03/06/2015 Na weer een zeer matig ontbijt(het is hier nog erger aan het worden dan in Frankrijk) starten we onder begeleiding van de nimmer aflatende zon aan onze eerste serieuze bergrit. We rijden heel de dag door de Abruzzo een prachtige streek die volgens mij nog niet door de toeristen ontdekt is.
Al snel zijn we aan de eerste druiven en prachtige zichten. Lang duurt de pret echter niet. Als we half weg in een beklimming zitten komen we aan een wegafsluiting. De weg is hier zwaar beschadigd en er is geen doorkomen aan. Niets te vinden van omleidingsborden ze verwachten waarschijnlijk geen toeristen hier. Het is nochtans een redelijke grote baan waar we op zitten. In de bergen even een omweg maken is niet zo simpel, maar Garmien zal dit probleem voor mij wel even oplossen. Dat ging deze keer niet door. Ze blijft halsstarrig zeggen dat ik deze weg moet volgen. Ik gooi er de route uit en geef opdracht om en nieuwe route te maken. Ook dit had geen succes. Er zit niets anders op dan de goeie ouwerwetse wegenkaart boven te halen. Ben ik even blij dat ik alle detailkaarten van Italië bij heb. Na wat zoeken vind ik een onooglijk klein prutsweggetje (verboden voor vrachtwagens, caravans en mobilhomes) waarlangs ik waarschijnlijk de wegversperring kan mijden. De omleiding kost ons anderhalf uur en een liter of twee zweet om de Tri over dit onooglijke weggetje met weer een slecht wegdek te leiden. Het is bijna niet te geloven maar als we terug op de route komen zijn we geen vijf meter voor de wegversperring (aan de goede kant natuurlijk uitgekomen) Af en toe heb je toch wel een beetje geluk nodig.
We zitten nu diep in de bergen en dan weet je dat je van alles tegen kunt komen. Maar wat ik nu weer nu plotseling mee maak heb ik nog niet aan de hand gehad. Plots komt er met een rotgang een schaap over de baan gevolgd door de hond van een schaapherder. Het schaap is afgedwaald van de kudde en de hond moet er voor zorgen dat zij terug bij de kudde komt. Volgens mij heeft die hond veel geleerd maar eerst naar links en rechts kijken voordat hij oversteekt was er niet bij. De Kees was weer blij met het abs systeem van de Tri.
Het volgende dat ik tegenkom is een kudde geiten. Ze zijn een stuk beter opgevoed dan de schapen van daarstraks, netjes gaan ze onder begeleiding van de geitenhoeder aan de kant. Om alle problemen te vermijden zijn er nog twee Heiligen op de foto vereeuwigd. De Heiligste natuurlijk op de voorgrond.
We rijden door geurende dennenbossen, langs kale bergtoppen en door prachtige ravijnen. Ik kan het allemaal wel vertellen maar de indrukken die ik hier op kan ik onmogelijk beschrijven. Zelfs de foto’s geven maar een beperkt beeld van deze prachtige streek. Ik zou zeggen pak je biezen en verken Italië, en zoek zeker niet de struikelt over de toeristen. Italië heeft veel meer te bieden dan dat.
Ondanks de omleiding zijn we om 16 uur in het hotel. We logeren op een hoogte van 1.500 m. Het slapen zal geen probleem worden want we zitten midden in de natuur. Kilometers van bewoond gebied. Eindelijk hoef ik eens niet naar eten te gaan zoeken. Het hotel heeft namelijk een restaurant. Vol goede moed ga ik rond half acht naar het restaurant het is nog gesloten, aan de receptie vraag ik wanneer het open gaat. Om zeven uur is krijg ik als antwoord. Maar het is half acht zeg ik en volgens mij is het nog gesloten. Ik word aangekeken als of ik om een kilo goud vraag in plaats van een bord dampende spaghetti. Ik hoor ze denken weer zo’n domme toerist. Mijnheer zegt ze, morgenochtend om zeven uur is er ontbijt. Ach zo zeg ik, en waar kan ik hier dan ergens gaan eten? In het centrum mijnheer. Nu heeft mijnheer net iets te veel gereisd om zich aan een receptie van gelijk welk hotel en in gelijk welke taal op deze manier zich te laten afschepen. Ik heb een godganse dag door de bergen aan het rijden geweest. In ben dan ook absoluut niet van plan om mijn motorkledij terug aan te trekken en in het pikke donker over en onverlichte baan te gaan rijden. Ik ga heel de discussie die er is geweest niet uit leggen.(die gene die mij een beetje kennen kunnen het zich ongeveer wel voorstellen) De foto zegt meer dan woorden.
Morgen een rit van 240 km naar Perugia de hoofdstad van Umbrië.
Mijn perfect gewassen en gestreken kleren zijn precies op het afgesproken uur in het hotel. “ hemden met korte mouwen, 1 hemd met lange mouwen, 1 T shirt, 4 boxer onderbroeken, 2 zakdoeken en twee paar kousen. We maken er een quiz vraag van. Hoeveel betaal je hier voor in Italië?
Nu nog uit de garage zien te geraken één of andere pipo heeft zijn auto voor de poort geparkeerd. Navraag gedaan bij de gasten, niets opgeleverd. Het is een bewoner van het stadje die dit geflikt heeft. De uitleg aan de receptie is dat het vandaag een vrije dag is in Italië(dag van de Republiek) die inwoner weet dat vandaag de garage niet gebruikt wordt er staat namelijk enkel materiaal in van een bouwbedrijf. Na veel vijven en zessen en nadat het witte voertuig opzij gezet is ga ik onder grote belangstelling een poging wagen. Natuurlijk heb ik er eerst mijn koffers afgehaald. Het val uiteindelijk nog mee, ik heb aan beide kanten ongeveer 5 cm speling. Ik probeer niet te letten op de talrijke goedbedoelde aan wijzingen en rij zo kalm mogelijk de Tri naar buiten. Onder luid applaus geraak ik zonder kleerscheuren de garage uit. Koffers inpakken en afscheid nemen van de twee olijke nieuwe vrienden die in hun nestje zitten te keuvelen en weg zijn we bij een temperatuur van 26 graden.
Ik kan gerust zonder overdrijving zeggen dat we weer door een grandioze streek rijden. De heuvels zijn kaal en worden volop gebruikt voor de landbouw. Er worden diverse soorten granen geteeld in deze streek. Tientallen roofvogels zweven boven de velden. De route loopt over zeer kleine binnenwegen en jammer genoeg is dat niet te doen wegens het zeer slechte wegdek. Na twintig km is er nog geen verbetering integendeel, met momenten wordt het zelfs gevaarlijk om met een zware toerbuffel die de Tri toch is op deze wegen te rijden. Ik heb er een paar foto’s van gemaakt, het lijkt misschien nog mee te vallen. Ik kan jullie echter verzekeren dat een foto nog iets anders is dan er met een dikke Tri over dit soort wegen te moeten rijden. Aangezien je verstand gebruiken niets kost besluit ik om er de brui aan te geven. Garmien krijgt opdracht om een andere route te maken, de tolwegen en snelwegen worden uitgeschakeld en Garmien heeft binnen de minuut een nieuwe route gevonden die ongeveer dezelfde afstand heeft dan de geplande route. Binnen de kortste keer zitten we op fatsoenlijk wegen en er mag gezegd worden dat ik zeker geen mooiere route zou gemaakt kunnen hebben. I LOVE GARMIEN. Tot mijn spijt maak ik vandaag het eerste slachtoffer op deze reis, er kruipt een slang over de weg die ik onmogelijk kan ontwijken ik rij er dan ook vol met twee wielen over. In mij n spiegel zie ik hem nog kronkelen. Er zijn twee mogelijkheden, of het is een geweldig taai beest en kruipt hij verder of hij is en lekker hapje voor één van de tientallen roofvogels die hier rond zweven. Ik kom het niet te weten aangezien ik geen mogelijkheid om op de smalle baan te keren.
