verbruikte toekomst
Inhoud blog
  • droomwereld
  • spiegelscherven
  • voor een medemens
  • Lacjeaw
  • verkeerde ochtend
  • nietsnut
  • noma
  • bloemenvrouw
  • maart
  • nostalik
  • schemerschrift
  • vuur
  • zaterdag 21 maart
  • niksniksniks
  • zwerfvuil
  • luchtbelheiligen
  • coiffeur
  • hazenrug
  • speekselgeut
  • zondag vijftien februari tweeduizend en negen
  • wandelstok
  • vraag me af
  • straatsteenCé
  • vrijdag 16 januari 2009
  • lompenvrouw
  • brief
  • rugkeuvel
  • begin 2009
  • simpel
  • vrijdag 26 december 2008
  • ongetiteld
  • ouderschap
  • kil fluistert het weer
  • ongetiteld
  • Dinsdag 15 augustus 2006
  • dinsdag 2 december 2008
  • slapende mens
  • land in
  • amsterdam
  • 25 mei 2006
  • neushoorn
  • parijs
  • zwartwitteveetje
  • ongetiteld
  • zondag 9 november 2008
  • kijken
  • volrond
  • ma
  • heidenspraak
  • neig
  • donderdag 14 oktober 2004
  • dinsdag 11 april 2006
  • zondag 5 oktober 2008
  • blind
  • zondag 9 april 2006
  • zondag 28 september 2008
  • schuw
  • duimreuk
  • mountainbike
  • de laatste mens
  • konijnenvoer
  • demonen
  • bloedneus
  • in opgetroopte hemdsmouwen
  • helaas
  • geur
  • afscheid
  • litteraire droom
  • zondagnacht
  • ietwat verward
  • ze bijt
  • nachtvandaag
  • poken
  • nooit gestopt
  • hoe mijn leven begon
  • roi Albert
  • kilte dampt
  • windstoten
  • hoteldroom
  • flodder
  • papillon
  • tweeling
  • laatste dag
  • zwijg
  • piemonte
  • de lege uitgestrektheid der dingen
  • kostuum
  • onverzonden brief
  • regenboog
  • hoe- hoe ' erkoe
  • vrijheid
  • 1 juni 2008
  • aapneus
  • zeug
  • drie eigenzinnigen
  • katrien
  • ik en de wereld
  • nieuwjaar
  • italië
  • goulash
  • stalen vogels
  • fietstocht
  • ma
  • dertig april 2008
  • aardbei
  • repetitie
  • gele tulp
  • hommel
  • azuurblauwe morgen
  • roofvogel
  • zaterdag twaalf april 2008
  • Brussel
  • droomhuis
  • dampende mest
  • vrijdag 20 augustus 2004
  • schaduw
  • vraag me af
  • hapjetapje
  • bloemenvrouw
  • waterdame
  • caroline
  • mistig
  • donderdag 20 maart 2008
  • vreemd normaal
  • kijk
  • wanhoopsdaad
  • barman
  • dinsdag 4 maart 2008
  • ooit
  • vandaag
  • vandaag
  • verkoudheid
  • geboorte
  • gebroken spiegel
  • verzwegen
  • dinsdag 12 februari 2008
  • naartoe
  • sprekver...
  • sneeuw
  • aftakel
  • konijn
  • lichtwoorden
  • donderdag 24 januari 2008
  • toch
  • theo
  • weetik?
  • duet
  • striem
  • storm
  • geen hout meer
  • maandag 22 mei 2006
  • malschaduw
  • snolwijs
  • mal4
  • mal3
  • mal2
  • mal1
  • volkscafé
  • mosselfriet
  • verstotene
  • kerstavond2007
  • ontbijt
  • dialoog
  • sneeuw
  • vorst
  • evjeke
  • boerweg
  • 2late
  • frietketel
  • ik wil nog wel even
  • woestijnmensen
  • honds
  • onpoeet
  • onnozel
  • weeral hetzelfde
  • zondagsmarkt
  • poker
  • onzin
  • marcel
  • bouwvakkers
  • festijn
  • nog wat tijd
  • pint bier
  • jeke
  • droom1000
  • citeer
  • brunch
  • sjoukroet
  • schouwburg
  • onkruid
  • plvc
  • koeien
  • seizoen
  • witlicht
  • arlette
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    verbruikte toekomst
    18-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vreemd normaal

