Een broodjeaapverhaal of stadslegende (urban myth) is een
bizar/interessant verhaal dat wordt doorverteld. Misschien stak er hier en daar
aanvankelijk een kern van waarheid in. Volgens Wikipedia raakte het begrip
broodjeaapverhaal in Nederland bekend door Ethel Portnoy met haar
verhalenbundel Broodje Aap De folklore van de
post-industriële samenleving(1978/1992) De titel is ontleend aan
het verhaal dat in een bepaald restaurant broodjes met apenvlees te koop zouden
zijn. In Vlaanderen gebruikt men eerder de term stadslegende of urban legend, maar
meer en meer ook broodjeaapverhaal. Zie ook http://www.broodjeaap.nl/broodje.html
Ook hardnekkige pseudo-wetenschappelijke misverstanden
worden tot de broodjeaapverhalen gerekend. Ik schrok me een aap toen ik las dat
dit ook zou gelden voor het sneeuwwoordenverhaal: zie http://nl.wikipedia.org/wiki/Sneeuwwoordenverhaal
Het sneeuwwoordenverhaal is de 'wetenschappelijke'
bewering dat Eskimo's heel wat woorden hebben voor sneeuw. De eerste bron voor
dit verhaal is te vinden bij de linguïst en antropoloog Franz Boas (1911) die
vaststelde dat Eskimo's vier verschillende woorden kunnen gebruiken voor sneeuw
en Engelstalige slechts één. De linguïst Whorf gebruikte Boas' bewering voor
verdere theorievorming. Hij had het over minstens zeven woorden en dit wees op
het verband tussen realiteit en taal. Sneeuw in zijn verschillende toestanden
is zo belangrijk voor de Eskimo's (Inuit) dat ze gebruik maken van
verschillende termen om ernaar te verwijzen.
Dit sneeuwwoordenverhaal begon zijn eigen leven te
leiden: het aantal sneeuwwoorden groeide uit 'enige honderden'. Recent onderzoek
wees evenwel uit dat er onvoldoende empirische basis was om dit te staven (cf.
antropologe Laura Martin - 1986). Volgens de linguïst Steven Pinker (The Language Instinct 1994) beschikken
Eskimo's en Engelstaligen even veel woorden over sneeuw.
Toen ik dit las, besloot ik het sneeuwwoordenverhaal
(voorlopig?) te rangschikken bij de broodjeaaapverhalen. Ik vond totnogtoe dit
verhaal zeer aannemelijk en vertelde het vroeger aan mijn studenten. Misschien
vertelden ze dit verder enz.: de methodiek van broodjeaaapverhalen werd zo
gevolgd...
Wereldoorlog I - architect Warren en de Leuvense univesiteitsbiblotheek
Wereldoorlog I architect Warren en de Leuvense universiteitsbibliotheek
Onlangs zag ik naar aanleiding van de 90ste herdenking van de wapenstilstand van de Eerste
Wereldoorlog een documentaire over de
vernietiging door de Duitsers van de universiteitsbibliotheek van Leuven in
1914 en later opnieuw in 1940. Ik leerde dat de heropbouw gebeurde door de
Amerikaanse architect Warren die tevens het Central Station (New York - Manhattan) had gebouwd. Enkele maanden geleden had
ik dit monument bezocht en was gecharmeerd door de vloeiende stijl buiten en binnen.
Whitney Warren (18641943) kreeg en groot deel van zijn opleiding
in École des Beaux Arts (Parijs). Zijn belangrijkste werk is Grand Central Terminal in New York City (1913).
Hij werd aangeduid om de Universiteitsbibliotheek te Leuven te herbouwen (eerste
steen in 1928) op een andere plaats en met Amerikaans geld, vooral door toedoen
van president H. Hoover. Er was toen heel wat te doen om het opschrift die hij
wou aanbrengen (met akkoord van kardinaal Mercier): "Furore Teutonico
Diruta: Dono Americano Restituta ("Destroyed by German fury, restored by
American generosity"). Dit opschrift kwam nooit op balustrade, wat toen heel
wat commotie veroorzaakte, omdat sommigen dit als een (diplomatieke) toegeving zagen aan de
Duitsers. .
De stijl van Whitney Warren was eclectisch: een soort Amerikaanse
neo-renaissance, met symbolen die verwezen naar de voorbije oorlog. Bijvoorbeeld
een gehelmde Heilige Maagd met in haar rechterhand een zwaard om het moffengeweld
tegen te houden..
De brand van 1914 was een regelrechte ramp: de hele boekencollectie ging verloren.
Men herstelde die collectie met steun van de hele wereld. België kon toen
rekenen op de goodwill van velen. In 1940 ging de collectie opnieuw verloren.