Na de landbouwstreek worden de heuvels bergjes, we gaan tot een hoogte van 750 m en passeren diverse dorpjes die op de toppen van de bergjes gelegen zijn. Eindelijk heb ik voor de eerste keer in Italië een twintigtal koeien in de wei zien staan. En dan, zullen jullie denken, wel zo’n dingen beginnen op te vallen als je al dagen alleen op een motor onderweg bent. Belangrijk is het niet, ik vermeld het maar om de sfeer van het solo reizen een beetje weer te geven.
Rond 14 uur beginnen er zich buien te vormen, de weersvoorspelling heeft in de namiddag onweersbuien voorspeld. Die blijken dus uit te komen. Het verleden heeft me geleerd dat als er ergens in de omtrek van 200 km een bui is dat deze gegarandeerd op de Kees zijn kop tot ontlading komt. Er is nog 90 km te rijden en ik zet me al schrap voor wat gaat komen. Geen foto’s meer, de Tri fors de sporen geven, wel met de nodige ruimte en zeker niet op het scherp van de snede gaan rijden, verstand gebruiken, het blijft belangrijk onderweg. Maar, het is bijna ongelooflijk ik rij mooi rond de bui. Hoe is het mogelijk dacht ik, ik ruik de regen en kom er van zonder één spatje. Het venijn zit zoals al dikwijls is gebleken ook hier in de staart. Mijn gedachten zijn nog niet koud of het begint me daar te gieten dat het niet mooi meer is. Nu die regen tot daar toe, dat ben ik onderhand wel gewend, het grootste probleem bij een dergelijk plensbui is dat het wegdek echt spiegelglad wordt. De snelheid wordt dan ook drastisch naar beneden gehaald. Gelukkig is na een minuut of vijf het leed weeral geleden, het wegdek is nog wel wat nat maar ook daar komt stilletjes aan een einde aan.
Stipt om 15 uur zijn we in onze B&B in Benevento. De Tri krijgt een prachtige afgesloten parking en de Kees en zeer degelijke mooi kamer. Het is prachtig weer en trek dan ook het stadje in. In het centrum kun je over de koppen lopen. Snel zoek ik dan ook de smalle steegjes op.
Morgen een rit van 255 km naar Celano. We rijden door drie grote parken; Parco Regionale de Matere, Parco Nazionale d’Ambruzzo en het Parco Regionale Sinerte-Velino.
Ik weet dat er een foto dubbel op staat. Aangezien ik ferm aan het klooien ben met het internet zal het vandaag niet gewijzigd worden. Ooit msschien nog wel.
01/06/2015 Vandaag de verkenning van Matera. Een stadje met een zeer eigenaardige constructie. Om meer te weten te komen over de geschiedenis en de opbouw van het stadje verwijs ik graag naar het internet. Ik mag ook wel eens lui zijn he.
Toch maar een stevig ontbijt genomen want het gaat volgens mij een redelijk karwei worden om de hellingen en trappen te nemen. De korte broek aan en weg ben ik, insulinespuit neem ik niet mee. Ten eerste gaat de insuline te warm worden en ten tweede denk ik dat ik eerder suiker nodig zal hebben dan insuline. Natuurlijk gaat mijn materiaal om de suiker in mijn bloed te controleren wel mee zodat ik regelmatig kan meten of alles in orde is.
Het is al behoorlijk warm wanneer ik vertrek. En gezwind neem ik dan ook de hindernissen. Ik probeer zo veel mogelijk plekjes te fotograferen waar ik niet struikel over de toeristen.
Rond de middag is het werkelijk bloedheet geworden, van gezwindheid is niet veel sprake meer. Het kost me bloed zweet en tranen om op het hoogste punt van het stadje te geraken. Nu zullen jullie denken, amai hij heeft nog al wat over voor de blog. Dat is eigenlijk wel zo maar had ik niet in het nieuwe stadsgedeelte moeten zijn dan had de blog van mijn part ferm de boom in gekund en was ik beneden gebleven. Maar ik moet er naar toe omdat ik met een chronisch gebrek aan euro’s zit. Aangezien in het oude gedeelte niets van banken of geldautomaten te vinden is ben ik dan toch maar naar boven geklauterd.
Hijgend, puffend, zwetend en enkele jaren ouder geworden ben ik er geraakt. Op het eerste het beste terras in de schaduw neergeploft om er het eerste uur niet meer af te komen.
Desondanks is het hier prachtig wandelen, als je geen zin hebt in al die trappen en beklimmingen kun je je laten voeren door speciale voertuigjes die hier rond rijden. de beschrijvingen in de diverse reisgidsen over dit stadje zijn nu een niet overdreven. Neem het van mij aan het is een echte aanrader. Ook het hotel Il Belvedere www.hotelbelvedere.matera.it is zeker de moete waard.
Morgen rijden we verder naar Benevento, we beginnen dan terug naar het noorden te rijden. De bedoeling was dat we de afstand van 285 km binnendoor zouden rijden. Maar ik heb vandaag pas mijn wasgoed af kunnen geven en ik heb mijn kleren morgen terug om tien uur. Daar ik de Italianen onderhand al een beetje begin te kennen zal ik waarschijnlijk blij moeten zijn dat ik om een uur of elf mijn kleren zal hebben.
We zien morgenochtend wel wat het wordt.
De foto's zijn niet in de juiste volgorde op de blog verschenen. Ik probeer om dit in orde te krijgen.
31/05/2015 We zijn weer vertrokken, deze keer na een toch wel zeer matig ontbijt. Zodra we Cosenza uit zijn wat geen enkel probleem was dankzij de deskundige begeleiding van mijn allerliefste Garmien rijden we het Nationale park van Pollino in. De stilte is heerlijk en kilometers aan een stuk kom ik geen levende ziel tegen. Prachtig bochtenwerk maar jammer genoeg een miserabel wegdek. Op sommige stukken is het gewoonweg de naam wegdek niet waardig. Putten van 20 cm diep en verschrikkelijke sporen in de bochten zijn schering en inslag. Het is opletten geblazen, ik kan toch niet voorkomen dat de Tri regelmatig flinke tikken krijgt. We doen het kalm aan genieten met volle teugen van de vele mooie vergezichten. Er hangt en heerlijke geur in de bergen van de volop bloeiende gele brem. We hebben geen zon, wat jammer is voor de foto’s maar toch en temperatuur van 22 graden. Boven de duizend meter houden we nog altijd een temperatuur van 17 graden. Mooie temperaturen om een dagje motor te rijden.
Valt er zo al eens iets te beleven als je een hele dag op die motor zit zullen er zich afvragen. Ik zou denken van wel. Een kleine greep uit de dagelijkse beslommeringen; Katten die plotseling op het laatste nippertje de baan oversteken, blaffende, grommende bijtende half verwilderde honden die uit de berm komen gesprongen, een dikke insect die zich te pletter vliegt tegen mijn neus plus de verschrikkelijke stukken wegdek. Maar een meneertje dat met zijn Fiat Panda spant toch wel de kroon vandaag. Waarschijnlijk voorbij zijn favoriete restaurantje gereden en aangezien er hier toch geen kat rijdt zal hij gedacht hebben wist hij niet beter dan achteruit door een blinde bocht te komen. De Kees snort de bocht in en ziet die onnozelaar op zijn gemakje achteruit komen tuffen. Al goed dat ik aan matige snelheid aan het bollen was zodat ik hem nog tamelijk gemakkelijk kon ontwijken.
Na 180 km en ongeveer twee duizend bochten hebben we het park gehad. Zeker de moeite al zijn er af en lange stukken die we door bossen rijden zodat er van vergezichten niet veel te zien is.