    Passagiersboot vaart roekeloos op rivier en botst tegen een hindernis. De boot maakt water. Net voor hij zinkt kunnen we overstappen op een andere boot. De kapitein is een vriendelijke vrouw met lichte baardgroei. Op het benedendek open ik een deur en zie een zestal zwakzinnigen TV kijken. Ik ben er niet welkom. Een bemanningslid kan net voorkomen dat een van hen me brutaal met een broodmes te lijf gaat. We worden aan wal gezet in een park waar een luidruchtige taxi ons oppikt en naar een begrafenis van een naast familielid brengt. Ik ben verantwoordelijk voor de kist. Er wordt van mij verwacht dat het lijk er per ongeluk niet uitvalt. De uitvaartmis heeft plaats in een kathedraal. Ik trek net zoals vele aanwezigen mijn schoenen uit, doch bedenk mij als de plechtigheid begint. Mijn broekspijpen slenteren tegen de grond.  De schoenen liggen in de sacristie door elkaar. Mijn schoenen zijn verdwenen. De onderpastoor komt eraan. Bestel in het vervolg de mis bij mij, zegt hij. Dan krijg je een betere service, worden schoenen netjes bij elkaar gehouden en is er een discobar voor bij de koffie.
    De vrouw van de koster heeft twee vinnige pijphonden meegebracht en vraagt of ik ze voor korte tijd wil bijhouden. Doe ik wel. Ik neem ze mee binnen in de kathedraal waar wierookmist de aanwezigen doet vervagen. Dan pas merk ik dat de pijphonden niet aan de leiband zijn. Luid blaffend hebben ze zich bij de kist geschaard waardoor de gewelven beginnen te mompelen.
    Ik tol naar beneden, word wakker en hoor geluiden alsof het een aanraking is. Het is nog maar drie uur in de morgen.
    Soms verliezen we een spel, valt zomaar een voegel in volle vlucht uit de lucht en gaan dingen verkeerd. Soms gaat alles kapot in onherstelbare breuklijnen en zeggen we neen, voorlopig ontstemd door losgeslagen regendruppels pletsend op een gespannen vilt.
    Dan lezen we een boek tot de bladzijden loodzwaar in slaap dwelmen en het rijk der dromen tot leven komt.
    Dan ging ik met mijn ouders en broer op reis met een groot schip. Op het benedendek zaten marktkramers hun waar te verkopen. De meesten waren Arabieren.
    Hoewel het me door mijn ouders verboden werd, waagde ik me tussen de kooplieden die me
    meteen aanklampten.
    Ach ja, aanklampen is een groot woord. Het leek daar een gewoonte te zijn dat mensen massaal tegen elkaar riepen en mekaar aanraakten.
    Er werd gekookt, geproefd en gezongen. Ik kocht vier grote gekookte oesterzwammen: één voor mijn vader, voor mijn moeder, mijn broer en mezelf. Ik hoorde vertellen dat sommigen mij vijandig gezind waren. Vooral de Afrikanen die op het middendek vertoefden waren hier niet welkom omdat ze arm en primitieven waren. Voor mij werd een uitzondering gemaakt. Wij zaten op het bovendek. Het was daar muisstil omdat iedereen in aparte kamers zat.
    Toen ik terug wou keren naar het bovendek kon ik het niet nalaten langs het middendek te gaan alwaar ik door een Afrikaan beroofd werd van mijn oesterzwammen. Die keerde echter op zijn stappen terug en toonde spijt van zijn daad.
    Ga mee naar beneden. Ik zal tonen waar ik die zwammen gekocht heb.
    Toen werd hij bang. Toch ging hij schoorvoetend mee.
    Tot zijn grote opluchting leek niemand  zich tegen hem te keren. Integendeel, er werd hem thee en fruit aangeboden.
    Vanaf dat moment werd er een bestand gesloten. Van het bovendek wilde niemand hiervan iets weten. Zelf was ik daar niet meer welkom. Alleen mijn vader mocht ik nog bezoeken. Die vroeg me voortdurend of ze mij niet beroofden.
    De  Afrikaan had me een kortere weg naar het benedendek getoond. In het begin was het moeilijk omdat we langs ijzeren staven en steenblokken moesten klimmen, maar ook dat werd een gewoonte.
    Soms waren er rellen die bloedig konden zijn, maar telkens kon ik bemiddelen. Mijn vader stond hier afkerig tegenover.
    Hij werd gekweld door angst en had verdriet omdat ik door de mensen op het bovendek verstoten werd.
    Bovendien had mijn broer een raad opgericht die moest toezien dat niemand naar boven kwam. Mijn vader vreesde dat het ooit tot een fatale confrontatie zou komen tussen mijn broer en ik. Mijn moeder zou dat nooit teboven komen.
    Ik voelde me hiervoor schuldig maar kon het het me niet laten om telkens met de Afrikaan naar benden te klimmen.
    Meestal gingen we dan geschillen tussen kleine gemeenschappen bijpraten. Dat ging gewoonlijk over een vrouw, want die waren nauwelijks aanwezig. Soms ging het over handelswaar. Het temperament van die mensen dreef hun zover dat ze
    ervoor zouden willen doden. Het deed me pijn maar een raadsel bleef het niet.
    Ik zocht naar een engel, en zo werd ik verliefd op een van de weinige vrouwen tussen de Arabieren.
    Ik keek in haar ogen als die me bij toeval raakten. Meer vrouwelijkheid had ik nooit gezien.
    En dan kwam het schip ter plaatse en werd er geen afscheid genomen. Alles werd zoals voordien.
    Daarna zat ik op een bus toen de chauffeur, die in feite fietste, langszij viel. Het leek of hij al rijdend iets van de grond wou rapen, maar uiteindelijk viel hij krampachtig neer.
    Zijn gezicht was overdadig bezweet en hij stamelde: mijn hart gaat het begeven

         Heeft iemand een telefoon bij de hand? Hij krijgt een hartinfarct!
    De reizigers stonden rond ons heen te drummen terwijl de chauffeur zich aan me vastklampte.
    Volhouden, schreeuwde ik. Ze komen U halen.
    Uit zijn mond stulpte een groenachtige vreselijk stinkende brij die tenslotte langs mijn hemdsmouwen droop.
    Uiteindelijk is hij nog voor de hulpdiensten kwamen gestorven in mijn armen. Er was geen houden meer aan.
    Het is nog maar twintig voor vijf in de morgen. Ik heb nog anderhalf uur tijd. Net op tijd om met haar een huis te huren voor een week.
    De keldertrap lag bezaaid met op maat gezaagde boomstammen. Af en toe kwamen kennissen van vroeger op bezoek.
    We hadden een hond en een kat. De hond liep voortdurend weg langs een overweg en de kat zat onder de builen.
    We hadden met dat beest te doen maar konden aan haar aandoening niet verhelpen.
    In het huis was een ruimte waarin de muren vol hingen met kleine brandende kaarsen die ik telkens moest doven als we weggingen.
    Terwijl ik dat deed morste ik met tabak en wijn op de dure meubels en stroomde er water over de vloer, doch niet overvloedig. Telkens zei ze voor we vertrokken: pas toch op, we gaan een schadevergoeding moeten betalen aan de eigenaar. Ik voelde dan ouderdom en verval
    en als we uiteindelijk naar buiten gingen leek het alsof iemand op me stond te wachten.
    En op een keer, in klaarlichte dag, vloog er een straaljager pijlsnel in het rond. Hij maakte vervaarlijke bochten met een hels lawaai en begon lager te vliegen tot hij dichtbij neerstortte.
    We waren net niet geraakt maar ik zag de bommen voor het venster dampen.
    We belden de hulpdiensten. Die vertelden nadat ze twee vliegeniers opgeborgen hadden, dat het ongeluk te wijten was aan overmatig gebruik van cannabis.
    Mijn zoon zegt dat onze samenleving rotzooi is en dat hij leeft om zich voort te planten, en ik zeg: je hebt gelijk. Overleef in deze strontbedorven cultuur met een visie, bekijk het tafereel maar probeer in godsnaam geen wereldverbeteraar te zijn want dat doet pijn tot het einde.
    Hij is nu een volwassen mens. Hij weet precies wat hij wil. Dat denkt hij. Hij vertelt me dat de tijd sneller gaat wanneer men geen afwisseling heeft in het leven.
    Ik zeg: ge hebt gelijk.
    Hij zegt dat beweging positief is en ik zeg: ja, ge hebt gelijk.
    Hij heeft zijn haar laten knippen om betere kansen.
    Hij wil het maken op zijn manier. Zijn droom is om boswachter te worden. En ik zeg: dat is een prachtig beroep.
    Voor hij met de hond naar het bos vertrekt vraagt hij mij of hij mijn fototoestel kan lenen. Hij is vertrokken voor een uur of drie. Hij zij: ik hoop dat het nog gaat sneeuwen. En ik zei: dat zou prachtig zijn, ik maak voor vanavond stoofvlees klaar.
    In zijn bizarre dagelijksheid redt hij mij van de ondergang aan de dagelijksheid.
    Wat vieren wij vandaag? wat is het vandaag eigenlijk?
    Daglicht vol vogels. En volle maan. Daarvoor moet het donker zijn.

