het deed bij mij een belletje rinkelen. Lang geleden dat ik er nog van gehoord had.
Even in de Répertoire gaan kijken en wat vind ik daar?
Niets !
Wel pommes dauphin...
Is dit een zetfout? Wie weet. Verander de U van dauphin door R, en dan zijn we er.
We kunnen het nog moeilijk aan de auteurs vragen. Die hebben al lang geleden het tijdelijke met het eeuwge verwisseld.
Op het internet hetzelfde. Soms duikt het woord pommes dauphin wel op maar steeds bij sites die er niet erg betrouwbaar uitzien. Zoals er zovele zijn, zeker als het over keuken gaat !!!
Ik ben hier weer verschrikkelijk aan het leuteren. Recepten willen de lezers hier !!!!
Heb ik reeds dikwijls ondervonden.
Wel die Pommes Darphin is niets anders dan wat wij rösti of aardappelpannenkoekjes noemen.
Ergens heb ik hier ook nog een Joods kookboek liggen en daar heten die dingen : Latkès !
Prachtig woord vind ik dat : latkès. Als (bijna) Antwerpenaar doet mij dat steeds denken aan : lattekes, allee plankskes hé,...panlatten, of zoiets.
In een Joodse snackbar zag ik hoe ze hun lattekes maken :
Neem bloemige aardappelen en rasp ze vrij grof. Niet wassen, het zetmeel van de aardappelen doet de koekjes straks aaneen plakken.
Persoonlijk nijp ik wat vocht uit de geraspte aardappelen. Je zult er verwonderd van zijn hoeveel water er uit komt.
Dit aardappelvocht is in de natuurgeneeskunde ook wel goed voor, of is het tegen, iets ...
Meng de aardappelen met enkele lepels bloem, maar voor mij hoeft dat zelfs niet. Peper en zout en meng alles, liefst met de handen, dat gaat snel en grondig.
Nu mogen er ook nog gehakte uien en dergelijke toegevoegd worden. Soms worden er ook enkele eieren aan toegevoegd of andere zaken die bij aardappelen passen. Verse of gedroogde kruiden bijvoorbeeld.
Nu nog de pannenkoekjes bakken in een, liefst, niet kleefpan.... Kom, Tefalpan!
Het gaat natuurlijk ook in een gewone pan, zo deed men het vroeger ook.
Doe het voorzichtig op een zacht vuurtje en zorg voor genoeg vetstof,anders bakken de rösti droog en krijgen ze zwarte vlekken.
Doe dit alles ook redelijk snel. Anders wordt de massa grauw. Dat ziet er niet smakelijk uit.
Ook is het mogelijk, en dat is een groot voordeel, om de koekjes op voorhand te maken en ze nadien terug op te warmen in de oven.
In de Joodse snackbaar gebruikte de kok van dienst - zo een met van die pijpenkrullen - een antiek strijkijzer om boven op de bakkende patatjes te zetten. Dus bakken langs boven en onder tegelijkertijd. Mooie platte latkès waren het resultaat.
Hij bakte ze wel op zo een hamburgerplaat. De strijkijzers waren daarop ook eerst voorverwarmd. Je weet wel, zo een gietijzeren strijkijzer met een handvat uit grootmoeders tijd, te verwarmen op de stoof...
Als ze gemaakt worden zonder uien en peper en zout worden ze zelfs gegeten als een zoet gerecht met suiker.
Als de pannenkoek of koekje gebakken is kan deze in stukken gesneden worden, een beetje zoals een taart of mooier is om kleine koekjes te maken, eentje per persoon.
In het Frans noemt men ze dan paillassons , ofte matraskes.
De oorsprong van deze aardappelen komt van de Pommes Anna.
Deze bereiding is eerst gemaakt door chef AdolpheDugléré.
De naam Pommes Anna wordt toegeschreven aan Anna Deslions , een courtisane die dikwijls het Café Anglais bezocht, dit tijdens het tweede keizerrijk, in Parijs.
Mijnheer Dugléré was daar de grote chef in de keuken.
( Enne, mama, een courtisane, wat is dat ? Zwijg manneke en zuig voort!)
De Pommes Anna worden in schijfjes gesneden en dan gebakken in een speciale kleine pan met dikke bodem, een sauteuse, in zeer veel geklaarde boter. Het resultaat is een mooie bruine dikke koek, zeer krokant aan de buitenkant en boterzacht, smeuïg binnenin...
Lang geleden dat ik dat nog gezien, laat staan, gegeten heb...
Dezelfde Chef Simon vernoemt ook nog de naam Pommes Anette als het gaat om aardappelen die in julienne gesneden zijn. Onze latkès dus. Waarschijnlijk is dit echter dichterlijke vrijheid.
Wat hebben we nu :
Pommes Darphine
Pommes Dauphin*
Pommes Annette
Paillassons
Pommes Anna
Rösti
Aardappelpannenkoekjes
Matraskes
Latkès
De laatste benaming klinkt voor mij het sympathiekst
Weten jullie hoe het klinkt als een Franse Jood van de twaalfde verdieping naar beneden valt ?
Nee? JUIF. Hardop uitspreken op zijn Frans !
Joden hebben een grote zin voor humor. Geen probleem.
*** Niet verwarren met Pommes Dauphine. Dat is Pommes Duchesse met soezendeeg gemengd en gebakken in de frituur.
*** Ook niet verwarren met Gratin Dauphinois. Daar hebben we het hier reeds over gehad.
Nog snel even voor de vasten begint een kleine uitspatting ?
Tijdens de vasten worden we verondersteld verstervingen te doen.
Wie nog weet wat dit betekent krijgt tien op tien en een chocolademousse.
Voor chocolademousse bestaan er waarschijnlijk honderden recepten. Iedereen heeft het zijne en vind zijn mousse ook de beste. Met soms als commentaar t is lekker maar zwaar hé...
Ik zou dan zeggen, eet er wat minder van, dan wordt het minder zwaar en minder calorierijk.
Inderdaad, destijds kreeg men zo een enorme kom, of kuip chocomousse voorgezet die bijna niet leeg te krijgen was.
Nu zien we nog steeds chocolademousse maar dan in mini porties als bijvoorbeeld onderdeel van een dessertenbuffet of een dessertbordje. Soms opgediend in een fijn chocoladekuipje.
Tijdens opzoekingen die ik deed vond ik dat er in Nederland, in Amsterdam, een restaurant bestaat dat Hemelse Modder heet. Specialiteit : juist, chocolademousse !
Zodanig zelfs dat hemelse modder synoniem geworden is voor chocomousse...
Holy Shit, schreef iemand er bij ...
Hoe word chocolademousse nu gemaakt ?
Zoals altijd zijn er vele wegen die naar Rome leiden. Ook hier!
Het is een kwestie van een schuim te hebben en daar gesmolten chocolade in te verwerken.
Dat is dan ook bijna het recept.
Dat schuim dat kan room zijn of opgeklopt eiwit of een mengsel van beide.
De chocolade moet gesmolten worden, anders kan hij niet gemengd worden. Dat smelten kan op velerlei manieren gebeuren. Ik lees zoals eens om daarvoor een microgolfoven te gebruiken... Ik weet het niet, heb dit nog nooit gedaan. Een microgolfoven is een goed ding om water in te koken maar verder...??? Not my cup of tea!
Ik smelt de chocolade in een pan met dikke bodem, waarin een bodempje room of melk aan de kook gebracht werd en leg daarin de stukjes chocolade. Enkele minuten wachten en de chocolade is gesmolten.
