xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Kleuren van licht was de titel die dhr. Rob Schlebaum koos voor een lezing op 25 januari in De Rozengaard in Rijssen, waarvan ik hier een verslag laat volgen, maar eigenlijk was het onderwerp voor deze avond zijn Bijna-Dood-Ervaring.
Maar hoe moet je iets zeggen over iets, dat eigenlijk niet gezegd kan worden? Zon ervaring is niet in woorden na te vertellen. Jarenlang heeft hij er niet over kunnen praten. Later kreeg hij geluiden en beelden bij zijn herinneringen, die hij in muziek kon neerschrijven en in schilderijen kon uitbeelden. Omdat het moeilijk is om iets over zijn b.d.e. te vertellen, wilde hij eerst zijn levensgeschiedenis aan ons kwijt, waardoor wij het misschien beter zouden kunnen begrijpen.
Hij werd in 1954, in de naoorlogse tijd, waarin de woningnood groot was, in Amsterdam geboren. Met zn vieren: vader, moeder en twee kinderen, woonden zij jarenlang op één kamer. Hierdoor ontstonden grote onderhuidse spanningen, tussen de ouders, maar ook tussen de ouders en de kinderen en tussen de kinderen onderling.
Rob Schlebaum heeft daar veel onaangename herinneringen aan.
Hij was, en is misschien nog wel een beetje, er nogal op gespitst om alles wat pijn kon doen zich aan te trekken. Kerkelijk was het gezin Luthers en toen hij ongeveer 5 jaar was ging hij mee naar de Spuikerk in Amsterdam. Hij had meteen het gevoel, hier hoor ik thuis, hier woont God. De organist, Cor Kee, maakte de prachtigste muziek en de wonderlijkste geluiden die hij ooit had gehoord. Door deze muziek werd alle pijn weggenomen. Later mocht hij ook wel eens op het orgel spelen. Hij ging scheikunde studeren, maar kreeg al snel een uitnodiging om muziek te gaan studeren. Hier ontmoette hij zijn vrouw. Hij is nu al vele jaren heel gelukkig met vrouw en muziek.
Nu we ongeveer weten wat voor figuur hij is, zal hij proberen iets te vertellen over zijn b.d.e.
Al vanaf ongeveer 7 jaar had hij galstenen, die waren misschien veroorzaakt door de spanningen in het gezin. Eind 1980 raakte de galblaas zo hevig ontstoken, dat hij hiervoor geopereerd moest worden. Terug, na de operatie op zaal, werd hij opeens helemaal blauw. Deze toestand duurde zon 3 of 4 minuten.
Paniek brak uit, maar intussen was Rob Schlebaum ergens anders.
Na de operatie, half in slaap, was hij ineens weg, ergens zonder pijn, er was niets, geen lawaai, niets. Volstrekte duisternis en een gevoel te drijven. Het was een tijdloze ervaring die wel een week kon hebben geduurd. Er was ook geen emotionele pijn, er was een gevoel van vrede en geborgenheid.
Dhr. Schlebaum laat nu een stukje muziek horen dat hij maakte n.a.v. deze ervaring. In de donkere ruimte waarin hij was, zag hij een heel klein lichtpuntje. Dit werd steeds sterker en begon als een magneet aan hem te trekken. Het licht verblindde niet maar was heerlijk om naar te kijken. Het was zo ontroerend, dat de tranen begonnen te vloeien.
Hij laat nu nog een stukje muziek horen, dat gaat over de reis door de tunnel en een stem die zegt:
kom,
.kom.
Door de gang ging het daarna steeds sneller naar het licht.
Ook de in de zaal opgestelde schilderijen zijn geïnspireerd op deze ervaringen. Daarna was er een break waarin hij niet weet wat er gebeurde, maar met een plof was hij ineens in een neutrale ruimte vol licht. Geen verblindend licht, maar wonderlijk écht licht. Ook dit probeert hij bij benadering in zijn schilderijen en muziekcomposities uit te drukken. In deze ruimte, waar hij zo lang mocht blijven als hij wilde, zag hij drie lichtwezens met een zekere rangorde. Hij ervoer een warme vloedgolf van liefde en een ongelofelijke, duidelijke aanvaarding van zoals hij was. Het gevoel van volledig geaccepteerd te zijn was het mooiste. Ook was er het gevoel alles te weten, van
O, zit het zo. Ik zie nu hoe het is. Deze ervaring was hij daarna helaas ook meteen weer vergeten.
Als een film kwam alles terug wat hij in zijn leven had meegemaakt.
Het was geen veroordeling, maar hij voelde zelf alles wat degene had gevoeld die hij, soms ook zonder het te weten, verdriet of pijn gedaan had. Ook hierover horen we een muziekgedeelte.
Tijdens dit gevoel van weggenomen pijn en volledige acceptatie was er een stem die zei:Je mag blijven, maar kijk eerst achter je. Toen zag hij zijn partner en was het besluit gauw genomen. Hij zag nog even van boven af zijn lichaam liggen en was toen met een flinke klap weer daarin terug. Het was een ervaring geweest van onbeperkte liefde.
Rob Schlebaum kon hierover de eerste tijd niet spreken en probeerde zon anderhalf jaar lang zijn beleving te vergeten.
Hij kreeg een leuke baan in het conservatorium in Utrecht.
Op een dag toen hij daar naar op weg de straat overstak, hoorde hij een stem die zei: hé, wacht even. Omdat hij dacht dat iemand hem riep stond hij stil en keek om, maar er was niemand. Op dat moment reed een bus rakelings langs hem heen. De stem had een ongeluk voorkomen. Dit voorval was de aanleiding om niet moedwillig te vergeten wat hij voor moois had meegemaakt.
Elke dag kwam er nu muziek in hem op, die hij noteerde en die therapeutisch werkte. Ook nu nog komt er steeds muziek over deze b.d.e. Later kon hij hierover ook tekenen en schilderen.
Tot slot geeft Rob Schlebaum ons nog enige uitleg over de opgestelde schilderijen, waarvan u er hier één ziet.
|