verbruikte toekomst
Inhoud blog
  • droomwereld
  • spiegelscherven
  • voor een medemens
  • Lacjeaw
  • verkeerde ochtend
  • nietsnut
  • noma
  • bloemenvrouw
  • maart
  • nostalik
  • schemerschrift
  • vuur
  • zaterdag 21 maart
  • niksniksniks
  • zwerfvuil
  • luchtbelheiligen
  • coiffeur
  • hazenrug
  • speekselgeut
  • zondag vijftien februari tweeduizend en negen
  • wandelstok
  • vraag me af
  • straatsteenCé
  • vrijdag 16 januari 2009
  • lompenvrouw
  • brief
  • rugkeuvel
  • begin 2009
  • simpel
  • vrijdag 26 december 2008
  • ongetiteld
  • ouderschap
  • kil fluistert het weer
  • ongetiteld
  • Dinsdag 15 augustus 2006
  • dinsdag 2 december 2008
  • slapende mens
  • land in
  • amsterdam
  • 25 mei 2006
  • neushoorn
  • parijs
  • zwartwitteveetje
  • ongetiteld
  • zondag 9 november 2008
  • kijken
  • volrond
  • ma
  • heidenspraak
  • neig
  • donderdag 14 oktober 2004
  • dinsdag 11 april 2006
  • zondag 5 oktober 2008
  • blind
  • zondag 9 april 2006
  • zondag 28 september 2008
  • schuw
  • duimreuk
  • mountainbike
  • de laatste mens
  • konijnenvoer
  • demonen
  • bloedneus
  • in opgetroopte hemdsmouwen
  • helaas
  • geur
  • afscheid
  • litteraire droom
  • zondagnacht
  • ietwat verward
  • ze bijt
  • nachtvandaag
  • poken
  • nooit gestopt
  • hoe mijn leven begon
  • roi Albert
  • kilte dampt
  • windstoten
  • hoteldroom
  • flodder
  • papillon
  • tweeling
  • laatste dag
  • zwijg
  • piemonte
  • de lege uitgestrektheid der dingen
  • kostuum
  • onverzonden brief
  • regenboog
  • hoe- hoe ' erkoe
  • vrijheid
  • 1 juni 2008
  • aapneus
  • zeug
  • drie eigenzinnigen
  • katrien
  • ik en de wereld
  • nieuwjaar
  • italië
  • goulash
  • stalen vogels
  • fietstocht
  • ma
  • dertig april 2008
  • aardbei
  • repetitie
  • gele tulp
  • hommel
  • azuurblauwe morgen
  • roofvogel
  • zaterdag twaalf april 2008
  • Brussel
  • droomhuis
  • dampende mest
  • vrijdag 20 augustus 2004
  • schaduw
  • vraag me af
  • hapjetapje
  • bloemenvrouw
  • waterdame
  • caroline
  • mistig
  • donderdag 20 maart 2008
  • vreemd normaal
  • kijk
  • wanhoopsdaad
  • barman
  • dinsdag 4 maart 2008
  • ooit
  • vandaag
  • vandaag
  • verkoudheid
  • geboorte
  • gebroken spiegel
  • verzwegen
  • dinsdag 12 februari 2008
  • naartoe
  • sprekver...
  • sneeuw
  • aftakel
  • konijn
  • lichtwoorden
  • donderdag 24 januari 2008
  • toch
  • theo
  • weetik?
  • duet
  • striem
  • storm
  • geen hout meer
  • maandag 22 mei 2006
  • malschaduw
  • snolwijs
  • mal4
  • mal3
  • mal2
  • mal1
  • volkscafé
  • mosselfriet
  • verstotene
  • kerstavond2007
  • ontbijt
  • dialoog
  • sneeuw
  • vorst
  • evjeke
  • boerweg
  • 2late
  • frietketel
  • ik wil nog wel even
  • woestijnmensen
  • honds
  • onpoeet
  • onnozel
  • weeral hetzelfde
  • zondagsmarkt
  • poker
  • onzin
  • marcel
  • bouwvakkers
  • festijn
  • nog wat tijd
  • pint bier
  • jeke
  • droom1000
  • citeer
  • brunch
  • sjoukroet
  • schouwburg
  • onkruid
  • plvc
  • koeien
  • seizoen
  • witlicht
  • arlette
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    verbruikte toekomst
    14-12-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ouderschap

    Ik was met koorts vroeg slapen gegaan en belandde samen met mijn vrouw in een dorp. Het moet in Frankrijk geweest zijn want de bewoners spraken er Frans. We waren te voet gekomen. Onderweg had ik mijn zoon op mijn schouders gedragen. Bagage hadden we niet mee.

    We hadden onderdak gevonden bij een groot gezin. Wij sliepen boven in een kamer waar een tafel stond maar eten moesten we beneden doen. s’ Nachts begon mijn zoon luidruchtig te spelen. Er was geen houden aan, zelfs toen de eigenaar op de kamerdeur bonkte en iets onverstaanbaar bromde. Eindelijk, toen mijn grootmoeder uit het hiernamaals in de slaapkamer kwam werd hij rustig. Ik hoorde mijn vader beneden in vlot Frans met de eigenaar praten. Wat doet die hier, vroeg ik me af. Hij had mijn moeder al meerdere keren verlaten maar in Frankrijk was hij nooit geweest.

    De ochtend nadien waren we vroeg opgestaan. Beneden sliepen ze nog. Mijn vrouw ging naar het dorp om te zien of er een bakker was. Mijn zoon en ik maakten ondertussen een groot schilderij dat we beneden in een kamer aan de muur hingen. Toen de dochter van de eigenaar opstond om te plassen gebood ze ons het schilderij meteen van de muur te halen en het behangpapier niet te beschadigen. Tot mijn spijt en schrik merkte ik dat mijn zoon het aan de muur had gelijmd. Bovendien had hij ook in zijn bed geplast. We zouden hier een fikse schadevergoeding moeten betalen.