De kwaliteit van de chocolade is natuurlijk van primordiaal belang.
Normaal gebruikt men donkere chocolade, fondant zoals wij wel eens zeggen.
Chocolade met 70% cacao is natuurlijk ideaal maar die smelt niet altijd even vlot.
Ikzelf gebruik de callets van Callebaut. Dit is Belgisch!
Voor degenen die het nog niet weten: onze Belgische chocolade is wereldberoemd....
Vooral dank zij Callebaut. Cote dOr mag ook niet vergeten worden.
Goed we hebben nu gesmolten chocolade.
Nu nog het schuim.
Eiwitten opkloppen met suiker. Nooit zo kloppen zonder suiker want dan zal het eiwit vlokkig worden en nadien verwateren. Eerst traagjes kloppen en nadien sneller en sneller. Tijdens het kloppen fijne suiker toevoegen. Er zal dan een mooi stevig glanzend eiwitschuim ontstaan.
Geen bloemsuiker gebruiken, daarin zit een deel zetmeel en dat zorgt er voor dat de eiwitten niet mooi zullen opkomen.
De kom waarin geklopt wordt moet zuiver zijn, evenals de eiwitten waarin geen deeltjes dooier mogen aanwezig zijn. Dit laatste wordt schromelijk overdreven, zelfs eiwit met een hele klodder dooier in komt nog steeds op, alleen duurt het wat langer.
Zo ook de kom uitspoelen met azijn en dergelijke is flauwe kul. Het helpt wel om de eiwitten beter te doen opkomen. Een drupje zuur...citroensap bijvoorbeeld.
Naargelang de hoeveelheid calorieën die je in de mousse wil stoppen kan er ook een deel slagroom gemaakt worden. Zonder suiker weliswaar, al de suiker zit in het eiwit...
Klop de room niet op tot zeer stevig, de kans dat ie nadien tijdens de definitieve mengbeurt zal schiften is vrij groot.
Als er eiwitten opgeklopt worden heeft men meestal eierdooiers over...
Wel die kunnen voor mijn part gebruikt worden maar in Nederland is men daar als de dood voor. Salmonellas, overal ziet men ze daar rondkruipen.
Goed. Zonder eierdooiers gaat het evengoed. Of gebruik de gepasteuriseerde dooiers van AH... Enfin van zijn kippen. De dooiers van AH zou ik niet vertrouwen...
Nu, we hebben gesmolten chocolade, opgeklopt eiwit met wat suiker en opgeklopte room.
Eventueel dooiers. Als de dooiers gebruikt worden, meng die dan eerst met de gesmolten chocolade.
Meng nadien de drie zaken samen. Doe dit niet te energiek. Elke slag die er gegeven wordt in het mengsel doet de massa inzakken. Dus snel mengen met ruime bewegingen en zeker niet met een elektrische mengmachine op klopper.
Ook de drie zaken samen voegen en slecht één keer mengen. Niet het ene na het andere...
Nadien de mousse overbrengen in glaasjes of kuipjes of kommetjes of wat dan ook en enkele uren laten opstijven in de koelkast.
Om de chocoladeschuim netjes over te brengen in een glas kan er een spuitzak gebruikt worden.
De mousse kan nadien versierd worden met allerlei zoals chocoladekrullen, geroosterde amandelen, sinaasappelschilletjes, enz...
Nog een paar varianten ...
Er zijn onverlaten die cacaopoeder durven gebruiken in plaats van chocolade...
Ja?
Wel lekker is om een scheutje likeur toe te voegen. Een likeur die goed combineert met chocolade. Grand Marnier is er één maar ook rum, Tia Maria, koffielikeur, bananenlikeur, de crème de bananes van Lucas Bols...
Gewoon een schepje oploskoffie toevoegen of beter nog wat sterke koffie waarin de chocolade kan gesmolten worden. Wel opletten want vette chocolade in een waterachtige vloeistof durft korrels geven die er nog moeilijk uit te krijgen zijn. Zeker als de massa te heet wordt. De totale temperatuur mag niet boven de 37°C komen.
Ook wat gehakte gekonfijte sinaasappelschil zal het zeer goed doen. ( Zelfs een kledder Nutella door de massa mengen...!)
Zoals te lezen is in de titel kan er volgens hetzelfde procédé ook een andere mousse gemaakt worden. In plaats van chocolade kan met veel succes een frambozenpuree gebruikt worden.
Of een coulis van elke fruitsoort als ze maar niet verkleurt zoals bananen dat wel doen...
Om de smaak te accentueren kan er eveneens een glaasje alcohol of likeur van dezelfde vrucht gebruikt worden. Bij frambozen wordt dat, eau de vie de framboises of een likeur van frambozen.
Bij dergelijke recepten is het wel aangeraden om enkele opgeloste gelatineblaadjes toe te voegen.
Bij een chocolademousse zorgt de chocolade er tijdens het afkoelen voor dat de massa stevig wordt...
Nu tenslotte nog een idee over de verhoudingen.
· - 300 g chocolade ( callets)
· - 50 g melk
· - 5 dl room
· - 4 eieren : dooiers en eiwit
· - 150 tot 200 g fijne suiker ( S2)
Dit zijn slechts indicaties. Met deze hoeveelheden bekomt men een zeer luchtig chocoladeschuim. Ook zal de kleur niet zeer donker zijn door de vrij grote hoeveelheid room.
Dus ofwel zeer donkere chocolade gebruiken ofwel de hoeveelheid room verminderen.
Ook is het moeilijk te zeggen hoeveel porties dit oplevert. Dat hangt af van de portiegrootte ...
Even rekenen leert dat we 1200 gram product zullen bekomen. Dus 12 porties ?
Lezers die niet van de provincie Antwerpen zijn kunnen nu reeds op de terug knop drukken want het gaat hier over een typisch Antwerps gerecht, om juist te zijn uit de Antwerpse Kempen.
Op de koop toe wordt het gerecht hoogstwaarschijnlijk niet meer gemaakt, het is echt iets van grootmoeders tijd.
Culinaire archeologie als het ware...
Ik heb vroeger nog gewerkt in de Kempen en vond daar ooit een blad met een recept voor lekkere metten. Onlangs wou ik het recept opzoeken maar, is het weer slordigheid of is de berg informatie veel te groot, ik vind het nergens meer!
Een vergeeld blad met één recept.
Erg is het niet want ik ken het recept zo maar uit het hoofd: gegist aalbessensap binden met aardappelmeel en dat sap opdienen bij frikadellen.
Nee, geen frikandellen dat is iets heel anders en behoort tot de categorie: rotzooi!
Frikadellen in de Kempen zijn gewoon gehaktballetjes. Nu worden die meestal opgediend met krieken maar destijds werd daar het gebonden sap van aalbessen bijgegeven. Dat waren dan de lekker metten. ( Metten komt misschien wel uit het Duits waar met vlees betekent...)
Vermits ik mijn recept dus kwijt was even op het internet gaan zoeken en wat vond ik daar? Een pracht van een beschrijving over deze lekkere metten geschreven door ene Herman Dirkx. Voorzitter van een kookclub CC t Antwerps handje... of zoiets....
Waarom zou ik alles zelf schrijven als het reeds geschreven staat.
Dus de pluimen op mijn hoed steken met het geschrift van iemand anders, waarom niet, ik verdien er evenveel aan.
( Daarbij : ik heb de toelating gevraagd...en gekregen!!!)