We draaien een op een mooie verbindingsweg met fantastisch asfalt en heerlijke bochten. Op deze weg kan ik het niet laten om de paarden los te laten. De Tri heeft er ook duidelijk zin in en een tiental minuten knallen we er lustig op los. We kunnen wat rijwind gebruiken want ondertussen is het een graadje of zevenentwintig.
We zijn in een heel andere streek terecht gekomen, de bergen zijn anders van kleur en er is veel minder begroeiing. Er wordt hier ook veel meer fruit geteeld, voornamelijk kersen, olijven en pruimen. Over olijven gesproken, er staan hier zeker zoveel olijfbomen als dat er in Frankrijk druivenstokken staan.
Om 14u45 komen we in het werkelijk prachtige Matera aan.
Morgen gaan we dit stadje van kop tot teen verkennen.
Wakker worden van de zonnestralen die in je gezicht schijnen. Wat kan een mens nog meer wensen die met een motor onderweg is. Om acht uur is het 20 graden, er staat een mooie rit op het programma. Vandaag rijden we het grootste deel van de rit nog langs de kust. De laatste dertig km gaan we de bergen in. Na een matig ontbijt starten we volle goede moed aan een ritje van 200 km. En wat voor een rit, vanaf de eerste meter is het genieten en dit tot werkelijk de allerlaatste meter. Prachtige stadjes goed onderhouden gebouwen en nog steeds mooie vergezichten. De dorpjes en stadjes liggen als regendruppels verspreid in de bergen. Altijd is de diepblauw gekleurde zee wel in beeld en het wegdek is perfect. Geen honderd meter zonder een bocht. Ik heb vandaag mijn helmcamera nog eens geïnstalleerd, het resultaat valt geweldig mee.
Het valt op dat ik in deze mooie toeristische streek nog geen enkele buitenlandse nummerplaat ben tegengekomen. Er wordt ook niets in het Engels aangegeven en de tientallen motorijders en mobilhomes die ik tegenkom hebben allemaal een Italiaanse nummerplaat. De eerste sigarenstop is in mooi dal met een prachtige brug. Na de stop rijden we over de kleinere binnenwegen, het wegdek is hier en daar van mindere kwaliteit en zeer smal maar het voordeel is dat er minder verkeer is en dat we eens iets anders zien. Bijvoorbeeld een slang van een kleine vijftig cm die (ik denk een adder) over de weg kronkelt. Het beest blijft natuurlijk niet liggen wachten tot ik mijn fototoestel heb bovengehaald, jullie zullen me dan ook op mijn woord moeten geloven.
Tot gisteren was ik nog redelijk negatief over Italië. Vuil, slechte wegen, armoede enz. Niets van dit alles vandaag. Het is hier gewoonweg prachtig. Aan te bevelen voor elke motorijder die graag door een mooi en bochtig decor rijdt. Neem de Michelin kaart 564 regional Italië. Neem de kustroute van Marina di Ascea naar Paola, je passeert fantastische stadjes zoals Praia a Mare, Scalea met de Capo Scalea, Diamante enz. Af en toe de hoofdweg verlaten om een dergelijk stadje te bezoeken. Als je er door rijdt rij je pal naast de zee en automatisch kom je terug op de hoofdweg er is geen andere mogelijkheid. Verkeerd rijden is onmogelijk. In Paola verlaten we de zee om nog dertig km door de bergen naar Cosenza te rijden. Hier best geen zonnebril opzetten er zijn nogal wat tunnels die onverlicht zijn. Zelfs zonder zonnebril verrast het zeker als er nog een bocht in ligt. Aan zee hadden we een heerlijk temperatuur van 23 graden, dankzij het verfrissende zeebriesje. Als we op 700 m zitten is het nog 17 graden, zodra we in een dal komen waar we natuurlijk het afkoelend zeebriesje niet meer hebben loopt de temperatuur vlot op tot een graadje of dertig.
Cosenza is een redelijk grote stad. Het verschil tussen het nieuwe en het oude gedeelte is aanmerkelijk. Het oude gedeelte ligt op een heuvel en bestaat uit talrijke nauwe straatjes. Hier toch weer meer vuil op het voetpad en in de goten. En zoals ik overal al gezien heb hangt ook hier de was op de balkons te drogen. Geen internet vandaag het enige minpuntje van de zeer verzorgde kamer die ik hier heb. Morgen een tamelijke zware rit van 280 km.
We rijden dwars door het Parco Nazionale del Pollino om te overnachten in Matera. Volgens de reisgids een bijzonder stadje. Ben benieuwd, we verblijven er twee dagen.
Voordat jullie denken wat voor een onnbeleefde vlegel is die Kees, hij reageert niet op de berichten die we schrijven in het gastenboek. De reden is dat ik niet kan reageren op berichten die in het gastenboek geplaatst worden. Ik kan ze enkel verwijderen en dat doe ik natuurlijk niet.
Indien jullie een antwoord verwachten moeten de berichten onder reageer geschreven worden of onder mail mij.
Vandaag weg uit Napels. Ik zou bijna zeggen gelukkig. Zelfs in Syrië, Jordanië of Egypte heb ik niet zo een vuile gore vieze stad meegemaakt. Volgens mij houden de gemiddelde toeristen de mythe van Napels in stand omdat ze niet willen toegeven dat ze een verschrikkelijk citytrip naar Napels hebben gemaakt. Vandaag met de Tri door de buitenwijken van Napels gereden, verschrikkelijke, krottenwijken en armoede gezien. Anderhalf uur gereden en dertig op de teller. Na die dertig km heb ik een zicht op de zo beroemde baai van Napels. De foto’s laten zien dat ook die baai redelijk overdreven wordt beschreven in de reisgidsen. De Tri ziet voor de eerste keer een palmboom en moet er absoluut mee op de foto voordat hij een meter verder wilt rijden. Na die dertig km krijg ik een fantastische route voor de wielen geschoven. Links van mij de bergen en rechts de zee die hier werkelijk een mooie diepblauwe kleur heeft. De bergen lopen tot in de zee. We rijden constant op een hoogte van 3OO m tot 500 m boven de zeespiegel. Het ene werkelijk prachtige vergezicht na het andere volgen elkaar op. Echt fantastisch. Natuurlijk hebben deze vergezichten een prijs. Elke toerist met een auto, fiets, motor of bus rijdt op deze smalle bochtig weg. Het gevolg is natuurlijk constant verkeersopstoppingen. Vooral de talrijke bussen houden het verkeer op. Het gevolg is dan ook dat ik over een afstand van 200 km zes uur constant op de Tri heb gezeten om op de plaats van mijn bestemming te komen. Gemiddelde snelheid ongeveer 30 km per uur en de concentratie geen seconde verliezen.
Na Salerno wat een tamelijke grote havenstad is wordt het verkeer een stuk minder. Hier is de toeristische route ten einde. De bergen zijn hier even gedaan en van toerisme is geen sprake meer. Het is te zien aan de dorpjes er ligt weer meer vuil op de straten, de wegen zijn hier belabberd en de armoede is goed zichtbaar. Ook verschijnen er talrijke prostituees in het straatbeeld. Ik denk dat de gemiddelde huis tuin en keuken toerist absoluut een verkeerd beeld heeft van Italië. Zodra je van de toeristische routes afwijkt, is er werkelijk schrijnende armoede. Als we de bergen weer intrekken(we rijden nog altijd langs de kust) word het weer gezelliger en is alle weer beter onderhouden. Van prostitutie is geen sprake meer en ik denk dat het in het seizoen hier redelijk druk kan zijn.
