De Heilige Geest doet voorbede; een 'idee' doet geen voorbede, dat doet alleen een PERSOON.
Romeinen 8 v 26: "De Geest helpt ons in onze zwakheid; wij weten immers niet wat wij in ons gebed tegen God moeten zeggen, maar de Geest pleit voor ons met woordloze zuchten".
Wat is dat een wonderbare idee, dat God zelf met ons 'meezucht', voor ons pleit, voorbede voor ons doet.. Soms hebben ouders dat wel eens, dat zij voor hun kinderen bidden. Maar op den gegeven ogenblik weten zij het niet meer zo goed. Gaan zij God niet in de weg lopen met hun gebedcen. Leggen zij soms met hun goedbedoelde gebeden niet een blokkade voor God neer, waardoor hij zijn eigen plannen met onze kinderen 'gehinderd' ziet door onze gebeden.
En zulke mensen willen wel eens zuchten en zeggen: "Ach Heer....u weet het". En ook jongeren zal het overkomen, dat je eigenlijk geen woorden meer weet te vinden.
Maar dan is daat de Heilige Geest die met ons meezucht.
Wij verlangen zelf soms zó naar het onsterfelijke opstandingslichaam dat wij eens zullen hebben door Gods GENADE, die ons op onze hele levensweg begeleidt, in bekering en wedergeboorte de eerste en overal en altijd de eerste.
Maar de Heilige Geest die in ons woont zucht mee. Hij verlangt ook naar ons 'toekomstig lichaam'. Dat tegenwoordige lichaam van ons met zijn zwakheid en verleidbaarheid, aangevallen en onder druk gezet door duivelse machten is een heel broos vat om in te werken. Telkens kan er iets gebeuren, waardoor - in het ergste geval- de Heilige Geest van ons zou moeten wijken.
Maar.....in die zwakheid van ons openbaart zich Gods kracht, 2 Corinthe 12 v 9.
Gods Geest neemt déel aan onze zwakheid. Hij tilt ons óp uit onze zwakheid. En wanneer wij met ons bidden bezig zijn in de hemelse gewesten, een moeilijk gebied, waar wij ons slecht kunnen orií«nteren, dan is daar die supersterke macht, die Gods plan met ons volkomen kent en die het zelfde belang heeft als wij: de verlossing van onze totale mens.
Lieve vriendinnen en vrienden; zo'n sterke, meelevende partner hebben jullie en ik in de Heilige Geest. Voelen jullie je zwak; je hebt een sterke vriend, die IN je woont. Hij strijdt met je mee, hij pleit voor ons bij God de Vader.
Er is ergens een uitspraak; ik hdrhaal die niet nauwkeurig: "Iemand die met je lacht en met je grient.... Dat is je vriend".
Maar jullie zijn nog rijker. God de Heilige Geest leeft zó met je mee, dat hij je in alle zwakheden wil helpen. Ja zelfs gaat hij zo ver, dat hij met je meezucht, dat hij voor je pleit, voorbede doet bij God de Vader.
DE GAVE VAN WIJSHEID; tweede van vier verhandelingen
Men zegt wel eens: "Zo heer....zo knecht".
Op een bepaalde, veel hogere manier, geldt dit ook voor de verhouding tussen ons en 'God de Heilige Geest'. Het is dan wel geen heer-knecht verhouding, maar meer een verhouding leeraar-leerling. En stel je toch eens voor, wat een kostelijke leraar wij in de Heilige Geest ontvangen hebben.
De Heilige Geest is natuurlijk 'de onzienlijke wereld himself'. Wanneer wij gedoopt zijn met de Heilige Geest gaan wij ook steeds dieper , naar het voorbeeld van onze hemelse leraar , de onzienlijke wereld in.
Paulus wijst daar al op, wanneer hij zegt in 1 Corinthe 2 v 7: ""Waar wij over spreken is Gods verborgen en geheime wijsheid, een wijsheid waarover God vóor alle tijden besloten heeft dat wij door haar zouden delen in zijn luister".
Dat is de wijsheid, die begint te komen met onze vervulling met de Heilige Geest. En om te delen in Gods luister, is het nodig om die wijsheid, die gave van wijsheid, die deelvrucht van Gods Geest, te bezitten in steeds toenemende mate.
De Heilige Geest (1 Cor. 2 v 10) doorgrond alles , ook de diepten van God en hij wil zijn beminden in die diepten doen delen voor zover zij het dragen kunnen. En dat draagvermogen wordt, 'gaande het gaan met God', steeds groter.
Dan leert een mens ook spreken (v 13) : "niet op een manier die ons door menselijke wijsheid is geleerd, maar zoals de Geest het ons leert".
Diepe vragen, zoals : "Waar komt het kwaad vandaan", zijn in wezen geestelijke vragen. En Gods beminden, die gedoopt zijn met de Geest, leren: "het geestelijke met het geestelijke te verklaren" (13).
Wat is alles toch heerlijk nieuw geworden met Jezus' grote geschenk: de Heilige Geest, die hij zond.
In het Oude verbond zijn er wel voorbeelden van áardse wijsheid. - Bezaleí«l werd vervuld met wijsheid van God (Exodus 31 v 2 en 3) - Ook Salomo wist een 'Salomonsoordeel' te vellen door gebruik te maken van zijn psychologisch inzicht, (1 Kon 13 v 16-28). Maar ten diepste was het 'goede wijsheid van de aarde'.
Maar de 'goede wijsheid van de hemel' kwam met Onze Heer Jezus Christus. Toendertijd werd de wijsheid van Salomo als het hoogst bereikbare gezien. Maar Jezus kon van zichzelf zeggen: "U ziet hier iemand die wijzer is dan Salomo", (Matth 12 v 42). Eigenlijk heel logisch: hij was degene , die de hemelse wijsheid, de vervulling met de Heilige Geest in de wereld indroeg.
En aan ons wil Jezus goede beloften doen; (Lucas 21 v 15): "Ik zal jullie - met name in stressy situaties- woorden van wijsheid schenken die door geen van jullie tegenstanders kunnen worden weerstaan of weersproken". Nu is het wel zo, dat vele oprechte gelovigen zulke wijze woorden hebben gesproken voor gerechtshoven enz, zonder dat die gelovigen van de Heiliger Geest nu werkelijk zoveel wisten. Maar in deze tijden, die naar de climacx haasten, is het goed om volledig bewapend te zijn. Want Openbaring 11 v 5 spreekt : "Als iemand mijn getuigen kwaad wil doen, komt er (geestelijk) vuur uit hun mond , dat hun vijanden (geestelijk) verteert; op die manier zal iedereen die hun kwaad wil doen, (geestelijk) moeten sterven".
(Nu verwacht ik wel een vraag: "Waarom spreek je van 'getuigen' en niet van TWEE getuigen". Maar voor zulke vragen is serie 15 ruim genoeg).
Nu zullen jullie tegen mij zeggen: "Ger...je kent ons toch als eenvoudige, jonge mensen. Zijn die woorden niet te zwaar voor ons".
Dat is misschien wel zo. Maar God geeft gaande het proces van de heiligmaking aan zijn beminden steeds bredere 'gewestelijke schouders'. Streef ook naar déze gave,( 1 Cor 14 v 1). Vraag God om zijn Heilige Geest en hij zal je die zeker schenken, (Lucas 11 v 15)
De gave van WIJSHEID; eerste van vier verhandelingen:
Zoals zovele malen volg ik hier weer- populariserend-de lessen, die br.v.d.Brink gaf in zijn boeken. Wat hij daar zegt in zijn statige bewoordingen, probeer ik iets 'smakelijker' weer te geven in de taal en de begrippenwereld van mijn auditorium. Ik zal wel niet erg daarin slagen, want ik ben nu al ouder dan mijn 'leraar' ooit is geworden. nu ja; proberen maar: 1Corinthe 12 v 8a zegt: "Aan de een wordt door de Geest het verkondigen van wijsheid geschonken....".
Merkwaardig, dat de gave van wijsheid hier als eerste genoemd wordt. De bijbel houdt heel geen rekening met de volgorde, die mensen erin gebracht hebben en volgens welke is ook te werk ga. Hier wordt als eerste van de Geestesgaven 'wijsheid' genoemd. Op een andere plaats zijn er weer andere rangschikkingen. Dat is goed voor ons om bescheidenheid te leren ten aanzien van onze menselijke ordeningen.
De gaven van de Geest passen zich aan bij de menselijke geest. God gaf die geest aan de mens, toen hij zíjn levensadem in Adams neusgaten blies.
Krijgt een mens begaafdheden van Gods Geest, dan zullen die nauw aansluiten bij de menselijke begaafdheden, die een mens krachtens zijn door het genenpatroon en omgevingsfactoren bepaalde persoonlijkheidsstructuur heeft. Maar de menselijke geest is tot veel meer in staat dan wij vermoeden. Er sluimeren zulke bekwaamheden bij ons allen, dat wij met Heer Bommel moeten zeggen na een tijdje 'cursuslopen' bij Gods Geest: "Ik wist niet dat ik het ín mij had".
Gods Geest is maar voortudurend bezig om Gods kinderen tot ontplooiing te brengen en op een hoger plan te krijgen. Onze Goddelijke leraar is altijd van een oneindig veel hoger niveau dan wij, de leerlingen. maar wie zou niet zijn best doen om zich zoveel mogelijk te bekwamen?