Voila de tekst van Herman :
Lekkere metten
Lekkere metten zijn een vergeten lekkernij uit de Antwerpse Kempen. De prijs van de ingrediënten en het werk zullen er vermoedelijk wel iets mee te maken hebben. De basis wordt gevormd door het sap van roei beezekes of aalbessen. Vroeger had zowat iedereen die in de tuin staan. Rode bessen persen, het sap opvangen en door een neteldoek zeven. Dan laten gisten, inderdaad, zoals je wijn zou maken, een natuurlijke gisting. Dat duurt enkele dagen. Het gegiste sap nogmaals filteren door een neteldoek. Het sap op flessen trekken en luchtdicht afsluiten. Wanneer je dit proces keurig hebt gevolgd, kan je de flesjes op een donkere koele plaats voor eeuwig bewaren. Bij ons lagen de flesjes tussen de wijn. Dat alles is slechts de basis. Wanneer je beslist om eindelijk nog eens lekkere metten te maken, duik je de kelder in om een klein flesje gerijpt sap uit te zoeken. Open het flesje bessensap, giet het in een pot en breng aan de kook. Voeg de rozijnen toe, zodat deze wat kunnen wellen. Breng terug even aan de kook, eventueel afsmaken met een beetje suiker en binden met pijlwortelpoeder. Maïzena kan natuurlijk ook. Gebruik niet teveel suiker, de saus moet een typisch zurig smaakje behouden.
Wat nu volgt is niet voor minderjarige levensgenieters. Je kan hier nu een klein scheutje jonge jenever aan toevoegen, maar vertel dat niet verder, want dat is een geheim. Je hebt nu een heerlijke pot lekkere metten gemaakt. Proficiat! Ze zijn heerlijk bij gekookte ossentong, maar ze kunnen ook de kriekjes vervangen bij de frikadellenbolletjes. Hier geef je ne stevigen boterham bij, zodat je de saus goed kunt opnemen. Je mag het niet bij veel gerechten, maar het bord uitlikken is hier eventueel wel toegestaan
Wanneer je deze werkwijze nogal omslachtig vindt, bestaat er een verkorte, zeg maar moderne versie. Geen ambachtelijk gedoe, gewoon een bereiding die lijkt op de bereiding van veenbessen.
Rode bessen (een 340 g ) koken in 250 ml water en een 100 g suiker (S2). Inkoken tot de bessen barsten en de saus goed begint te binden. Rozijnen toevoegen en nog even laten koken. Klaar, maar niet zo lekker als de vorige methode Nog sneller? Neem een pot aalbessengelei, warm op en doe er rozijntjes bij. En een groot glas jenever. Inderdaad, in plaats van bessensap kan je ook wijn gebruiken! Ook lekker, maar dan zijn het geen lekkere metten meer. Doe er dan ook geen jenever bij. Schol.
Tot zover Herman Dirkx. Lees hier meer, het is een PDF document.
Toen ik nog een heel klein manneke was heb ik nog weten maken. Mijn nonkel (oom) deed het.
Hij had een tuin vol aalbessen en als ze rijp waren werden deze geperst en het sap werd gegist in een klein wijnvaatje. Dat gistingsproces duurde enkele dagen en uit het spongat van het vat kwam dan een roze rode blubber omhoog. Deze liep gewoon weg en na enkele dagen was het bezekessap klaar.
Letterlijk, helder en gereed....
Dat sap werd dan in flessen gegoten en bewaard in de kelder.
Verder heb ik daar niets meer van gehoord. Wel weet ik dat er af en toe eens een fles ontplofte....
Wijn maken is ook een kunst en nonkel wou misschien rode bezekes champagne maken?!
Als het over oude gerechten gaat, ook even naar mijn moeder gebeld en zij wist te vertellen dat het sap vooral gebruikt werd om, aangelengd met water, te drinken tijdens de zomermaanden.
Ook in rode kool werd het gebruikt. De kool kreeg daardoor een prachtige rode kleur. Kan ik mij best voorstellen.
Misschien nog iets over de gehaktballetjes zelf.
Er werd daarvoor gehakt gebruikt half kalf, half varken. Enkele eitjes daarin en wit broodkruim. Dat broodkruim werd gemaakt van een twee dagen oud witbrood dat dan in een handdoek (theedoek) fijn gewreven werd. De balletjes werden bij ons eerst gekookt en in de kelder bewaard tot s anderdaags. Dan pas werden ze gebakken.....en opgediend met krieken !
Ik heb zelf nooit die lekkere metten gegeten.
Indien er lezers zijn die het gerecht nog kennen, zet eens iets in het gastenboek, alstublieft....
Er hoeft echt geen bewegend plaatje of filmje bij....liefst niet zelfs !
Om één of andere reden blijkt het konijnenseizoen te zijn. Op vele culinaire fora worden recepten voor konijn uitgewisseld, wordt er gediscussieerd over wat nu het lekkerste stukje is en of de kop mee opgegeten wordt of niet...
Ik heb nog een recept voor konijn waarmee ik ooit een prijs gewonnen heb. Een boekje over konijn... : hoe konijn bereiden op vijfentwintig manieren. Wie het wil hebben mag het komen halen. Dat boekje, niet het konijn!
Het is wel een bewerkelijk recept en is niet geschikt voor kookklunzen maar het resultaat is verbluffend alhoewel dat ook weer wat overdreven is. Het grote voordeel van het recept is dat je zelfs de meest argwanende peuter zijn eigen Flappie kunt voorschotelen zonder dat hij het zal merken....!!!
Men neme dus één flappie.
Snijd de rug er mooi uit, zoals bij een hazenrug. De bouten moeten ontbeend en ontdaan worden van alle pezen. Stop de stukken vlees van de bouten in de diepvriezer. Nu komt het moeilijkste. De rug moet ontbeend worden en dat is niet gemakkelijk. Zelf luk ik er nog regelmatig in om daar waar het vlees vastzit aan de kam van de ruggengraat om daar gaten in te maken maar eigenlijk is het ook niet zo erg. Ik heb al verscheidene keren gevraagd aan slagers om het te doen en zij bakken er ook niet veel van. Het resultaat moet zijn dat men een vierkante lap vlees bekomt waar in het midden dus de twee filets of rugstukken vast zitten. Hak nu het halfbevroren vlees van de bouten fijn in een keukenmachine. Voeg peper en zout toe en laat draaien tot een mooi homogene vaste massa bekomen wordt. Laat niet te lang lopen want het vlees verhit dan, met slecht resultaat als gevolg. Weeg vooraf het vlees van de bouten. Weeg nadien de helft van dit gewicht aan room af. Als laatste gaat de room bij het fijngemalen konijnenvlees. Goed mengen. Ook weer niet lang.
Ondertussen hebben we klaar gezet : -De lever van het konijn, in kleine blokjes gesneden en gebakken. Niet te hard gebakken. -Kleine blokjes vet rugspek van het varken, niet van het konijn. Even geblancheerd. -Gepelde groene pistachenoten. ( Zelfs gewone zoute pistaches doen het wel.) Meng de drie garnituurtjes door de vleesmassa. Proef of de smaak in orde is. Het moet nu reeds goed smaken. ( En het is niet vies..) Leg de vulling nu op de uitgebeende rug en maak er een mooie rol van. Verpak deze in een stuk stevige, ingeboterde aluminiumfolie en stop de rol voor vijftig minuten in een oven van 150°C. Iets warmer mag ook. In een huishoudelijke oven mag 180°C.
Na de baktijd de rol even laten rusten vooraleer aan te snijden.
Het nadeel is dat men geen saus bekomt.