    18-03-2008, 19:23 Geschreven door warket
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    8h: Met wind in de buik wordt ik wakker. Zijbijmij strijkt een kledingstuk dat ze meteen zal aantrekken. Dan gaat ze weg.
    Ik denk aan Kamiel, een jeugdvriend van mij. Gisteren liet hij mij weten dat hij al maandenlang vecht in een ongelijke strijd met zijn lichaam. Ze hebben net een nieuw boek van hem gepubliceerd. Hij vroeg me of ik zou komen naar de presentatie ervan. Ik hou me taai, schreef hij nog.
    8h30: Onder een grijze lucht een tas koffie en een zelfgedraaide sigaret. Gescharrel in letteren uit een half uitgelezen krant.Het gaat zo snel.
    Zijbijmij heeft gevraagd om de was te drogen. Op de slaapkamer staat een rek.
    Doe ik zo meteen. Eerst wil ik mij die nare droom nog herinneren.
    Jij hield mij wakker in paniek met blauw flitslicht in de kamer. Ik hield een baby zonder ledematen in mijn armen. Het hoofd lachte de wereld toe.
    11h: Vandaag schipper ik ondeskundig, doch met interesse tussen wat ik zou willen doen en wat ik hoor te doen.
    Breakdansend zal ik deze dag niet doorkomen. Hooguit wel mezelf onwaarschijnlijk schrijvelaarsachtig overtreffen en halve waarheden tot de verbeelding sublimeren.
    12h: Een boterham met kaas en voorjaarskriebels in de tuin soigneren.
    Er druipt onverwacht een speekselgeut uit mijn mond. De inwonende zoon is ook opgestaan. Ik ben de vader die papa noemt.
    Kijk naar die ouwe stoel in de struiken die reikt naar afwezige tijden. Zie het uitgedroogde wijnglas van gisteren rood aangeslagen staan. Het zijn getuigen in langzaam verderf.
    Deze dag omhult als een parasiet de tijd en veegt de dood van tafel. Niet verplicht denk ik aan Kamiel.
    16h: Terwijl ik zachtbeulend maretakken uit bomen haal, woekerende bruidsluiers uit dakpannen snoei, kijk ik ernaar uit om vanavond een kieken te braden met zelfgemaakte appelmoes. Daarna ga ik proberen mijn leven te beteren want het is niet alleen van mezelf.

    15-03-2008, 16:56 Geschreven door warket
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    14-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kijk

    Nu,

    ga vlug naar buiten.

    Kijk,

    er hangt een  schoon schijnsel  rond de maan.

    14-03-2008, 20:14 Geschreven door warket
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (2 Stemmen)
    09-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.wanhoopsdaad