Om 16 uur komen we in Marina di Ascea aan waar we overnachten in hotel Venere. Na een heerlijke douche een mooie wandeling gemaakt door het gezellig rustig dorpje. De stilte is een waar genoegen na drie dagen Napels. Ik kan er zelfs de koekoek hoeren koekoeken. (wat zou hij anders doen) de mooie promenade en het strand heb ik bij alleen voor mezelf. Aan de gevels is te zien dat we in een keramiek streek zitten. De streekwijn is uitzonderlijk goed van smaak maar een halve liter is voor de Kees toch wel iets te veel. Hij zal zeer waarschijnlijk uitstekend slapen.
Vandaag ga ik het toch een beetje rustiger aan doen. Ik wil te veel zien en beleven op en te korte tijd, dat is net iets te vermoeiend. Ben nog vijftien dagen onderweg en begin nu de vermoeidheid al te voelen. Of het aan mijn leeftijd ligt of aan de handvol pillen die ik elke dag moet slikken maakt niet uit. Ik moet er gewoon rekening mee proberen te houden. De plannen zijn dus veranderd, in plaats van de Vesuvius en Pompeji te gaan bezoeken laat ik de Vesuvius voor wat het is en ga ik op mijn gemakje Pompeji bezoeken.
Ik weet dat er een soort toeristenbus vertrekt om 11 uur. Om 10u45 ga ik een ticket kopen. Oei, paniek bij het al wat oudere heertje aan het loket. Hij moet allerlei gegevens in de computer brengen en is bang dat ik niet op tijd aan de halte zal staan. Het valt allemaal best mee en om 10u55 sta ik aan de halte gelegen aan het centraal station. Om 11u 05 komt het oude heertje me vertellen dat er een vertraging is van een dertig tal minuten. Geen probleem ik ga in het stationsgebouw een cappuccino drinken. Om 11u30 sta ik weer aan de halte. De bus komt om 12u15. Italiaanse organisatie. Er zitten nog twee personen (Nederlanders) op de bus die wel de Vesuvius en Pompeji gaan doen. Toch een toer van ongeveer zes uren. Binnen twintig minuten wordt ik in Pompeji afgezet met de mededeling dat ik om 14 uur of om 15 uur terug aan de halte moet staan.
Ticket gekocht voor de site van Pompeji en weg ben ik. Ik ga hier heel de interessante geschiedenis van Pompeji niet uit leggen de meesten kennen die waarschijnlijk en anders is er genoeg informatie te vinden op het internet. Het moet vroeger een grote stad geweest zijn want de site is immens groot. Als je elk hoekje en kantje wil zien heb je volgens mij een volledige dag nodig. Ik hou het bij de voornaamste bezienswaardigheden en daar heb ik mijn handen nog aan vol om deze gezien te hebben voor 15 uur. Het weer is redelijk maar er is wel zware bewolking. Het is volgens mij absoluut de moeite waard om deze site te bezoeken. Indrukwekkend zijn de geraamten die in allerlei houdingen versteend zijn teruggevonden Er staan veel informatieborden en je kunt je goed voorstellen wat een ravage de Vesuvius hier heeft aangebracht. De vulkaan staat dan ook voordurend op de achtergrond van de site. Van op een heuvel kun je goed de structuren van de oude stad herkennen en valt het ook op hoe groot die stad moet zijn geweest. Ook heb je een mooi zicht op het nieuwe Pompeji dat praktisch tegen het oude Pompeji is heropgebouwd.
De bus van 14 uur heb ik natuurlijk niet gehaald. Om 14u45 ben ik echter terug op de afgesproken plaats. Ik snuffel wat rond in de talloze souvenirwinkeltjes en drink nog een cappuccino. Om 15u15 nog geen bus, wel komt er een dame me vertellen dat er een twintig tal minuten vertraging is. Om en lang verhaal kort te maken, die bus komt om 16u15 aan getuft. De twee Nederlanders zitten er ook op, ze moeten morgen terug naar Pompeji door omstandigheden zijn ze heel de middag onderweg geweest naar de Vesuvius.
Ik heb Napels gezien en goed gekeken want hier kom ik nimmer nog terug.
Morgen een rit over hopelijk mooie binnenwegen (220 km) langs de kust naar Marina di Ascea.
Heel goed geslapen, een fantastisch ontbijt met veel vers fruit een blauwe hemel en niet te veel last van mijn been. Een mens zou voor minder naar Napels rijden. Als ik op het terras kom waar het ontbijt wordt geserveerd wordt ik er op attent gemaakt om kettingje dat ik rond mijn nek draag voor de veiligheid af te doen en in mijn kamer te laten liggen. Ik kijk haar ongelovig aan en vraag of dit een grapje is. Ze meent het echt en staat er zelfs op haar goede raad op te volgen. Gisteren werd ik er ook op en soort gelijk feit gewezen. Mijn motor staat op een bewaakte parking maar ik moest er toch de koffers af halen omdat ze er niet voor in konden staan dat na drie dagen parkeren de koffers er niet afgehaald zouden zijn.
Napels verkennen met de Hop On-Hop Off dat is dus niet zo simpel. In alle Europese steden steden waar ik al geweest ben staan ze op elke hoek van de straat tickets te verkopen voor de bekende rode bussen van Hop On-Hop Off. In Napels niet, volgens de lieve dame aan de receptie van het hotel kun je de tickets kopen in de tabakswinkels. In elk winkeltje, ik heb er een stuk of tien gedaan kijken ze me aan als of ik van Mars kom als ik om tickets vraag. Ze hebben nog nooit van een Hop Onn gehoord. Ik probeer het uit te leggen dat het bussen zijn voor sightseeing, nu horen ze het helemaal in Keulen donderen. Het is prachtig weer dus blijf ik maar een beetje door de stad wandelen. In de smalle meestal vuile straatjes hangt overal de was buiten. Het centraal station heeft een merkwaardig dak maar wel een mooie constructie In veel straatjes staat het vol met kraampjes waarin ze van alles en nog wat verkopen.
Na een paar uur te hebben rond gedalkt in deze grote maar toch wel drukke vieze lawaaierige stad die propvol met stapvoets en stilstaand verkeer te maken heeft wil ik toch wel werk gaan maken van mijn tickets. Met behulp van de gps om mijn gsm ga ik terug naar het hotel. Daar aangekomen weet iemand mij te vertellen dat je enkel tickets kunt kopen waar de bussen starten. Ik moet op Piaza Municipio zijn. Hij raadt me aan om de metro te nemen omdat het nogal ver van hier is. Aangezien ik de metro niet zie zitten ga ik weer aan de wandel. Gen half uur later, gietende regen. Als paddenstoelen uit de grond komen de parapluverkopers op straat. Het doet me denken aan de periode dat ik in Istanbul ben geweest. Daar ook gietende regen daarom ook dat ik weet dat de paraplu’s die op straat verkocht totaal niets waard zijn. Als de regen wat geminderd is wandel ik verder, om de honderd meter wordt er gevraagd of ik een paraplu moet hebben. Neen, dank u.
Als ik eindelijk op de Piaza Municipia ben aanbeland kom ik dan toch bij een kraam van de Hop on bussen. Een vriendelijke dame legt me uit dat ik beter morgen de tickets koop. De bus die nu nog vertrekt rijdt zijn laatste rit voor vandaag. Een flinke wandeling terug naar het hotel kan er nog wel bij. Op mijn kamer aangekomen(met bleinen op mijn voeten tot aan mijn knieën) bekijk ik de map waar de routes van de bussen op staan en kom ik tot de conclusie dat ik vandaag veel van die routes heb gezien. Trouwens die bussen staan meer stil in de opstoppingen dan dat ze rijden.
Napels, het eten is er heerlijk de ijsjes niet te overtreffen maar ik heb het wel gezien. Napels zien en sterven is volgens mij zeer sterk overdreven.