De Heilige geest staat steeds gereed om ons op de meest voortreffelijke manier te 'bewerktuigen'. 2 Petrus 1 v 3 zegt: Zijn goddelijke macht heeft ons alles geschonken wat nodig is voor een vroom leven..." En 2 Timotheí¼s 3 v 16 en 17 voegt hierbij: Elke schrifttekst is door God geí¯nspireerd en kan gebruikt worden: - om onderricht te geven - om dwalingen en fouten te weerleggen - om op te voeden tot een deugdzaam leven, zodat een dienaar vcan God voor zijn taak berekend is en voor elk goed doel volledig is toegerust".
Wijsheid kan als volgt worden gedefinieerd: Het vermogen van de geest om de verworven kennis practisch toe te passen, zodat een positief en harmonisch resultaat wordt bewerkt.
De volheid van de wijsheid woont in God en wij zijn dus bij het volstrekt meest juiste adres, wanneer wij God de Heilige Geest om de gave van wijsheid vragen. Spreuken 3 v 19 zegt: "De HEER heeft de aarde met wijsheid gegrondvest, de hemel met inzicht gevestigd". En bij die eeuwige wijsheid mogen wij aansluiting vinden door de doop met de Heilige Geest. Nu ...op dit ogenblik is God al weer doende om met diezelfde wijsheid alle door de zonde beschadigde dingen te herscheppen, wat ten volle zal beginnen te gaan blijken in het duizendjarig rijk. Bij die nu nog steeds bezig zijnde wijsheid mogen wij ons aansluiten.
Gods wijsheid sluit zich aan bij onze menselijke wijsheid . Maar die beweegt zich op het vlak van de zichtbare dingen, van het zintuigelijk waarneembare. Die menselijke wijsheid kan door boze machten beí¯nvloed worden en dan kan gebeuren, wat in Romeinen 1 v 22 staat ten aanzien van aardse wijsgerigheid in vele gevallen: "Terwijl ze beweren wijs te zijn , zijn ze dwaas". En Jacobus 3 v 15 en 16 spreken uit: "Dát soort wijsheid komt niet van boven; ze is aards, ongeestelijk demonisch. Waar jaloezie en egoí¯sme heersen, vieren wanorde en allerlei kwaad hoogtij". Maar Gods wijsheid adelt ook onze menselijke wijsheid.
Dus vrienden en vriendinnen, nog eens kort samengevat, nóg meer in 'gewone mensentaal', (niet 'jongerentaal', dat lukt me toch niet).
- terwijl jullie toch al bekeerd zijn, 'diep' bekeerd, wedergeboren, vervuld met Gods Heilige Geest, worden jullie toch nog besprongen door de geperverteerde menselijke wijsheid, die ook somtijds weet binnen te brengen in de diverse forums op FORUM, gelijk jullie allemaal weten.
- maar door bij de les te blijven in de 'school van God de Heilige Geest' krijgen jullie steeds meer deel aan de 'gave van wijsheid', die deel uitmaakt van de goddelijke, volkomen smetvrije wijsheid van God.
- jullie zullen de schatten, die in jullie verborgen lagen en die door God worden gewekt, door gaan geven met wijsheid van God. Jullie zullen als deel van die goddelijke wijsheid dat doorgeven kunnen doen in liefde gedoseerd, vol blijdschap, vrede en vriendelijkheid. Geduld met moeilijk lerenden zal deel van dat wijze doorgeven zijn. Mllheid zal jullie sieren in gesprekken met brutale leerlingen. Zelfbeheersing zal onderdeel zijn van die wijsheid bij sárrende leerlingen Goedheid en geloof in de goede uitkomst zal er deel van uitmaken in alle gevallen.
Waarom die laatste trits. Omdat de Heilige geest niet alleen les geeft in de gaven, maar ook in de vrucht.
Zoals die zielige Harry Potter achttien leslokalen langsgaat met zulke titels als 'toverdranken' of 'waarzeggen', zo gaan jullie, begenadigden, langs de achttien- en meer- leslokalen van God de Heilige Geest'.
'SPREKEN' ALS EEN BEWIJS VOOR DE PERSOONLIJKHEID VAN DE HEILIGE GEEST.
Openbaring 2 v 7: "Wie oren heeft, moet horen wat de Geest tot de gemeenten zegt. Wie overwint zal ik laten eten van de levensboom, die in Gods paradijs staat".
Jullie kennen nu allemaal de aanpak van 'Coos'. Hij zocht deze teksten op om te tonen, dat de Heilige Geest een Persoon is.
Maar wij gebruiken die teksten ook nog verder om er samen een bijbelstudie over te hebben.
Hier komt dan die bijbelstudie:
Wie vervuld is met de Heilige Geest, krijgt ook geleidelijk aan 'geestelijke oren' om de stem van de Geest te kunnen verstaan. Een klein voorbeeld, waarvan je misschien zult zeggen: "Nou zeg....toch wel érg ver gezocht". ........ Vanmiddag was mijn dochter hier met haar zoon, mijn kleinzoon dus. Zij zat druk en interessant te vertellen, maar op een gegeven ogenblik kreeg ik heel sterk deze idee: "Het jochie heeft gevoetbald vanmiddag en barst van de nieuwtjes dienaangaande". Ik gaf hem het woord en hij vertelde er met z'n tien jaartjes zó onderhoudend van. ............. Nu zul je zeggen: "Is dat nu alles". Maar de vervulling met de Heilige Geest heeft mij geleidelijk aan ook een scherper oor gegeven voor zulke 'kleine dingen'. Je zou kunnen zeggen: "Maar man; je bent al vanaf 1960 'gedoopt met de Geest'. Ben je nu na 45 jaar zó ver als bovenomschreven?!". Ach; ik kan het allemaal niet zo precies uitleggen. Maar de Heilige Geest wil je ook een aangenamer mens maken in de omgang. Laat het nu verder maar. Het is geen oorverdovend geweldige opmerking. Maar 'maak me nu maar niet verder in'.
Verder maar weer: De Heilige Geest spreekt tot de gemeenten, bijvoorbeeld door de profeten. Heb je profetische uitingen in het midden van de gemeente, ondersteun dan die profeten met je gebeden, ook terwijl ze bezig zijn. De Heilige Geest wil aan de gemeente duidelijk maken, welke leemten er zijn en welke dingen om te prijzen zijn, zodat je een kompas hebt voor een goede ontwikkeling van de gemeente.
Overwinnen: de bijbel kent geen kanongebulder, maar kent alleen : overwinning over de boze machten. De bedoeling van God is dat elke gelovige vrij wordt van alle kwade machten door die te overwinnen in de kracht van Jezus. En door die persoonlijke overwinningen overwint ook de gemeente.
Eten van de boom des levens: aan het begin van de mensengeschiedenis was er de boom des levens in het paradijs. Wie daarvan at, kreeg eeuwig , natuurlijk leven. Aan het eind van de mensengeschiedenis is er de boom des levens in 'het paradijs van God'. Wie van die boom, hier Jezus Christus, eet, over dien zegt Johannes 6 v 51 het volgende: "Ik- Jezus- ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet, zal hij eeuwig leven".
(Ook in Openbaring 22 v 2 is sprake van een levensboom. Hier is het beeld verbreed tot 'Jezus Christus en zijn verheerlijkte gemeente').
Dus , dappere jonge gelovigen: jullie zijn op de goede weg. Door jullie schuchtere begin met 'de vervulling met Gods geest': - wordt jullie 'geestelijk' gehoor scherper - worden jullie meer opmerkzaam op de profetieí«n, die in de gemeente worden uitgesproken, worden jullie mogelijk zelf binnenkort daarvoor 'ingezet' - slagen jullie er in om de kleine en grote kwalijkheden uit jullie leven weg te doen en een steeds waardevoller deel van de gemeente te worden - is jullie toekomst: tot in eeuwigheid eten (drinken) van het verrukkelijkste wat er maar is: de klare, nooit opdrogende bron van levend water, onze Heer Jezus Christus.
'DROEFHEID KUNNEN HEBBEN' ALS EEN BEWIJS VOOR DE 'PERSOONLIJKHEID' VAN DE HEILIGE GEEST.
Efeze 4 v 30 "Maak Gods Heilige Geest niet bedroefd, want hij is het stempel, waarmee u gemerkt bent voor de dag der verlossing".
Hiervóor heeft de apostel allerlei dingen opgesomd, waardoor wij Gods Geest kunnen bedroeven: 25: het liegen níet 'afleggen' 26: boosheid laten 'rijpen' tot zondigen 27: de duivel kans geven om binnen te dringen in ons innerlijk 28: stelen, ook de tijd van de baas stelen. 29: vuile taal spreken En ook ná dit vers wordt er nog wat genoemd: 31: wrok en drift de vrije loop geven en schreeuwen en vloeken en in het algemeen alle kwaadaardigheid.
Dat ís dus nogal wat en deze opstelling in geenszins limitatief.
En door al die ontsierende dingen dringen wij de Heilige Geest op ons erf achteruit. Hij kan zijn wezen en zijn kracht niet meer in ons openbaren. Dit bezorgt deze goede Geest droefheid of pijn, want geesten zijn altijd actief.
En omdat de Heilige Geest geen 'geweldenaar' is zoals de boze geesten, maar een 'gentleman'trekt hij zich bedroefd-bescheiden terug, wanneer hij zijn gaven en kracht niet meer ontplooien kan.
De Heilige geest is een 'persoonlijke macht'. Vele mensen zeggen: "Ach ....de Heilige Geest is 'een wijze van zeggen'....weer eens een andere 'voorstelling van zaken'. Maar 'vage begrippen' kun je niet bedroeven.