    Tien voor negen. Ze is net vertrokken als ik beneden kom. Ik ruim het huis, vul het afwasmachien, kuis het gasvuur, dweil de vloer, klop het tapijt en de kussens uit, cireer de eettafel en maak nu stoofvlees klaar.
    De zon schijnt al sinds vanmorgen. Het huis ruikt naar kruidig stoofsel van laurier en tijm. De temperatuur is zacht. Het nageslacht eet vanavond mee. Ik ga zelfgemaakte frieten bij het stoofsel serveren. Niet vergeten om naar C. te bellen.
    C.?
    Hé, gij zijt het. Ik dacht u ook te bellen.
    Is dat Cubaans optreden vanavond?
    Ja.
    We kunnen niet komen.
    Dat is jammer. Zeg, ik ga afleggen want ik sta hier in ’t stad in een pashokje.
    Even in het kasserol roeren en wat trappist bijgieten. Dan ga ik aan de buitentafel in de zon, in witlicht en insecten in tegenlicht zitten. Er ligt een goudgroen kussen op de tafel. Het is het zonlicht dat het groen een goudkleur geeft. De paasbloem die twee weken geleden verplant werd staat nog recht. Iemand in de buurt maait het gras. Een herkenbaar zomers zaterdaggeluid. Het is nog geen zomer.
    Achteraan in de hof staat een meer dan honderdjarige Taxusboom en een houten kruis met een Christusfiguur eraan genageld. Recht tegenover is de pastorie. Tussen het kruis en de pastorie loopt een smalle kasseiweg.
    Ik proef van de saus. De stoofpot mag van het vuur. Nu kunnen de kruiden nog twee uur in het stoofvlees trekken.
    Zijbijmij is blij als ze ’s avonds thuis komt en haar zonen en schoondochter ziet. Het eten is klaar. Tafelen in gepalaver. De muren luisteren mee.
    De volgende ochtend sta ik als eerste op. Het is half negen. Wind en motregen. Geroosterd brood met kaas en hesp. Sterke koffie. Ik drink een tweede grote jat met veel suiker en melk.
    “Je moet eens naar de kapper gaan” zegt ze, wanneer ze een half uur later erbij komt zitten. Ze wil ergens naartoe vandaag. Desnoods gaat ze alleen weg. Ik aarzel, bedenk, wankel in gedachten en…”Waarheen zullen we gaan?”
    Naar een museum?
    Te saai.
    De markt?
    Er is nog eten genoeg. Laten we een nieuwe regenton kopen.
    Oh ja. Een houten regenton. Maak je klaar en kam je haar. Ze straalt.
    Ik rijd. Ze kijkt verbaasd. Het gaspedaal staat rechts. Anavent, we zijn vertrokken met dertig kilometer per uur. Het moet nog wennen. Op de hoofdbaan wordt de snelheid stoutmoedig naar vijfenzestig gedreven en op de autostrade halen we een duizelingwekkende snelheid van honderd kilometer  per uur. Nog een wegomleiding, wat verkeerslichten, zien dat niets omver gereden wordt…kijk, een tuincentrum!
    Waar is de parking?
    Aan de overkant. We zijn er net niet voorbij.
    Opgelucht volg ik haar langs de automatisch opengaande deur naar de naar anijs-ruikende democratie.
    Namiddag: we zijn terug, doch zonder regenton. Het moest een houten zijn. Na deze wanhoopsdaad is het goed om een thuis te hebben. De jongste zoon doet aikido in de tuin.  Het gaspedaal staat nu weer op nul. Op de tafel ligt het paradijs: een half uitgelezen boek, een ongelezen krant en wat eigen schriftuur om te verbeteren. Ik heb ook nog iets ruw in mijn hoofd om met een schrijfpen op te schrijven.
    Zal ik wat houtklompen klieven en het vuur aansteken?
    Doe dat. Ik maak voor vanavond een quiche-schotel klaar.

    09-03-2008, 17:05 Geschreven door warket
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    05-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.barman

    Ik ging meehelpen op een groot Iers openluchtfeest. Mijn taak bestond erin
    om drank te serveren. De barman toonde hoe het moest.
    Eerste tapte hij een kruik vol met bier en deed er dan enkele scheuten whisky bij.
    Dan goot hij het in zijn hemdsmouw en schudde hij ermee. Je schenkt de glazen vol vanuit
    de mauw. Vraag nooit of iemand nog iets wil. De glazen moeten vol blijven, vervolgde hij.
    Ondertussen kwamen de genodigden een voor een aan de tafels. Het ging er joviaal aan toe. Het was niet nodig dat ik de taal verstond want men schreeuwde met wijde gebaren.
    Tegen de avond werd ik verzocht de brandweerlui, die om een ongekende reden op het
    dak zaten, te bedienen.
    Met een volle mouw biercocktail klauterde ik met moeite langs schamele houten ladders en wankele dakgoten tot op het hoogst gelegen dak.
    Terwijl ik de brandweermannen serveerde dronk ik mee en werd ik bedwelmd door de drank.
    Toen ik wakker werd waren ze verdwenen. Ze hadden de ladders meegenomen.
    Ik zocht naar een afdaling. Daarvoor moest ik over glazen daken. Alles waaraan ik me vastklampte was versleten en stond los. Ik was toegewezen op mijn schamel evenwicht.
    Dan kwam ik een vriendin tegen. Ze liep als een kat over boorden en de glazen daken.
    Ik vroeg haar langs welke weg ze gekomen was.
    Ze zei: trek uw plan. Ik heb u al zolang niet meer gezien.
    Zoekend met evenwichtsstoornissen ontdekte ik een stalen trap die naar beneden leidde.
    Ook die was onstabiel en toen die een paar verdiepen boven de begane grond eindigde,
    klom ik op een glijbaan schuin ernaast.
    Ik slurpte het restant uit mijn hemdsmouw en gleed naar beneden. Op dat ogenblik viel de trap
    met een hels lawaai vlakbij de genodigden te pletter.
    Waar ben je gebleven, vroeg de barman teleurgesteld. De Ieren hebben dorst.
    Her en der lagen mannen en vrouwen uitgestrekt in het gras.
    Ik serveerde hen opnieuw uit mijn hemdsmouw. Het feest kwam terug tot leven.
    Dan werd ik wakker en beleefde ik de dag. Waar zit de werkelijkheid, vraag ik me dan af.

    05-03-2008, 18:24 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.dinsdag 4 maart 2008

    Met de fiets in het verkeer adem ik langs mijn neusgaten. Die pikante lucht mag niet langs die keel van mij. Ik wil het paradijs. Het is winderig vandaag, en bewolkt.
    Eet een stuk pizza mee. Warket, wordt niet zat zodat je nog thuis geraakt.
    Vannacht heeft het gestormd. Ik heb er niets van gehoord. Ze ziet er belabberd uit in die halfdichtgeknepen kamerjas. Ze heeft de griep. We geven mekaar geen kus.
    Onderweg liggen afgeknakte takken over de veldweg en een enkele omgewaaide boom. Het stormt nog. Ik moet van mijn fiets. Alleen bergafwaarts ga ik op mijn pedalen staan. Deze windstreek leeft. Als ik thuis kom poets ik al wat zichtbaar is binnenshuis, maak ik de vuilbak leeg en kook ik een waterzooi. ’s Avonds komen zij twee onverwacht. Zij en hij ook.  Eet mee zeg ik nog. Ze slurpen uit de taljoren. Ondertussen  houden we van elkaar.
    Die vrijdag is ondertussen drie dagen geleden  in een tijdsdronk verdwenen. Zelf heb ik niks speciaals gedaan. In de wereld is ondanks veel geschreeuw niks veranderd. Alleen de rupsen gaan wat vervroegd op de eikenboom kruipen en de paasbloemen bloeien iets vroeger. De spirea begint ook al te witten. Het verleden gaat op pensioen. Niks is hier aan de hand. En ja, dat mag ik niet vergeten te vertellen: in dit huis schreeuwt momenteel rock-and-roll.

