Ik ben als een blaadje in de wind. tuimelend door velden en bossen ga ik op zoek naar de lente maar ik blijf aan tranen gekleefd en daal neer op de wangen van een kind.
Ik ben als een vlinder. fladderend tussen bloemen en struiken ga ik op zoek naar de zomer maar ik sterf voor de dag om is en zijg neer in de haren van een kind.
Ik ben als een roos. geurend naar de zon en de aarde ga ik op zoek naar een beetje warmte maar ik breek door de striemende regen en verwelk in de handen van een kind.
Ik ben als een vlinder in de ogen van een kind, als een bloemblad van een roos sterf ik in de wenende wind.
kerima ellouise ©
|