    Ik vroeg aan de dochter om op mijn zoon te passen. Ik wou mijn vrouw in het dorp gaan zoeken. Het was niet haar gewoonte om zo lang weg te blijven.

    Eens buiten zag ik op het einde van de straat mijn versleten bromfiets staan waarmee ik nog naar Griekenland was gereden. Ze hadden er de benzinetank afgenomen. Langs een kerk en een voetbalveld kwam ik in het dorp terecht. De mensen verplaatsten zich op kamelen en ezels door de stegen. Het rook er naar mest. Hoe verder ik ging, hoe drukker het werd. Er werd handel gedreven door Afrikanen en Chinezen. Tevergeefs vroeg ik hen of ze geen vrouw hadden gezien met lang zwart haar. Niemand had haar gezien. Ik besloot dan maar terug te keren en liep verloren. Telkens kwam ik op dezelfde hoofdweg terecht die naar de stegen leidde. Wanhopig ging ik op het voetpad zitten tot een kameel me vroeg wat er scheelde. Hij bood me aan me terug te brengen. Hij kende de weg.

    Ik kon moeilijk mijn evenwicht behouden tussen die twee bulten. Dan begon hij te schaterlachen en stoof in galop een helling af tot aan het huis waar we logeerden. Mijn vrouw zat aan de ontbijttafel en vroeg waar ik zo lang gebleven was. De zoon was verdwenen.

    14-12-2008, 09:13 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    10-12-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kil fluistert het weer

    in seizoenen bevroren winters
    donker met slapende wezens
    vliegen valken in rijm
    boven een wolkendek
    een moment
    dacht ik bijna dat het gisteren was
    de droomnevel trok langzaam weg

    denk een spinnenweb in rimpels van een stoel
    dichtbij is een plein, een vijver
    met vissen zonder reigers
    en een neuspeuteraar in de schaduw
    die wacht tot de zon lager staat

    de sterren staan al in de lucht terwijl het nog niet donker is
    zorg goed voor het kind dat pas geboren is
    vanavond heeft de waarheid haar bestaan verloren,
    verwerp ik…herschep ik haar

    zomaar om over het vermogen te beschikken
    fantaseer ik een werkelijkheid

    de wereld herschikkend
    met land in strijklicht

    nat en kil fluistert het weer
    iets uit een zwanendans
    op een verweerde tafel

    en  smeekt  aan joelende wind dat geen inkt uit een pen vergaat.

    Hemel klaart boven land in mist
    op dezelfde plaats waar noorderwind
    het onkruid liet bewegen
    ik sta hier maar naar wolken te kijken in een half verlichte hemel
    met maanlicht op een blad papier

    10-12-2008, 01:14 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ongetiteld

    Helemaal bloot is minder spannend dan deels bedekt. Tijdens een dorpsfeest sluip ik naar buiten om geruchten te beluisteren, mensen te bespieden en ga ik een hamburger halen zonder iemand met een zelfgemaakt houten zwaard tegen te komen die zegt: hopelijk is het morgen ook nog goed weer. Voor een keer voel ik onmacht omdat het geen spel meer is. Het lijkt of het lot van onze huidige beschaving bepaald wordt door vleselijk geworden kwaad. Iemand zei dat religie en poëzie alleen maar troostende woorden zijn voor de onzekerheid van iemands bestaan.

    Is de pompbak hersteld?

             Neen, ik heb stoverij klaar.

    Ik had liever dat de pompbak hersteld was en dat we een boterham met kaas eten vanavond.

             Ik vond geen schroevendraaier.

    Maar wel stoofvlees hoewel de beenhouwer met vakantie is.

                Ik heb het soepvlees van eergisteren gestoofd met groenten van bij Adriëenne.

    En ondertussen blijft de pompbak verstopt.

                Drinken we rode of witte wijn bij het eten?

    Voor mij witte wijn.

             En voor mij een rode.

    Ontstop je daarna de pompbak?

                Als jij de schroevendraaier voor me vind.

    Waar ligt die?

             Weet ik niet.

    Stoofvlees van soepvlees en de pompbak die niet ontstopt is doordat je me niet kan vertellen waar die ligt.

             Stel je voor dat we in Bagdad zouden wonen.

    Nu wordt je weer extreem.

             Neen, ik relativeer onze miserie van een verstopte pompbak.

    In Egypte was je asociaal.

             Kun jij dan van rechts naar links schrijven?

    Niet in de steegjes.

                Weet je wat? Ik ga de pompbak herstellen.

    Zonder schroevendraaier?

                Ja, ik haal een oude Belgische frank uit mijn trouwkostuum. Die past in de gleuf van de vijs. Waar hangt mijn trouwkostuum?

             Dat hebben we niet meer. Je hebt dat jaren geleden verkwanseld met carnaval.

    Niet waar. Dat was je trouwkleed.

    06-12-2008, 13:08 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 15 augustus 2006

    Terwijl ik dit schrijf wordt mijn aandacht afgeleid door een tot aan de rand met regenwater gevuld jeneverglas waarin een vlieg spartelt. Af en toe blijft ze roerloos drijven alsof ze op adem wil komen om dan plots onverwacht haar doodstrijd verder te zetten. Ik zou haar met mijn penpunt uit het water kunnen halen opdat ze haar flinterdunne vleugeltjes en tere pootjes drogen kan op de rand van mijn blad papier. Moe getergd in een recent verleden door treiterende zomervliegen die me wanhopig bijna naar het schavot dreven, besluit ik om verder te schrijven. In een almachtig gevoelen dat daarop volgt door over leven en dood te mogen beslissen besluit ik dat, indien na dit schrijven nog enig teken van leven aan de waterspiegel te bespeuren valt, ik het insect plat nijp tot een bloedvlek.