    04-03-2008, 22:06 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    01-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ooit
    Ik ben vannacht afwezig geweest. Het stormt buiten. De wind gaat door mijn kleren.
    Toch sta ik hier met tranen in een omgekeerde lach te kijken naar wat onwaarheid zou kunnen zijn.-
    En ooit, zal ik misschien men geveinsde waarheid ontkennen. Ooit.

    01-03-2008, 15:55 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    29-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vandaag

    Mooi, gevoelig? In feite is het niets meer dan een geboorteherinnering. Niemand gelooft mij als ik het vertel. De Warket kletst weer uit zijn eigen wereld, zeggen ze dan.
    Wat is er nu zo triest aan om uit een baarmoeder te glijden? Ik ben content geboren te zijn en angstig om eens te moeten sterven.
    Ik… ik ben ontstaan. Ik kijk en verlies naar menselijkheid.
    Dan is het duidelijk dat je de geboorte in elk geval wel herinnert, wat vaker voorkomt overigens. Ik geloof je best. Mijn eerste herinnering was toen ik 1 en 2 maanden was en zelfs van daarvoor meen ik me dingen te herinneren. Beeldmateriaal uit die tijd veroorzaakt echter verwarring. Wat was er eerst?  Waarom eigenlijk niet in ik-vorm geschreven?
    Waarom niet in de ik-vorm geschreven? Dat doe ik al vijfentertig jaar. Soms wil ik dat ik hij is. Het maakt geen verschil. Er slentert een spin naast dit toetsenbord. Vroeger zou ik ze dood pletten met de onderkant van mijn vuist. Nu kijk ik ernaar. Dat maakt het verschil. Hoe is de herinnering aan die eerste maanden?  Zelf herinner ik me de vloer waarover ik kroop,  en een koude deurkier naar een verboden trap. Ik klampte me vast aan uitsteeksels in muren en rook aan mijn pols. Dat doe ik nog.

     

    29-02-2008, 00:18 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vandaag

    Mooi, gevoelig? In feite is het niets meer dan een geboorteherinnering. Niemand gelooft mij als ik het vertel. De Warket kletst weer uit zijn eigen wereld, zeggen ze dan.
    Wat is er nu zo triest aan om uit een baarmoeder te glijden? Ik ben content geboren te zijn en angstig om eens te moeten sterven.
    Ik… ik ben ontstaan. Ik kijk en verlies naar menselijkheid.
    Dan is het duidelijk dat je de geboorte in elk geval wel herinnert, wat vaker voorkomt overigens. Ik geloof je best. Mijn eerste herinnering was toen ik 1 en 2 maanden was en zelfs van daarvoor meen ik me dingen te herinneren. Beeldmateriaal uit die tijd veroorzaakt echter verwarring. Wat was er eerst?  Waarom eigenlijk niet in ik-vorm geschreven?
    Waarom niet in de ik-vorm geschreven? Dat doe ik al vijfentertig jaar. Soms wil ik dat ik hij is. Het maakt geen verschil. Er slentert een spin naast dit toetsenbord. Vroeger zou ik ze dood pletten met de onderkant van mijn vuist. Nu kijk ik ernaar. Dat maakt het verschil. Hoe is de herinnering aan die eerste maanden?  Zelf herinner ik me de vloer waarover ik kroop,  en een koude deurkier naar een verboden trap. Ik klampte me vast aan uitsteeksels in muren en rook aan mijn pols. Dat doe ik nog.

     

    29-02-2008, 00:14 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    24-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verkoudheid

    8h: de koffiegeur maakt me wakker. L. is vroeg opgestaan. De lucht is nog gesluierd. Ze voorspellen zomerweer.
    Wat eten we vandaag? Ik ga straks winkelen in het dorp.
    Er klopt iemand op de deur. Het is onze pa en ons ma die langs komen. Ze hebben een fruittaart en schuimwijn meegebracht. Hij vertelt over het verleden.
    Zal ik een carpatio maken, ik moet toch naar de beenhouwer.
    Neen. Wij vertrekken zo meteen.
    Bij de beenhouwer koop ik vier stukken soepvlees, een halve kilo gehakt en twee zwarte pensen. Bij de kruidenier een bot wortelen, tomaten, champignons en tomatenpuree. Ik maak spaghetti klaar.
    De saus pruttelt. Met kousen en sandalen aan ga ik aan de buitenschrijftafel zitten. Koud is het niet. Het is windstil. Ik heb mijn mouwen opgerold.
    L. draait een sigaret. De zon schijnt net tussen twee wolken heen. Een lichtscheut om zo weer te verdwijnen. Ik ga de saus bijkruiden.
    Wil jij ook nog een stuk taart? Ze twijfelt voor een kleine portie maar.
    Als het begint te waaien gaat ze binnen een boek lezen. De opklaringen verminderen. De hond heeft de keukendeur open geduwd.
    In de tuin staat een bank die zo oud is dat het riskant wordt om er nog op te zitten. Ze heeft feestavonden gediend. Nu staat ze daar langzaam in elke zonsondergang te vergaan,  dient ze enkel de herinneringen nog.
    Is er spaghettisaus genoeg? Jean zou graag mee eten. Hij heft het deksel op van het boordevol cassool als hij dat vraagt.
    Ja, meer dan genoeg. We eten om halfzeven.
    L. doet een namiddagdut. Niet wakker maken. Pas om kwart na zes fluister ik in haar oor: “Binnen een kwartier wordt het eten uitgeschept.”
    Het is donker geworden. De oranje pleinverlichting weerkaatst haar licht over een deel van de tuin en de binnenkoer. Echt donker is het hier niet. Ik kan buiten in de nacht mijn teksten lezen en schrijven. Soms mis ik het donker.
    Wil jij nog een stukje taart?
    Neen, het is genoeg geweest. Ze is verkouden. Ik bal lucht in mijn vuist.

