Naar aanleiding van de 'buitengewone' missiemaand, publiceerde abt Frederic van de Postelse abdij, een artikel in 'Molenijzer', het contactblad van de abdij.
Daaruit het volgende deel:
------------
'Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend ik U, ' zegt Jezus tegen zijn leerlingen, waartoe wij krachtens ons doopsel behoren (Joh. 20, 19). Elke gedoopte is een 'missionaire leerling', deze uitdrukking komt van paus Franciscus.
'Ik zend u, ' zegt Jezus tegen ieder van ons, 'Ik zend u ... op missie'. Oktober is de missiemaand, een gelegenheid om stil te staan bij onze missie, bij onze zending, die wezenlijk bij ons doopsel hoort. Elke gedoopte is zending, ongeacht zijn specifieke roeping, ongeacht zijn leeftijd, zijn gezondheidstoestand. 'Ieder van ons is een zending,' schrijft paus Franciscus in zijn boodschap voor deze missiemaand. Gedoopt en gezonden, is trouwens het motto van deze 'buitengewone'missiemaand. 'Buitengewoon', omdat de Kerk dit jaar de honderdste verjaardag viert van de publicatie van het eerste pauselijke schrijven waarin het belang van missie onderstreept werd.
Maar waarin bestaat onze zending? Wat ieder van ons door zijn doopsel geworden is, namelijk een kind van God, daartoe is elke mens geroepen. God houdt van elke mens en verlangt dat elke mens Hem in alle vrijheid als vader erkent en zo het ware geluk vindt! Denk aan de parabel van de verloren zoon of van de barmhartige vader (cfr. Lucas 15, 11-32). Getuigen van Gods vaderlijke liefde voor elke mens, dit is onze missie, onze zending, dit was en is ook de zending van Jezus én van de Kerk.
Getuigen van Gods vaderlijke liefde voor elke mens is niet vanzelfsprekend in onze wereld. In zijn boodschap klaagt paus Franciscus 'het oprukkende secularisme' aan, dat hij omschrijft als de 'weigering van (erkenning van) Gods vaderschap dat werkzaam is in de geschiedenis', een weigering die 'elke echte broederschap' tussen mensen en volken onmogelijk maakt. 'Zonder de God van Jezus Christus wordt ieder verschil (tussen mensen) ervaren als een helse bedreiging', schrijft de paus.
---------
Uit Molenijzer, contactblad Abdij-Postel, jg. 71 nr. 4
|