Maar....al trekt de heilige Geest zich terug, stil en bescheiden, wat een schade ga je lijden!
God heeft door de Heilige Geest zijn zegel op je gedrukt. Je heb het bewijs, dat je God toebehoort. Het is zijn eigendomsbewijs van jou. Maar het is ook 'een onderpand van jouw erfenis'.
En wat ís die erfenis? "De verlossing van het volk, dat hij zich verworven heeft", want Efeze 1 v 14 zegt: "De Heilige geest is ons beloofd als voorschot op onze erfenis, opdat allen die hij zich heeft verworven verlost zullen worden tot eer van Gods grootheid".
En waaruit worden wij verlost?: Uit de macht en de overheersing van de boze om te komen tot de volle, geestelijke ontplooiing. Eens wordt dan het tijdperk bereikt, waarin die verlossing naar geest, ziel en lichaam helemaal in de zonen van God is gerealiseerd.
Dus vriendinnen en vrienden; hiervoor heb ik enkele zaken opgesomd, waardoor Gods Heilige Geest steeds minder vruchtbaar op uw erve werkzaam kan zijn. Doe de onbeschaafdheden, de onoprechtheden, de 'openingen naar de duivel toe', de dagdieverijen, de dubieuze grappen, de wrokkigheid, de driftbuien, de algemene boosaardigheid, de luide, lelijke taal nog verder van jullie afglijden als een mottige jas dan jullie al gedaan hébben.
DE GAVE VAN KENNIS, vierde en laatste verhandeling.
Romeinen 15 v 14: "Broeders en zusters; ikzelf ben ervan overtuigd, dat u inderdaad niets dan het goede wilt en dat het u niet aan KENNIS ontbreekt, zodat u ook in staat bent om elkaar terecht te wijzen".
Wat hierin allereerst opvalt, is de toon van optimistische vriendelijkheid , die Paulus zo vaak heeft. Hij ziet altijd mogelijkheden, waar een ander alleen maar onmogelijkheden ziet Als een ander zou zeggen, bij wijze van spreken: "Dit glas is driekwart leeg", zou híj kunnen opmerken: "Nee, het is al voor éen kwart gevuld".
Dat maken van vriendelijke, opbeurende opmerkingen aan het adres van de broeders ( en zusters ditmaal) heeft Paulus van de Heer Jezus. Ook daarin is hij steeds meer aan het gelijken op zijn grote voorbeeld, ook óns grote voorbeeld, Jezus Christus onze Heer.
Want die sprak bij het laatste avondmaal zulke woorden als: (Mijn discipelen) hebben uw woord bewaard" en "Ik ben in hen verheerlijkt", Johannes 17 v 6 en 10). Eerste les: laten ook wij onze medegelovigen bemoedigen en vriendelijk-opbeurend toespreken bij voorkomende gelegenheden.
Na : 'U wilt niets dan het goede', komt dus : "Dat het u niet aan kennis ontbreekt", met als gevolg daarvan: "zodat u ook in staat bent om elkaar terecht te wijzen".
En nu gaat het mij om dat woord 'kennis".
Vergelijk dat eens met 1 Corinthe 13 v 9, waar Paulus schrijft dat ons kennen ONvolkomen is.
Maar Paulus ziet altijd déze idee in het verschiet, die hij verwoord heeft in Efeze 4 v 13: "....totdat wij allen samen door ons geloof en door onze kennis van de Zoon van God een eenheid vormen, de eenheid van de volmaakte mens, van de tot volle wasdom gekomen volheid van Christus".
In deze jonge gemeente van Christus in Rome ziet hij al een weg naar de 'volle kennis', die in de bedding van ons geloof de gelovigen omsmeedt tot een eenheid, de volmaakte mens, zoals die er eens zijn zal, tot volle wasdom gekomen.
Wat ik jullie vertelde over de gave van kennis zal bij jullie wellicht het idee hebben doen ontstaan: "Maar dit haal ik nooit". Dat hoeft ook niet. Laat Jezus ook in dit opzicht in jullie harten werken. Sta hem niet tegen. Werk met hem mee. Zet alle kamers van je hartenhuis maar open voor hem. Hij zal het doen.
Tenslotte nog een toegift: Er staat: "...zodat u ook in staat bent om elkaar terecht te wijzen...".
De steeds groeiende gave van kennis, gebed in een steeds groeiende liefde zal ons dus in staat stellen om anderen 'terecht te wijzen', de goede weg te wijzen, wanneer ze daarnaar vragen en ook om ze op die goede weg te wijzen, wanneer ze een zijweg aan het inslaan zijn. Dat is vaak nodig. maar wanneer de gave van kennis gebruikt wordt in het kader van een warme, geestelijke liefde en een 'steeds het beste hopen', zoals in de aanvang omschreven, dan zal ook deze gave, waarvan wij nu afscheid nemen, de gemeente ten zeerste kunnen dienen.
2 Petrus 3 v 18 zegt: "Groei in de genade en in de kennis van onze Heer en redder Jezus Christus. Hem komt de eer toe , nu en in eeuwigheid . Amen".
Toen ik vanmorgen in de sam zat, kreeg ik het even een beetje onbehaaglijk. De spreker las uit Hebr 12 v 2: "Laten we de blik daarbij gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof...".
En opeens dacht ik : "En in VhG zit ik maar voortdurend de nadruk te leggen op 'God de Heilige Geest'. Wend ik de blik van mijn vrienden en vriendinnen op deze manier niet af van hém, op wie hun blik voortudurend gericht moet zijn?!" (Zo zie je maar weer, hoe sam-bezoek je ideeí«n voortdurend fris houdt, doordat je dikwijls gedachten ontvangt, die de spreker helemaal niet bevroedde, maar die nochtans positief zijn).
En terwijl deze gedachte nog door mijn hoofd speelde, kwam vanmiddag opeens bovengenoemde tekst, waarin onze dierbare Heer toch weer volkomen centraal staat.
Immers: Hij is het middelpunt; in zijn genade zullen wij groeien. En ....wat omvat die genade: - allereerst : de schuldvergeving op grond van het verzoenend bloed van Christus. Daardoor worden wij tot rechtvaardigen. (Vanuit de diepste diepten komen wij aan de oppervlakte) - en dan: 'God de Heilige Geest', die aan ons als een genadegave is geschonken op grondslag van Jezus' overwinning. Door die Heilige Geest hebben God de Vader en God de Zoon woning in onze harten gemaakt. Dan hebben wij de vaste grond gevonden, waarin wij kunnen wortelen en opgroeien tot volle wasdom. (Dan stijgen wij -naar het tweede gevolg van Jezus' wonderbare overwinning- ván de begane grond, waar de schuldvergeving ons bracht naar de hoogste hoogten)
En dan- Jezus alle centrale eer gevende- kom ik toch weer tot de Geestesgave, die wij nu behandelen: de gave van kennis.
De kennis van onze Heer en Heiland is grond voor de ontplooiing van het geestelijk leven. Die gave van kennis leert ons dezelfde gedachten te gaan koesteren als onze Heer.
Jezus zelf heeft de volmaakte kennis. Jullie weten allemaal, hoe schrikkelijk Petrus zijn Heer verloochende. Maar hij kon op zeker moment toch zeggen: "Ja Here, gij weet, dat ik u liefheb".(Joh 21 v 15) De Heer wist door zijn volmaakte gave van kennis, dat de grondtoon van Petrus wezen, heel diep dáar lag, waar het krachtige "Ja" weerklonk. Petrus wist immers, dat de Heer woorden van eeuwig leven doorgaf , Joh 6 v 68. En die gave van kennis, die onze Heer voor de volle 100 % had, mag ook steeds meer het eigendom worden van zijn beminden.
Jezus liefhebben betekent zijn woorden horen en zijn gedachten overnemen door de steeds toenemende kennis van 'Gods sfeer', in welk kennen natuurlijk de liefde altijd de 'grondtoon' moet zijn. Het is goed om de woorden , die de waarheid bevatten, in zich op te nemen en daarin te blijven om er groeikracht uit te putten. Wij, gelovigen, dienen niet alleen de woorden van Jezus over te nemen. maar die ook te bewaren, dat wil zeggen: ernaar te handelen. Zo groeit de gave van kennis, deel van de gave van de Heilige Geest, zichzelf alsmaar versterkende, steeds meer. Zo worden wij ervoor bewaard om bedrogen en weggevoerd te worden door allerlei valse leringen.
Zo , lieve vrienden en vriendinnen, gelóofsvriendinnen en -vrienden, groeit de kennis van onze Heer en Heiland, de redder, die voor onze zonden gestorven is, de genezer, die ons geneest naar geest, ziel en lichaam, de Heer, die wij willen volgen, waarheen hij ook gaat.
De gave van kennis is een machtig hulpmiddel om onze Heer Jezus te kennen met zijn naam: gezalfde, zélf gedoopt met de Heilige Geest en met kracht en...dopende met de Heilige Geest en met kracht. De gezalfde, die ons als zijn leger wil binnenvoeren in de hemelse gewesten.
De doop in de helige Geest, de gave van kennis onder de vele gaven....dat alles geeft uiteindelijk in de meest volle zin van het woord aan Jezus alle eer. Het geloof, daardoor groeiende, spreekt de zekerheid uit, dat Onze Heer Jezus de glorie zal behouden tot in de nooit en te nimmer eindigende eeuwigheid. AMEN!!!
