Waar
is die spot naartoe?
Ik heb hem uit het plafond getrokken.
Waarom?
De lamp paste er niet in.
Maar
enfin, zie die lamp daar nu bengelen onder dat zwart vies gat.
Ik heb sjoucrout klaar gemaakt. Die spot
kan wachten tot morgen of tot het weekend.
Radeloos loopt ze heen en weer, kijkend naar
die vieze donkerte boven de bengelende lamp.
Dat komt nooit in orde. Hoe is het
mogelijk!
Je
moest eens in de Gazastrook wonen. Daar zijn ze al kontent als er electriciteit
is.
We leven hier niet in de Gazastrook. Met
die redenering heb je altijd gelijk.
Toch
is het zo.
Stel je voor dat ik met een glas wijn over
je fotos zou morsen, wat zou je dan zeggen?
Dan
is dat zo.
Bluf.
Neen,
ik zal het bewijzen. Beseffend dat ze
zoveel zelfverminking niet zal toestaan haal ik mijn beste fotos uit de schuif
en maak aanstalten om ze te besmeuren met sjoecrout.
Doe nu niet belachelijk en leg die fotos
weg.
Zie
je wel dat ik het meende?
Ja, je bent tot alles in staat.
De
soep is warm.
Een klein tasje.
En
binnen een kwartier de sjoecrout?
Ze
luistert niet meer want ze is boven haar pyjama gaan aantrekken.
|