Inhoud blog
  • III/11."De doodendraad"/Doorheen de Maatjes.
  • III/10."De doodendraad"/Langsheen de Marijnenvennen.
  • III/9."De doodendraad"/De Greef voorbij.
  • III/8."De doodendraad"/Doorheen de Boterbergen.
  • III/7. "De doodendraad"/De Koeikesweg op.
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Startpagina !
    Kalmthoutse Broodjes
    Kalmthout : een reilen en een zeilen
    19-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.21. De fietsenmaker van Nieuwmoer : den Theeuw.
    Af en toe brengt een gemeenschap een "grote" man of vrouw voort. En dat hoeft dan zeker niet altijd een formeel erkende kunstenaar, wetenschapper of wat weet ik nog te zijn. Zo is op 9 augustus 1920 bij ons in Kalmthout geboren : de heer Leon Mattheeuwsen, alias "den Theeuw", koereur en fietsenmaker van Nieuwmoer. Hij is er overleden op 5 februari 2006 na het bereiken van de gezegende leeftijd van 85 jaar. Den Theeuw zijn leven is zonder twijfel ook "één grote fiets ". Van fietsen weet den Theeuw alles af : hij maakt ze zelf, probeert ze op een professionele wijze uit en brengt ze aan de vrouw en de man. Maar daar gaan wij het in deze aflevering niet over hebben. Vandaag bomen we graag even door over Theeuwke " de gemeenschapsmaker".Rondom en na de tweede wereldoorlog heeft hij op een unieke wijze mede vorm gegeven aan die uitzonderlijke volksgemeenschap van ons Kalmthouts Nieuwmoer, heeft hij vanuit een begeesterende invalshoek de Nieuwmoerse jeugd, generatie na generatie, gepantserd met die unieke eigenwaarde van "Nieuwen Moeren". Hij doet dat op die eigenzinnige en speelse wijze die de zijne is. In een olifantengeheugen heeft hij iedere Nieuwmoerenaar met naam en toenaam, met de juiste datum van zijn verjaardag, een plaats gegeven. En als hij die naam, die toenaam of die geboortedatum toch al eens vergeet dan diept hij de betrokkene onmiddellijk op uit die grote imponerende kader aan de muur van zijn fietskot : " Hier sè, de Jef, toen dat hij 26 was "! Het is niet overdreven : heel Nieuwmoer hangt aan die muur. En heeft welke Nieuwmoerenaar ook , het om welke reden ook even lastig, dan trekt hij naar den Theeuw en naar dat fietskot met al die fietsen. En in de kilte van de winter ontmoet men dan een man die met een bijltje blokjes hout kapt om het kacheltje te bevoorraden dat er dan binnen gezellig puft. Theeuwse gezelligheid, Theeuwse gulheid, Theeuwse vriendschap, maar ook Theeuwse schranderheid en Theeuwse geestigheid  :  jong Nieuwmoer kan gewoon niet zonder ! De anecdotes zijn dan ook legio : De Jos die zijnen band nog eens stuk steekt en roept "Pa mijnen band is stuk, mag ik naar den Theeuw!", of de volgende dialoog in het fietskot tussen den Eddy en den Theeuw : " Hoeveel is 't Theeuw?", "10 frank jonge", "Allez Theeuw!, "Goed dan, 6 omdat 't voor u is".  En ze leren ervan en ze groeien ermee naar de volwassenheid en in het gemoed van zowel student als boerenzoon groeit het beeld van een dorp dat de ganse wereld schraagt. En vrank en vrij dragen zij dat "Theeuwse dorp" mee naar de groene Maatjesweide, het college, de metropool, ja tot in de hoofdstad. Het grote geheim van zijn aantrekkingskracht heeft den Theeuw inderdaad gewikkeld in een cocktail van schranderheid, goedluimigheid, humor en "schenkende" vriendschap. En "zijn" moppen nemen de Nieuwmoerse jongeren mee de wereld in. Ze vertellen ze dan met diezelfde schrandere ogen van hun groot idool en refereren dan onvoorwaardelijk naar hem . "Den Theeuw" , mompelen de Eddy's, de Jossen, de Fonsen, de Johnen en de Leo's dan vol bewondering tussen de tanden. Alleen kan de toehoorder nooit achterhalen wat in een fantastische mop, die ongetwijfeld bij den Theeuw is ontstaan, nog van den Theeuw is en wat de jonge veulens er achteraf van gemaakt hebben. "Het Theeuwken, Theeuw, den Theeuw", het liefst besluit ik dit cursiefje met een "Theeuwkesmop". Ik denk dat hij, de heer Leon Mattheeuwsen, alias "den Theeuw", daarmee volledig zou kunnen instemmen, zoals ik hem daar op hogere leeftijd minder bewust misschien, maar nog altijd vol gulle, wegschenkende goedheid, heb zien zitten in zijn zetel in het zonnetje achter zijn huisje, een zonnetje dat weerkaatst in die lichtende ramen van dat enig  fietskot bij ons op de Nieuwmoer. Wel zou hij daarbij ongetwijfeld een binnenpretje hebben : " Maar jongens toch, wat hebde fantasie". En de jongens ? Ze zouden, een tikkeltje ondeugend, maar vooral amicaal glimlachend, wuiven naar den Theeuw en  "Awdoe"!" zeggen.  

    Een Theeuwkesmop :