Morgen de stad uit voor een bezoek aan Pompeji en de Vesuvius.
Redelijk geslapen op een keihard matras.(eigenlijk iets te hard). Wakker geworden met het voor zeer bekende geluid van kletterende regen. Het zal toch weer niet waar zijn zeker. Is het nu echt niet mogelijk dat ik eens een reis kan maken zonder een dag of tien regen vraag ik mij af. Na het ontbijt is er nog geen beterschap en ik besluit om nog even te wachten. Om acht uur nog niets veranderd maar ik kan niet blijven wachten met en rit van 630 km voor de boeg. Motor pak aan, koffers inladen en rijden dondeju. De Tri staat eigenlijk slecht geparkeerd op een schuine kant. Ik heb hem gisteren dan ook op de midden bok gezet omdat hij te ver overhelde bij het gebruik van de zijstandaard. Omdat ik in die klote regen nogal stond te klooien gooi ik de Tri nogal wild van zijn midden bok. Het gevolg laat zich raden, niet te houden en met veel moeite leg ik hem op zijn kant. Vloekend en kermend van de pijn (waarschijnlijk een spier verrokken in mijn links been) zet ik de Tri met behulp van twee lieve dames te toevallig passeren terug recht. Voor de tienduizendste keer op al mijn reizen denk ik ; Kees blijf toch thuis jongen. Maar de Kees die blijft natuurlijk niet thuis want na een uurtje in de regen te rijden komt de zon er door en stijgt de temperatuur naar een graadje of tweeëntwintig. De Tri snort als een verwende kat wanneer we aan een redelijke snelheid over de A1 rijden. We rijden trouwens heel de dag op deze autosnelweg. Ondertussen heb ik me aan de Italiaanse manier van rijden aangepast. Heel simpel eigenlijk, wie het harst rijdt is er als eerste. De Tri heeft absoluut geen problemen met deze mentaliteit en de Kees nog minder.
Het eerste uur is het fantastisch rijden op deze A1. Je waant je op een racecircuit. Meer bochten dan op een gemiddelde col in de Franse Alpen. Het is echt kicken, geen kat trekt zich iets aan van de snelheidsbeperkingen het wegdek is perfect en de bochten heerlijk vloeiend. Lang zal het hier echter niet meer duren met de pret er wordt een splinternieuwe naast de A1 gelegd die kaarsrecht loopt en in de eindfase komt. Als we Toscane binnenrijden is het gedaan met door de bochten te gieren. Hier is de A1 al volledig vernieuwd en rechtgetrokken. Maar van verveling is er hier geen sprake, we rijden door de prachtige landschappen van Toscane. De talrijke cipressen en mooie dorpjes in de typische bouwstijl gebouwd op de heuvels zijn een streling voor het oog. Je zou wel gek zijn om thuis te blijven als je door dit soort landschappen kunt rijden. Na Toscane is het de beurd aan Umbrië om zijn schoonheid te laten zien. Minder cipressen, meer loofbomen en iets ruwer dan Toscane en zeker ook de moeite om het voorbij te zien glijden van af de A1. Op dit stuk zie ik bekende namen op de verkeersborden. Ik moet denken aan de vakantie die ik hier heb doorgebracht met mijn Moto Guzzi. Fijne herinneringen.
Rond de middag hebben we er 350 km opzitten en is het tijd voor de dagelijkse heerlijke Panini. Na een lekkere cappuccino en het onvermijdelijke sigaartje rijden we gezwind verder. Als we Rome passeren kijk ik even naar boven en hoop dat Hij geen wraak neemt op mijn ontuchtig leven. Ik ben nog nooit zo dicht bij de Heilige stoel geweest en je weet maar nooit. Er gebeurt niets en ik lach stilletjes in mijn vuistje. Dat had ik natuurlijk beter niet gedaan. Geen tien minuten later kom ik in een geweldige onweersbui terecht. Het verkeer gaat stapvoets omdat je geen hand voor ogen ziet van de regen, ook nu komt mijn waterdichte motorkledij weer goed van pas. Na een minuut of vijf zijn we ook van deze ellende af en rijden we het bord voorbij waarop vermeld staat dat het nog honderd kilometer is naar Napoli. Ondanks de mooie landschappen zal ik blij zijn dat we er zijn. De vermoeidheid van drie dagen autosnelweg begint deze oude man te voelen. Een paar km voor Napels moet ik de peage betalen. € 45 voor zeshonderd fantastische kilometers.
We rijden Napels(na betaling van € 0,95) binnen een metropool waar het dagelijks leven zich afspeelt in een kakofonie van claxonnerende en optrekkende auto’s. Tel daar de paar duizend scooters bij die hier werkelijk overal kris kras door rijden en je hebt een beetje het beeld van het verkeer hier. Dankzij het voortreffelijk werk van Garmien rij ik zonder foutje recht naar het hotel Sweet Sleep gelegen in het Centrum van Napels.
Morgen een verslag over Napels.
Nog en foto die gisterenavond getrokken is in Reggio Emilia
Goed geslapen en naar Franse normen een goed ontbijt gekregen. Op tijd gestart en we snorren over de autosnelweg naar de Zwitserse grens. Om kwart over acht komen we daar aan. Ze vragen geen identiteitskaart of paspoort ze moeten enkel weten of je een wegenvignet moet hebben. Ik zeg dat ik op doorreis ben naar Italië en dat ik amper een uurtje of vier door Zwitserland rij. Moet u en wegenvignet mijnheer is de vraag van de douaneambtenaar. Nou, zeg ik als het kan eentje voor een paar uur. Dus een wegenvignet vraagt die Pipo weer. Volgens mij kan hij enkel dit zinnetje gezegd krijgen. Euch, ja doe maar zeg ik. Hij haalt en vignet uit een onnozel kastje en plakt het zonder een woord te zeggen op de ruit van mijn geliefde Tri. Plots kan hij nog een paar woorden zeggen, vijftig euro a.u.b. Ik dacht dat ik terplekke een beroerte zou krijgen. Ik stotter nog wat dat ik dat toch wel duur vind. Valt wel mee zegt die Pipo het is geldig voor heel het jaar 2015. Dank u wel mijnheer, ik zal proberen om elke week naar Zwitserland te komen.
Ik vind het veel geld maar je krijgt er wel iets voor terug. Perfecte wegen, schitteren uitzichten, besneeuwde bergtoppen, grote meren en mooie rivieren. Hier is over de autosnelweg rijden zeker geen straf je verveeld je geen seconde. (behalve bij de af en toe absurde snelheidsbeperkingen)
Door een navigatiefout mis ik de Gotthardpas en rijden we door de tunnel. Een pijp van bijna 17 km lang. De temperatuur loopt er op tot 32 graden niet direct een pretje om er door te rijden. Als we uit de tunnel komen zitten we op 1.050 m hoogte en zakt de temperatuur naar een graadje of vijftien.
Rond de middag komen we aan de Italiaanse grens. We rijden onder een staal blauwe hemel met een temperatuur van 28 graden. Het is zweten geblazen vandaag. Na de grens overgang een tank stop. Hou je even vast, 1 liter euro 98 kost hier €1,96.
Over het Noorden van Italië val weinig te zeggen. Buiten de vele taalbarrières is er geen bal te zien. Het is dan ook een eindeloze saaie rit naar onze bestemming voor vandaag. Door een slecht aangegeven omleiding verspeel ik een half uur om het hotel te vinden. Om 15u30 zijn we dan nat tot op het hemd van het zweten op onze bestemming geraakt.
We zitten in Reggio Emilia ongeveer 100 km boven Bologna.
Reggio Emilia is een mooi Italiaans stadje met prachtige pleinen en ontelbare terrasjes en overheerlijk Italiaans ijs. Ik zit op zo’n heerlijk terrasje en vraag een pint. Een piccolo of grande vraagt de lieftallige bedienster. Doe maar een grande zeg ik met een knipoog. Amai 660 cl is toch wel een hele plas bier.