Lieve jonge, dappere, veelbelovende medegelovigen, gaan jullie genieten ván en ingroeien ín de 'doop in de Heilige Geest' en in de wonderbare 'gave van kennis'!?
DE HEILIGE GEEST HEEFT DE KENMERKEN VAN EEN PERSOONLIJKHEID....HANDELT ALS EEN PERSOON, tweede deel:
Mijn lieve broer, Coos Vink, die mij de 'ruggegraat' aanleverde van deze bijbelstudie over de Heilige Geest, had als bedoeling aan te tonen, dat de Heilige Geest maar niet een onpersoonlijke kracht is, maar een persoonlijkheid.
Bij het gebruik van de door hem 'aangeleverde teksten' kan ik alsnog wat uitweiden.
Voor het feit, dat 'God de Heilige Geest' een persoon is, voert Coos als grond onder meer aan:
De Heilige Geest is goed; hij geeft onderwijs.
Maar voor míjn bijbelstudie gebruik ik de door hem genoemde teksten niet zozeer als bewijs, maar voor andere, mij invallende gedachten:
Coos haalt aan: Nehemia 9 v 20...ja zeg...daar kóm je anders niet zo gauw: De Levieten loven en prijzen daar in de aanwezigheid van het hele volk de Heer God en zeggen in het kader van die vele lofprijzingen: "U gaf aan uw volk uw goede geest, en zo verkregen zij inzicht".
Coos had ook nog kunnen noemen Psalm 143 v 10: "Laat o God, uw goede Geest mij leiden".
Nu ja; tekst genoeg voor wat Coos wilde bewijzen.
Maar hierbij nog míjn extraatjes:
God de Heilige Geest is goed. Hij geeft ons inzicht. Dat deed hij al in de woestijn, toen God ook het manna gaf en water en duurzaamheid voor de kleding en kracht voor de voeten, die niet zwollen door al dat geloop.
En God de Heilige Geest is niet veranderd. Hij wil jullie hier en nu nóg uit zijn peilloze goedheid inzicht geven in allerlei vragen. Hij geeft nóg levensbrood en levenswater.
En wat er dan verder gezegd wordt in Nehemia 9 v 21 over: kleding die niet verslijt en lichamen, die niet 'onklaar' raken: God, de Drieí«nige God, waarin al de heerlijkheden van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest tezamenkomen in een onuitzegbare eenheid, God wil dat alles geven in situaties, die daarom vragen.
Even een voorbeeld , hoe God in noodsituaties helpen kan: Toen de Amerikanen in 1945 een concentratiekamp bevrijdden, troffen zij daar een man aan, die in heel goede conditie was en die door zijn medegevangenen 'op handen werd gedragen'. Men vroeg hem, hoe lang hij al in kampen zoals dit gezeten had. Dat bleken vijf harde, lange jaren geweest te zijn. Maar de man legde uit, dat hij geleerd had, geen enkele plaats te geven aan enig gevoel van haat en alle ruimte te geven aan liefde. En dat had hem door die jaren heengeholpen met steeds groeiend inzicht, liefdevolle zorg voor zijn kampgenoten, begripvolle liefde voor de bewakers. En....overdrachtelijk gezien 'waren zijn voeten niet gezwollen', was hij in goede conditie gebleven.
Het verhaal vertelt er niet bij, waar hij die zeldzame geestkracht vandaan had. Dat paste niet binnen het kader van de tegenwoordige gezindheid, die alle 'religieuze drijfveren' wil verdonkeremanen. Ik twijfel er evenwel niet aan, dat de Heilige Geest alleen zulk een kracht geeft.
Die gelukkig en sterk makende kracht is er ook voor jullie.
De Heilige Geest heeft de kenmerken van een persoonlijkheid, handelt als een persoon:
Zo heeft de Heilige Geest : - een wil, - bedoelingen, - liefde, - goedheid, onderricht kunnen geven - droefheid - spreekvermogen - vermogen tot voorbede doen - mensen selecteren voor taken.
Aan de hand van sommige bijbelteksten laten wij ons nu leiden tot verdere inzichten: 1 Corinthe 12 v 11: "Alle gaven worden geschonken door een en dezelfde Geest, die ze aan iedereen afzonderlijk toedeelt naar zíjn WIL"
Romeinen 8 v 27: "De Geest pleit voor allen die hem toebehoren". Wat een heerlijk idee. Jullie wisten al, dat Jezus voor ons pleit. Maar nu zien jullie ook, dat de Heilige Geest meepleit voor jullie. Wat een interesse is er voor julle allen bij de Drieí«nige God.
Romeinen 15 v 3O: "Met een beroep op de liefde van de Geest vraag ik u dringend om samen met mij vurig tot God te bidden".
Paulus heeft een zaak, die hem dringend aan het hart gaat. Hij roept het gebed van de medegelovigen in om hem te ondersteunen. Maar hij doet een beroep op de 'liefde van de Heilige Geest'. Het is dus niet alleen God de Vader, die je mint en het is niet alleen onze dierbare Heer Jezus Christus, die je liefheeft , maar ook de Heilige Geest is er met zijn liefde voor jou.
En de andere teksten, die bij deze bijbelstudie horen , laat ik in een volgende studie de revue passeren.
DE GAVE VAN KENNIS IN HET NIEUWE TESTAMENT, VERHANDELING 2
2 Petrus 1 v 5
"Span daarom ( om deel te krijgen aan de goddelijke natuur) al uw krachten in om uw geloof te verrijken met deugdzaamheid, uw deugdzaamheid met KENNIS, uw KENNIS met zelfbeheersing, uw zelfbeheersing met volharding, uw volharding met vroomheid, uw vroomheid met liefde voor uw broeders en zusters, uw liefde voor uw broeders en zusters met uw liefde voor allen".
In eerste aanleg lijkt het of 'kennis' hier zo'n beetje verdrínkt in alle goede dingen, die opgesomd worden. Maar bij nader inzien is ook uit deze tekst een les te leren.
Wat is het grote doel: deel krijgen aan de goddelijke natuur. Wie zou dat niet graag willen. God heeft ons de adem ingeblazen, deel gegeven aan zijn natuur. De duivel heeft door zijn misleidend gepraat deze band tussen God en ons aller voorouders, Adam en Eva ruw doorgehakt. Om die band te herbevestigen, behoren wij alle krachten in te spannen.
Niet onze 'zielse' krachten, zoals het in dat versje benoemd wordt: "Jezus ....niet mijn eigen kracht, Niet het werk door mij volbracht, Niet de offers, die ik breng, Niet de tranen, die ik pleng, Schoon ik ganse nachten ween.... kunnen helpen....GIJ ALLEEN!"
Nu ja....dat behoort tot het abc. Wanneer je door al je gevecht heen om met samengeklemde kaken een beter mens te worden en door al je aards gedachte ideeí«n heen: "Dit zal God wel leuk vinden, dacht ik toch wel...zo'n beetje ...misschien...kán toch" en door al je geldelijke offers heen en door al je tranen heen gemerkt hebt, 'dat het zó niet werkt', dan wil God je zijn kracht geven en die van God gegeven kracht gebruiken we dan ook om met het inspannen van al die van God gegeven krachten ons geloof, dat wij als eerste kostelijkheid op God hebben leren richten, te verrijken met deugdzaamheid.
Nu lijkt dan een beetje 'braaf' woord, maar wat is het goed om door Gods kracht een mens te worden die ' deugt'. Wat is het heerlijk om te merken, dat God je losmaakt uit de banden van allerlei zonden en wat is het een ontdekking, dat je daaraan door Gods genade kunt meewerken, door jezelf -bijvoorbeeld- de handen op te leggen en diep-bewogen te zeggen: "Ik WIL zo niet meer denken" en dan- bijvoorbeeld- te merken, dat je opeens, bij een oprechte, innerlijke inspanning eindelijk Job kunt volgen wanneer die zegt in 31 v 1: "Ik heb een verbond met mijn ogen gesloten: nooit zal ik naar jonge vrouwen kijken".
Maar wat is het dan heerlijk, dat door de doop in de Heilige Geest ook de gave van kennis in beginsel ons deel is geworden. Maar altijd weer: "Span al uw krachten in". Je kunt niet zeggen: "Zo...nu heb ik al mijn krachten ingespannen om deugd te verwerven. Nu is-t-ie wel goed zo". Nee, dat 'inspannen ' is bij elk van de 'woorden' weer nodig. Bij de 'gave van kennis' is het voortreffelijk om steeds meer dít te leren zien: - de kracht van God, die heil brengt en tot heerlijkheid voert. - de heilige engelen, die ons mede beschermen - de onzienlijke vijanden ,die de Christen willen beschadigen en terugtrekken in het verderf - de enge poort, die zo tegengesteld is aan de brede weg, die tot verderf leidt. Die enge poort is het begin van een smalle weg, die ten leven leidt, (Matth 7 v 13 en 14)
De gave van kennis zal je als het ware moeten bejágen, ermee bezig, zijn, die gave oefenen om 'de echte zelfbeheersing' te krijgen. Niet de zelfbeheersing van de wereld, zo van "Ik heb me nog nét kunnen inhouden", want dan is er al een innerlijke verontreiniging ontstaan, maar de zelfbeheersing, die al op wacht staat bij de ingang van allerlei prikkels in ons brein, zodat ze ook ons innerlijk niet kunnen beschadigen.