    Ik begrijp u. Normaal bereiken vliegen het hiernamaals via een mep. Een plotselinge dood is dat. Zij heeft een doodstrijd beleefd. Ik heb haar ervaring niet ontnomen. Het was haar lot. Het heeft geen zin om hierover na te denken. Het overkomt ons vanzelf. Ongewild liggen we ooit zelf op een drempel uitgeput het einde tegemoet, keren we terug naar datgene dat we als levenden niet konden begrijpen.

    Niets is raadselachtiger dan ruimte en tijd als je er zelden bij stilstaat. Daags na mijn thuisgeboorte toornde mijn vader me reeds mee naar zijn stamcafé waar hij me, in zijn corpulente werkmanshanden geborgen, aan alle aanwezigen toonde en zei: dat is mijn zoon. Mijn eerste zelfstandig cafébezoek was bij Marcel van de Meutte aan de tramstatie. In het midden stond een altaar van een biljart. In het begin mocht ik ernaar kijken, maar niet aanraken. Later kwamen we met zen vieren en werd het zware zwarte doek van de tafel gerold. Dan haalden we de keus uit het foedraal en krijtten we met een devotje de stompe punt. We dronken niet meer dan twee pinten. Geen gezever, geen gedoe met Witte van Hoegaarden of andere flauwekul. Wij dronken pinten en het was altijd om het biljarten te doen. Dikwijls hing er dan een gewijde stilte om ons heen en hoorde je het getik van ivoor tegen ivoor. Cafés, decor van van dingen die voorbij gaan. Marcel van de Meutte  bestaat al lang niet meer en van het café is een verloederd karkas overgebleven.


    06-12-2008, 00:00 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    02-12-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.dinsdag 2 december 2008

    dinsdag 2 december 2008

     

    Die teef veroudert sneller dan ik. Zij is halfblind, ik halfdoof. Als we weg gaan gebruikt ze haar reukvermogen. Af en toe botst ze tegen een obstakel. We slenteren aan een leiband…beiden aan een uiteinde. Ik leid de weg, zij houdt mij in evenwicht.

    Het is kil, vochtig en stil rond de graven aan het kerkgebouw. Niemand op straat. Ik heb geen zin meer om verder te gaan.

    Nu, in een tijdspanne later ligt ze met uitgestrekte poten en half dichtgeknepen ogen op de stenen vloer. Ik weet dat het daar tocht. Zij voelt het niet. Nu vervaagt ze in een hondsslaap.

    02-12-2008, 21:59 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    30-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.slapende mens

    In een halfdroom ontmoette ik mijn nicht en nonkel als personages uit de late jaren zestig. Ik herbeleefde de begrafenis van mijn grootvader, ook al was ik toen nog heel jong. Terwijl de mensen langs de binnenkoer met een plechtige tristesse binnen gingen om de overledene een laatste groet te brengen, hoorde ik mijn grootmoeder ontroostbaar huilen. Ik had het lijk ook gezien en was geschrokken van dat wit vertrokken gelaat met ingezakte oogkassen. Het rook er naar Keuls water. De dood bestond nog niet voor mij. Mijn grootvader lag in een diepe slaap en zou nooit meer wakker worden. Nu, in zijn slaap zou ik zijn aambeeld aanraken en het mysterie van zijn vuur begrijpen. Ik had zijn leven nooit aangeraakt. De koude van zijn afwezigheid maakte me benieuwd. Ik blies door het as van uitgedoofd smidsvuur en probeerde vuur te stoken. Ik  keek door een kier van metselwerk naar binnen. Uiteindelijk ben ik...mijn eigen niet vergeten.

    Ik werd wakker, keek door het dakraam, zag dat het klaar werd en hoorde duizenden vogels zingen in mijn kop. Plots begon alles neerwaarts te kantelen en hoorde ik achter mij een geluid dat op een aanraking leek.

    in seizoenen bevroren winters

    donker met slapende wezens

    vliegen valken in rijm

    boven een wolkendek

    een moment

    dacht ik bijna dat het gisteren was

    de droomnevel trok langzaam weg

    30-11-2008, 22:11 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.land in

    denk een spinnenweb in rimpels van een stoel

    dichtbij is een plein, een vijver

    met vissen zonder reigers

    en een neuspeuteraar in de schaduw

    die wacht tot de zon lager staat

     

    de sterren staan al in de lucht terwijl het nog niet donker is

    zorg goed voor het kind dat pas geboren is

    vanavond heeft de waarheid haar bestaan verloren,

    verwerp ik…herschep ik haar

     

    zomaar om over het vermogen te beschikken
    fantaseer ik een werkelijkheid

    de wereld herschikkend
    met land in strijklicht

    30-11-2008, 09:39 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    24-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.amsterdam
    Zaterdag 3 juni ….dinsdag 6 juni 2006
     
      Het is nacht. Ik zoek   in Domberg met de wegwijzers en een kaart mijn weg naar Breda. Soms gebeurt het dat ik verkeerd fiets en moet ik terug. En dan, als ik terug ben, merk ik dat het toch de juiste richting was. Dan moet ik terug en daarna verder, af en toe langs slapende dorpen. Ik voel geen pijn. Op het laatst begon ik de controle over mezelf te verliezen. Het schemerde toen ik door het veld reed. De gewassen langs de rand namen de vorm van mijn verbeelding aan en waar er geen gewassen stonden zag ik ravijnen langs weerszijden van het pad. Ik ben tot het uiterste gegaan.
     