    In die tijd is het crisis. De regering vaardigt haar eenheidswet uit. Ook de fietsenverkoop stagneert. De grote baas van General Motors, die in Kapellenbos woont , komt voor zijn dochter bij den Theeuw een fiets kopen. Den Theeuw doet zijn beklag : "weinig werk, Mijnheer de directeur". "Geen probleem Theeuw", zegt die directeur. "Komt twee dagen bij ons werken Theeuw. Wij hebben werk genoeg. En met uw fiets zijt ge rap in Wildert en daar kunt ge dan de trein nemen naar Antwerpen ". Zo gezegd, zo gedaan. Den Theeuw trekt twee keer per week naar Antwerpen. Hij werkt er nog maar een paar dagen of de directeur doet zijn werklieden kond dat Koning Boudewijn op bezoek komt. Als de volgende dag de directeur en de Koning de werkplaats binnenkomen en de directeur zijn mensen wil voorstellen roept de Koning plots : "Eh, Mijheer de directeur, zie daar eens : den Theeuw ! Eh, Theeuwke en hoe is 't jonge." ...   Als de directeur dan s'avonds de Koning uitgeleide heeft gedaan roept hij den Theeuw bij hem. "Maar Theeuwke, kende gij de Koning jong." " Ja, en dat is nog niet alles eh, Mijnheer de Directeur, allez ,bijvoorbeeld, volgende week gaan mijn vrouw en ik een bezoek brengen aan de Paus." "Theeuw jonge als dat waar is, als ik dat met mijn eigen ogen mag zien, dat gij de Paus kent, dan betaal ik de vliegtuigreis van u en uw vrouw."  En daar staan ze dan, alle drie, op dat immense plein in Rome. De Paus verschijnt op het balkon en wil juist zijn zegen Orbi et Urbi gaan geven. Plots roept hij echter naar zijn kamerheer, " eh , Juan , zie eens daar beneden : den Theeuw.  Eh , Theeuwke, komt eens naar boven jong."  Maar nauwelijks is den Theeuw op het balkon of  die ziet beneden zijn directeur van General Motors flauw vallen. Hij verontschuldigt zich bij de paus en loopt vlug terug naar beneden. "Mijnheer de directeur, Mijnheer de directeur, wat is er?". De directeur komt bij al dat geroep terug bij zijn positieven en antwoordt : "Ach Theeuwke jong,  ge zijt nog maar pas boven of er komt een Afrikaan naast mij staan en weet ge wat die zegt." Eh, Mijnheer, kijk eens daar boven, Theeuwke op 't balkon". "En dat die Afrikaan u kent dat kan ik dan nog enigszins begrijpen, maar weet ge wat die dan nog zegt."  Maar Mijnheer, die witte naast den Theeuw wie is dat." "En dat was mij te veel Theeuw, toen ben ik flauw gevallen." Tot zover deze Theeuwkesmop zoals ze is aangedikt door de Eddy's, de Jossen, de Fonsen, de Johnen en de Leo's.     

    -  poëzie  +  -

    (uit) Afscheid van Leon Mattheeuwsen, "den Theeuw" - (Fons Buyens - 2006)

    Als ik op reis was in verre landen. En de mensen vroegen mij waar komde vandaan?  En ze zeiden dan , wat is dat Nieuwmoer ? En wat maakt dat zo speciaal ? Dan denk ik altijd aan de hartelijkheid waarmee de mensen elkaar hier op straat begroeten, hoe ze zwaaien met hun armen en met volle longen  " HUI " naar elkaar roepen. Ik denk dan aan de woorden van de dichter Hans Lodeizen die zegt : alleen al om het lichte wuiven van de handen heb ik de mensen lief gehad. En dan denk ik tegelijkertijd ook aan de blinkende plezierige ogen van den Theeuw. Aan de man die altijd voor iedereen klaar stond om te helpen. Aan zijn grote belangloosheid; maar wat ons altijd raakte was vooral zijn opgewektheid, zijn gezellige gastvrijheid, zijn levenslust. Ik denk aan zijn moppen, zijn raadsels, zijn woordspelingen, zijn grappen, zijn grollen, zijn fiets- en smokkelverhalen, zijn commentaar en inzicht in de koers en ook zijn speciale echt wijze vertellingen. Den Theeuw dat is Nieuwmoer op zijn best : hartelijk, gastvrij, geestig, geen ogenblik materialistisch of op zoek naar profijt..., maar gul, vol vriendschap, maar ook eigenzinnig en eigendraads, vol scherpe en geestige kritiek met lastige vragen, maar nooit om iemand te kwetsen, maar ook, een moedige man die zich door niemand niet voor de zot zou laten houden. Als de mensen op de Nieuwmoer zeggen : "Den Theeuw", dan verandert de sfeer en worden ze blij en beginnen ineens zelf gerust gesteld te lachen en dan spreken ze over hem met grote gebaren en met zwier, vol bewondering voor zijn eigenaardige aparte kijk op de wereld, voor zijn joviale kunst en zijn durf die ronde wereld soms vierkant en dwars en met een aanstekelijke vrolijkheid anders te kunnen bekijken.

    -  actua  +  :  -

    - In de maanden juli en augustus organiseert de vzw Parkconcerten in het Strijboshof te Kalmthout haar jaarlijkse parkconcerten. Info : www.parkconcerten.be.
    - Zondag 25 juni 2006 : Dag van het Kind. 13u. tot 19u. Gitok 1 (Kapeelensteenweg 501 Heide-Kalmthout - info : 03.620.22.16.
    - Zondag 25 juni : Historisch Heerlijk Kalmthout. Cultuurhistorische dagtocht met fiets door Kalmthout. Aan de hand van landschapskenmerken en artefacten wordt de geschiedenis uit de doeken gedaan van Kalmthout. Vertrek om 10 uur op het marktplein van Kalmthout. Info en verplichte inschrijving op de Toeristische Dienst van Kalmthout, Putse steenweg aldaar, nr 129, Tf : 03/666.61.01.
    - Dinsdag 27 juni 2006 : Natuurbeleving  met je kleinkinderen. Wandeling met vorming.  Van 13.30u. tot 16.30u.. NEC De Vroente, Putse steenweg, 129. Inschrijving voor 23 juni 2006. Info : 03/620.18.30.


    - awdoe  +   : -

    tot volgende week met weer een Kalmthouts broodje : "22. In de mallemolen van de Nieuwe Tijden."  en vergeet het niet door onderaan het blog telkens op de linkse rode pijl te klikken kunt U de reeds verschenen cursiefjes Chronologisch te voorschijn halen.

    19-06-2006 om 18:43 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    12-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20. Nieuwmoer zendt zijn zonen uit.
    Op Nieuwmoer is de horizont altijd dichtbij. Maar een turferskind moet ook de wereld zien.Nieuwmoer stuurt zijn zonen uit. In zijn "Kalmthout door de eeuwen heen" refereert onze Kalmthoutse gildenkoning, wijlen meester Vorsselmans, naar drie Nieuwmoerse groten die "vanop ten Nuwen Put", ieder op zijn manier, de wereld zijn gaan veroveren : Jos Tilborhgs, Constant-Adriaan Deckers en Jéroom Becker. Hun namen staan voor eeuwig gegrift op Nieuwmoerse straatnaamborden.