Maar daar hebben we het volgende op gevonden. Neem de resten van piet konijn, de beentjes van de borst, de ruggengraat, de kop voor Elke, enz... De schouders stop ik in de diepvriezer tot er genoeg zijn om er een potje gewoon gestoofd konijn van te maken. Bak deze beenderen aan in een braadpan met een wortel een uitje een teentje look enz;.Giet er een fles witte wijn over uit, wat bouillon, een kruidenbosje en laat de saus nu maar sudderen zo lang het kan, een uurtje minimum... Werk af naar eigen smaak....lichtjes binden moet uiteraard.
Nu de konijnenrol in mooie plakken snijden, wat saus erbij en wat geglaceerde groenten. Een kroketje mag ook.
Vertel aan je peuter dat er gevulde kalkoen op zijn bord ligt. Als hij later ontdekt dat zijn flappie verdwenen is... Ja, dan beginnen de problemen!
Hij was traiteur en was een feestje gaan afspreken bij de klanten thuis.
Terug thuis, in de keuken, vroeg hij mij of ik coq au vin kende.
Affirmatief...
Gelukkig maar want de klanten hadden coq au vin besteld, hij kende het niet maar hoopte dat ik het wel zou oplossen.
Later, toen het banketje doorging kwam hij eens kijken en proeven van die cocovin want zo stond het in zijn groot noteerboek opgeschreven.
Hij vond het maar niets, Veel te zuur. Hij zou het even verbeteren en heeft er dan wat appelmoes bijgevoegd.....
Coq au vin is een zeer oud gerecht. Het is verbonden met de Bourgondische keuken. Daar noemt men het coq au chambertin. Ik raad jullie niet aan om chambertin te gebruiken bij de bereiding. Reserveer die maar voor andere genoegens....
In het Nederlands spreken we over haantje in rode wijn.
Normaal wordt er rode wijn gebruikt maar er wordt ook kip met andere wijnsoorten gemaakt.
Gele wijn uit de Jura bijvoorbeeld, met morieljes...
Maar dat is geen coq au vin.
Voor het echte ding heeft men een haan nodig, een stevige haan, die al enige tijd op het erf heeft rond gelopen en als eens een kippetje gepakt heeft.
Buiten enkele begenadigden die hun eigen kippen nog kweken zal daar moeilijk aan te geraken zijn.
Gebruik anders een stevige poularde, dat is een kip van meer dan 1,800 kg. Of een kapoen als die ergens te verkrijgen is...
Of zo een dure kip met een label.
Laat de poelier de kip in stukken verdelen, maar ik zie dat in de supermarkt nog niet gebeuren...
Dus dan is er maar één oplossing, het zelf doen.
Snijd de twee bouten los en verdeel die in twee stukken juist tussen het gewricht.
Verdeel het borststuk in een drietal mooie stukken en zorg er voor dat de kip niet verhakkeld wordt. In de oude keuken werd zelfs de rug in stukken verdeeld en de nek werd ook gebruikt. Om later te peuzelen. Want le coq et le pain se mangent à la main
Tegenwoordig wordt dit toch niet meer als echt goede manieren aanzien.
Maar die kleine stukken geven wel smaak aan de saus.
Sommige recepten schrijven voor om de stukken kip nu te marineren in rode wijn. Niet doen!
De saus krijgt daardoor allemaal witte tikjes afkomstig van de eiwitten die in de rode wijn opgelost zijn.
De bereiding is eenvoudig. De stukken kip kruiden en door bloem wentelen. De meeste bloem er ook weer af schudden.
Deze stukken kip bakken in boter tot ze mooi bruin zijn.
Laat de pan nog even op het vuur staan maar doe de stukken kip over in een mooie pot die later op tafel kan gezet worden.
Overgiet met de rode wijn, voeg een stevige scheut cognac toe en een kruidenbosje. Dat is een busseltje met wat tijm, laurier en enkele peterseliestengels met een touwtje samengebonden.
Flamberen is niet nodig tenzij om je huisgenoten te imponeren en let op voor de dampkap of de gordijnen... Opgebrande cognac voegt niet veel extra waarde toe!
Nog wat peper en zout en laat de kip nu maar stoven. Zo lang mogelijk.
Als rode wijn kan best één of andere stevige rode wijn gebruikt worden, niet te goedkoop want dat levert ook een goedkope saus op maar een fortuin hoeft hij ook niet te kosten.
Sommigen doen er ook bruine fond bij. Klassiek is dit niet. Maar wel goedkoper. Dan moet je wel bruine fond hebben. Enkele gehakte teentjes look mogen er ook bij...maar het hoeft niet.
Een echte haan zal wel eventjes moet sudderen vooraleer hij gaar is maar een supermarktkip heeft een drie kwartiertjes nodig.
Maak ondertussen de garnituren klaar.
Gezouten spek, champignons en zilveruitjes.
Dit garnituur is ook een klassieker, het wordt ook wel een garniture grand mère genoemd. Niet grand merde zoals een Hollandse chef het eens zegde...
Het spek in blokjes of lardons snijden. Dit zijn reepjes zonder zwoerd of kraakbeen.
Bak de spekjes in de pan die nog steeds binnen handbereik staat.
Bak daarna de champignons. Snijd ze eerst in mooie hapklare brokjes.
De zilveruitjes moeten gepeld worden. Stop ze daarom enkele minuten in een kommetje met heet water. De pel wordt daardoor soepel en kan nu gemakkelijk verwijderd worden. Zorg er ook voor om het worteltje er niet volledig af te snijden, de uitjes vallen dan in ringen uit mekaar.
Geef de uitjes ook een kleurtje.
Het spek mag vanaf het begin bij de bereiding. Voeg de zilveruitjes en champignons pas op het einde toe, laat ze een kwartiertje meestoven. Anders komen er rubberachtige champignonballetjes te voorschijn en kapot gestoofde uitjes.
Normaal zou de saus voldoende moeten gebonden zijn door de bloem die aan de kip hangt maar als ze niet voldoende dik is kan ze bijgebonden worden met één of ander. Liefst geen roux want daardoor ontstaat een troebele saus.
Neem wat aangelengd aardappelmeel of beter nog, haal de stukken kip en garnituur uit de pot en laat de saus inkoken op een hoog vuur.
Proef ook even of de kruiding in orde is. Peper en zout is voldoende, er moet niets anders bij.
( Zeker geen appelmoes.)
In de zeer oude keuken werd er ook nog het bloed van de haan, gemengd met wat cognac aan de saus toevoegen. Nu zie ik dat niet meer gebeuren, waar zou je te ten andere dat bloed ook halen ???
Maar voor de avontuurlijken : ...pas op bloed stolt zeer snel !
Er wordt beweerd dat het gerecht zou ontstaan zijn door de hanengevechten die nu verboden zijn. De gesneuvelde hanen werden zo nog nuttig gebruikt.
Het gerecht kan perfect de dag voordien klaar gemaakt worden en daarna terug opgewarmd. Meestal geeft dit een nog beter resultaat.
Wat serveert men hierbij : een gewoon gekookt aardappeltje of zoals de Fransen het doen met deegwaren.
Er kon vroeger,ik spreek nu over de jaren zestig, geen feest voorbijgaan of er zal wel Sole Normande bij geweest zijn. Of het nu een huwelijksfeest, verloving, plechtige communie of welk feest dan ook was, Sole Normande was een verplicht nummer.
Zo werd het ook op het menu geschreven, later werd men wat progressiever en dan durfde iemand ook al eens over Normandische tongen spreken.
Maar ook dat is niet juist, het moet Tong op Normandische wijze, zijn.