    24-02-2008, 20:13 Geschreven door warket
    Reageren (3)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    23-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.geboorte

    Hij hoort, voelt haar hart  bewegen
    en glijdt de bevrijding tegemoet


    Vanaf nu gaat hij een mens worden,
    wordt hij door de wereld opgeslokt


    Uit het water
    heeft hij afscheid genomen
    van wat hij zich niet meer herinneren kan

    23-02-2008, 14:27 Geschreven door warket
    Reageren (4)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    16-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gebroken spiegel

    Het ouderhuis werd verkocht en staat nu leeg. Op de bank achteraan in de tuin zitten ze getweeën gevangen in een onbewogen blik. Het is de laatste dag, tevens de eerste bezitteloze dag. Nu moeten ze weg. Te laat om opnieuw te beginnen, te vroeg om een einde.
    Nog voor de nieuwe eigenaars komen, verken ik de ruimten waarin ik opgegroeid ben. Voor het eerst zie ik leegte in dit huis. Mijn inscripties in de dwarsbalk op zolder zijn nog duidelijk zichtbaar. Ik had er een plaats voor mij alleen waar ik me kon terugtrekken in geborgenheid.
    Ik voel en riek het nog. De slaapkamer die ik met mijn broer deelde, hun slaapkamer die steeds netjes was, de woonkamer die gek genoeg nu door haar leegte kleiner lijkt, het waskot met de waterput… Een voor een bezoek ik de lege ruimten en schraap er de herinneringen weg. Ik bewaar ze in het breekbaarste van mezelf als troost voor die twee op de bank achteraan in de tuin.
    Hij heeft haar hand in de zijne gevouwen alsof hij bang is dat ze zou wegkantelen. Die sterke werkmanshand is onveranderd gebleven. Ze kijken elkaar niet aan. Ze kijken mij niet aan. Te broos voor aanspreekbaarheid.
    Kom, het is tijd om te gaan. De weg is nog lang. Pas dan raken onze ogen elkaar. Wij drie als enig overgeblevenen uit een onstuimig leven, nu als een gebroken spiegel in niemandsland.

    16-02-2008, 09:51 Geschreven door warket
    Reageren (4)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verzwegen

    niets is verzonnen in mijn geschrift
    toch ben ik niet
    wat anderen denken dat ik ben
    er blijft een verzwegene
    als een geheim bestaan

    de dag begint in mist
    de hemel is nog zwart
    het waait nat
    mijn schedel jeukt
    onderhuidse pijn

    dit is mijn laatste onwerkbare dag

    15-02-2008, 16:39 Geschreven door warket
    Reageren (3)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    13-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.dinsdag 12 februari 2008

    6h: het gaat beter met mijn keel, en dat na amper drie capsules antibiotica. De dokter had pas voor morgen beterschap verwacht.
    De hond legt zich klaar voor haar spuitje. Ze weet dat ze daarna haar eerste maaltijd krijgt. Dan gaat ze buiten een plasje en een kakje doen waarna ze languit in de zetel verder gaat slapen.
    Ik kook drie eieren en maak koffie. De boter heb ik al uit de koelkast gehaald zodat die zachter wordt.

    7h15: met een boterham, een ei en een tas koffie op een bord sluip ik naar boven, doe het licht in de slaapkamer aan en roep enthousiast: “Verrassing, ontbijt aan bed!”.
    Het laken kronkelt. Met dichtgeknepen ogen kreunt ze: “Oh neen. Doe dat licht uit”.
    Ik had het kunnen weten. Voor haar is het nog een uur te vroeg. Bovendien heeft ze vannacht slecht geslapen. Dat komt door de werkomstandigheden. De zaak werd onlangs verkocht aan een multinational. De reorganisatie die daarmee gepaard gaat (goedkoop personeel, geen ondersteuning van het bedrijf, doelstellingen onevenredig met de middelen…) heeft al geleidt tot het ontslag van haar collega. Management op hedendaags topniveau, beleden door een universitaire Pipo die de mensen met gekruiste armen en gespreide benen toespreekt.
    Wanneer ze naar het werk vertrekt tranen haar ogen uit wanhoop.
    Zelf heb ik het jaren geleden ook meegemaakt. Een mailbox dagelijks volgestouwd met a.s.a.p.berichten. De klant kan de pot op.

    10h: ik poets mijn tanden en was me grondig. Me scheren doe ik niet. Dat is voor niks nodig. Niet vergeten om straks de sifon in de badkamer te ontstoppen. Eerst de keuken opruimen en de vuilbak leeg maken.

    12h: aan de krantenwinkel is de Brusselse filmschool druk bezig met de voorbereiding van een opname voor een kortspeelfilm. Ze hebben enorme lichtreflectoren geplaatst rond een grijze luxewagen waarin vier kerels in maatpak met zonnebril zitten. Verder gebeurt er niets. Ik heb een krant gekocht.
    L en S zijn thuis gekomen. Middagpauze.
    Terwijl ik de krant lees eten ze tête à tête een boterham. Wanneer S vertrekt speelt zij haar favorietenspel op de computer. Dat zorgt voor wat afleiding. Dan is het haar beurt om te gaan.
    Je komt er goed voor.
    “Vind je dat?” antwoordt ze ontroostbaar.
    Als ze naar de wagen stapt kijk ik haar na vanuit de deuropening. Ze is te gevoelig geworden voor absurde veranderingen in haar werkomgeving. Mensen met praatjes, een lange arm en een vingertje is niets voor haar. Prostaatbedrijven, ze krioelen in dit land.

    Krantentitel van de dag: “Openbaar vervoer voldoet niet aan de eisen van gehaaste en gestresseerde jonge ouders”.