    1/ De Muzikant Jos Tilborhgs.   Nieuwmoer is muzikaal begaafd. Ieder jaar sluit de locale fanfare "De Heidebloem" haar Lenteconcert af met dat uniek sluitstuk van haar gewezen dirigent Jan Marijnissen : "Wij zijn de heidebloem, de muzikanten van ons klein Nieuwmoer". Heel de zaal, jong en oud, is dan niet meer in te tomen. Nieuwmoer gaat muzikaal uit de bol.  Een grafzerk voor de kerk verwijst naar de stamvader van al dat muzikaal geweld : orgelist Jos Tilborhgs. Hij is te Nieuwmoer geboren in 1830. Op 20-jarige leeftijd behaalt hij zijn onderwijzersdiploma aan de Normaalschool van Lier. Hij laat het er echter niet bij en gaat orgellessen volgen aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel. Daar behaalt hij een eerste prijs orgel.Zijn hoogleraar is er niemand minder dan de befaamde orgelist Lemmens die later zijn naam zal geven aan de katholieke hogeschool voor muziekonderricht : het Lemmensinstituut. Vervolgens studeert Jos Tilborhgs nog verder hogere muziektheorie. Hij behaalt nog eerste prijzen voor compositie, contrabas en fuga. Op 25-jarige leeftijd wordt hij muziekleraar in "zijn" normaalschool te Lier. Maar vijf jaar later gaat hij aan het koninklijk conservatorium van Brussel zijn gewezen hoogleraar orgel Lemmens reeds vervangen. In 1871 wordt hij dan leraar orgel aan het koninklijk conservatorium van Gent.Vandaag is zijn borstbeeld nog altijd, duidelijk zichtbaar, aanwezig in de ontvangsthal van dit conservatorium.De kers op de taart meldt zich voor Jos Tilborhgs echter aan als niemand minder dan Peter Benoit, de man die zijn volk leerde zingen en directeur aan het koninklijk conservatorium van Antwerpen, hem aanzoekt in datzelfde conservatorium contrapunt en fuga te komen onderwijzen. Van de Nieuwmoerenaar Jos Tilborhgs zegt de muziekestethica dat    " zijn oeuvre gekenmerkt is door stevige onderbouwingen van harmonieuze gehelen ".

    2/ Cornelius Deckers, prelaat van Tongerlo.
     Cornelius Deckers, Adrianus voor de Norbertijnen, ziet in 1847 het levenslicht in een Nieuwmoers landbouwersgezin. Hij studeert aan het College van Herentals en treedt daarna in bij de Norbertijnen van Tongerlo.Wanneer de Norbertijnen, op verzoek van Koning Leopold de II-de, in het noorden van Congo een missiepost oprichten ,wordt pater Deckers er de eerste missieoverste en draagt er de titel van "Abt van Congo". Hij wordt er echter het slachtoffer van een tropische ziekte en moet finaal naar België terugkeren. In 1889 benoemen de Tongerlose Norbertijnen hem tot de 52-ste abt van de abdij.De Nieuwmoerenaar zal zich in die functie inzonderheid blijven inzetten voor de instandhouding en de bloei van de missies. Nieuwmoer zendt inderdaad zijn zonen uit. En ook vandaag nog, niet pater Hugo Gotinck? En wie kan er trouwens beter rijstpap maken voor de missiefeesten dan de Nieuwmoerse dames van de plaatselijke KVLV. Komt ook maar eens proeven als de missiefeesten weer hoogzomeren op Nieuwmoer.

    3/  Kapitein Jéroom Becker
    . " Hier werd geboren op 27 Oogst 1850 Kapitein Jeroom Becker pionier der beschaving in opdracht van Leopold II in midden Afrika van 1880 tot 1890. Stierf te Antwerpen op 30 maart 1912." De gedenksteen met deze tekst is in 1960 in de voorgevel gemetst van de herbouwde woning in de Holle weg op de plaats waar het totaal afgebrande geboortehuisje van Jéroom Becker heeft gestaan, een huizeke met een hoge groene deur en twee kleine geruite vensters, met een woon- en slaapkamer voorzien van rode tegeltjes en achteraan een schuur en een geitenstalletje. Jéroom engageert zich in het Belgische leger en vertrekt als luitenant in opdracht van  Koning Leopold de II-de naar midden Afrika om er "de slavernij te bestrijden" en "nieuwe gebieden te ontdekken".Het zal niet bij deze ene expeditie blijven. Zo belast de Koning hem met een bijzondere opdracht (een ivoorinzameling), waarna hij benoemd wordt tot kapitein en lid wordt van de generale staf van de artillerie. Hij zal in 1912 met militaire eer te Antwerpen begraven worden.In het Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen bewaart men nog steeds zijn geschilderd portret.

    -  poëzie  +  -

    (uit) De Moeder en de Zonen.(Anton van Wilderode - 1966).

    Het huis is groot zonder zonen.
    Het dak bewaart hun jeugd, het puin van kinderspelen, de
    ballast van de leerjaren.
    De kamer staat vol lege stoelen.
    Er zijn altijd borden teveel.
    De deuren staan open naar het nieuws van de wereld,
    naar de angst.
    Brieven zijn witte onheilsvogels die plotseling binnenfladderen.
    Mijn ogen gaan op de vlucht door het raam.
    Maar ook in de notelaars hebben zij als kinderen geklommen.
    Overal zijn hun sporen.