Normandië was destijds, en nu ook nog wel, het land van melk en honing wou ik al schrijven maar het is melk en room...
Alle gerechten waarin veel room of calvados of kaas in verwerkt worden, worden in de klassieke keuken, à la Normande, genoemd.
Het gerecht komt in oorsprong uit de klassieke Parijse restaurants van einde negentiende eeuw.
Het was de tijd van pracht en praal en chic. Het gerecht zelf wordt aan niemand speciaal toegeschreven, het is ergens in Parijs ontstaan en het was chic...
Wat we er in de jaren zestig van de volgende eeuw er van maakten was wel een pover afgietsel van het oorspronkelijke gerecht.
Als het in Parijs regent, druppelt het in Brussel.
Niet dat het niet lekker was, integendeel...
Indien niet, zou het ook niet zoveel verkocht worden.
Uiteindelijk waren het tongen, veelal tongfilets, in witte wijnsaus met garnalen, champignons en stukjes paling.
Uiteraard moesten er gespoten aardappelen bij. Hertoginnenaardappelen om juist te zijn .
Massa heb ik er van klaar gemaakt. Van de graten van de tongen een afkooksel maken, daarmee de saus bereiden, paling stoven, champignons uit bokalen er bij en enkele handen vol garnalen en weg met de geit...
Als het een chic feest was deden we er ook nog halve maantjes in bladerdeeg bij die op de patatjes geprikt werden.
Elke streek in Vlaanderen had zo ook wel zijn eigen recept.
Ik heb er even de Repertoire de la cuisine bijgehaald, nog steeds de bijbel van de klassieke koks.
Daarin staat te lezen : Sole Normande - gepocheerde tong of tongfilets met garniture normande.
Dan kijken we bij bij garniture normande :
Mosselen en oesters van de baard ontdaan (!) , gecanneleerde champignonkoppen, rivierkreeftenstaartjes en goujons van tong of bij gebrek: éperlans. Het gerecht afwerken met een N gesneden uit broodkruim en schijfjes truffel !!!
Een beetje uitleg zal hier wel bij nodig zijn denk ik...
Die mosselen en oesters van de baard ontdaan wordt op dit moment bijna door niemand meer begrepen, vrees ik toch !.... Dit wil zeggen dat het taaie randje van de gekookte oester of mossel er af moet ! Het is een luxe gerecht... geen rubber in de mond van de sjieke madammen en meneren...
Meestal denkt men nu dat het over de baard van de mossel gaat, de bysusdraden. Maar een oester heeft dat niet en ook daar spreekt men over ontbaarde oesters !
Gecanneleerde champignonkoppen zijn dus de hoedjes, de kopjes die spiraalvormig ingesneden worden, een handigheidje dat ik spijtig genoeg zelf nooit onder de knie gekregen heb. Zeer decoratief en mooi maar veel werk natuurlijk.
Hier eventjes een fotootje bij Chef Simon gepikt :
Rivierkreeftenstaartjes, dat is duidelijk, die zijn tegenwoordig zelfs in de Aldi te koop: ingevoerd uit China... ( De Procamberus Clarkïi een waardeloze rivierkreeft. De echte Europese rivierkreeft is beschermd en mag niet meer gevist worden)
Dan de goujons of goujonettes van tong....
Dit zijn lange reepjes tongfilet die gepaneerd en gefruit worden. Ze worden gerold tot ze rolrond van vorm zijn.... Bij gebrek er aan, des éperlans....? Spiering, kleine zeevisjes die nu af en toe wel eens, tijdens de zomermaanden aangevoerd worden. Op te eten met kop, oren en poten en alles er nog aan. Vreselijk lekker. Echt...
Die N uit broodkruim duid dus op Normande.
Af en toe maak ik deze bereiding nog wel eens, in de luxe versie, en zeg dan aan mijn leerlingen dat het de N van Nicolay is.... Ze leven nog allemaal !
De gebruikte saus is gewoon een witte wijnsaus...
Hoe die gemaakt wordt zeg ik niet. De hoeveelheden room en boter die daarvoor gebruikt worden zijn niet geschikt voor publicatie....
Ikzelf doe er nog een gegratineerde oester bij. Zo zijn die patatjes er ook echt nodig om de schelpen mooi horizontaal te houden.
De N wordt als blazoen boven op een torentje pommes dûchesse gestoken!
Nu zien we het gerecht evolueren naar de volgende eeuw....
Geen mosselen of oesters. Oesters waren destijds zeer duur, nu nog trouwens maar vooral, ze zijn er niet altijd! Mosselen hetzelfde. Niet duur, toen toch, maar niet altijd voorradig .
De spieringen of goujons heeft men vervangen door paling, dat is ook lang en dun...
Rivierkreeften, daar had men hier nog nooit van gehoord, dus garnalen in de plaats en uiteraard moeten daar toch aardappelen bij. t Is toch feest !
Het gerecht zelf is verdwenen van onze menukaarten, toch in zijn oorspronkelijk versie, vermoedelijk omdat de bereiding veel te bewerkelijk is en het gerecht te veel ingrediënten vereist...
Nu moet men het stellen met tongreepjes op een bedje van weet ik wat met een fijn sausje van t een en t ander.....
Dat kan ook lekker zijn... Maar de vroegere buurvrouw, at toch zo graag Sol Armand.
Cassoulet is een topper uit de keuken van de Franse Sud-Ouest.
Er bestaan een drietal versies die allemaal hun originaliteit opeisen maar de meeste bekende is wel de cassoulet van Castelnaudary. Ook Toulouse en Carcassonne kennen een eigen versie van cassoulet.
Voor degenen die alleen maar cassoulet kennen uit de blikjes zoals die hier verkocht worden: de authentieke cassoulet is iets heel anders. Die rommel uit blik is alleen goed om aan de hond op te voeren en dan zou ik dat nog een vorm van dierenmishandeling durven noemen!
Toch wordt er vrij goede cassoulet in blik verkocht maar die wordt geproduceerd door kleine Franse firmaatjes en die komen hier in België (bijna) nooit op de markt.
Het woord cassoulet is afgeleid van cassole een aardewerken kom gemaakt van terre d Issel. Het dorpje Issel ligt in de buurt van Castelnaudary. Daarom ook eist Castelnaudary het authentieke recept op voor cassoulet.
Kort omschreven kan men stellen dat een cassoulet een gerecht is van bonen en vlees.
Het verschil tussen de drie variëteiten is de volgende, maar die regels worden zeker nooit streng gevolgd.
In Castelnaudary gebruiken de koks en huismoeders vooral varkenvlees en het zwoerd van spek bij de bereiding. Ook een lookworst die later in stukken gesneden wordt.
In Toulouse voegt men lamsvlees bij de bonen, plus eendenconfit en Toulouser worst.
In Carcassone gebruikt men geen confit van eend maar een patrijs en meer lamsvlees.
Ik gebruik spek, worst en gekonfijte eendenboutjes of schouders. Ook zwoerd maar dat is hier moeilijk te vinden. Zo ben ik bijna verplicht om die uit Frankrijk mee te brengen. Daar maakt men rolletjes van zwoerd die zeer traagjes in vet gaar gemaakt worden. Voor degenen die nu reeds hun neus optrekken, dat is zeeeer lekker! Dit zwoerd kan evengoed weggelaten worden. Cassoulet kent geen echt afgebakend recept.
Vooreerst moeten we bonen hebben.