    15h: niksnutten is een zalige bezigheid, zowel binnen als buiten. Zoals nu, onder een wolkenloze hemel die zonlicht en schaduwen impliceert. Een mooier cadeau kan je niet krijgen. Kijken naar de glinstering van pas geschreven woorden. Doodbloeden in verveling zal ik niet doen. Ik heb nog een sifon te ontstoppen. Dat ga ik nu meteen doen.

    17h: een uurtje in de zetel gelegen wegens rugpijn. Is waarschijnlijk een nevenwerking van de medicijnen. Of zou het de schuld zijn van die twee glazen wijn die ik gedronken had? Met de pijnstillers ben ik gestopt.
    Het lijkt wel of de zon elke dag later begint te zakken. Hier is de lucht voorlopig nog proper. Hier is het nog relatief rustig. Alleen in het spitsuur van de razers is er lawaai. Dan doe ik mijn hoorapparaten uit en vertoef ik in de waan van de stilte. Straks braad ik een haantje met gestoofd witloof. Eerst nog wat turen naar het avondlicht. Zo kom ik voor het eerst op eigen kracht te weten dat wind en water geen geluid maken. Het is hun aanraking met de dingen die we horen.
    De man van de pastorij zet de vuilniszakken buiten.

    13-02-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    07-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.naartoe

    vanmorgen wachtte ik
    op klaarlichte dag
    met handschoenkoud

    halverwege zie ik de zon
    ik moet straks ergens zijn
    verschijnen met een doel

    in het straatbeeld
    zie ik alsmaar meer
    jonge mensen om me heen

    mijn pezen worden stram
    mijn botten beginnen te kraken
    ik mag ergens naartoe
    vanwaar ik gekomen ben

    nu wordt het avond
    zwarte grote vogels
    vliegen onbestemd
    onder een turke hemel
    met oranje slierten wolken

     

    Ik mag ergens naartoe

    07-02-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.sprekver...

    Hoe kan iemand
    versteend in verlangen
    gevangen in haar ogen
    als een verdwaald dier
    nog ontkennen
    niet bedwelmd te zijn
    door haar geur
    als ze uitgevouwen in haar vrouwelijkheid
    doordrenkt in dit nachtelijk uur
    zwijgzaam aan de rand naar het water staart.

    Wie dan nog aarzelt in gedachten
    of twijfelt
    moet een treuzelaar zijn.

    In een gesprek
    een aanraking dan
    tranen ogen
    schieten woorden tekort
    omdat ze zo verontschuldigend zijn

    Een knuffel
    mensen onder elkaar
    troostend

    Toch wil ik soms
    dat ze mij niet
    en ik hen niet zou kennen

    Wie weet
    zou het ongeluk
    van alleen te zijn
    goed kunnen zijn.

    04-02-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    02-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.sneeuw

    De volgende ochtend is het opnieuw onophoudelijk aan het sneeuwen. Onbegonnen moeite om hierdoor te fietsen. Het kerkplein ligt er verlaten bij. Het schiet hem te binnen om hiervan een foto te nemen. Hij draait de digitale camera op het statief en richt vanuit de open voordeur, het toestel half beschermd , naar het sneeuwgordijn.  Het is zes uur ’s morgens.
    De geparkeerde auto’s die anders het dorpsplein schulddelgend ontsieren worden opgeslokt in een uitgestrekte sneeuwbal. Het dorp slaapt in een bijna gemiste winter.
    Enthousiast gaat hij naar de slaapkamer waar  zij zich niets vermoedend  de voorlaatste keer omdraait onder de lakens.
    Het is opnieuw aan het sneeuwen!
       Wat zeg je?
    Alles is ondergesneeuwd, kijk maar naar het raam boven het bed.
    Ze verheft haar hoofd schuin naar het dakvenster, zucht en trekt dan het laken tot net boven haar voorhoofd. Ze heeft nog recht op een uurtje slaperige zaligheid. Je gaat toch niet met de fiets naar het werk?
       Ik twijfel, …alhoewel
    Neem de auto. D. zal me naar de luchthaven brengen.
    Ze heeft gelijk. Fietsen kan hij morgen in klaarlichte dag. Nu hij met de wagen gaat schiet er extra tijd over voor een tas koffie en een sigaret die hij in de deuropening genotzuchtig oplurkt.
    De rit naar de stad verloopt traag. Het wordt dag. Natvoetige kinderpret is nu niet aan de orde. Het land wordt lamgelegd door vijftien centimeter sneeuw. Wie het zich kan permitteren pleegt onschuldig verzuim op deze laatste werkdag. Het verkeer sukkelt en strandt halverwege. Overmacht krijst overal. De ambtenarij is met onbesproken verlof. In Rusland zouden ze om zo’n interludium giechelen, maar hier, die vrijdag,  is het ernst. Het tast de economie op het dagmenu aan; de witte vleugels houden alles in hun greep. Er wordt haast vergaderd over het rampenfonds in préfase één.
    Als hij ’s avonds thuis komt veegt hij de sneeuw van de terrastafel en legt er een marmeren plaat op zodat het schrijfpapier droog blijft. Hopelijk begint het niet opnieuw te sneeuwen want de alle seizoenen trotserende parasol blijft nukkig dicht. De ochtendsneeuw is blijven liggen. Het witte stuifsel glinstert in het oranje straatlicht van die enige pilaar vlakbij. Een stilistisch fragment op dit vroegavonduur. De loshangende flappen van de parasol bewegen uitdagend in zachte bries. Het is vredig hier zo te niksen om een ongemist moment. Er dwarrelt fris sneeuwvocht uit de hemel dat de inkt doet uitvloeien. Woorden verwateren op den duur in doorweekt schrijfpapier. Het wordt tijd om onderdaks te gaan en veel koffie te drinken.
    Willekeurig uitgelopen schrijfsel, voorovergebogen met gespreide armen in het droge aan een houten tafel herschreven. Weerspiegeling van de boom in de jaarringen van het tafelblad, net zoals de patine van messneden en opgeslorpte vervuiling de tafelaars ontsluiert. Wachten op de wispelturigheid van ongeboren woorden in het nachtelijk uur. Zo zit hij tijdloos over een bladzijde gebogen krabbels te herschrijven.
    Ze heeft hem gebeld. Door het winterweer heeft het luchtverkeer vertraging opgelopen. Teletext blijft in het ongewisse over vlucht FT175 vanuit Rome. Het vliegtuig stond nog aan de grond. Ze zou hem terugbellen als ze geland zijn. De overdosis koffie begint ondertussen zijn nut te verliezen. Zijn gedachten slaan ijsberend op hol. Zou Mozes de staat Israël opgericht hebben? Waarom zijn ronde vormen vrouwelijk? Zal de wieleromloop afgelast worden wegens te guur winterweer? De vragen tollen willekeurig in het rond en breken zijn door de tijd losgeslagen brein tot de telefoon om kwart na drie opnieuw bevrijdend rinkelt. Kom me halen, klinkt een vermoeide stem. Zijn laatste kennis vandaag is dat het in Rome koud was en dat ze het vliegtuig moeilijk terug aan de grond kregen.
    Daarna verkiest hij om slapeloos te bevriezen in het buitenleven in een ondergesneeuwd woud. Hij ziet de bomen als levende pilaren in een tempel waar krakende voetstappen de stilte breken. Hij is van het bospad in niemandsland gesukkeld en volgt onbewust een hondenspoor. Nu weet hij waarom mieren sporen. Ze doen het gewoon. Zijn versufte geest ontneemt hem elke innerlijke dialoog. Gedachten ontstaan en worden telkens abrupt afgebroken. Op den duur blijft er niets meer over. Alles is nieuw en wordt vernieuwd. Deze dag is het hoogtij van niemandsland.