En in heel dat schitterende bouwsel.... het is goed, dat u de andere samenstellende woorden nog eens overdenkt, ...speelt de kennis, de gave van kennis een onmisbare rol.
Lieve lezers en lezeressen: je komt niet in het bezit van de goddelijke natuur door maar zo'n beetje door te doen, heel extensief, een beetje christelijkachtig. Nee: alle nieuw door God bij het geloof gegeven goddelijke krachten benutten om steeds maar verder te reiken. Wat heb je volharding nodig. Maar de 'stepstone' is: kennis. Wat heb je vroomheid, godsvrucht nodig, de vrucht van de Geest, maar de route loopt via volharding. Wat heb je het nodig om 'schik in je gemeente te hebben' in deze zin, dat je ze lief hebt, dat je zo bij de sam je blikken over die schare laat weiden met telkens een gebed in je hart. Maar de weg loopt via de 'godsvrucht, de 'vroomheid'.
En zo groeit de liefde tot 'allen' geleidelijk, de liefde die zo kenmerkend is voor God, die zijn liefde eeuwig en eeuwig naar alle kanten uitstraalt. De warmte en zegen van de zon , die uitstraalt in het hele heelal en waarvan een miljoenste gedeelte voldoende is om al het leven op aarde op gang te houden....die warmte en koestering houdt ooit op, vertellen ons de astronomen en dat zal dan wel waar zijn.
Maar Gods liefde eindigt NOOIT.
En daarheen brengt ons de gave van kennis onderweg.
DE GAVE VAN KENNIS; TEKSTEN UIT HET NIEUWE TESTAMENT. ( verhandeling 1).
Voor mijn slotjubelzang op de 'gave van kennis' moest ik een keus maken uit het overrijke scala van het Nieuwe Testament.
Ik heb uiteindelijk gekozen voor: 1 Corinthe 12 v 8b, 2 Petrus 1 v 5 en 6, 2 Petrus 3 v 18 en Romeinen 15 v 14.
"Aan de een wordt door de geest het verkondigen van wijsheid geschonken, aan de ander door dezelfde Geest het overdragen van kennis"(1 corinthe 12 v 8 b)
Er is velerlei kennis in de wereld op het gebied van theologie, filosofie, sociologie, psychologie, politocologie enz. Daar boeken misleidende geesten grote successen. Velen worden daar meegesleept door wijsbegeerte en door ijdel bedrog in overeenstemming met de overlevering der mensen, met de wereldgeesten en niet met Christus, (Coloss 2 v 8).
Maar ver daarboven staat de 'gave van kennis', die ons bekend maakt met de verborgenheden van het koninkrijk der hemelen. Die kennis schenkt ons God de Heilige Geest. Die kennis kan alleen verworven worden door geloof in onze Heer Jezus Christus.
(Want; dit even terzijde: we zijn nu al geruime tijd heel intensief bezig met de Heilige Geest. Het gevaar dreigt dan, dat wij 'God de Vader'en God de Zoon' zouden vergeten. Dat mag natuurlijk nooit. Ons geloof kan en moet zo ruim zijn, dat wij al die aspecten van de Goddelijke Drieí«enheid voortdurend alle eren en verheerlijken).
In de niet bij God behorende wereld zijn helse krachten werkzaam, die werken met nep-kennis en die uiteindelijk alleen tot doel hebben om nensen op het verkeerde pad te brengen en hen 'blindelings voort te slepen' om de stomme afgoden en daarachter de duivel te dienen, (1 Cor 12 v 2).
De Heer Jezus verweet de leidslieden van zijn tijd: "Zelf zijn jullie niet binnengegaan, doordat jullie 'de sleutel van de kennis' hebt weggenomen. En- terwijl jullie zelf niet konden binnengaan (door die kwijte sleutels) hebben jullie andere mensen, die trachtten binnen te gaan, tegengehouden.(Lucas 11 v 52).
Er was uitsluitend een kennis van uiterlijkheden, (kwastjes aan het kleed en belletjes aan het statiegewaad van de hogepriester), maar de echte kennis, hoe het er in de onzienlijke wereld naar toe gaat....die kennis was helemaal en helemaal weg....en die is tegenwoordig nog veel weg.
Die echte kennis van de hemelse gewesten houdt in, dat wij God weer leren zien als enkel goed, enkel licht, barmhartig, goedertieren en trouw aan zijn oorspronkelijke plan, dat onze redding en verheffing beoogt..
En wij leren door de kennis ook weer , hoe het gesteld is met heilige engelen, die de mensen dienen, en ook hoe het 'werkt' met de boosaardige geesten.
Iemand, die de gave van kennis bij uitstek gebruikte, was Paulus. Hij zegt daarover zelf in Efeze 3 v 3, 4 en 5: "Mij is in een openbaring het mysterie onthuld waarover ik hiervoor in het kort heb geschreven. Aan de hand daarvan kunt u zich, wanneer u dat leest, een beeld vormen van mijn inzicht in het mysterie van Christus"
De apostel Paulus kende door de gave van kennis zelfs de gedachten van satan en diens manier van handelen, (2 Cor 2 v 11).
Jezus sprak zijn gelijkenissen uit als 'woorden van kennis'. Door zijn woord leidt hij ons nu nog steeds binnen in het koninkrijk der hemelen met zijn heerlijkheid maar ook met zijn strijd.
Lieve luisterenden, sommigen van jullie hebben al veel aardse kennis verzameld. Maar heb de durf, al die aardse, boeiende weetjes, die o zo vaak op dwaalsporen leiden, om Christus' wil 'vuilnis' te achten en te streven naar de gave van kennis.
De Heilige geest heeft de kenmerken van een persoonlijkheid en handelt als een persoon.
Hij heeft kennis, immers 1 Corinthe 2 v 10 en 11 zeggen:
"God heeft ons dit geopenbaard door de Geest, want de Geest doorgrondt alles, ook de diepten van God. Wie is in staat de mens te kennen, behalve de géest van de mens. Zo is alleen de Geest van God in staat om God te kennen".
Wat is het toch heerlijk om bij de hierboven genoemde 'ons' te behoren. Wie zijn die 'ons'? De rijkdom van genade geldt allen, die het volle evangelie hebben aanvaard, die weten, dat er naast de zichtbare werkelijkheid ook een (Goddelijke), onzichtbare werkelijkheid is, een werkelijkheid van hogere orde. Wanneer mensen in die hogere werkelijkheid 'ingroeien', dan wenkt aan het eind het glorieus perspectief van de 'geestelijke', de 'volmaakte' mens, die eíndelijk dan toch níet meer vleselijk , onmondig is, ( vergelijk 1 Corinthe 3 v 1).
Deze mens kan door de gaarne aanvaarde genade van God zeggen: ""Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping, het oude is voorbijgegaan; zie, het nieuwe is gekomen, (2Corinthe 5 v 17).
De Geest van God woont in zo iemand, de Geest dus- moet je je toch vóorstellen- van de Schepper van hemel en aarde.
En.....de Geest van God heeft de perfecte kennis: hij kent de diepste gedachten van God, zijn eeuwig voornemen met mens en schepping. En naar de mate van onze draagkracht wil die Geest ons die gedachten ook openbaren. Hij wil dat niet allen nú, hij wil daarmee bezig blijven in de eindeloze eeuwigheid, waarin wij steeds maar 'doorleren'.
Die Heilige Geest is een persoon met de perfecte kennis. Wie kan ons beter helpen bij het ontdekken van de waarheden en rijkdommen van het koninkrijk der hemelen.
Een voorbeeld: Er is een zegswijze: "Een ieder kent zich zelf het best".
Wie kent de persoonlijkheid van een ander? Maar de mens zélf kent zijn eigen persoonlijkheid, ook al is die kennis beperkt door de invloed van de zonde.
Maar zoals wij onszelf kennen, zo kent de Heilige Geest tot in de diepste diepten de persoon van God de Vader.
Geen onbepaalde kracht dus, maar een Persoon is het, die ons geleidt op de weg naar God terug, een persoon met de diepste kennis, die denkbaar is.
Wat is het waard om de doop in de Heilige Geest te ervaren, die deze machtige bondgenoot aan ons schenkt.
De Heilige geest is niet 'iets onzijdigs'. Het woord 'Pneuma', (Geest) is in het Grieks onzijdig. Maar de Heilige Geest wordt niet aangeduid als iets onzijdigs..maar als een 'HIJ'.
Lees maar: (Johannes 16 v 13): "De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid".
Ik luister dikwijls naar de preken door de radio. Vandaag ook weer. Maar het ging allemaal over Onze Heer Jezus Christus. En dit heerlijke wat hij gezegd heeft, dat er een Plaatsvervanger komt, die ons bij de hand wil nemen en toeleiden naar God de Vader en de volle waarheid....daar wordt nu eens nooit mee gewerkt. Een zeer groot aantal heerlijke bijbelteksten blijft buiten beschouwing, wanneer de prediking uitsluitend Christocentrisch is. Er zijn mensen, die zeggen: "Ik weet niet, wat ik toch mis....Altijd Christocentrisch; heel goed allemaal. Niets op aan te merken. Maar altijd die teneur: hij doet het allemaal...hij heeft het allemaal gedaan....er blijft zo geen duidelijk aanwijsbaar arbeidsveld voor ons mensen over. Het is net of er nog iets ontbreekt. Of we niet helemaal 'de volle waarheid' horen.