De Fransen hebben verschillende variëteiten van bonen waar we hier niet eens benul van hebben. De betere soort zijn de mojettes of mangettes, de haricot de Tarbes en meestal spreekt men over haricots lingots. Ook de coco blanc is bruikbaar maar bij ons zullen we het moeten doen met het ,meestal, enige merk dat de supermarkt in voorraad heeft.
De Italiaanse of Turkse winkels hebben dikwijls een groter aanbod.
Eerst en vooral de bonen te week zetten in zacht water. Goed overgieten met water en plaats ze in de koelkast. Na een uur of zo wat mag het eerste weekwater weggegoten worden.
Dit verwijdert een gedeelte van de stoffen die er voor zorgen dat we later onplezierige gasophoping in de darmen zullen krijgen.
De weektijd moet niet meer dan zes tot acht uur bedragen. Giet dit weekwater nadien ook maar weg.
Nu de bonen nog eens wassen en alles wat geen kwaliteitsboon is verwijderen.
Zet ze nu op in een grote ketel met koud water. Het eerste kookwater mag weer de gootsteen in. Kwestie van die gasvorming achteraf.....
Zet ze opnieuw op met vers water. Als ze koken na enkele minuten het schuim er af halen en voeg nu een wortel en een ui toe. Enkele laurierblaadjes stop ik er ook bij.Vergeet ook niet om er enkele lookteentjes in te stoppen.
Geen zout !!! Dat zorgt er voor dat het vlies rond de boon hard wordt.
Daarom ook moet er gezorgd worden voor zacht water. Spa reine bijvoorbeeld. Spa blauw voor de Nederlanders...Of regenwater voor wie dat heeft.
Eens dat de bonen koken mogen ze op zo zacht mogelijk vuur verder gaar worden. Dit zachtjes koken is zeer belangrijk. Als de bonen borrelend koken zullen ze uiteenvallen. Niet roeren want ook dat zou de bonen beschadigen. De kooktijd hangt af van de kwaliteit van de bonen en dat is onvoorspelbaar. De bonen moeten ook niet helemaal gaar worden. Af en toe eens eentje proeven is dus de oplossing. Meestal zal een klein uurtje wel volstaan....
Deze bonen mogen zelfs de dag voordien gekookt worden. Zo zal het velletje rondom de boon ook goed zacht worden.
Het spek, liefst een stuk dat gezouten is, wordt apart gaar gekookt in water met wat kruiding.
De worst wordt een kleurtje gegeven, ze moet niet gaar zijn. Ook stukken varkenvlees kunnen toegevoegd worden. Laat dat vlees dan wat vooraf gaar worden samen met het spek.
De gekonfijte eend komt meestal uit blik, dus maak dat blik open.
Neem nu een grote, een zeer grote aardewerken schotel, want cassoulet wordt gemaakt voor vele eters, en leg een laag gekookte bonen op de bodem.
Schik daarop het gekookte spek, in schijfjes gesneden, de stukken worst, het zwoerd als dat er is en de stukken confit. Laat daar maar lekker wat eendenvet aan zitten.
De wortel en de ui die bij de bonen zaten mag in stukjes gesneden worden en kan ook in de cassoulet.
Maak nu een sopje door het kookvocht van de bonen en het vlees even op te koken en op smaak te brengen met peper en zout. Let op, de bonen waren gekookt zonder zout maar het spek geeft zout af, dus eerst proeven...Veel peper mag en moet volgens de insiders.
Soms doet men ook wat tomaten, verse of onder de vorm van puree bij de cassoulet, dat is een kwestie van smaak. Voeg dit toe aan het vocht dat we nu aan het brouwen zijn.
Leg nu nog een laag bonen boven op het vlees. Meestal lees je nu ; en zo verder tot alles opgebruikt is maar praktisch kunnen we al zeer tevreden zijn met twee, drie, laagjes. Steeds bonen bovenaan.
Voila, overgiet nu de bonen: de cassoulet in wording, ruim met het sopje en plaats de schotel in de oven.
In sommige recepten lees je dat de schotel daar tot enkele uren mag in blijven. Als er te veel vocht uit de schotel verdampt moet vocht bijgevoegd worden. Je zou er verstomd van staan hoeveel vocht zo een gerecht opneemt !
Dus als alle kookvocht van de bonen en vlees niet opgebruikt geraakt, laten staan, later komt dat nog wel van pas.
Een andere traditie wil dat de cassoulet bestrooid word met een handvolletje paneermeel tijdens zijn verblijf in de oven. Dit vormt dan een mooi korstje. Deze korst moet tot drie maal toe gebroken worden. Sommigen beweren zelfs tot zeven keer maar dat lijkt mij van het goede een ietsje te veel. Zo ontstaat een mooie binding van het vocht in de cassoulet.
De laatste keer mag er een mooie korst gevormd worden.
Vroeger werd de cassoulet traditioneel gemaakt op zondag. De bakkers bakten toen het brood nog drie keer per dag, te weten, s morgens, s middags en s avonds.
Na de ochtendbak werd de schotel met de cassoulet dan naar de bakkersoven gedragen waar hij verder gaar werd. Het kon ook in de namiddag zijn natuurlijk. De oudste dochter bleef de schotel bewaken en voegde vocht toe indien nodig of mocht de korst breken.
Deze manier van werken heb ik nog weten gebeuren in Algerije, ooit door de Fransen bezet geweest, waar de kinderen s namiddags hun zelf gemaakte koekjesdeeg naar de bakker droegen om ze daar af te bakken in de broodoven die toen aan het afkoelen was. Ze betaalden daar een zeer kleine vergoeding van enkele centen voor.
Nu rest er ons nog om de cassoulet te verorberen, zware kost hoor maar oh, zo lekker.
Een flesje of kruik rode wijn uit de Aude of Cahors daarbij.... Daarna een uiltje knappen, dat is dan echt wel nodig ...
Lang geleden, begin de jaren zeventig heb ik ooit eens honderd twintig kilometer omgereden om eindelijk eens de echte cassoulet van en in Castelnaudary te gaan proeven.
Nog nooit zo slecht gegeten.... Zoiets kan gebeuren natuurlijk!
De bonensalade die we als voorgerecht kregen kan ik mij nog levendig herinneren.
Veel later, op weg naar een bestemming in Spanje, rijd ik s middags weer door het stadje. Overal borden zoals : Ici cassoulet naast reclames voor merguez en pizza enz....
Ik was toen (gelukkig) alleen, maar vond toch dat ik nog maar eens een poging moest doen om een cassoulet te gaan eten.
Zoals ik reeds schreef, ik was gelukkig alleen want de ganse namiddag in de wagen zat ik goed afgeveerd, als het ware op een luchtkussen....
Zoals hierboven beschreven behoef je, je niet al te veel zorgen te maken over die winderigheid. Vooral moeten de bonen zeer gaar zijn en het weekwater en eerste kookvocht weggieten zal reeds veel oplossen.
Mocht er nadien toch nog geluid vrijkomen,weet dan dat je een heerlijk gerecht gegeten hebt....alhoewel niet iedereen hiermee akkoord zal gaan....
Om nog even verder te gaan over Sint jakobsschelpen, tijdens de eindejaarsperiode heb ik het recept nog eens overgedaan maar dit keer met verse Sint jakobsschelpen.
De smaak van de commerciële schelpen die ik in België gekocht had viel wat tegen. Ze smaakten bitter en prikten op de tong....
Het Sint jakobsschelpenseizoen begint reeds in september en duurt nog tot een eind in het voorjaar.
Zelfs de prijs viel zeer goed mee, ongeveer acht euro per kilogram, met de schelp inbegrepen uiteraard.