    Besneeuwd land als een ongeschonden doek,
    Maagdelijk onbevolkt en een sneeuwboog
    Van Oost naar West.
    Doorkloven geest omhuld in wit satijn,
    Vermomd in schrijfgebaar,
    Geen enkele gedachte ongeschonden
    Bevroren in dit rijk.
    Moest melancholie de grootste vijand en
    Liefde het opperwezen zijn,
    Zou dit schrijven niet geschreven zijn.


    02-02-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    01-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.aftakel
    Een indianenritueel. Ze wikkelden hun doden in dierenhuiden en zongen droevig, sprakeloos.
    Afstandig keek ik ernaar.
    Dan kwam het doodsgelaat van een oude vrouw opnieuw tot leven.
    Ze  propeerde mij met haar lijkgeur te omhelzen.
    Ze willen mij levend  begraven, fluisterde ze.
    Afstandig stond ik daar. De stront van een verstopt wc gleed stinkend over de vloer.
    Dan begon de aarde te beven en viel mijn huis in de tuin van mijn vader in duigen.
    Trek het u niet aan zei hij. Morgen beginnen we opnieuw.

    01-02-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    29-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.konijn

    Wanneer het metaal van een muntstuk meer waard is dan zijn eigen waarde gaat het slecht met de economie.
    Droogfris. Vandaag stoof ik een konijn.
    Mijn vader is onverwacht bij mij thuis gekomen. Bloedrood op zijn achtenzeventigste ouderdom.
    "Ik ben met de fiets gekomen" schreeuwt hij halfdoof. Meteen belt hij naar ons ma om te zeggen dat hij ongedeerd aangekomen is.
    Pa, ge zijt toch niet langs de verkeersweg naar hier gekomen?
    Neen, ik heb de hellewegen genomen langs de diepe straat.
    Het konijn is halfgaar.
    Dan is hij weer verdwenen.
    Wanneer het donker is: asejee vous dans la froidir de cette soirée.
    Ta geulle, jankt ze tegen mijn blaffende hond. Ik heb een toevallig voorbijkomende wilde verstandige dame voor een paar seconden aan de buitentafel uitgenodigd.
    "Ik heb liefdesverdriet. Ik ben het beu om afgewezen te worden" zegt ze. Je suis seul.
    Ik stamel wat filosofisch gespalk uit mijn bek.
    Jouw woorden dringen niet tot me door, zegt ze nog voor ze verder gaat.
    Het konijn is te gaar. Alleen het bot blijft over in het casserol. Het vlees is met de saus verzooid.

    29-01-2008, 23:14 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    27-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lichtwoorden

    In dit dagrestant
    wil ik voor ik het vergeet
    mij nog herinneren
    zowel slachtoffer als vrijwilliger te zijn

    Zoekend naar woorden en zinnen
    schrijf ik voor het eerst in de buitenlucht
    gevangen in het onbelichte donker
    ver weg van de lichtvlek
    van een bewoonde wereld

    Mijn hand beweegt
    een pen in het pikkedonker
    varend
    lichtwoorden uit mijn geest.

    27-01-2008, 15:32 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Foto

    Over mijzelf
    Ik ben warket, en gebruik soms ook wel de schuilnaam warket.
    Ik ben een man en woon in de wereld (de wereld) en mijn beroep is zien bouwen.
    Ik ben geboren op 11/09/1954 en ben nu dus 69 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: vanalles.

    Archief
  • Alle berichten

    Mijn favorieten
  • website
  • kerima_ellouise
  • Kaatje Wharton
  • Marleen De Smet
  • fotos
  • warket

  • Foto

    Blog als favoriet !

    Foto

    Laatste commentaren
  • geen titel (maart)
        op verkeerde ochtend
  • Vele groetjes uit Zonhoven (sloefke)
        op droomwereld
  • ongetiteld (warket)
        op verkeerde ochtend
  • Ja inderdaad, (Michelly)
        op verkeerde ochtend
  • ongetiteld (warket)
        op zaterdag 21 maart
  • Gastenboek
  • groetjes terug
  • Groetjes.
  • fijne avond
  • vriendelijke groetjes van uit Tessenderlo
  • WANDELGROETJES UIT BORGLOON

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!