Vertel me over gisterenavond, vraagt ze.
Het was plezant. Ik heb gespeeld.
Ze vraagt of ik niet teveel gedronken had.
Neen, jammen op ritme, dat was muziek.
Ze gaat een schaar halen en begint mijn nagels te knippen.
Kun jij daartegen, vraagt ze.
Ja, ik vind het leuk. Zelf doe ik het niet graag.
Ik ben moe. Een vliegtuig
besturen zit er vandaag niet meer in. Hij vraagt of hij een verdorde
struik mag aansteken. Van mij mag het. Veel rook en weinig vuur. Het
zal de buren ergeren.
later...
ik ben aan het verschroeien
onzichtbaar
Je hebt me op een donderdag verteld dat ik een vrouwenzot ben.
Misschien is dat ook wel zo.
Ik doof mijn sigaret en riek aan mijn vinger.
|