De beslissing van de bisschoppen en de regering kan gerust historisch genoemd worden: minstens tot 3 april geen misvieringen meer in onze kerken en kapellen. Het is de eerste keer sinds 1797 dat er voor een langere periode geen eucharistievieringen plaatsvinden in de Sint-Martinuskerk. Uit bekommernis om de volksgezondheid werd deze maatregel genomen.
Die bekommernis speelde 223 jaar geleden helemaal niet mee. Integendeel. In 1798 verbood de Franse Republiek, die onze gewesten had ingelijfd, liturgische vieringen in de kerk. Motief: haat voor alles wat met godsdienst en Kerk te maken had.
Edward Sneyers, auteur van de ‘Geschiedenis van Retie’ (1949), schrijft over die periode van kerkvervolging en de sluiting van de Sint-Martinuskerk van Retie, boeiende bladzijden.
‘Vanaf november 1797 (nog vóór het officiële verbod) werd de Heilige Mis niet meer gecelebreerd in onze Martinuskerk (de priestervervolging woedde al volop) , doch in private huizen. Nochtans was onze kerk nog niet gesloten, want de gelovigen vergaderden er tweemaal daags om de Rozenkrans te bidden. In hun midden waren dan waarschijnlijk hun vermomde herders , die hun kudde in deze harde tijden niet wilden verlaten’.
Sneyers vertelt ook over een Franse ambtenaar, die in 1798 een inventaris moest maken van alle voorwerpen in de kerk. Dat lieten de Retiese gelovigen zomaar niet gebeuren. In het verslag van de ambtenaar is het volgende te lezen:
‘Terwijl ik met mijn afdeling jagers (soldaten) in de kerk was, is daar het volk te hoop gelopen, en zijn er een dertigtal boeren binnen gekomen om ons uit de kerk te verjagen. Ik heb mij onmiddellijk tot hen begeven en hen verzocht buiten te gaan. Tevergeefs echter. Ziende dat hun aantal immer aangroeide, heb ik mijn jagers het bevel gegeven er met de blanke sabel op los te gaan en de kwaadwilligen uit te drijven’.
Vanaf december 1799 werd het gebruik van de kerken door het Franse regime opnieuw toegestaan. Maar het duurde tot november 1800, eer onderpastoor Pullen voor de eerste keer de mis in de sacristie van de Sint-Martinuskerk durfde op te dragen. De eerste plechtige en publieke eucharistieviering , aan het hoofdaltaar van de Sint-Martinuskerk, werd op 1 mei 1802 gecelebreerd.
Meer dan twee eeuwen geleden verhinderde het virus van de kerkvervolging op een brutale manier, de liturgische vieringen in de Sint-Martinuskerk gedurende ruim drie jaar. In 2020 is het coronavirus er de oorzaak van dat de vieringen gedurende (minstens) drie weken niet kunnen plaatshebben uit bezorgdheid voor de volksgezondheid.
(Ondertussen is de 'misloze' periode met enkele weken verlengd)
25-03-2020 om 11:05
geschreven door Gust A.
|