    -  actua   +  -

    - Nog tot in oktober in het Natuureducatief Centrum "De Vroente" aan de grote heideparking van de Putse steenweg te Kalmthout de door het centrum aangeboden gratis tentoonstelling : "Een land van zand". Om niet te missen!
    - Nog tot 27 juni e.k. organiseert burgemeester Lucas Jacobs en zijn gemeentebestuur in samenwerking met PAT (Pleegouders Actie Tsjernobyl) in de gangen van het Kalmthoutse gemeentehuis een tentoonstelling over 20 jaar Tsjernobyl.
    -Station van Heide, station van Suske en Wiske : van 15 juni 2006 tot 13 augustus 2006 : tentoonstelling "Suske en Wiske, Kalmthout en de Natuur."
    - Zondag 18 juni 2006 : 9-de Stripdag te Kalmthout van 10u. tot 17u. - info : www.vvvkalmthout.be
    - Hoevefeesten van de Landelijke Gilden van Kalmthout :
    1/ 16 juni 2006 : Tractorwijding en Boerenbal (20 uur.)
    2/ 17 juni 2006 : Kinderfeesten (13 uur tot 18 uur)
    3/ 18 juni 2006 : Eigenlijke Hoevefeesten (10 uur tot 18 uur)
    info : www.landelijkegildekalmthout.be

    -  awdoe  + : -

    tot volgende week met weer een cursiefje " 21. De fietsenmaker van Nieuwmoer : den Theeuw. " en vergeet het niet om de reeds verschenen cursiefjes in chronologische volgorde op te roepen klikt U onderaan het blog telkens op de rode pijl links.

    12-06-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    05-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.19. Nieuwmoers kerkje spitse toren.
    Wie op zo'n mooie lentedag met de fiets langs de Roosendaalse baan in Achterbroek het Vossenstraatje en de Marijnenvennen intrekt, kan er aan de verre einder niet naast kijken : Nieuwmoers kerkje spitse toren. Nergens in Nieuwmoer, langsheen de Marijnenvennen, op de Blijdenberg, doorheen de Maatjes, op de Venetiaanse heide of langs Marienville geraakt men die toren kwijt.Nieuwmoer is een kerkdorp, heeft zichzelf rondom zijn toren vorm gegeven.  Wel trekken die van "Nieuwen moeren", zoals die van "Calmetholt", zoals we dit reeds zagen, gedurende jaren en jaren, langs de Essense Heuvel, naar de moederkerk van Nispen. In wat later Kalmthout zal worden, krijgt Nieuwmoer in 1480 als tweede een eigen kapel : de "Capella Supra Novum Morum". Deze eerste Nieuwmoerse kapel is een eenvoudig klein gebouwtje, opgetrokken in hout en afgedekt met een rieten dak. Zij staat op dezelfde plaats als waar achteraf de kerk is opgetrokken. Wel blijft de kerk van Nispen voor Nieuwmoer de hoofdkerk. Onze Lieve Vrouw, Tongerlo's patrones (overal langs Nieuwmoers wegen komt men OLV tegen), Sint-Nicolaas, patroonheilige van de turfstekers, Sint-Joris, patroonheilige van de plaatselijke gilde en de vrouwelijke heiligen Barbara en Catherina zijn de vijf beschermheiligen van de Nieuwmoerse kapel. Aan het verzoek van de Nieuwmoerenaars om de kapel ook een doopvont toe te wijzen zal men pas in 1773 tegemoet komen. Tegelijkertijd wordt dan ook het begraafrecht toegekend. De kapel gaat enkele malen in de vlammen op : tijdens een blikseminslag in 1558, in 1583 tijdens de 80-jarige oorlog en tenslotte nog eens in 1705. Omstreeks 1615 gaat men te Nieuwmoer de heilige Lucia, martelares van Syracuse, "Sinte Lesie" voor de Nieuwmoerenaars, vereren.  En ieder jaar op 13 december komt menigeen naar Nieuwmoer om "Sinte Lesie" te vragen hen te verlossen van allerlei keelkwalen. Niet ten onrechte trouwens in die moerassige omgeving van weleer. Na het verdrag van Munster in 1648 is Nispen protestant geworden en bekomt Essen een eigen parochiekerk. Zij wordt ook de nieuwe parochiekerk voor de Nieuwmoerenaars. Het zal immers nog tot 1842 duren voor Nieuwmoer een zelfstandige parochie wordt. Het is de Mechelse Kardinaal Engelbertus Sterckx die in 1854 de parochiekerk van Nieuwmoer officieel inwijdt. Het is een echt juweeltje voor kunstzinnige zielen, met een rijzig houten torentje : de Nieuwmoerse vinger die doorverwijst naar "de vader". In 1910 zal men de kerk dan vergroten en van een soliede toren voorzien.De Duitsers, die de toren als uitkijkpost gebruiken, dynamiteren hem tijdens de tweede wereldoorlog bij de komst van de Engelsen.In afwachting van de heropbouw gebruiken de Nieuwmoerenaars hun parochiezaal als noodkerk. Deze parochiezaal in de Prelaat Deckersstraat is opgetrokken op een moerassige bodem, die de Nieuwmoerenaars met man en macht hebben gedempt. Zij is gebouwd naar een ontwerp van meester Louis Vorsselmans die aldus zijn volk het architecturaal tekenen bijbracht. En hoe zou ze nu anders kunnen luisteren dan naar de naam van Sint Norbertus.De Sint-Norbertuszaal : naar de orde van de Tongerlose Witheren, die ook voor ons Nieuwmoer zo een belangrijke historische rol hebben gespeeld. Tot in de 20-ste eeuw is de pastoor van Nieuwmoer trouwens een Witheer gebleven. De Sint-Norbertuszaal van Nieuwmoer is de plaatselijke "cultuurtempel" bij uitstek. In deze zaal is reeds menig "adembenemend" toneelstuk opgevoerd, brengt de plaatselijke fanfare "De Heidebloem" haar jaarlijks lenteconcert, worden de Maatjesschilderijen tentoongesteld van Pietje Bedroefd, brengen Avondgalm en Rietsanck hun mooiste melodieën. "Als moeder zong" zingen de gepensionneerden van de Avondgalm, "Naar waar de dennen fluisteren" replikeren de "Rietsanckers" met die door en door Kempense bewogenheid die de hunne is. Telkens om stil bij te worden.