    Ik ben nu 2 dagen onderweg en bijna in Amsterdam. Straks gaat de zon onder, kijk ik uit naar een overnachtingplaats. Doorfietsen tot een spoor naar braakliggend land. Er is nog licht genoeg om het tentzeil uit te zetten. Dan ga ik slapen.
    Het is windstil onder het open zeil. Ik houd mijn kleren aan, gebruik mijn regenjas als kussen en trek de veel te kleine slaapzak waarvan de rits kapot is over me heen. Net wanneer de nacht uit de hemel weg gaat sta ik op.
    De dageraad begint. Het blauw en wolken krijgen langzaam gestalte. Alles is ingepakt. Nog geen kat op straat. Alleen koekoeksroep en merels die fluiten. Tegen dat de zon schijnt ben ik in Amsterdam.
    Het is fris op de fiets tot de zon wat hoger staat. Alleen de schaduwzijden hebben het dan nog koud. Op dat moment ben ik Amsterdam binnen gereden. Een leeg Amsterdam met nog gesloten winkels. Alleen de mensen van de vuilkar zijn op straat. Ik heb me neergezet en ben tegen mijn fiets beginnen te praten, zomaar en niet lang. Voortaan zeg ik niet meer dat ik op reis ga, maar dat we op reis gaan. Nog voor de cafés open gingen waren we al vertrokken. Van hieruit gaat het naar Rotterdam en dan naar huis. Dat heeft een dag, een nacht en een dag geduurd. Al die tijd heb ik niet geslapen.

    24-11-2008, 23:37 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.25 mei 2006

    zondag 25 mei 2006


    In de mesthoop zoemen zeven bijen. Vandaag is het nog niet de langste dag. Ik doe verder tot in het schemeruur. Nimmer ben ik met mijn mesthoop zo intens bezig geweest. Hij dampt en ruikt naar zoetigheid.
    Ge zijt zot.

    Vannacht reed ik langs onderbroken wegen, stond ik in een fietswinkel waar niemand kwam. In het bos zag ik een panter vanuit een verlaten huis en kwam een kwartier te laat op het werk door een wegversperring. Aan het station miste ik de tram en nam wat verder de bus aan een roltrap met veel volk. Nu nog een schil soepvlees, dan een eerste sigaret in de wind. Daarna snuit ik mezelf een bloedneus. De rest komt vanzelf.
    De buurvrouw komt terug van de krantenwinkel. De hond raast als een woeste beer naar de poort. Ze kan erom lachen en wuift me vriendelijk een goede morgen toe. Een beetje verliefd op zoveel genegenheid knipper ik wederzijds met mijn rechteroor. Het is een begin van een droge winderige dag met opklaringen.

    Ik fiets naar de stad en neem mijn klassiek fototoestel mee dat ik al twintig jaar bezit. Een handbediend zwaar metalen apparaat met een zwart-wit film erin. Ik heb er een groothoeklens opgevezen. Daarmee ga ik straks op het trottoir aan portretfotografie doen.
    10h55: ik koop in een grootwarenhuis groentesap. Net voor de kassa krijg ik weer een bloedneus. Genant is dat. Met mijn neus in de weer geef ik aan de dame achter mij mijn portefuille en vraag om te betalen. Als ik buiten kom schijnt de zon en is na vijf minuten het bloed in mijn neus gestold.

    12h10: ik eet alleen gezeten op de oude markt een dagschotel. De wind waait het stof van de weg. Daarna laat ik op een bank in het begijnhof mijn eten verteren in bijtend zonlicht. Op de terugweg langs het veld heerst tegenwind. Het overbevolkt hoge gras woelt met de wind. Coureurs snellen mij regelmatig voorbij. Mijn fiets waait omver.

    Het is weeral bijna eind mei en twintig voor zes. Ik heb karnemelk gedronken. Dan zet ik de oven aan, doe ik mijn vuile kleren aan om onderaards centimeters steen te bekappen. Het is goed zo, stuur de beesten maar naar huis.


    24-11-2008, 20:43 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.neushoorn

    Ik heb een zelfportret gemaakt en kijk ernaar, naar mijn ogen waarin ik zelden kijk,  mijn tenen die altijd verborgen bleven, mijn blik zonder weinig uitdrukking omdat ik erin kijk. Mijn armen hangen slap aan mijn schouders, ongeschorenheid draagt een wit-grijze kleur met zich mee. Mijn haar is in de war.  Ergens in onze wereld was de revolutie net gedaan.

    Zij zou later op de dag komen. In afwachting ging ik naar een jeugdherberg waar ik vroeger al gelogeerd had. Het was er nu vervallen. Het stonk er naar pis en bovendien was er geen plaats meer voor mij. Ik plaste in de hall, nam mijn bagage en ging in de stad.

    De mensen zongen en dansten. Op een plein kwam ik mijn ouders tegen die op zoek waren naar een logement. Wat doen die hier in Nepal, vroeg ik me af.

    Ik herinnerde me nog een leegstaand huis aan de rand van de stad.

    Plots stormde een neushoorn op mij af. Ik verstopte me achter een houten wand. Dan zag ik haar komen langs een aarden weg. Ze herinnerde zich ook het huis maar had de neushoorn niet gezien. Er loopt hier een neushoorn rond, riep ik. Ze lachte en droeg een kind op haar arm.