Maar jullie ....jullie horen die volle waarheid wél. Een perpectief, dat onze Heer Jezus zélf ontvouwde, wordt voor jullie ontsloten. Jullie kunnen nu helemáal niet meer zeggen: "Altijd hetzelfde". Want er komen nu zoveel teksten in het zoeklicht, die nóg weer een heerlijker licht werpen op onze Heer Jezus Christus.
Maar goed; er is meer om te tonen, dat de Heilige Geest geen 'het' is maar een 'hij'.
Johannes 14 v 15 en 16 zegt: "Als je mij liefhebt, houd je dan aan mijn geboden. DAN zal ik de Vader vragen, jullie een andere Pleitbezorger te geven: de Geest van de waarheid. De wereld kan hem niet ontvangen, want ze ziet hem niet en kent hem niet. Jullie kennen hem wél, want hij woont in jullie en zal in jullie blijven".
De term Pleitbezorger, Raadgever , Trooster duidt op een persoon, die helpt of troost geeft of voor ons het pleit, de verdedigingsrede, voert. Een persoon kan dat...een 'zaak' niet.
Maar hoewel het voor ons nu wel vast begint te staan, dat de Heilige Geest een Persoon is, wil ik er nog iets aan toevoegen, dat mij nu pas opvalt; vers 15 voegt er nog zo dringend aan toe: "Uit jullie houden van mijn geboden blijkt jullie liefde". En welke geboden heeft Jezus alzo gegeven. Te over; je kunt dat in alle evangelieí«n lezen. Doe dat maar. Ik wil wel, dat er iets voor jullie zelfwerkzaamheid overblijft. Maar Jezus spreekt niet over de vele oud-testamentische geboden. Met zijn komst was alles nieuw geworden, kregen die oud-testamentische verordeningen ook een nieuw licht over zich heen, dat ze in hun grondbetekenis ook voor deze tijd bruikbaar maakte.
En wat me nu zo opvalt; het komen van die Pleitbezorger is afhankelijk van onze liefde tot God, blijkend uit onze bereidheid om de geboden van Jezus te houden. Wanneer je dus bij jezelf opstandig vraagt: "Nou....waar blijft de doop met de Heilige Geest nu", kijk dan nog eens na: jullie uit het houden van Jezus' geboden blijkende liefde.
Maar jullie....laat je raadgeven....laat je troosten....geef je pleit over aan God de Heilige Geest...of eigenlijk aan God...want de drie personen van de Heilige Drieí«enheid vormen een heerlijke eenheid, voor ons niet te doorzien, maar wel te loven en te prijzen en te aanbidden.
Gave nr 3; KENNIS, vierde verhandeling, gesteund door teksten uit het Oude testament.
Jesaja 53 v 11: 2004: "Na het lijden dat hij moest doorstaan, zag hij (Jezus) het licht en werd met kennis verzadigd. Mijn rechtvaardige dienaar verschaft velen recht; hij neemt hun wandaden op zich".
1951: "Om zijn moeite vol lijden zal hij(Jezus) het zien tot verzadiging toe; door zijn kennis zal mijn knecht, de rechtvaardige, velen rechtvaardig maken en hun ongerechtigheden neemt hij op zich".
Wij zien hier Jezus in sommige van zijn vele facetten; - het lijden, dat hij had te doorstaan, lichamelijk, maar vooral in zijn ziel en vooral, vooral in zijn geest, is niet in woorden uit te drukken en ook niet 'in te leven', omdat het alle menselijke begrippen oneindig overstijgt, in ieder geval voor het ziele- en het geestelijke deel. Dit was nu echt 'moeitevol lijden, dat hij moest doorstaan'. - maar dan ook 'het licht zien tot je er helemaal mee verzadigd bent; zoals je eerder met de gitzwartheid van de zonden van alle mensen van alle tijden werd verzadigd, zo word je nu verzadigd met het oneindige licht. En met kennis verzadigd, tijdens zijn leven op aarde en nu in zijn positie aan de rechthand van God, wat een heerlijkheid. Als 'de Rechtvaardige' bij uitstek, is Jezus de Leraar bij uitnemendheid, die zijn grote KENNIS op anderen overdraagt. En die anderen , rechtvaardig geworden door de kennis, die ook Jezus vervult, vrijgekomen van al hun wandaden, gebruiken nu die van God verkregen KENNIS om weer meerderen gelukkig te maken.
Dat is jullie voorland, ten dele hoor, ten dele...jullie hebben al door, dat je in beginsel mag zingen: "Weggedaan, weggedaan, weggedaan, heel mijn zondelast heeft Jezus weggedaan".
Maar de grote vrucht van zijn lijden is deze, dat hij ons de Heilige Geest geschonken heeft, die van Hem en de Vader uitgaat.
Jezus ziet op dit moment altijd en altijd maar door , tot eindeloze verzadiging toe, Gods licht. Maar jullie zullen door de vervulling met de Heilige Geest ook de gave van kennis in steeds grotere mate ervaren en met die gave van kennis anderen dienen...ja zelfs bespeuren, dat die in jullie geplante gave van kennis door jullie- o genade van God- weer overgeplant wordt in de innerlijken van anderen. En ook jullie zien steeds meer LICHT.
Tot zover mijn beschouwing van 'de gave van kennis' aan de hand van oud-testamentische teksten.
Eerst bekijken we eens Jesaja 11 v 1 en 2: "Maar uit de stronk van Isaí¯ springt een telg op, een scheut van zijn wortels komt tot bloei. De geest van de HEER zal op hem rusten: een geest van wijsheid en inzicht, een geest van kracht en verstandig beleid, een geest van kennis en eerbied voor de Heer".
Natuurlijk is jullie direct duidelijk, dat in eerste instantie Onze Heer Jezus Christus wordt bedoeld. Immers: op een gegeven tijdstip was het koninklijk huis van David helemaal tenietgegaan, zozeer zelfs, dat Jesaja nog verder terug gaat dan David en als stamvader Isaí¯ noemt. En toen Jozef en Maria verloofd waren, was wel bekend, dat zij beiden uit verschillende linies van David afstamden, maar ze waren heel eenvoudige lieden. Echt een onaanzienlijk twijgje uit Isaí¯'s tronk was het kind, dat door de Heilige Geest bij Maria werd verwekt, met Jozef later als mede-opvoeder.
Maar wat heeft de Heer Jezus verrukkelijke dingen getoond. Die gingen verre elke heerlijkheid van David te boven. Een zevental, de volheid van Gods heil weerspiegelende: - wijsheid en inzicht - kracht en verstandig beleid - KENNIS en 'eerbied voor de HEER' - de Geest van God als eerste gave.
Nu dragen velen van jullie - of hebben dat gedragen- een armbandje of een ander embleem met de woorden 'wwjd', (what would Jesus do). In diepste zin zegt dit bandje: "Ik wil zo worden als Jezus", de eenvoudige wijze van zeggen van: "Ik wil (door Gods genade) het beeld van Christus gelijkvormig worden".
Dat wil zeggen, dat God de Heilige Geest, die zo in alle volheid Onze Heer vervulde, op jullie niveau, dat zeer veel verder kan uitgroeien dan nú, wanneer jullie de hand van Jezus blijft vasthouden, ook kan geven: - wijsheid en inzicht - kracht en verstandig beleid - Kennis en 'vreze des Heren'.
Van al die samenhangende heerlijkheden behandel ik nu: kennis. Over geruime tijd kom ik tot de gave van wijsheid. Dan behandel ik deze tekst misschien weer.
Maar de gave van kennis, die de Heer God in steeds meerdere mate aan zijn beminden wil geven betekent voor jullie, heel eenvoudige jongens en meisjes, dat je door de Heer geleerd wordt om ooit in allerlei voorkomende situaties alle omstandigheden te kunnen doorzien en van dat inzicht wijs gebruik te maken. Maar wanneer de tijd er is om dat inzicht tot gelding te brengen, zullen jullie dat ook met kracht doen, maar niet vol brute kracht, nee met verstandig doseren in voortdurende afhankelijkheid van de Heer.
Die grote taken wachten jullie in het komende duizendjarig rijk en ook daarna. En op dat perspectief bereidt de gave van kennis je nu al voor.
Het is dus zeer belangrijk om de 'doop ín de Geest' en de 'vervulling met de Geest' vast te houden in voor- en tegenspoed.
Eerst nog even afsluitend over de zeven symbolen van de Heilige Geest, die wij behandeld hebben. Daarin kwam duidelijk tot uiting, (vooral in het gedeelte: zegel of onderpand of voorschot), dat het allemaal veel heerlijker wordt dan het nu al is. Die heerlijkheid is er al wel, maar nog niet volop. De aanwezigheid van de Heilige Geest is een garantie voor die komende heerlijkheid, als het ware een aanbetaling voor de heerlijke toekomst, die er in beginsel al wel is, maar nog niet in volheid doorgebroken. De grote erfenis moet nog verwezenlijkt worden. Het moment, waarop Jezus verschijnt in al zijn glorie....wanneer het tijdelijke verslonden wordt door het eeuwige... verandert alles van 'ten dele' in 'volheid'.
We gaan het hierna hebben over de PERSOON van DE HEILIGE GEEST.
Zo dikwijls wordt gezegd: "De Heilige Geest is de kracht van God, die in de wereld werkt" of ook: "De ' Geest van God' bedoelt niet anders te zeggen dan 'de instelling, de manier van denken van God' " of ook: "De Heilige Geest is een gevoel, een gezegende sfeer die van God komt".
Allemaal zo wazig.