In één kilo gaan er ongeveer zes stuks van middelmatige grootte.
Vermits het toch maar voor drie personen klaar te maken was en ik op de koop toe een assistent had heb ik er ook een klein filmpje kunnen van maken.
De schelpen had ik in de voormiddag gekocht op de markt in Ribérac waar juist de show van de omelette aux truffes bezig was. Zie hier...
Ze daarna tot s avonds in de koelkast bewaard. Dit verdooft de beestjes een beetje door de koude en ze reageren dan niet meer zo heftig bij het openen. Ze kunnen hun klep letterlijk hermetisch gesloten houden !!! Zelfs zo sterk dat er met geen mes meer tussen te wrikken valt.
Oude koks durfden de schelpen daarom wel eens op de warme plaat van het fornuis te leggen.
Daarna gaven de beestjes zich gewonnen en openden hun schelp.
Om ze te openen heb ik gewoon de punt van een oestermes tussen de schelpen gestopt en even gewrikt tot de schelpen zo een centimeter ongeveer van mekaar kwamen. De duim of vinger er nu tussen stoppen zodat ze zich niet opnieuw kunnen sluiten.
In alle beschrijvingen staat er, om nu de platte schelp eerst weg te snijden. Goed daar is niet tegen. Ikzelf heb eerst, gewoon met de vingers, het vruchtvlees losgemaakt van de bolle schelp en niet gesneden zoals ook wel een verteld wordt. Men verliest dan onvermijdelijk stukjes kostbaar, in de twee betekenissen, vruchtvlees. Met deze methode komt het nootje zeer mooi los zonder één gram verlies.
Duidelijk te zien op de foto.
Rondom die noot, wat uiteindelijk de sluitspier is, zit de mantel. Dit wordt niet gebruikt.
Hoewel: het kan gebruikt worden in visfumets of in soepjes. Ook voor visterrines. Heel smakelijk ziet het er niet uit, maar dat is subjectief en mals is ook helemaal anders. Ook zit er veel zand in.
Op de foto duidelijk te zien, links de nootjes, rechts de mantels, de afval.
Aan de noot zelf zit een klein zwart darmpje. Dat moet verwijderd worden want het zit vol met zand.
Het koraal mag er aan blijven. Toch zijn er mensen die dit stukje niet appetijtelijk vinden.
t Ziet er zo vies uit !!! ( gastronomische armoede....)
Dat koraal of corail zoals men in t Frans zegt is de voortplantingsapparatuur van de Sint jakobsschelp. Hier kan men duidelijk zien dat de Sint jakobsschelp een hermafrodiet is. Kan zichzelf voortplanten, in theorie. Geen gedoe!
Het roze gedeelte is het vrouwelijke deel en het witte is het mannelijke....
De nootjes nu nog even goed wassen en ze zijn klaar voor gebruik.
De fotos van de verdere bereiding staan er ook bij maar zie daarvoor het recept.
De aardappel vitelotte noire of truffelaardappel is een aardappelras van onbekende oorsprong.
In Frankrijk wordt deze aardappel ook wel négresse genoemd, negerin dus...
Hij ziet er vrij bizar uit, bijna zwart, met diepe paarse tinten, zoals bij de aubergine. Zowel de binnenkant als de buitenkant zijn paars. Ze kunnen dooraderd zijn met witte strepen.
Al in de negentiende eeuw stond deze aardappel in de catalogi vermeld. Deze aardappel raakte later in de vergetelheid omdat er nieuwere rassen werden ontwikkeld, die een hogere opbrengst per hectare gaven. De laatste jaren is er echter een hernieuwde interesse in "vergeten groenten", waaronder ook deze vitelotte. Deze aardappel is hierdoor weer makkelijker verkrijgbaar geworden.
Het zijn de koks van de nouvelle cuisine, die de aardappel opnieuw uit de vergeethoek gehaald hebben, het ras was bijna verdwenen.
De eerste keer dat ik die aardappel ontdekte is toch reeds enkele jaren geleden. De prijs was toen niet om mee te lachen : meer dan 100 Belgische frankskes per kilo! Alstublieft !
Voor diegenen die niet weten hoeveel dat nu is: meer dan 2,5 euro...
Ook nu zijn ze nog steeds veel duurder dan de gewone aardappelen. De opbrengst en de omzet is dan ook veel kleiner dan voor gewone aardappelen. In de kleinhandel heb ik ze nog niet gezien. Alleen de groothandelaars verkopen ze wel of kunnen ze bestellen.
Nu de smaak : eerlijk gezegd, voor mij valt die tegen. Het is een vrij melige aardappel vooral als hij gekookt wordt. De kleur verbleekt ook wel wat maar de aardappel blijft paars.
Sommigen bewerend dat hij nootachtig smaakt of naar kastanjes, dat laatste zeggen de Fransen dan weer.
Speciaal is ook dat het kookwater van de aardappelen groen kleurt, gifgroen...!
De beste resultaten haal je met deze aardappelen als ze verwerkt worden tot chips. De kleur wordt dan nog dieper paars. Ook frieten kunnen er van gemaakt worden maar de meesten vinden die frietjes er wel redelijk bizar uitzien.
Ook puree is een mogelijkheid, mooie paarse, lila, puree.... Bij een stukje wild of bij een speciaal gerecht. Klasse is dat !
Ook in aardappelsalade maar dan in een combinatie van twee soorten, vastkokende witte aardappelen en een deel vitelottes. Ook weer een mooie kleurencombinatie. Geen mayonaise gebruiken in de salade, dat verknoeit het paars van de aardappel.
Een goede vinaigrette voldoet uitstekend !
Een cursist heeft ooit een visschotel gemaakt met daarbij drie aardappeltjes: een witte, een paarse en een gele.... t Is maar een idee.
Wil je nog enkele pluimen extra op je koksmuts steken ?
Nu met Nieuwjaar, misschien? Zoek dan als de weerlicht naar vitelottes....
Zuinig als wij, ik toch, opgevoed zijn had ik van de eerste ( dure ) paarse aardappelen wat kleintjes overgehouden en deze bij de verwarming gezet zodat ze rond Pasen begonnen te kiemen.
De patatjes aan Michel onze Franse buurman gegeven, zodat hij ze kon planten.
In september hoopten wij dan manden vol, goedkope, truffelaardappelen te vinden....
Bij onze aankomst in september: geen vitelottes!
Michel beweert dat hij er frieten van gemaakt heeft en dat ze lekker waren...
Ik geloof er niets van, wat er werkelijk van de aardappeltjes geworden is : wie weet dat ...
De blogwinkel sluit even tot na Nieuwjaar.... Tot dan.....
Aan alle lezer van dit blog : prettige eindejaarsfeesten en een voorspoedig nieuw jaar, 2007 !
Op het forum van Knack vraagt iemand het recept voor : Orange à la Turque.
De moderator van het forum, Karin om juist te zijn, antwoordt daar dat ze niet weet..!
Mijn eerste idee was: maar mens toch dat staat toch in de Repertoire de la cuisine *. Vroeger weer niet goed opgelet ?!
Even gaan zoeken in de répertoire en wat staat daar: niets, nada, rien du tout over Orange à la Turque.
Nochtans vroeger in de hotelschool kregen wij dat af en toe als dessert. Ik vond het niet echt denderend maar het bestaat of het bestond....
Toevallig vroeg mijn broer daar enkele dagen of weken geleden daar ook al eens naar....
Kijk in de répertoire, joh....!