Het zag er deze morgen veelbelovend uit bij het vertrek voor weer en nieuwe reis. Deze keer zijn we nog eens met tweeën weg. Mijn geliefde Tri en ikke. Het is alweer een tijdje geleden dat ik nog eens solo op reis ben geweest. Een schitterende dag gehad, als deze dag de voorbode is van wat nog komen moet staat er mij een fantastische reis te wachten.
Weinig te melden vandaag behalve dat het heel de dag schitterend motorweer is geweest. Ik heb nog een paar saaie dagen voor de boeg, nou saai valt eigenlijk wel mee want het is heerlijk rijden met de Tri. Het echte toeren begint van af Napels.
De dag is dan ook voorspoedig verlopen. De laatste 120 km van de 589 km die we vandaag gereden hebben gaan over binnenwegen in de altijd mooie Vogezen. De bermen kleuren bloedrood van bloeiende klaprozen, de thermometer geeft 24 graden aan en de uitzichten zijn prachtig. Die saaiheid valt dan ook best mee. Stipt om 15 uur zijn we in het hotel Roi-Soleil (alleen voor de naam zou je er naar toe rijden) We zitten in Sausheim een viertal kilometer van Mulhouse. Het inchecken verloopt zeer vlot bij de vriendelijke dame aan de receptie. Ik sta dan ook binnen een wip en een tik onder de heerlijke welverdiende douche. Als ik de kraan van de douche opendraai schrik ik me een bult. Er komt eerst rood water uit afwisselend met oranje en groen. Er zit verdorie licht in de douchekop. Ik krijg er zowaar wilde fantasieën van. Maar er is natuurlijk geen beginnen aan om samen met de Tri in de douche te kruipen. Toch wel een opmerkelijke douche meestal moet je in Frankrijk al blij zijn dat er een douchekop aanwezig is die naar behoren werkt.
Na de douche rij ik naar Mulhouse zonder gps want ik had geen zin om terug naar mijn kamer te gaan om die te halen. Bloed zweet en tranen heeft het me gekost om het hotel terug te vinden. Ik ga jullie de beschrijving van die miserie besparen maar als ik zeg dat ik anderhalf uur gezocht heb moeten jullie niet veel fantasie hebben om te weten hoe de Kees op zijn Tri zat. Het werd mistig van de stoom die uit mijn oren kwam.
Morgen dwars door Zwitserland, een ritje van 540 km. Bij goed weer nemen we de Gotthardpas bij slecht weer zal het de tunnel worden. Als alles goed gaat overnachten we in San Prospero. We zitten dan in de Italiaanse provincie Modena.
De voorbereiding voor de rondreis door Italie zijn volop bezig De geplande routes zijn in kaart gebracht Het zal een reis worden van iets meer dan 5000 km. Ben nu weer al benieuwd wat ik met de fantastische Triumph Trophy SE ga beleven op deze reis. De zoektocht naar geschikte betaalbare hotels kan beginnen
Het aftellen is begonnen
Er staat ook weer een bijzondere reis op het programma met mijn Limburgse motormaat den Theo Als de politieke toestand het toelaat vertrekken we in Juli of Augustus 2015 voor een reis door Rusland Den Theo ziet het wel zitten hij is een cursus Russisch voor beginners aan het volgen. Dat komt dus dik in orde.
Al bij al kan het weer een interessant jaar worden om de blog te volgen.
27/08/14 Een luxe cabine, geen lawaai van scheepsmotoren, een rustige zee en toch slecht geslapen. Je moet het maar voor elkaar krijgen. Om zes uur in de morgen liep ik weeral rond. Tot mijn verbazing zie ik in de verte een onderzeeboot varen. Je moet goed kijken op de foto maar het is te zien.
Om zeven uur is het aanschuiven aan een zeer rijkelijk ontbijt. Na het ontbijt nog wat op het zonnedek. Om negen uur gaat het wisselkantoor open en ga ik aanschuiven om mijn Noorse Kronen om te wisselen voor Euro’s. Nadat dit geregeld is wordt het tijd om de motorkleren aan te gaan trekken. Met de lift terug naar het zonnedek om nog wat foto’s te nemen en dan klinkt het signaal dat de bestuurders zich naar de voertuigen moeten begeven.
Aangezien we in Oslo eerst aan boord mochten gaan kunnen we er nu pas als laatste af. Het is dan ook half elf als ik op de kade sta om nog even afscheid te nemen van het Italiaanse koppel. Na de nodige foto en uitwisselen van e-mailadressen is het gedaan met deze reis. Al bij al een prachtige reis waar ik ten zeerste van genoten heb. En het weer, ja dat is het weer he. Je pakt het zoals het komt en je probeert er altijd het beste van te maken. Toch nog maar eens ondervonden hoe belangrijk de kledij is op een motor. Het is voor een groot deel de kledij die uitmaakt of je die weersomstandigheden kunt blijven volhouden. Ik heb in ieder geval weinig problemen gehad, me geen seconde verveeld en me zeker niet eenzaam gevoeld op deze reis. Ik heb een aantal leuke ontmoetingen gehad en prachtige ritten gereden die me zeker bij zullen blijven.
De eerste tweehonderd km heb ik het verschrikkelijk lastig. Ik moet een keer of drie stoppen omdat ik anders op mijn motor in slaap dreig te vallen. Nu is het eens goed weer en dan kan ik nog niet doorrijden zoals ik wil. Bij de derde stop leg ik me in het zonnetje aan de rand van en parking en doe een dutje van een kwartiertje. Het heeft wel wat geholpen en ik pep me wat op met een kop koffie. Vanaf nu gaat het wat beter en doe ik zoals ik altijd doe om het uur even stoppen.
In Nederland ben ik opeens klaar wakker als er van een camionet die op de autosnelweg rijdt vier planken afwaaien. Ik moet me echt bukken om niet geraakt te worden, ik heb dan ook meer geluk dan dat ik rijervaring heb om deze obstakels te vermijden. In mijn spiegel zie ik dat het verkeer tot stilstand komt en dat de camionet tegen gehouden wordt door twee automobilisten. Ben er bijna zeker van dat er hier en daar schade is veroorzaakt.
Afijn, de Kees is heelhuids rond 17u 30 aangekomen. Doodmoe maar met weer een prachtige reiservaring. Voor dit jaar zit het reizen erop, althans de verre reizen. Volgend jaar zou ik graag Moskou-St. Petersburg-Helsinki doen. Of misschien word ik echt gek genoeg om een reis van een maand of zes te ondernemen. Het is nu nog te vroeg om daar al een beslissing in te nemen.
Beste blogvrienden nogmaals bedankt voor de gewaarde aandacht en reacties.
26/08/14 Weer uitstekend geslapen en een zeer goed ontbijt voorgeschoteld gekregen. Aangezien er tijd genoeg is neem ik een uitgebreid ontbijt. Het is dan ook negen uur als we vertrekken voor ons laatste ritje van 40 km in Noorwegen. Aangezien we direct op de autosnelweg naar Oslo zitten zijn we binnen een kwartiertje in Oslo.
Om in het centrum te komen moeten er diverse tunnels worden genomen. In verschillende van die tunnels is het stapvoets rijden wegens het drukke verkeer. Ik kan jullie verzekeren dat het geen pretje is om in een tunnel met drie volle rijbanen aan te schuiven. Volgens mij kun je dan toch maar beter een sigaartje roken. Met de buff over mond en neus getrokken om toch een klein beetje de lucht te filteren die ik moet inhalen rijden we door de tunnels. Om halftien staan we aan de haven, veel te vroeg natuurlijk want het inschepen begint pas ten vroegste om twaalf uur.