    Als een schone slaapster is Nieuwmoer doorheen de tijd rondom haar kapel/kerk ontwaakt : een kerkdorp op de hoge rug van Blijdenberg. Naarmate de turfstekerij het hoogveen in de omgeving afbouwt tot op de oorspronkelijke dekzanden, gaat de Nieuwmoerse kern uitdeinen. Er komen perifere boerderijen tot stand.De Kempense potstaleconomie en plaggenstekerij doen dan de rest en brengen de Nieuwmoerse es tot ontwikkeling. De turfsteker van weleer wordt een volleerde landbouwer. Finaal verschijnt, zoals dat in een landbouwdorp past, op Moleneind de houten graanwindmolen van Jan Quaeyaegens. Hij zal visueel in het landschap aanwezig zijn tot in de eerste helft van de twintigste eeuw. Tussen de boerderijen gaan ook de dagloners binnen de agrarische gemeenschap hun huizekes vestigen. Zo zijn de riante huizekes op de Venetiaanse heide in oorsprong tot deze daglonershuisjes terug te brengen. De smid, de kleermaker, de herbergier , de barbier... , zij gaan zich vooral in de dorpskern vestigen. En in de hoevekes, de huisjes en de herbergen reinigen onze Nieuwmoerenaarsters iedere week hun rode tegeltjesvloeren met wit-geel gewassen zand uit de maatjes. Met de overgebleven zandhoopjes maakt de dochter van de boer dan iedere zondag voor haar vrijer op de rode huistegeltjes de mooiste bloemstukken van Nieuwmoer : precies de boterboemenweelde rondom "de Nieuwmoerse Bloempot" in de Lente.

    -  poëzie  +  - 

    (uit) Mijn dorp. (Wim Sonneveld - 1963)

    Thuis heb ik nog een ansichtkaart
    waarop een kerk, een kar met paard
    een slagerij J.Vanderven,
    een kroeg, een juffrouw op de fiets.
    Het zegt U waarschijnlijk niets,
    maar het is waar ik geboren ben.
    Dit dorp, ik weet nog hoe het was,
    de boerenkinderen in de klas,
    een kar die ratelt op de keien
    een raadhuis met een pomp ervoor,
    een zandweg tussen koren door,
    het vee, de boerderijen.

    En langs het tuinpad van mijn vader
    zag ik de hoge bomen staan,
    ik was een kind en wist niet beter
    dan dat het nooit voorbij zou gaan.

    -  actua +  -

    - Nog tot 27 juni e.k. organiseert burgemeester Lucas Jacobs en zijn gemeentebestuur in samenwerking met PAT (Pleegouders Actie Tsjernobyl) in de gangen van het Kalmthoutse gemeentehuis een tentoonstelling over 20 jaar Tsjernobyl.
    - Tentoonstelling "Zimbabwe 50 jaar sculptuur". Nog tot 1 oktober in het wereldberoemde arboretum van Kalmthout, waar nu de rodondendrons en azalea's in al hun schakeringen welig bloeien. Info : www.arboretumkalmthout.be .
    - Nog tot 31 oktober 2006 biedt het Natuureducatief Centrum "De Vroente" ,aan de grote parking van de Kalmthoutse heide, U zijn gratis tentoonstelling "Een Land van Zand" aan. Om niet te missen!


    -  Awdoe + :  -

    tot volgende week met weer een Kalmthouts broodje : "20.Nieuwmoer zendt zijn zonen uit." en denk eraan als U de reeds verschenen cursiefjes in chronologische volgorde wil oproepen klikt U telkens onderaan het blog op de rode peil links.

    05-06-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (1)
    29-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.18. De Nieuwen Moer often Blijdenberg.
    Na Achterbroek trekken wij nu naar de meest noorderlijke wijk van Kalmthout : Nieuwmoer. 
    Het aloude fossiele dal van Nieuwmoer vertrekt aan de Boterbergen en loopt ten zuiden van de Zilveren hoek en zo ten zuiden van Nieuwmoer-dorp. Het is een uitgeschuurd ijstijddal. Het wordt tijdens de laatste ijstijd op meerdere plaatsen geëgaliseerd en opgevuld met dekzanden uit het noorden. De noorderwind voert deze aan vanuit een teruggetrokken uitgedroogde noordzee. In de oude vallei blijven wel meerdere afvoerloze depressies of kommen bestaan : Marijnenvennen en Maatjes. Ten noorden van deze kommen vormen de dekzanden gebochelde vlakten, zoals ondermeer de Venetiaanse Heide. In het tardi-glaciaal gaan plaatselijke verstuivingen meer geprononceerde zandruggen vormen . De Blijdenberg, aan de rand van de zandvlakte en de depressies, vormt zo een verhevenheid. Afvoerloze kommen zoals de Maatjes en de Marijnenvennen, zandvlakten zoals de Venetiaanse Heide en zandruggen zoals de Blijdenberg : we kunnen geen betere synthese maken van het Nieuwmoerse landschap. In de kommen treft men reeds zeer ondiep in de ondergrond de ondoordringbare kleilagen van de Kempen aan (zie Kalmthoutse broodjes nr. 2 : Geboren uit het schuim van de Noordzee). De stijging van het zeewaterpeil na de ijstijden, maar ook de moeilijke afvoer van het oppervlaktewater door de kleilaag van de Kempen en de afvoerloze kommen hebben  in Maatjes en Marijnenvennen aanleiding gegeven tot veenvorming : eerst laagveen in de kommen, later hoogveen er rondom (zie Kalmthoutse broodjes nr.12. : Over klotten, peperkoeken en kattepoten.) Dit laag- en hoogveen vormt de matrijs voor de "Nieuwen Moeren". En wanneer de turflagen in De Nol en het meer westelijk deel van Kalmthout uitgeput geraken zullen in de late middeleeuwen de Marijnenvennen en de Maatjes vanuit " Nieuwen Moeren" in Kalmthout de rol van turfleverancier overnemen.Vanuit Nieuwmoer wordt de turf via de Roosendaalse vaart naar de turfbeurs van Roosendaal afgevoerd. Deze turfvaart is vandaag nog uitdrukkelijk aanwezig in de waterhuishouding van Nieuwmoer. Semi - mede door de mens ontstane - waterlopen, zoals de Broekloop, de Marijnenloop en de Groesbeek, komen in de Roosendaalse vaart terecht, die het aangevoerde water verder meeneemt naar Nederland. Na de ontvening worden heel wat van de gronden door drainering in vruchtbare landbouwgronden omgetoverd. Nieuwmoer vormt vandaag trouwens, met Achterbroek,één van onze meest landelijke wijken.

