Plots werd ik zo moe dat ik alles stop zette, me in de driezit dubbel toe plooide en als een blok in slaap viel. Zo midden de dag slapen bevalt met nooit. Na één of twee uur wordt ik dan door het één of het ander of door iemand gewekt. Helemaal versuft schiet ik dan wakker en het lijkt of de wereld vergaat. Het duurt meer dan een uur vooraleer ik opnieuw mijn normale, goedgezinde plooi terug krijg. Een koude douche help het proces te bevorderen maar in de winter ben ik er geen voorstander van.
Gisteren voerde ik onder de dekmantel van de Minder mobielen centrale een oude vrouw naar het AZ in Brugge. Haar zoon wachtte ons op aan de ingang en zou haar verder naar de dokter begeleiden. We hadden een plaats in het ziekenhuis afgesproken waar ik op hen zou wachten. Met behulp van de minder validen kaart van de dame kon ik de auto gratis parkeren. Dan begon het wachten. Een spannend en leuk boek hielp met aangenaam door de wachttijd heen.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Na een uur kwamen ze nog niet opdagen. Ik moest toch even mijn benen rekken en .......................................raakte daarna aan de praat met twee gezellige oudere dames. Eén van hen vroeg mij hoe laat het was terwijl de andere met een polshorloge in haar hand zat er erop keek. Ik veronderstelde dat het uurwerk in panne lag en zei half drie op de kop. Ik had het nog het laatste woord in mijn mond toen de dame met het uurwerkje in de hand tegen haar medegezellin begon
Moet je nu wel het uur vragen aan meneer!, als je ziet dat ik op het mijne aan het kijken ben?. De andere begon te lachen en vroeg heel guitig ewel hoe laat is het bij jou? De andere schoot als het ware wakker en keek nog eens met ongelovige verwonderde blik op haar uurwerkje. oei zei ze vlug hier is het nog maar twee uur. Ik wist het zei de andere we hebben onze bus gemist
jij met je pruts van een horloge, smijt dat maar in de prullenmand!. De andere reageerde niet en stak het in haar handtas. De twee keken mij aan alsof er niets was gebeurd en we babbelde gewoon over het koude weer en dat ze blij waren dat ze binnen konden wachten op hun volgende bus van de Lijn. Naar ik hoorde zou dat niet meer zo lang duren Ondertussen kwam mijn passagier terug van de dokter en ze zag er niet wilgezind uit. Oei dacht ik, dat zal slecht nieuws zijn.
|