    24-11-2008, 18:37 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    23-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.parijs

    Donderdag 11mei 2006

    Aan de trappen van het gemeentehuis eet zij een broodje en ik sardienen uit blik dat we net gekocht hebben. De zon gloeit. We fietsen naar Parijs langs bebost gebied dat uitmondt aan de Maasvallei tot in Wepion. Nog vijf kilometer tot aan ‘Le chateau du beau Vallon’. Net op tijd om de zonsondergang te zien.
    ’s Ochtends dringt de zon door sparren langs het open venster in de kamer. Ik blaas haar wakker. We gaan verder door de Maasvallei. Halverwege Mariembourg … het is heet. Laten we in de schaduw ‘les boulettes de la maison’ eten. Terwijl zij in een tijdschrift bladert lees ik de krant. Dan steken we de Maas over langs een doolhof met smalle bruggen. De weg gaat verder recht door een bos. Dit wordt kilometervreterij.
    19h: De gastheer en zijn dame spreken met een Antwerps accent.
    Na de schemer zitten mensen buiten te praten. Er hangt een kruidengeur van barbecue in de lucht.


    zaterdagochtend

    Vannacht heeft het geregend. Bij het vertrek regent het opnieuw. Een uur later wordt de hemel blauw. In Balieux kopen we brood. Picknick op de trappen van een kerk. We fietsen langs een asfaltweg de grens over. Er is een vervallen café dat de tweede wereldoorlog nog gediend heeft.

    17h rue Jean Charton 18…
    De dame die ons verwelkomt is veel ouder dan ze eruit ziet. Geblondeerd, opgespoten lippen, weggetrokken rimpels, een boezem om U tegen te fluisteren en gekleed als een wulpse tiener.
    Die valt nu echt in mijn smaak, zeg ik.
    Hoe is dat toch mogelijk, zegt ze onbegrijpend.
    De inkomhal en de trap zijn versierd met roze en witte bloemen. Hemelbed opnieuw roze met pastel, spiegels en antiek. Satijnen kussens, frullen en franjes. Zelfs het wc-papier is geparfumeerd.
    ’s Anderendaags is het geneveld. De weg gaat lichtglooiend door gele koolzaadvelden, kleine dorpen zonder winkels en staminettes. In de late namiddag zijn we in de laaggelegen voorstad van Laon. De kathedraal is gebouwd op de top. Zodra we de spoorwegbrug oversteken begint de steile klim. Zij boekt een overnachting in hotel ‘Les Chevaliers’. Wijn, paté met zoutkoekjes op de kamer. Dan slenteren door de kleine stad ondergedompeld in strijklicht. De immense ruimte in de kathedraal is adembenemend. Het licht dat langs de glasramen binnenvalt wordt gevangen tussen bogen en gewelven waaruit een engelenkoor galmt. We gaan traag door de enorme middenbeuk. In het portaal neem ik in een lichtstraal een foto van haar. Vanop een stenen reling hierboven zien we het landschap waar we doorgefietst zijn. We kletsen tegen elkaar als goede vrienden.

    22h30
    Een sigarettrek in de vensteropening van de badkamer. Ik registreer zonder diepgang. Tijd om slapen te gaan.

    De volgende ochtend om 6h30 rook ik opnieuw in de vensteropening van de badkamer een sigaret. Iemand van de vuilkar plukt met een grijpstok zwerfvuil van het trottoir. De helft blijft liggen. De man staat er blijkbaar alleen voor.
    Terwijl ze uitslaapt ga ik in de stad. De onbemande kabellift die het lage met het hoge stadsdeel verbindt, gaat met hoge snelheid heen en terug, echter zonder pendelaars. Midden in een zijstraat aan ‘La Place General Léclercq’ laat een jongeman zonder gêne een hond zijn behoefte doen. Een uit tegenovergestelde richting komende voetgangster werpt met enige afschuw een blik naar de langwerpige zandkleurige drol. Het maandagochtendleven komt op gang. De kokette dames op de trottoirs vormen een schril contrast met de vervallen natuurstenen gevels. Nonchalante schoonheid. Klakkende hakken op de kassei…klak…klak…klak.

    16h35
    Burlp…die Leffe smaakt. Vive la France! Merde aux voitures! Vandaag zijn we amper twee fietsers tegen gekomen.
    Ik bestel ‘un grand café au lait’. Ze vindt die jonge serveuse onsympathiek. Ik niet. Ik hou van die koele uitdrukking en dat handje dat de deur dicht smakt in plaats van dicht te doen. Daarachter ligt meestal een ondoorgrondbare reden. Niet dat ik haar badwater zou drinken, maar het heeft iets.


    dinsdag 16 mei

    De gastvrouw, rondborstig struis, vraagt of we vanavond mee eten. Natuurlijk eten we mee. Ze toont langs een stenen trap de kamer.
    s’ Avonds zijn we met zes aan tafel. De gastheer die tevens burgemeester is, verschijnt als laatste met in zijn linkerhand een fles wijn. Een monument van een vent met politesse.

    woensdag 17 mei

    6h45

    De zon geeft al warmte in de hoger gelegen velden. Ik moet op tijd terug zijn om haar wakker te maken voor het ontbijt. Stipt om 8h wordt de tafel gedekt. Ik laat de ochtendlucht diep in mijn longen dringen, blaas ze krachtig uit, herhaal tot lichaam en geest scheiden.
    Na het ontbijt willen we nog een dag langer blijven, zonder moeite en tijd zat.
    De dorpen in deze glooiende landschappen zijn onveranderd gebleven. Alleen de weg heeft er een asfaltlaag bij gekregen. De huizen zijn opgetrokken met gekalibreerde witte steen en tegelpannen daken. Daartussen geel, wit en purper bloeisel dat bedwelmt. Hoofd ondersteund door linkerarm, verrijkt met leegte. Men zegt dat gemis de basis vormt voor een goed verhaal. Nu ik niets mis, niet het minste verlangen heb en alleen nog het ogenblik koester, verkleumt mijn pen bij elke zin. Binnen klettert geluid als afwas zonder afwasmachien. Ik dacht ook kikkers te horen in een kwakkend geluid.