    Wie eens de moeite neemt een bezoek te brengen aan de Nederlandse musea van Oosterhout en Oudenbosch komt er oog in oog te staan met de + 9000 silexen, opgedolven in de Maatjes rond Nieuwmoer : getuigen van een Nieuwmoerse prehistorie met " bekstekers ", " schrobbers ", vuurstenen en noem maar op, die teruggaan naar meer dan 10.000 jaar geleden. De zwervende primitieve mens leeft ook rond de Nieuwmoerse Maatjes van visvangst, jacht, pluk en honingroof. We moeten wachten tot de 13-de/14-de eeuw voordat de "nederzettingsmens"zich ook rond de moerassen van Nieuwmoer vast gaat vestigen.Onder de dynamiek van de paters van Tongerlo worden te Nieuwmoer twee abdijhoeven opgericht. Eerst, in de pastorijdreef, de "Hoeve aan de Heye" of de Voorste hoeve en nadien, aan de andere kant van de Essense steenweg, de "Pastorijhoeve" of de Achterste hoeve. Het is nochtans de economisch rendabele turfstekerij die finaal "het turfstekersdorp" Nieuwmoer zal doen ontstaan.  De Kalmthoutse heemkundige reus "Jaan de turfsteker" is niet voor niets een Nieuwmoerenaar. En waar de turf in de vallei van de Kleine Aa en zelfs ook nog in De Nol, nog in zekere mate voor plaatselijk gebruik is aangewend, gaan de Paters van Tongerlo in de 14-de eeuw de "Nieuwe moeren" volledig industrieel exploiteren. Daarvoor trekken zij moerkooplieden aan uit de Antwerpse metropool.  Deze brengen in hun kielzog avontuurlijke turfstekers (de dappersten onder de dapperen) mee, aangeland vanuit verschillende regio's, zelfs vanuit het diepe West-Vlaanderen en die van het turfsteken heel wat kaas hebben gegeten. Zij zijn zich gaan vestigen op "den Blijdenberg", die zich uitstrekt rond de huidige dorpsstraat, de Essense steenweg, de Holle weg, de Jos Thilborghsstraat... .Ze gaan er oorspronkelijk wonen op de Kijfhoek, ongeveer waar nu de kerk staat, in zelf gebouwde houten of lemen hutten met rieten daken. In de verte zien ze dan op mistige dagen over de donkere Maatjes " witte madammen " zweven. Gelukkig is er de dorpstoeverlaat Jaan de Turfsteker om in menig huisje ouders en kinderen gerust te stellen, terwijl in de Maatjes zelf snoek en steur, otter en haas en kievit en grutto hun vierkantige polovieren vegen aan deze vermeende Nieuwmoerse heksen. De sporen van de turfstekerij zijn vandaag in Nieuwmoer nog talrijk terug te vinden. Zo is er uiteraard, zoals reeds gezegd, nog de Roosendaalse vaart. Wanneer het hard heeft geregend en U steekt ze in de Blikstraat of aan de Bosweg over, dan ontdekt U er nog steeds bruin klotwater in. Het gaat om water uit de Maatjes waar nog steeds veen aanwezig is. Maar niet alleen naar Roosendaal wordt er turf afgevoerd, ook dwars door de Maatjes loopt er oorspronkelijk een turfvaart naar Breda : de Ijzermolenvaart. Vele straten van vandaag zijn daarbij oorspronkelijke kanaaltjes die de turfvelden met de Roosendaalse vaart moesten verbinden of in de zomer water aanvoeren om er de diepgang te behouden : zo de Lepelstraat, de Jérome Beckersstraat, de Maatjesstraat.  In de Roosendaalse vaart lagen dan ook heel wat stijgers om de vele vletten vanuit deze kanaaltjes te laten aanmeren. De naamgeving Venetië zou een gevolg zijn van deze kanaaltjes en stijgers. Alhoewel, er is nog een andere uitleg. En een strikt Nieuwmoerse deze maal. Toen in de Belle-époque de heer van Mariënville, een "bourgeois-gentilhomme" uit de grootstad, die op Nieuwmoer zijn buitenverblijf heeft, met zijn dochtertje gaat wandelen, horen onze Nieuwmoerenaren, als het kindje op de Venetiaanse heide wat te ver van hem wegloopt, hem steeds weer roepen "venez ici, venez ici, venez ici". Dat hadden de Franckensen en de Arnoutsen al heel vlug begrepen : "venetië"! Sinds die tijd spreken we op Nieuwmoer van de Venetiaanse heide. 

    -  Poëzie +  -  

    De Venetiaanse Heide (Jan Caluwaerts - 2000)

    Hoog boven de Venetiaanse heide rijst,
    stap voor stap en vol van welbehagen
    de zomerzon van betere dagen.

    Door 't groene lover heen van bos en hei 
    strooit ze mateloos haar vreugdestralen
    en ontlokt aan beemd en wei geluiden :

    't Ritselen van knaagdieren dichtbij,
    't sijpelen van water in d'oude vaart
    en heel ver weg lokroepen van vogels.

    Maar bovenal door 't spel bevangen
    rondom 't gerenoveerde hoeveke,
    kinderen met kreten als gezangen.

    Zo bloeit er op die hei verwondering,
    zo groeit er diep in mij bewondering,
    't spiegelbeeld van 't aangename leven.

    -  actua +  - 

    - Nog tot 27 juni e.k. organiseert burgemeester Lucas Jacobs en zijn gemeentebestuur in samenwerking met PAT (Pleegouders Actie Tsjernobyl) in de gangen van het Kalmthoutse gemeentehuis een tentoonstelling over 20 jaar Tsjernobyl.

    -  Awdoe + :  -

    tot volgende week met weer een Kalmthouts broodje " 19.  Nieuwmoers kerkje spitse toren" en vergeet het niet door onderaan het blog telkens op de linkse rode pijl te klikken roept U de vorige cursiefjes in chronologische volgorde op.