Garmien stelt voor om het koningklijkpaleis te gaan bezoeken. Het ligt in een groot park in het centrum van Oslo. Geen slecht idee, starten en het centrum van Oslo in. Het valt op dat de straten er zeer netjes bij liggen, totaal gen zwerfvuil, geen vuil in de goten en op de voetpaden. In het centrum is het redelijk druk maar er is een goede doorstroming van het verkeer. We rijden langs mooie goed onderhouden oude gevels en diverse parken.
Het optrekje van de Noorse Koninklijke familie mag er ook best zijn. Het ligt op een heuvel in een groot park met zicht op een deel van Oslo. Als ik er aan kom gewandeld is het juist aflossing van de wacht. De wacht die niet anders moet doen dan te nieuwsgierige toeristen op afstand houden. Ik heb ondervonden dat ze dat goed doen, ik kwam iets te dicht bij een bijgebouw en werd vriendelijk maar kordaat terug gestuurd. Na het bezoek aan het paleis rijden we nog een half uurtje achter de Hop Onn Hop Off bus aan die langs de hoogtepunten van Oslo rijdt. Het valt op dat er naast de vele mooie parken ook geen gebrek is aan musea. De belangrijkste zoals het Kontiki museum, het Vikingmuseum en het Holocaust museum liggen redelijk ver uit het centrum van Oslo, vlakbij de haven. Oslo is aan het einde van een lang fjord gebouwd, het Oslofjord. Het fjord eindigt als een grote baai dat één groot havengebied is waar Oslo is rond gebouwd. Er is zeer veel plaats gemaakt voor pleziervaartuigen, het zicht op de haven vanuit Oslo is dan ook zeer de moeite.
Om halftwaalf zijn we terug in de haven waar de cruiseschepen en ferry’s aanleggen. Er is voorlopig 1 loket open en de voertuigen woorden langzaam ingeschreven en naar één van de 26 lijnen gedirigeerd om straks aan boord te kunnen gaan. Lijn 26 is voor de motorrijders en fietsers. Tijdens het wachten maak ik kennis met een Italiaans koppel dat ook naar de Lofoten is geweest. Jammer genoeg spreken ze geen woord Engels maar met handen en voeten werk verstaan we elkaar toch een beetje. Ze rijden met een Aprillia die verschrikkelijk hoog geladen is met bagage. Om 13 u wordt er eindelijk werk gemaakt van het inschepen. De motorrijders mogen samen met de fietsers eerst aan boord. Om 13u15 zit ik in mijn luxe cabin nr.9429 op de negende verdieping. Drie verdiepingen onder het grote zonnedek. Het is prachtig weer, ik maak dan ook dat ik zo snel mogelijk op het zonnedek ben om alles van daar uit gade te slaan en wat foto’s te nemen. Om stipt 14 worden er drie stoten op de scheepshoorn gegeven en zijn we weg. Het majestueuze schip laveert 2 uren tussen de eilandjes door in het mooie Oslofjord voor we aan open zee zijn.
Na een prachtige zonsondergang en nog een koffie met het Italiaanse koppel is het de hoogste tijd om in de kooi te kruipen.
Het ziet er naar uit dat het een zeer rustige overtocht wordt. Windstil en een vlakke zee. Als alles goed gaat zijn we morgenochtend om tien uur in Kiel.
25/08/14 Wat is het stil hier boven op de berg. En wat heb ik weer heerlijk geslapen in deze stilte. Aangezien ik rond halfacht met alles klaar ben maar er nog geen ontbijt is ga ik de Tri een hoognodige poetsbeurt geven. Het weer ziet er veel belovend uit en als de regen een beetje weg blijft kan ik morgen met een propere motor aan boord van de ferry Oslo-Kiel gaan. Om half negen komen ze zeggen dat het ontbijt klaar staat. Van de andere gasten die in het hotel verblijven is nog geen spoor te zien, ik ben dan ook de eerste die zijn keuze van het rijkelijk ontbijt gaat doen.
Om negen uur is het dan zo ver, starten en aan die klote afdaling beginnen. Natuurlijk is het ondertussen gaan regenen, ik had echt niet anders verwacht. Eens diep ademhalen en me zo ontspannen mogelijk in het zadel zetten en er aan beginnen. Ik moet er zeker opletten dat ik niet te verkrampt ga rijden dat maakt het alleen maar moeilijker. Tijdens de afdaling kom ik een stukje tegen waar ik kan stoppen om een paar foto’s te nemen. Met mijn voet op het rempedaal kan ik Tri in bedwang houden. Na de foto stop sukkelen we verder, ik kijk zo ver mogelijk vooruit om het beste spoor te vinden en om de geulen en putten te vermijden. De haarspeldbochten neem ik zo breed mogelijk terwijl ik zit te bidden dat er geen tegenligger komt. Ik kan die bochten werkelijk niet anders nemen omdat ik letterlijk door een laagje slijk rij. De rem op het voorste wiel wordt niet gebruikt, het risico om me er onderuit te remmen is te groot. Spelend met het gas en voetrem nemen we de bochten. De afdaling heb ik volledig gefilmd met de helmcamera, aangezien ik beide handen aan het stuur nodig had kon ik de camera niet bedienen. Het gevolg is dat ik de film niet op fb kan zetten omdat het bestand te groot is. Ik heb namelijk een kwartier nodig gehad om de 7 km lange afdaling tot een goed einde te brengen.
Na de afdaling begint het pas goed te regenen het valt er weer met bakken uit. Eigenlijk heel raar ik rij met momenten in gietende regen en moet de zonneklep van mijn helmvizier naar beneden zetten omdat ik een felle zon recht voor mij heb. Wel regelmatig mooie regenboogkleuren in het dal. Heel de morgen is het een komen en gaan van buien, zodat er weinig gestopt wordt. Hierdoor zijn er dan ook vandaag weinig foto’s genomen.
Er begint een bepaalde gewenning op te treden. Als dit de eerste rit van de reis in Noorwegen zou geweest zijn had ik het prachtig gevonden. Nu betrap ik me er op dat ik het eigenlijk maar een gewone rit vindt. En toch is het een mooiere rit dan de mooiste rit in bv. de Ardennen of Sauerland. Ik zit zo te suffen dat ik op een gegeven moment pardoes en verkeerde tunnel in rij. Natuurlijk een redelijke lange tunnel (4,7 km) Garmien begint te tetteren dat ik verkeerd aan het rijden ben en geeft de bekende opdracht kere weer. Nu in een tunnel even terug draaien zie ik niet zitten dus rijden maar. Natuurlijk eindigt juist deze tunnel op een vierbaans weg waar ik ook niet terug kan draaien. Het komt er op neer dat ik een omweg heb moeten maken van ongeveer 15 km. Ben voor de rest van de dag wel wakker gebleven.
Doordat er weinig is gestopt en het maar een ritje van 275 km is zijn we om 14 u In Gardermoen een stadje met een groot vliegveld dat gelegen is op een kilometer of dertig boven Oslo. Ook deze keer zitten we in een Rica hotel. Het hotel ligt niet in het stadje maar dicht in de buurt van de autosnelweg en het vliegveld. Het is een komen en gaan van bussen die hier toeristen af zetten die op de luchthaven afgehaald worden. Ook is er een bus neergestreken met de onvermijdelijke Japanners die Europa in veertien dagen doen. Er heerst hier een levende drukte er staan nog twee andere hotels een groot Esso station en een McDonald’s. De grote M staat maar 50 m van het Rica hotel. De Big Mac heeft me dan ook goed gesmaakt.