    Leven ingekapseld in tijd en ruimte. Oneindig ziet het kind akkers opnieuw bloeien, heersen verzonnen Goden onmacht der wijzen tot het licht dooft.
    Is het een zwaluw of een vreemde vogel die dit geluid maakt? Het lijkt op een snel kabbelend riviertje, maar dan vanuit een boom.

    11h
    La Collégiale St. Thoma, gebouwd in 1182. Aan de ingangsboog is een inscriptie: ‘Le peuple français reconnaît l’Etre Suprême et l’immortalité de l’âme’. Ik koop een bloedpens die we op een bank achter een kermismolen op eten. Zij proeft twee centimeter. Ik slok achtentwintig centimeter naar binnen. Mijn vingers hebben er een bruin-rode kleur van gekregen. Ze zegt: veeg uw mond schoon.
    Op de heuvel aan de ruïnes van een Romeins amfitheater slaan we een bospad in. Nog tachtig kilometer.

    donderdag 18 mei

    22h53
    Place de la Bastille in Parijs. Ongetwijfeld drinken we cocktail op een terras. De laatste 30 km ging het in tegenwind langs een kanaal. Deze stad bruist. Ik kus haar op een wang. We hebben een goedkoop hotel gevonden in de rue Antoine. De fietsen konden in de inkomhal. Kleine kamer met twee eenpersoonsbedden. Ouderwets en versleten maar het werkt. Het water is even warm als in een viersterrenhotel waarvoor je hier gemakkelijk tweehonderd euro betaalt. In dit hotel mag je zelfs roken op de kamer.
    Het is nacht. We drinken chocomelk met Cointreau. Ik lonk naar ‘les Parisiennes’ die zwierig voorbij lopen. Nu nog banen fietsers zich een weg langs het drukke verkeer. Ongelooflijk. Parijs is een fietsende stad in wording. Ik krijg zin om mijn fiets in het hotel te gaan halen maar dan rijd ik onherroepelijk verloren.

    23-11-2008, 20:23 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    22-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zwartwitteveetje

    Wij kregen in 1975 een zwart-wit televisie. Een plastieken draagbare met een beeldscherm van exact vijfentwintig op twintig centimeter. Vier keer is het mee verhuisd en heeft het zowat op alle plaatsen gestaan. De laatste jaren stond het stokversleten in de badkamer. Hier en daar ontbrak er iets aan maar de vitale organen waren nog intact. We konden twee zenders ontvangen. Plots besliste vooruitgang dat beelden niet meer met antenne worden uitgezonden. Van de ene dag op de andere is ons teveetje beeldloos geworden. Ze hebben het vermoordt.

    Koop een cinemascreen en vraag een digitale aansluiting aan, zegt mijn zoon heel gewoon.

    Ik ga buiten staan.

    Er hangt sneeuw aan het rooster dat op het kampvuur van de zomer is blijven liggen. Niet ver vandaan staat vergrijzde lavendel die ik in gedachten nog zie bloeien. Nu weet ik het zeker, het kruid is aan zijn winterslaap begonnen.

    Donderdagnacht had ik een schuilplaats gevonden op een bank onder een afdak in een park. Twee jongeren ruim de volwassen leeftijd voorbij hebben mijn slaap verstoord. Een van hen rijkte mij een bierblikje aan maar ik wou water. Ik vertelde dat ik hier tijdelijk was en wees hen op energieverspilling in deze tijd. Tijdelijk licht, tijdelijk seizoen, tijdelijke wereld.

    Hou op met zeveren, zei een van hen.

    Gistenochtend was het aan het stormen met regen. Overdag bleef het droog. Het waaide door alle kieren. ’s Avonds werd het koud en vanochtend heeft het gesneeuwd. Nu schijnt de zon.

    22-11-2008, 12:45 Geschreven door warket
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ongetiteld

    Eerst dacht ik te vertellen waarom ik dit zou schrijven en dan bedacht ik me weer. Nu ontgaat mij wat ik wou. Een kakkewals in de tijd echoot in mijn kop.

    Het is nu volle maan. Onze voorouders feestten dan want het land was ’s nachts verlicht. Moeders brachten hun kindren mee…hadden kruiden bij die ze over het nachtvuur strooiden terwijl ouderlingen door koperen pijpen zongen. Het gebeurde voordien enlaten we indachtig zijn.

    15-11-2008, 02:10 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    11-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zondag 9 november 2008

    6h: Ik ben klaarwakker, sta op, pers een appelsien en ga dan buiten op de binnenkoer. Het waait vocht. Het is niet koud. Ik kan in pyjama buiten staan. De tuin is bedekt met bruingele bladeren.

    7h: Stef komt thuis met vrienden. Ze hebben de nacht in de buitenlucht doorgebracht. Ik stop de borden in het afwasmachien en maak de keuken proper.

    8h30: Een tas koffie in de wind. Het is klaar geworden. Er bloeit nog zeldzaam purper met bordeaux. Ook rozelaars behouden een uiteindelijk wit restant.

    9h30: Zijbijmij is uitgeslapen.

       Vergeet niet dat we straks op zoek gaan naar een boekenrek.

    Oei, dat was ik vergeten. Ik ga me nu scheren.