    29-05-2006 om 17:34 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    22-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.17. De Grote Man van Achterbroek.
    In Achterbroek luistert hij naar de naam van "Jef"  Goossenaerts. Vlaanderen noemt hem  "doctor Jozef Goossenaerts".
    Hij is geboren op 15.2 1882 op de hoeve "De Vlijminck" te Achterbroek, een autentieke kempense langgevelhoeve, verborgen onder een dak van riet, het riet van "Calmetholt", die "rietplekken in het bos" en een hoeve ongetwijfelend geurend naar die welstand brengende kempense potstal van weleer. Zijn ouders vallen beiden terug op die taaie matrijs waaruit onze oude boerenfamilies zijn ontsproten en die we aanduiden met dat ene magische begrip : de Kempen. De families Goossenaerts en Van Oevelen gedijen er sinds eeuwen in het spoor van heideschapen en korfbijen : een land van melk en honing. De stamboom van moeder Van Oevelen refereert zelfs naar een aloude landbouwersfamilie van hoevepachters ten dienste van de paters van Tongerlo, die eerst heren zijn in en later heren van Kalmthout.
    De boerenzoon in hart en nieren die de "Jef" voor alles is en blijft draagt in zich reeds heel vroeg de kiemen van die grote Vlaamse wetenschapper die hij worden zal. In het klein seminarie van Hoogstraten is hij de "primus perpetuus". En kempens bloed kruipt waar het niet gaan kan : reeds in zijn prille studententijd begint zijn Vlaamse ziel behoorlijk te roeren. Bij ons in de noorderkempen wordt hij voorzitter van het "Heidebloempje", een studentenbond voor Kalmthout, Essen en Wuustwezel en laat er reeds zijn hoge wetenschappelijk-heemkundige, kunstzinnige en maatschappelijke ambities blijken. Aan de rijksuniversiteit van Gent gaat hij Germaanse filologie studeren.  In 1905 promoveert hij er tot doctor in de wijsbegeerte en letteren, afdeling Germaanse filologie. Hij wordt leraar Germaanse talen aan meerdere secundaire scholen.
    Later is hij één van de grote voorvechters van de vernederlandsing van de Gentse universiteit. Daarmede geeft hij mede de stoot aan de voortzetting van de langverbeide culturele heropstanding van gans een volk :de Kempen laat Vlaanderen niet los!  Plezierig is het voor een Kalmthoutenaar daarbij te kunnen vaststellen dat Jef Goossenaerts kon steunen op de hulp van een andere Kalmthoutenaar, ditmaal met Joodse wortels,Professor Nico Gunszberg uit het zomerhuisje in de Steeg, professor aan de rijksuniversiteit van Gent.
    Ook op andere vlakken komt de Vlaamsvoelendheid van Jozef Goossenaerts bovendrijven. Zo is er zijn deelname aan de spectaculaire taalgrensacties. Maar hij is en blijft voor alles een wetenschapsmens, een man van de Kempen die in zijn tijd is uitgegroeid tot één van Vlaanderens grote denkers. Zoals dat bij nog anderen gebeurde zal men de flamingant in Jozef Goossenaerts na de wereldoorlog willen treffen door hem af te schilderen als een collaborateur. Tevergeefs echter : wie echt "tussen" het volk staat, staat nooit "tegenover" het volk.
    Het mooiste geschenk dat doctor Jozef Goossenaerts aan zijn mensen uit het noordwesten van de Kempen aanbiedt is echter zijn levenswerk : " HET WOORDENBOEK VAN DE LANDBOUWBEVOLKING IN HET NOORDWESTEN VAN DE KEMPEN " . Voor dat levenswerk, vol creativiteit en inzet, vol liefde ook voor zijn Kempense medemensen, is doctor Jozef Goossenaerts, de grote Achterbroekenaar,Kempense voorman, geleerde, wetenschapper en heemkundige door de Vlaamse Academie voor Kunst en Letteren met goud bekroond. Het eigenlijke woordenboek wordt geïntroduceerd met het verstrekken van een uniek inzicht in de culturele, wetenschappelijke en sociale geschiedenis van het leven in onze Kempen sinds onze voorouders, de Salische Franken, hier neerstreken. Ook vandaag nog is iedere Kalmthoutse, Essense en Wuustwezelse student het zichzelf verschuldigd dit unieke werk tot zich te trekken, dat oude vertrouwde Kempenland, dat ook het zijne is en doctor Jozef Goossenaerts zaliger uit Achterbroek , "ten huize De Vijminck", ter ere.

    -  poëzie +  -

    (uit) "Aus das Leben eines Taugenichts"  -  Herinneringen van een tachtigjarige  (Jef Goossenaerts - 1962).

    ' t Schijnt dat ik als kleine jongen een hakkelaar was. Zodat moeder op zekere zondagnamiddag in mei, of even later, met haar kwekeling (natuurlijk te voet) op bedevaart ging naar "de draaibomekes", het kapelleke een heel eind voorbij foxemaat en Heikant, langs de baan Kalmthout-Kapellen. Ik meende dat ik de wereld uitging. En veel hei dat er onderweg nog te zien was! En veel brem dat er stond! En mooi dat die bloeide! Toch nie mooier dan die pereboom in het "verre" noorden die ik een tijd te voren na wekenlange ziekte op een zonnige voorzomerdag plots te zien kreeg. Een verassende, ontzagelijke ruiker van hagelwitte bloemen, een beeld van de lente dat voor mij, die zoveel indrukwekkende lentes mocht zien, onvergelijkelijk gebleven is. 

    En hoe oud of hoe jong was ik toen ik met moeder mee mocht "naar Sinte lesie" op de Nieuwmoer weet ik niet meer.  "In den donkere" gingen we terug naar huis, en kwamen een koppel tegen dat gearmd liep. " Moeder waarom houden die mekare vast ?"  "Om niej in de sloot te valle", zei moeder. Meer heb ik er niet van onthouden, maar - ge voelt het - er later wel over nagedacht.


    -  Actua +  -

    Zondag 28 mei e.k. in het arboretum van Kalmthout, die droom van een tuin, viering van 150 jaar Van Geertenhof en 20 jaar Provinciaal domein met gratis toegang en begeleide wandelingen vanaf 8 uur 's morgens.  Info : Tf. O3/666.67.41.

    -  Awdoe + :  -

    tot volgende week met weer een Kalmthouts Broodje " 18. Nieuwen Moer often Blijdenberg" en vergeet het niet : door onderaan het blog telkens op de rode pijl te klikken, kunt U alle reeds verschenen cursiefjes in chronologische volgorde oproepen.