Het blijft eigenaardig, maar het is nu al de zoveelste keer deze reis dat het stopt met regenen als ik in het hotel ben aangekomen. Ook nu weer, een kwartier na aankomst staat de zon te schijnen precies of het is plotseling zomer geworden. Ik twijfel nog om wat bezienswaardigheden te gaan bekijken maar daar heb ik de Tri voor nodig. Terug mijn motorkleren aan doen zie ik niet zitten, ik hou het dan ook bij een wandeling rond het hotel. Drink wat koffie, neem een paar ijsjes, ze worden gratis gepresenteerd aan de gasten van het hotel.
Morgen 50 km naar de haven van Oslo. Om twaalf uur aan boord van de ferry die om 14 u vertrekt. Bij goed weer nog een paar foto’s van het mooie Oslofjord en deze reis zit er weer op. Woensdag rond tien uur in de morgen in Kiel, dan nog een rit van 650 km autosnelweg en de Kees is terug thuis. Ik zal zeker niet na laten om nog een verslag van de overtocht en de rit naar huis op de blog te zetten.
Maar ik wil nu de bloglezers al danken voor de reacties die ik op deze reis ook weer heb gekregen. Gemiddeld heb ik op deze reis 50 bezoekers per dag op de blog gekregen. De blog staat in de categorie reizen van Seniorennet hiermee op de zesde plaats van de 1.126 blogs.
24/08/14 Heerlijk en lang geslapen. Om 22u30 bedje in en om 07u30 er uit. Buiten ziet het er niet zo heerlijk uit, er hangt lage zware bewolking boven het fjord. Dit zijn echter zorgen voor later, eerst aan tafel voor weer een uitermate goed ontbijt. De bus met Russen die hier voor één nacht waren zijn al vertrokken, het is dan ook heerlijk rustig in de ontbijtzaal.
We doen het rustig aan, het is dan ook bij negen uur dat we vertrekken. In het spiegelbeeld van het raam waar we voor staan zie ik dat er maar één van de twee lampen aan is. Het is de tweede keer dat ik dat me dit bij de Tri overkomt. Het is droog als we vertrekken, we beginnen al direct met een stevige beklimming, het uitzicht verandert per minuut met het open trekken van de bewolking. Als de zon er zich mee komt bemoeien is het schouwspel in de bergen werkelijk prachtig. Ik krijg de foto’s nog niet bij benadering van wat het in werkelijkheid is. Om intens van het schouwspel te genieten moet je het zien. Het water komt als zilveren linten van de kale bergwanden gestroomd. Het kleurenspel tussen de bergen is prachtig. Mensen, wat ben ik blij dat ik hier met mijn geliefde Tri kan rond tuffen.
Als we bij een gletsjer stoppen (die half is weggesmolten) raak ik aan de praat met een Noorse buschauffeur, hij is met een groep Schotse toeristen die hier met een cruiseschip in het Sognefjord liggen rond aan het toeren. Zijn Engels is hetzelfde als dat van mij dus we verstaan elkaar perfect. Hij woont in Sogndal en kent de streek dan ook zeer goed. Volgens hem is de gletsjer sinds 1965 met meer dan 30 m terug getrokken. Volgens in informatiebord liep de gletsjer in 1890 tot in het dal. Ondertussen is de helft weggesmolten. De vriendelijke man vindt de Tri prachtig, heeft ook motor willen rijden maar zijn vrouw heeft hem er van af gehouden. Nadat de vriendelijke man een foto van mij heeft gemaakt komt er een Schot vragen of hij de nummerplaat van Tri mag fotograferen. Mij niet gelaten zeg ik hem, maar ik zie er het nut niet van in. De nummerplaat is 1MJL944 en hij is het eerste kind van een gezin, zijn drie voornamen beginnen met MJL. Dit vindt hij prachtig.Als hij weg is raak ik aan de praat met een koppel uit Roeselare, weer een heel gesprek. Zoals ik al heb gezegd je bent nooit alleen op reis.
Als we eindelijk vertrokken zijn gaan we twintig km voorbij Sogndal op onze laatste binnenlandse ferry van deze reis om het Sognefjord over te steken. We komen uit een 7 km lange tunnel en staan pardoes voor de overzet. Als we de ferry af rijden gaan we direct met een mooie beklimming de bergen terug en komen op een hoogte van 1.158 m. Op deze hoogte is het 8 graden. En in de bergen lopen er zoals overal in de bergen dieren op en over de weg. Vandaag zijn we een kudde geiten, schapen en een paard met een veulen tegen gekomen. De filmpjes van deze ontmoetingen ga ik op fb proberen te zetten.
Bij de zoveelste foto stop komt er een Spaanse motorrijder die ik onderweg al een paar keer gezien had ook de parking opgereden. Hij komt uit Barcelona en is op weg met een FJR. De landkaart wordt boven gehaald en we vertellen onze wederzijdse ritten die we Noorwegen hebben gereden. Natuurlijk vertel ik hem het verhaal van de reis naar het Midden-Oosten. Hij laat dan weer weten dat hij een paar jaar geleden in de Ardennen heeft rond gereden, is ook altijd alleen op reis. We zijn allebei op weg naar huis. Hij gaat via Denemarken omdat die ferry een stuk goedkoper is dan de ferry Oslo-Kiel. We nemen wederzijds een foto van elkaar en rijden nog een veertigtal km samen. Weer een leuke ontmoeting.
Stilletjes aan komt ons einddoel van deze dag in zicht. Ik heb Garmien de coördinaten ingegeven omdat het hotel of de weg van het hotel niet in de kaarten van Garmien te vinden zijn. Ik moet op het adres Liatoppen zijn in Al I Hallingsdal. Ook op de kaart van Noorwegen is er geen dorpje met deze naam te vinden. Als ik voorbij Gol het Hallingsdal in rij stop ik bij een informatiebord. En jawel, Liatoppen wordt er op aan gegeven het is een skigebied. Vol verwachting volg ik de weg die Garmien me laat weten. Op een gegeven moment moet ik rechtsaf het dal uit. Na een paar km krijg ik een beklimming voorgeschoteld die ik nooit meer zal vergeten. Smal, steil, hoog en buiten een paar kleine boerderijtjes niets van bewoning te zien. We zitten met stijgingspercentages van rond de 10%. Na de boerderijtjes wordt het niemandsland, ik moet er niet aan denken om hier op dit weggetje terug te draaien want dat is gewoonweg niet te doen. Er is geen andere keus dan Garmien maar te vertrouwen en hopen op een goede afloop. Tot overmaat van ramp wordt de weg onverhard, zelfs zo slecht dat ik niet durf te stoppen om een foto te maken. Zeker en km of drie onverhard met de nodige haarspeldbochten is eigenlijk niet te doen met een afgeladen motor.
Ik kan maar één ding doen, blijven rijden en hopen dat ik bij een hotel aan kom. Op heel de beklimming kom ik één bordje tegen met de vermelding skigebied. Niks bordje met de naam van het hotel. Na nog maar eens een haarspeldbocht komen we op asfalt, een paar bochten verder staan we voor het hotel. Het is letterlijk boven op een berg gelegen de weg loopt dan ook dood op de parking van het hotel. Als ik aan de afdaling van morgen denk breekt het zweet me uit. Mag ik vragen aan de gelovige lezers om vanavond een extra gebedje te doen met de vraag om het morgen bij de afdaling alstublieft niet te laten regenen. Ik ga de afdaling zeker met de helmcamera filmen.
Rond 15 u ben ik op de kamer. Zonder uit te pakken ga ik eerst een paar foto’s van die klote weg nemen. Gelukkig kan ik hier een avondmaal nemen.
Na eindelijk een normale maaltijd, gekookte aardappelen, worteltjes botersaus en koolvis wordt ook deze prachtige dag weer afgesloten. Het is windstil en droog. Hopelijk blijft het zo tot na de afdaling.
Morgen slapen we in Oslo, onze laatste nacht in dit prachtige land.