Dan maar alle registers open getrokken, ik bedoel mijn kasten met boeken, de oudste eerst, en wat dacht je : niets !!!
TTZ , dit wil zeggen: t is te zeggen; Bocuse maakt een salade doranges à lorange. Het recept gelijkt op hetgeen wij vroeger deden. Hij voegt onder andere grenadine toe aan de sinaasappelen. Maar; hij snijd de sinaasappelen in partjes. Het gerecht dat ik mij herinner was gemaakt met hele appelsienen.
De Larousse gastronomique kent een recept voor Oranges au sirop. Tussen haakjes erbij : (cuisine Turque). En het gelijkt ook weer op wat we vroegere kregen in de school.
Op het internet grondig gaan zoeken en jawel ; heel petietepeuterig komt er een recept te voorschijn van Orange à la Turque. Een restaurant in Brussel zou het op zijn kaart staan hebben.
Uiteraard in het Frans, het komt van RTL, ik zal het seffens wel vertalen.
Dus nu tata tata: hier volgt het recept.
Neem sinaasappelen, en schil ze à vif, dwz, dit wil zeggen ; dit wil zeggen : schil ze tot alles wat schil is verdwenen is. Dus tot op het vruchtvlees. Tot op het bot !
Meestal is men dan zeer verwonderd wat er maar overblijft van die reuze grote sinaasappel.
Haal eerst wel van één sinaasappel de gele schil af met een dunschiller. Normaal moet je die sinaasappels eerst grondig wassen met heet water omdat er een coating opzit die de vrucht beschermt tegen bederf en ze tegelijk doet glanzen. Het spul zou giftig zijn! Toch nog nooit gehoord van iemand die doodviel van een ongewassen sinaasappel te gebruiken.
Snij deze schilletjes met een scherp mes in julienne, heel fijne julienne !
( De meesten lukken er meestal in om zo iets te snijden dat op telefoonpalen gelijkt. )
Maak een suikersiroop van een deel water en een deel suiker. Laat koken en pocheer de sinaasappelen daar in gedurende een tiental minuutjes.
Voeg het uitgelopen sap van de oranjeappels er natuurlijk ook bij.
In de Larousse schrijft men voor om de suiker eerst te laten karameliseren. In school en ook bij Paul Bocuse gebruikt men grenadine om de siroop te kleuren.
De julienne van de schilletjes mag ook enkele minuten meekoken. Persoonlijk zou ik ze eventjes blancheren.
Volgens het recept op het RTL forum en ook in school, prikten we een kruidnagel in elke sinaasappel.
De sinaasappelen worden gekoeld en dan geserveerd in een schaaltje met wat van de oranjekleurige siroop er bij. Een beetje van de zeste er bovenop...
Tegenwoordig geeft men daar waarschijnlijk een bolletje vanille-ijs bij. Trouwens nu geeft men overal een bolletje vanille-ijs bij, dus doe maar...
Als je bovenstaande tekst nu leest: wat een uitleg voor een dessert dat praktisch onbekend is en dat voor mijn part eigenlijk het citeren niet waard is !
Maar t was weer de nostalgie die toesloeg....
De smaak is volgens mijn smaak niet schitterend, zoals alle sinaasappelen die een kookproces ondergaan hebben smaken ze dan bitter. Des te langer dat ze staan , des te bitterder ze worden.
Dus ik zou zeggen, iemand die dit eens wil maken, onmiddellijk na afkoeling serveren.
Failliet ga je er niet aan!
Het Brussels recept voegt er ook nog sinaasappellikeur aan toe.
Maar bij de Turken mag dat niet. Allah heeft dat verboden !!!
Raki, anijsalcohol, drinken mag wel. Giet er wat water bij. Als Allah dan naar beneden kijkt denkt hij dat ze melk drinken....
* De Répertoire de la cuisine is een boekwerkje dat elke kok die zich een beetje respecteert steeds ter beschikking heeft.
Het is uitgegeven in 1914 en houdt nog steeds stand als universele jury in geval van betwistingen. Elk klassiek recept staat in deze répertoire....
Ik heb er drie en ben er reeds zeven kwijtgespeeld, steeds uitgeleend en nooit meer .....vul maar in.
Dus paling à la napolitaine zal dus ook wel paling in tomatensaus zijn vermoed ik....
Maar....
Behalve enkele traiteurs en restaurants, te vinden op het internet, die het gerecht verkopen, is er nergens een recept te vinden van die fameuze paling....
Nochtans , mijn bibliotheek is redelijk uitgebreid!
Goed, in de veronderstelling dat paling in tomatensaus gelijk is aan paling napolitaine....
Toch even naar een vriend gebeld. Hij is eigenaar van een vrij gekend Italiaans restaurant en hem even om raad gevraagd.
Zelfde antwoord: paling in tomatensaus zeker...Maar, nog nooit van gehoord.
Dezelfde avond krijg ik toch nog een mailtje : ( vrij bijgewerkt...)
Gevonden in een oude Italiaanse kook-bijbel - (Le ricette regionali italiane) - het recept van "Anguilla in umido alla napoletana".
Het recept is in het Italiaans, maar het komt hier op neer :
Tomatenfondue maken in olijfolie met basilicum, de saus doorsteken.
Bladpeterselie en een uitje fijnhakken en aanstoven in olijfolie. Paling kruiden met peper en zout, bij de uien gooien (!) en even meestoven. Déglaceren met witte wijn en laten verdampen, daarna de tomatenpassata toevoegen en de paling laten gaar worden in de saus. Serveren met crostini of toast.
Dat uitroepteken na het woord, gooien, heb ik er bij gezet...
Hij spreekt ook graag over klutskens enz...
Dus voor deze paling ; een tomatenfondue bereiden naar eigen goeddunken.
De paling aanstoven met wat sjalot of look en bij de tomatenfondue gooien!
Desgewenst de braadsappen van de paling loskoken met een scheut ( een klutske) witte wijn.
Op smaak brengen met peper en zout.
Een tiental minuutjes sudderen zal wel goed zijn.
Het probleem zit hem hier: sommige restaurateurs nemen het niet zo nauw met de benamingen van gerechten. Anderen vinden dan weer dat een vrije mening moet mogelijk zijn. Dat men niet verplicht de klassieke normen moet volgen...enz...
Of het nu gaat over kip of over konijn of paling dat maakt allemaal niet veel uit.
Alleen, de paling zal veel sneller gaar zijn dan dat kieken. Afhankelijk van de dikte duurt het gaar maken een tiental tot hoogstens twaalf minuten.
Dus dit wil zeggen dat de saus reeds op voorhand goed moet doorkookt zijn.
Indien er paprikas bij de saus gedaan worden, wat mag maar niet moet, is een twintig minuten kooktijd voor de saus echt wel nodig.
Dus praktisch :
Maak eerst de Provençaalse saus door sjalotten en look aan te stoven in olijfolie.
Voeg indien gewenst reepjes (julienne) van groene of/en rode paprikas toe en fruit nog even verder. Blus met witte wijn. Breng aan de kook en voeg er nu rauwe of even aangebakken champignons aan toe....Laat de saus een tiental minuten koken en voeg nu de paling erbij, die we ondertussen voorbereid hebben.
Daarvoor : stoof de paling zoals ook hierboven beschreven gaar met wat gehakte sjalot, ui of look, deglaceer met witte wijn en zet de paling opzij tot je hem nodig hebt.
Kook het alles samen nog een tiental minuutjes verder....
Beide gerechten afmaken door ze royaal met gehakte peterselie te bestrooien.
Een lekker brood daarbij zal wel goed zijn zeker...