Het Nieuwe Testament zegt in helder en krachtig onderwijs: "De Heilige Geest is een duidelijke PERSOON".
In verschillende teksten wordt de Heilige Geest genoemd in samenwerkende relatie met God de Vader en met de Zoon. Dat zijn de trinitaire teksten, waarin de Drieí«enheid van God tot uiting komt. In die teksten lezen wij dat alle drie 'verschijningsvormen' PERSONEN zijn. Matth 28 v 19:
Vlak voor zijn overgang in 'Gods wereld' sprak Jezus: "Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van: de Vader en de Zoon en de heilige Geest". Wijs er je gesprekpartners op, dat hier voor drie personen 'de naam' in het enkelvoud genoemd wordt en dat er tekstcritisch niet de minste onzekerheid bestaat. Dikwijls zullen jullie tegenstanders Jehovahs getuigen zijn. Zeg dan: "Je probeert de hele tijd via het ontkennen van de Drieí«enheid uiteindelijk de persoon van de Heer Jezus néer te praten tot een gewone aardse zaak. Maar laten wij eens vanuit een ander gezichtspunt op de Drieí«enheid komen door te spreken over de Heilige Geest, die ook tot die Drieí«enheid behoort".
Je zult bemerken, dat er dan enige verwarring ontstaat. Over 'de Heilige Geest' hebben ze nooit zo nagedacht. Het ontkennen van de Drieí«enheid is alleen een koevoet om de Heer Jezus te vloeren, hoezeer ze je- in toch wel een zekere oprechtheid- bezweren, dat ze Jezus heel hoog schatten.
Maak je overigens geen illusies. Ze blijven praten....en doe jij dat dan maar niet. Laat het bij deze voltreffer. Wanneer ze het helemaal niet meer weten, schrijven ze naar 'het genootschap' in New York en dat vindt er wel weer iets op.
Maar dit is even een practische aanwijzing. Volgende week beginnen we aan de verdere uitwerking van 'de PERSOON van de Heilige Geest'.
(Nog éen tekst, die op het zelfde vlak ligt als de eerder genoemde: 2 Corinthe 13 v 13: "De genade van de Here Jezus Christus, de liefde van God en de eenheid met de Heilige Geest zij met u allen").
Als zodanig komt 'God de Heilige geest' in twee bijbelteksten voor: 2 Corinthe 1 v 22 en Efeze 1 v 13:
2 Corinthe 1 v 22: "God heeft ons gewaarmerkt als zijn eigendom en ons als voorschot de Geest gegeven".
Efeze 1 v 13 -14: 'De Heilige Geest is ons beloofd als voorschot op onze erfenis".
(Waar in '2004' staat: 'voorschot', staat in '1954': 'onderpand').
Waaraan denk je bij voorschot: de eerste betaling, het 'handgeld' in afwachting van een groter bedrag, dat contractueel later zal worden uitgekeerd.
En wat is dat alleen al een heerlijke gedachte: de doop ín de Heilige Geest, hechter gefundeerd in 'de vervulling mét de Heilige Geest' is nog maar het begin van onze heiligmaking, die uitloopt op onze 'heerlijkmaking'. Van dat verre perspectief spreekt ons Openbaring 11. De 'voorhoede-Christenen', die daar volop in de strijd staan, zijn werkelijk door de genade van God en omdat zij op zijn genade vertrouwden, toch wel tot de volmaaktheid van de liefde, blijdschap, vrede en trouw gekomen, die een mens maar bereiken kan. En omdat zij die trouw bewezen hebben met de marteldood, is er daarna dat verrukkelijke: het opstaan uit de dood en opstijgen in de onzienlijke wereld met een 'nieuwetijdslichaam' een verheerlijkt lichaam. Zo spreekt ook 2 Thessalonicenzen 1 v 10: "Dan zal hij(Jezus) komen om op 'die dag' (de dag van Jezus' wederkomst) verheerlijkt te worden in al zijn heiligen en met verbazing aanschouwd te worden in allen die tot geloof gekomen zijn".(1954). En '2004' zegt in Romeinen 8 v 17: "Samen met Christus zijn wij erfgenamen: wij moeten delen in zijn lijden om met hem te kunnen delen in Gods luister". 1954: "Zijn wij nu kinderen, dan zijn wij ook erfgenamen, erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; immers indien wij delen in zijn lijden, is dat om ook te delen in zijn verheerlijking".
En hier lees je dan weer iets, dat aan 'onderpand' kan laten denken. De toekomstige verheerlijking en een al aan de gang zijnde heiligmaking wordt verkregen in de weg van lijden en volhouden met het vasthouden van de hand van God en van Jezus en van de Heilige Geest.
Zij, die steeds verder gaan met God kunnen de doop in de Heilige Geest zien als 'het eerste van een groter totaal', namelijk de totale verlossing, het totale herstel tot 'de nieuwe mens'. Zij kunnen ook deze beschouwingswijze hebben: deze vervulling is een verbintenis en een garantie voor de totale afrekening van een rijke erfenis. Zij hebben een sterke zekerheid voor de toekomst. Ze weten, dat er een proces is begonnen, dat helemaal wordt afgemaakt.
Nu weet ik, dat er velen onder mijn gehoor zullen zeggen: "Nu leg je de lat zo hoog. Dat haal ik nooit". Maar....je gelooft toch in de Heer Jezus als je Redder en Verlosser. Je hebt hem van harte lief. Wel....dan wacht je een eeuwige zaligheid , waarin je nog verder kunt groeien. Maar denk nu niet, dat het 'allemaal niet zo nauw steekt', maar probeer met de middelen, die God dan toch maar ter beschikking stelt, zover mogelijk te komen. Spoel de buizen, waardoor Gods hemels water jou doorloopt, voortdurend schoon. Zorg, dat er geen aangroeisels komen, die de snelheid van het water verminderen, totdat het uiteindelijk stil staat. Er komen zware tijden, waarin het zaak is om zo sterk mogelijk te staan, want Openbaring 11 is geen flauw verhaaltje. Streef naar de hoogste gaven, streef naar de volledige heiligmaking...je zult het nog nodig hebben.
Je vragen- het waren er twee- beantwoord ik in drieën, omdat ik een derde vraag onderken, weliswaar niet door jou gesteld, maar door mij wel als zodanig beantwoord.
1 Waarom werd tege Kaïn gezegd, dat de aardbodem om zijnentwil vervloekt was.Genesis 4 v 10 en 11. Dat was toch ook al tegen Adam gezegd, (Genesis 3 v 17) bij de zondenval.
Laat ik mij even bij deze vraag houden. Ds andere twee beantwoord ik in afzonderlijke postings.
Eigenlijk staat er in Genesis 3 v 17 iets anders dan in 4 v 10 en 11.
Immers: na de zondenval wordt tegen Adam gezegd : " Vervloekt is de akker om wat jij hebt gedaan, zwoegen zul je om ervan te eten, je hele leven lang".
Als een van de gevolgen van de zondenval wordt hier genoemd dat de natuurlijke vruchtbaarheid van de aarde voortaan door allerlei omstandigheden veel minder zal zijn dan in de paradijselijke omstandigheden voorheen. Immers: Dorens en distels zullen er groeien",(10) wat dus kennelijk voordien niet het geval was.
Maar in Genesis 4 v 10 en 11 wordt tegen Kaïn gezegd: "Hoor toch hoe het bloed van je broer uit de aarde naar mij (God) schreeuwt. Daarom....: vervloekt ben JIJ".
In het eerste geval deelt de natuur in de gevolgen van de zonde van Adam en Eva.
In het tweede geval wordt een persoon vervloekt, wat inhoudt: - het land dat aan vader Adam althans een opbrengst gaf, zal die opbrengst aan Kaïn niet meer brengen.(12) - voortaan zal Kaïn op de hele aarde als een ontheemde gelden, een thuisloze zwerver, ook al wordt als zijn woonplaats het land 'Nod'opgrgeven, (18).
Zo is de uitleg van je eerste vraag niet zo ingewikkeld.
Maar de tweede vraag, eigenlijk niet zo door jou gesteld, vergt toch een afzonderlijke, wat langere posting.
Je tweede vraag was meer een 'als vanzelf sprekende' opmerking. " De kinderen van Adam en Eva hadden deel aan de erfelijke zonde., de 'erfzonde' ".
Spooky...het idee van de ' erfzonde' tref ik herhaaldelijk aan, ook in mijn Engelse contacten.
Efeze 6 v 12 zegt duidelijk: "Onze strijd is niet gericht tegem mensen, maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen".
In de eerste jaren van de Christelijke kerk was iedereen waakzaam voor de ECHTE vijand, de satan, die uit zijn onzichtbaarheid, als ' onoverwinnelijk' wapen uiteindelijk iedereen misleidde, meestal al in de vroege kinderjaren.... (zie de tweede aflevering van 'Mijn leven') zodat Romeinen 3 v 23 moest constateren, dat: "ïederen gzondigd heeft en de nabijheid van God ontbeert".
Maar satan zocht ijverig naar wegen om zijn vroegere anonimiteit te herwinnen. En geleidelijk aan wist hij zijn beslissende aanwezigheid te doen vergeten, tot uiteindelijk een 'kerkvader', zekere Augustinus... dezelfde, die elke sexualiteit 'zondig'vond ....iets op schrift zette, dat.... wijzelf de oorzaak waren van veel kwaad, omdat wij het beginsel van de zonde door vererving van Adam hadden gekregen. Doordenkende wsrd dan gedacht, dat zelfs zuigelingen al zondaren in principe waren, terwijl God duidelijk zegt in Psalm 8 v 3, dat "God met de stemmen van kinderen en zuigelingen een macht opbouwt tegen zijn vijanden om hun wraak en verset te breken". Alsof God zich zou willen bedienen van 'kleine verdoemelingen', zoaLs de meest vreselijke van deze 'erfzonde - adepten' ze believen te noemen.