    Ondertussen doet ze wat ze bij het opstaan al heel lang doet: ze drinkt koffie bij TV.

       Bert en Evie komen vanavond eten. Maken we ossobuco klaar?

    Ik geef de hond een inspuiting tegen suikerziekte en geef haar eten. Ze wordt blind.

    11h: In de zaak die vandaag uitzonderlijk open bleef stond aan de kassa een twintig meter lange file. Bij het zien hiervan zijn we meteen naar buiten gevlucht zonder boekenkast.

    Zijbijmij is nu ingridiënten gaan kopen voor het avondeten. Ondertussen snuit ik mijn neus en kan mijn gelaat opnieuw ongeschoren worden. Ik heb het gevoel dat mijn afgetakeld lichaam mezelf niet meer kan herbergen.

    12h30: Telefoon.

       Pappa, hoe laat komen wij eten?

    Rond zeventien uur?

      Liefst halfzeven. Ik wil nog wat doen vandaag.

    Halfzeven dan. Ik maak ossobuco klaar met pasta.

    Zij is terug en maakt de houtkachel leeg. Ik trek mijn houthakkerskleren aan en wil in novemberstorm brandhout klieven. Eerst een middagaperitief.

    13h30: Terwijl ik herfst bijeen gritsel poets zij het huis. Als de kinderen komen moet het er netjes uitzien. Ze heeft een geurkaars gekocht om de hondengeur uit de huiskamer te verdrijven. De transistorradio staat aan. Ze heeft de kachel aangestoken.

    er hangt houtskoolgeur in wind

    ze tekenen een wapenbestand in volle overgave

    aan nederlaag en zegevieren

    gehuld in strakke vesten en lange pardesu’s

    klimmen ze naar het schavot dat de toekomst gaat

    herverdelen met andere heersers

    …dat was gisteren.

    14h30: Stef heeft zijn roes uitgeslapen. Aan de koelkast vraagt hij wie de garnaalkroketten opgegeten heeft. Ik vannacht. Hij mompelt een Franstalige vloek.

    De zon komt erdoor. Mijn inktvod raakt verzadigd. Ik trek mijn houten klompen aan.

    Achteraan in de hof staan twee versleten tafels. Een van hen staat al twintig seizoenen buiten en is zo verzwakt dat ze amper nog een bloempot kan dragen. De andere is krom maar stevig. Aan beiden heb ik geschreven en avondlange gesprekken gehad.

    18h: de keuken is te klein voor ons twee. Ik ga de wijn chambreren en ervan proeven. Zij maakt het voorgerecht. De klokken luiden zes keer als een gebiedend geluid voor gelovigen en een tijdssignaal voor verliefden, een eeuwenoud geluid voor zij die geen uurwerk hebben.

    18h30: Het eten is bijna klaar. Ze lachen joviaal. Zijbijmij is content met de kinderen in huis. Ik ook. Het wordt hier een festijn.

    20h30: De fles wijn is leeg. Evie drinkt cola light.

    11-11-2008, 10:51 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    01-11-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kijken

    kijken

    bewegen blauwe twijgen traag

    luisteren ogen doof

    naar lichtgloed uit wolken

    die wind in oorschelpen

    alles doet bewegen in wit en geel

    na dit vroeguur van de winter

     

    nat en kil fluistert het weer

    iets uit een zwanendans

    op een verweerde tafel

    01-11-2008, 19:40 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.volrond
    ze zit op een bank midden in een stad
    we hebben op het middaguur afgesproken
    ze is op tijd
    ik ben twee minuten te laat
    eerst nog even naar het buro
    dan terug naar de zitbank
    dagschotel, sla, …de wijn is voor haar

    de dames zijn in dit gloeiend weer licht gekleed, getooid in geel, roze, blauw, verbloemd
    vrouwzomerbloesem gesprenkeld  met dure parfums

    diep uitgesneden decolette en gebronzeerde benen in laarzen met hoge hakken
    de mode heeft het uitzicht van het zomerseizoen bepaald
    de winkel met grote maten had wel iets
    volronde dames zonder corset die hun gading vinden
    sierlijk staan ze solidair te passen voor de spiegel
    de kleinste maat iets te klein
    de grootste maat iets te groot
    tot het ultieme kledingsstuk rond het lichaam past
    die winkel met grote maten
    daar zie je geen klasseverschil
    ik heb ondergoed gekocht
    geen schoenen?

    neen, ik had geen tijd   het heeft wel iets, die weg door het veld waarover je altijd vertelt
    ik heb dorst   drinken we nog iets?
    ik ga nog winkels in en uit    blijf jij maar zitten
    ik gluur naar schoonheid die passeert
    daarna komt ze terug en ga ik schoenen passen, kleedjes bekijken, in en uit
    vanuit gloeiende zon langs trottoir naar binnen en buiten
    onvermoeibaar
    tot mijn verschraalde tong langs mijn enkels daalt
    en ik verzuchtend op een terras de hitte met koelte verdrink
    ze is opnieuw verdwenen in de straat
    en dan komt ze terug en zegt ze: kijk wat ik gekocht heb
    drink ik de lauwe fond uit mijn glas   kom we gaan naar huis

    01-11-2008, 16:39 Geschreven door warket
    Reageren (3)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    maandag 27 oktober 2008

