6h: Ik ben
klaarwakker, sta op, pers een appelsien en ga dan buiten op de binnenkoer. Het
waait vocht. Het is niet koud. Ik kan in pyjama buiten staan. De tuin is bedekt
met bruingele bladeren.
7h: Stef komt
thuis met vrienden. Ze hebben de nacht in de buitenlucht doorgebracht. Ik stop
de borden in het afwasmachien en maak de keuken proper.
8h30: Een tas
koffie in de wind. Het is klaar geworden. Er bloeit nog zeldzaam purper met
bordeaux. Ook rozelaars behouden een uiteindelijk wit restant.
9h30: Zijbijmij is
uitgeslapen.
Vergeet niet dat we straks op zoek gaan naar
een boekenrek.
Oei, dat was ik vergeten.
Ik ga me nu scheren.
Ondertussen doet
ze wat ze bij het opstaan al heel lang doet: ze drinkt koffie bij TV.
Bert en Evie komen vanavond eten. Maken we
ossobuco klaar?
Ik geef de hond
een inspuiting tegen suikerziekte en geef haar eten. Ze wordt blind.
11h: In de zaak
die vandaag uitzonderlijk open bleef stond aan de kassa een twintig meter lange
file. Bij het zien hiervan zijn we meteen naar buiten gevlucht zonder
boekenkast.
Zijbijmij is nu
ingridiënten gaan kopen voor het avondeten. Ondertussen snuit ik mijn neus en
kan mijn gelaat opnieuw ongeschoren worden. Ik heb het gevoel dat mijn afgetakeld
lichaam mezelf niet meer kan herbergen.
12h30: Telefoon.
Pappa, hoe laat komen wij eten?
Rond zeventien
uur?
Liefst
halfzeven. Ik wil nog wat doen vandaag.
Halfzeven dan. Ik
maak ossobuco klaar met pasta.
Zij is terug en
maakt de houtkachel leeg. Ik trek mijn houthakkerskleren aan en wil in
novemberstorm brandhout klieven. Eerst een middagaperitief.
13h30: Terwijl ik
herfst bijeen gritsel poets zij het huis. Als de kinderen komen moet het er
netjes uitzien. Ze heeft een geurkaars gekocht om de hondengeur uit de
huiskamer te verdrijven. De transistorradio staat aan. Ze heeft de kachel
aangestoken.
er hangt houtskoolgeur in wind
ze tekenen een wapenbestand in volle overgave
aan nederlaag en zegevieren
gehuld in strakke vesten en lange pardesus
klimmen ze naar het schavot dat de toekomst gaat
herverdelen met andere heersers
dat was gisteren.
14h30: Stef heeft
zijn roes uitgeslapen. Aan de koelkast vraagt hij wie de garnaalkroketten
opgegeten heeft. Ik vannacht. Hij mompelt een Franstalige vloek.
De zon komt
erdoor. Mijn inktvod raakt verzadigd. Ik trek mijn houten klompen aan.
Achteraan in de
hof staan twee versleten tafels. Een van hen staat al twintig seizoenen buiten
en is zo verzwakt dat ze amper nog een bloempot kan dragen. De andere is krom
maar stevig. Aan beiden heb ik geschreven en avondlange gesprekken gehad.
18h: de keuken is
te klein voor ons twee. Ik ga de wijn chambreren en ervan proeven. Zij maakt
het voorgerecht. De klokken luiden zes keer als een gebiedend geluid voor
gelovigen en een tijdssignaal voor verliefden, een eeuwenoud geluid voor zij
die geen uurwerk hebben.
18h30: Het eten is
bijna klaar. Ze lachen joviaal. Zijbijmij is content met de kinderen in huis.
Ik ook. Het wordt hier een festijn.
20h30: De fles
wijn is leeg. Evie drinkt cola light.
Reacties op bericht (0)
Over mijzelf
Ik ben warket, en gebruik soms ook wel de schuilnaam warket.
Ik ben een man en woon in de wereld (de wereld) en mijn beroep is zien bouwen.
Ik ben geboren op 11/09/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: vanalles.