En dan baseert men zich op allerlei teksten, die zwak zijn, ook de 'koningstekst'salm 51 v 7, waar David volgens de NBG spreekt: " Zie...in ongerechtigheid ben IK geboren, in zonde heeft mijn moeder MIJ öntvangen", terwijl Davids hoofd er op dat moment heel niet naar stond om een dogmatische uitspraak te doen.
Hij had net gehoord van de profeet Natan, dat het kind uit zijn overspelige verhouding met Batseba geboren, zou sterven. En dan is dit zijn vraag: "Ïk ben toch ook in overspel verwekt... waarom mag ik dan blijven leven".
Er zijn veel aanwijzingen in de bijbel, dat David in zijn familie als een 'achtergestelde' gold. Maar daarover kunnen wij het een volgend maal hebben.
Door deze verderfelijke leer van 'erfzonde, erfschuld en erfsmet' zijn talloze mensen in verwarring gebracht. De waarheid is zo eenvoudig: - wij worden persoonlijk tot zonde verleid - wij vallen zelf in zonde, wij zijn om eigen zonde schuldig voor God, derven zijn gemeenschap. Wij kunnen niemand de schuld geven en de enig schuldige, de duivel, naar een plaats op de achtergrond verwijzen, een plaats, waar hij wat graag staat...in de coulissen...om vanuit zijn duistere onzichtbaarheid toe te springen.
Wat goed, dat wij door de kracht van de heilige Geest de duivel eindelijk op zijn eigen terrein kunnen bestrijden.
Hoe komt het dat David, na dat schandalige gebeuren van dat overspel met Bathseba en de moord op Uria, haar man- het is toch bijna te erg voor woorden, zoiets verzín je toch niet- niet de doodstraf kreeg.
In de bijbel staat toch duidelijk en klaar:in Genesis 9 v 8: "Wie bloed van mensen vergiet, diens bloed wordt door mensen vergoten".
En op overspel staan in de bijbel toch ook strenge straffen. ............... Mijn antwoord:
Spooky...allemaal waar. Maar dat gebod uit Genesis 9 v 8 is wel enigermate tijdgebonden. Het werd gegeven, toewn de hele mensheid nog uit acht personen bestond. Daarvan kon er dan ook geen éen gemist worden. Spooky.....nee.... ik probeer mij er niet onder uit te draaien. maar Káïn werd al niet gedood. Maar na Kaïn is de geweldenarij in de periode tot de zondvloed zó toegenomen, dat er scherpe lijnen moesten getrokken worden, nu de nieuwe mensheid een aanvang nam en de tijd van uiterste ruwheid en grofheid nog maar net een jaar voorbij was.
Later zijn op deze regel verzachtingen gekomen . Bekend is het geval van ´de vrijsteden´, waarnaar men kon vluchten bij `per ongeluk´iemand doden. En in Exodus 22 v 2 wordt straffeloosheid toegezegd aan iemand, die een dief doodt, mits dit bij het betrappen in de nácht gebeurt. En in Deuteronomium 19 v 15 wordt de algemene rechtsregel gegeven, dat in dergelijke ernstige gevallen er twee getuigen moeten zijn. En in de tegenwoordige tijd is berechting een taak van de overheid. Maar een overheid was er, direct na de zondvloed, nog niet.
Voor een ernstig vergrijp als dat van David zijn dus verschillende oordelen mogelijk al naar gelang van de omstandigheden.
En in dit geval gonsde Jeruzalem van de geruchten, Maar de profeet Nathan alleen wist door Goddelijke openbaring 'het naadje van de kous'.
Eigenlijk was het dus een zaak tussen David en God.
En de Heer God zag Davids berouw en besloot in zijn almacht en in zijn ondoorgrondelijke wijsheid om David hiermee te straffen: - de dood van het verwekte kind. Nu ja... als het daarbij gebleven was... - voortaan moord en doodslag in het koningshuis( 2 Samuel 12 v 10) - ...en Davids zoon Ammon werd voor een minne daad zijnerzijds door zijn halfbroer Absalom gedood - Ammon was door zijn gemeen en sadistisch optreden tegen Tamar al een bron van ellende (11) voor zijn pa - en toen kreeg David later nog eens als boodschap: "Je eigen zoon hè, die mooie Absalom, die jouw leven wil nemen, heeft nu ook nog geslapen met al je vrouwen,zo dat iedereen het zien kon(12)
Ik kan me voorstellen, dat David later wel eens verzucht heeft: " O....was ik maar dood...". Denk eens aan zijn wanhoop, toen hij van Absaloms dood hoorde.
En dan nog iets. God wilde Davids huis verder bouwen door aan Bathseba en David een tweede zoon te schenken, Salomo. En Salomo was nog niet verwekt.
Wij mogen de Heer God in dezen niet critiseren. Ik weet wel Spooky...dat doe je ook niet...je stelt maar een vraag.
Maar let nog eens op 2 Samuel 24 v 14; David heeft hier weer iets doms en strafwaardigs gedaan: "Liever val ik in handen van de HEER , want groot is zijn mededogen, dan dat ik in mensenhanden val".
Eigenlijk zegt David hier: "God is genadiger dan de mensen".
En dat is een waar woord, Spooky.... We staan allemaal jegens God in de schuld, zijn Gods vijanden. Maar God is zelf in de gedaante van Onze Heer Jezus Christus naar de aarde gekomen om onze Rédder te zijn vóor de Heer Jezus onze Réchter zal zijn.
Hij was genadig voor David. Hij is genadig voor ons.
Bij een volgende vraag zou ik het gemakkelijker vinden, wanneer je de e-mail-knop gebruikte. Dan krijg je direct bericht. Dezelfde vraag gelijk aan alle lezenden: stel vragen per e-mail.
GAVE NUMMER 3: KENNIS.( tweede verhandeling) Spreuken 1 v 7 leert: "De vreze des HEREN is het begin der kennis".
Een voorbeeld ter verduidelijking. Stel: een student wil op een bepaald gebied inzichten verwerven, die alleen een bepaalde professor kan geven. Hij gaat nu niet vóor de collegezaal zitten, maar gaat die collegezaal binnen op het moment, dat die bepaalde professor college geeft. Hij treft daar andere studenten aan , met hetzelfde verlangen als hij heeft. De zaal zoemt van spanning. En dan treedt de hooggeleerde binnen!.....
Zo is het ook, op veel hoger vlak, met de gave van kennis. Je kan er alleen maar voor terecht in de collegezaal van God, onder zjn gehoor, in zijn sfeer. En het helpt bijzonder, wanneer je de geestelijke gemeenschap zoekt van hen, die een zelfde, heilig begeren hebben.
Wil je deze diepere kennis hebben, dan is het nodig, dat je gedoopt bent met de Heilige Geest, de doop , die je binnenvoert in de sfeer en de uitzonderlijk hoge gedachtenwereld van God, voor zover het een mens toegestaan is, daar binnen te treden.
Dat wil nu niet zeggen, dat ieder, aan wie de handen zijn opgelegd voor de doop in de Heilige Geest, zou mogen zeggen tegen een op leeftijd zijnde hoogleraar in de Godgeleerdheid: "Wat zou jij weten. Je bent niet op de in Pinksterkringen gebruikelijke wijze gedoopt met de Geest". Het gaat niet over een uiterlijke handeling, maar over een innerlijke verworvenheid.
Maar in ieder geval: de echte kennis is van God afkomstig en wordt in zíjn sfeer meegedeeld.
Ik wil voor ditmaal sluiten met Spreuken 2 v 1-6:
"Mijn zoon, als je in acht neemt, wat ik zeg, mijn richtlijnen altijd onthoudt, een open oor hebt voor mijn wijsheid, een geest, die neigt naar inzicht, als je erom vraagt de dingen te begríjpen, róept om scherpzinnigheid, ernaar zoekt als was het zilver, ernaar speurt als naar een verborgen schat ............... dán zul je ontdekken wat ontzag voor de HEER is, dan zul je kennis van God verwerven. Want....het is de HEER die wijsheid schenkt, zijn woorden bieden kennis en inzicht".
Hier ligt dus ook een sleutel: - laat je oog niet door de wijsheid van de wereld gesloten zijn voor de peilloos hogere wijsheid van God - als je de richtlijnen in de bijbel opvolgt, bijvoorbeeld- het valt me nu te binnen- je onttrekt aan 'kwade samensprekingen op het schoolplein' - als je een selectief geheugen ontwikkelt voor wat de Heer alzo gezegd heeft of 'voorgedaan'....wwjd - als je innerlijk open staat voor de sfeer van God - als je ernaar hóngert om de dingen ook te begrijpen vanuit een hemelse invalshoek - als je als het ware róept: "O Heer...maak me scherp van inzicht temidden van alle afstompende beí¯nvloeding van de wereld - als je geen aards geld allereerst zoekt, maar hemels zilver en goud; niet het materií«le, maar het geestelijke - als Jezus jouw schat in de akker wordt, temidden van alle stenen en gruis van de dagelijkse werkelijkheden.... dan is daar die kennis...dan begint de gave van kennis te functioneren.