    Adfundum in de leegte. Alleen de besten mogen minder ziek dan hun fantasie over twijfel, terugval en vraagtekens vroegtijdig ontleven. Die tegendraadsheid stemt me niet eens mistroostig aan een vreemd verlichte tafel. Je bent nooit klaar met zoeken en vergelijken. Het instrument dat ik nu bespeel is een wild beest geworden. Het gaat nooit ophouden. De toegangswegen en de  ring rond Leuven raken overbevolkt. Dat veroorzaakt een prikkelende geur en maakt lawaai. De hele tijd vraag ik me het vermijdbare hiervan af. Economisch-sociaal denken op de fiets. Bezinnen tussen raven en konijnen. Door het winteruur wordt het klaar als ik vertrek. Gustaaf heeft zich overslapen. Terwijl ik mijn post lees en werfschoenen aan trek stel ik het zinvolle van de werkdag in vraag. Is het alleen voor de poen dat we het doen? In Kessel-Lo moet ik op een dak en daarna ook op de Sint-Pieterskerk, maar mijn benen trillen vandaag. Ma, ik heb geen evenwicht meer. ’s Middags wordt het een kebab en daarna zien we wel. Het zal een uur vroeger donker worden vandaag.

    28-10-2008, 14:02 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    26-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ma
    we zijn weg
    vader   moeder   zijbijmij
    en ik
     
    hij vertelt over zijn zus
    zijn broer...en verdwenen vrienden
     
    zij vertelt over kleinkinderen
    en over mij toen ik nog haar kind was
     
    ma,
    wat blijf je een prachtige dame
    ik...
     
    smeek nu aan joelende wind
    dat de inkt op mijn pen
    niet vergaat

    26-10-2008, 20:20 Geschreven door warket
    Reageren (3)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    22-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.heidenspraak
    In het ochtendcafé zit een man met gekruiste benen aan een kansspel. Op de glasplaat ligt een pakje Marlboro. Een vrouw kijkt rond, tuurt bij de koffie door het raam. Ze heeft krulhaar en draagt een bril. De ochtend loeit en reikt over iedereen heen als een reusachtig lichtgordijn. Schaduwen van zij die buiten zijn. Zelf vind ik mijn schaduw niet. Misschien besta ik niet meer.
    De maan had de avond voordien nog wazig geschenen en de wind was gaan liggen zodat de loszittende dingen niet meer bewogen.
    Het nieuwe fietslicht schijnt in het donker een ander licht.
    Koude regen en windvlagen striemen. Bladeren rotten nu op de platgestampte aarde. De stad is bijna leeg.
    De terugkeer lijkt oneindig ver. Eens mijn ijzig gezicht ontdooid, ben ik thuis.
    Zij kwam in een zwarte winterjas. Ik beluisterde muziek.
    Nu stop ik het restant van de avond in een afwasmachine.
    De dampkap in de keuken maakt lawaai; ook het gekletter van teljoren als ze de tafel dekt.
    Langzaam in de nacht blijft de maan verscholen in joelende wind. De berk verliest zijn laatste zomertakken. Hier, …elders schreeuwt de wereld een lied.
    Laten we dansen van vreugde, overlopen van levenslust. Onjuist is het niet, ook al kan die uitbundigheid overslaan in woede.
    Nog een dag te gaan. Dan ga ik na zonsondergang als een heiden in het bos op een open plek bewaarde spraaksels prevelen.
    Het is koud geworden. De herfst wordt met rijm bedekt.

    22-10-2008, 20:42 Geschreven door warket
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    16-10-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.neig
    Weet je wat ik neig vind aan dit leven? Dat het zo tijdelijk is. Ben ik dankbaar   dat we hier vier   seizoenen hebben, ons gedacht kunnen zeggen en met drinkbaar water uit de kraan onze handen wassen.

    De telefoon maakt lawaai. Het is vollemaan die voor alle zekerheid vraagt of we de brunch van zondagmiddag niet vergeten zijn.

    Neen. Zal ik HAAR roepen?

    Een kwartier later is zijbijmij met vollemaan nog altijd aan het comuniceren. Ook dat is neig.

    Rond vijftien uur was de hemel blauw geworden en werd het fris. Het duurde een uur later dan gisteren voor het donker werd. Enkele dagen geleden was het volle maan in een heldere hemel. Ik ben er 's nachts doorgereden. Je kon de veldweg en de omgeving in dat maanlicht zien. Ook dat is neig.

    En in de vooravond liepen zes fazanten op de weg tot er een tractor afkwam. Toen ze wegvlogen trokken ze hun poten in zoals eenden dat doen. Dan keer ik terug in de oertijd en zie reuzenvogels over dit landschap vliegen.

    En die telkens opkomende zon, dat is om helemaal gek van blijdschap van te worden. Toch zal iemand ooit het vergaan van deze planeet ervaren. Misschien zijn wij daar het begin van.


    16-10-2008, 22:16 Geschreven door warket
    Reageren (2)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Foto

    Over mijzelf
    Ik ben warket, en gebruik soms ook wel de schuilnaam warket.
    Ik ben een man en woon in de wereld (de wereld) en mijn beroep is zien bouwen.
    Ik ben geboren op 11/09/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: vanalles.

    Archief
  • Alle berichten

    Mijn favorieten
  • website
  • kerima_ellouise
  • Kaatje Wharton
  • Marleen De Smet
  • fotos
  • warket

  • Foto

    Blog als favoriet !

    Foto

    Laatste commentaren
  • geen titel (maart)
        op verkeerde ochtend
  • Vele groetjes uit Zonhoven (sloefke)
        op droomwereld
  • ongetiteld (warket)
        op verkeerde ochtend
  • Ja inderdaad, (Michelly)
        op verkeerde ochtend
  • ongetiteld (warket)
        op zaterdag 21 maart
  • Gastenboek
  • groetjes terug
  • Groetjes.
  • fijne avond
  • vriendelijke groetjes van uit Tessenderlo
  • WANDELGROETJES UIT BORGLOON

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!