    22-05-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (1)
    15-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.16. Achterbroek opstandig dorp.
    Doorheen de wijk Achterbroek loopt van oudsher de grens tussen Kalmthout en Wuustwezel. Tijdens het ancien regime gaat het om een grens tussen twee heerlijkheden. Zoals dat toen dikwijls het geval was, is deze grens niet geografisch omlijnd. Het gaat meer om een lappendeken van gronden die kriskras door elkaar aan de heer van Kalmthout, respectievelijk aan die van Wuustwezel toebehoren. Toen dan bij de aanvang van de 14-de eeuw de heren van Kalmthout (de abt van Tongerlo) en Wuustwezel het besluit nemen de moeren van de vallei van de Kleine Aa door ontvening te exploiteren is er een systematiek nodig om dit op grote schaal mogelijk te maken met eerbiediging van de beide belangen. Hiervoor trekt men de aloude baan ten oosten van de vallei, waar ondermeer nog de Achterstraat een stuk van is, recht en gaat links en rechts van deze baan de grond in gelijke stukken heropdelen en aan de twee heerlijkheden hertoewijzen. Het is een eerste correctie aan de grens tussen Kalmthout en Wuustwezel, ook al blijven de gronden, zij het nu in grotere gelijkwaardige stukken, links en rechts van de baan, door elkaar liggen.  Een tweede correctie komt er na een doorgedreven studie van de Napoleontische administratie onder Willem I in 1822. De middenassen van de Stoffezandstraat, de Brasschaatse steenweg en de Kapelstraat geven de aanzet tot een geografische afbakening van de grens. Men moet echter tot 1977 wachten voordat de grenscorrectie volledig doorgevoerd is en de Achterbroekse leefgemeenschap omzeggens volledig bij Kalmthout is ingelijfd.
    De ligging van Achterbroek op de grensscheiding tussen de twee gemeenten  en de daaruit voortspruitende problemen met Kalmthout enerzijds en Wuustwezel anderzijds hebben van " 't Achterbroek" in de tweede helft van de 19-de eeuw een opstandig dorp gemaakt dat er heeft naar gestreefd een zelfstandige gemeente te worden. De Achterbroekenaars zijn daarin niet geslaagd. Toch is de poging niet zonder gevolg gebleven. Zij verwerven in 1873 het recht op een eigen parochie en krijgen een eigen parochiekerk en een uitgebouwd lager onderwijs.  Wel moeten zij voor hun eigen parochiekerk hun eeuwenoude kapel afbreken die reeds sinds 1446 op het kruispunt van de Roosendaalse baan en de Wuustwezelse steenweg bestaat. In de vroege middeleeuwen zijn zij voor hun kerkelijke plichten immers aangewezen op Nispen en daarna op Kalmthout of Nieuwmoer.  De oorspronkelijke kerk van Achterbroek is in een neo-Gotische stijl opgetrokken. In 1944 wanneer de Duitsers zich terugtrekken is ze gedynamiteerd. Jarenlang moet men zich bedienen van houten barakken. Zij zijn neergezet op de gronden waar nu het parochiehuis staat. In 1952 start de bouw van de nog nieuwe kerk die in 1953 voleindigd is. In tegenstelling tot de eerste kerk geeft ze, weliswaar in een moderner kleedje, toch een robuuste indruk, die heel wat kenmerken draagt van, zeg maar, een neo-romaanse stijl. Onze landbouwer staat nu eenmaal graag met zijn beide voeten goed vast in zijn aarde.
    Loopt de Romeinse heirbaan naar het noorden langs Hoogstraten, dan is de aloude baan doorheen Achterbroek "de postbaan" geworden van Antwerpen alover de Moerdijk naar Rotterdam (Antwerpen, Brasschaat, Achterbroek, Den Uil, Ruchphen, Willemstad, Rotterdam). Deze postbaan is één van de oudste verbindingen met Nederland en maakt van Achterbroek gedurende eeuwen het oog van Kalmthout op de wereld.  De Napoleontische Bredabaan langs Wuustwezel en Zundert, maar vooral de trein van Antwerpen naar Roosendaal zullen de postbaan achteraf  haar volledige betekenis laten verliezen. "In Amsterdamme" langs de Roosendaalse baan is de beroemde afspanning geweest waar de postkoets halt heeft gehouden en waar paard en reiziger zich hebben kunnen laven. Vandaag is deze afspanning verdwenen. Na de tweede wereldoorlog is ze afgebroken. Weer een doodzonde van onze Kalmthoutenaars. Heel wat beroemdheden zijn immers in "In Amsterdamme" gepasseerd, ondermeer de Engelse generaal de hertog van Marlborough en ook die andere in de adel verheven man , Eugène van Savoie. Vandaag vindt men in een oude restschuur op de plek waar ooit "In Amsterdamme" stond, nog een ingebouwde oude balk uit harde duurzame eik met een inschrift dat verwijst naar het prille begin van de 18-de eeuw, naar de toenmalige waard van de afspanning en naar zijn gade : " 1712   Huybrecht van Doren en zijne Huisvrouwe Pitternella Maes ".

    Ook in Achterbroek gaan de Kempense kleien dagzomen. Juist voorbij de Duffelaarstraat ( heeft zijn naam te danken aan een afgebroken huis van plaisanciën) over de grens met Wuustwezel lag ten noorden van de Wuustwezelse steenweg vroeger dan ook de Achterbroekse steenbakkerij "Het Geleg".

    -  poëzie  +  -

    (uit) Achterbroek, Opstandig Dorp (A.Tireliren - 1963)
    Hanerijden op Dinsdag van Vastenavond.
    .........
    Op de werf onder de pereboom hing een emmer zonder bodem,de poten van de dode haan hingen vastgebonden aan een tak, zijn lijf zat in de emmer, nek en kop bengelden er onder uit. Twee karwielen met as horizontaal geplaatst, het ene wiel ingegraven bijna een meter diep in de grond, zodat het tweede wiel bovenstak en vrij kon draaien. Daarop twee laddertjes kruisgewijs gestrekt en gebonden en op elk uiteinde een man gezeten. Vier mannen, met in de hand een houten sabel. Het wiel draait. De vier mannen draaien. Een werf vol volk aan 't roepen. De vier komen beurtelings onder de haan voorbijdraaien en ze hakken. Ze hakken op de zwaaiende emmer, ze hakken op kop en nek.  Elke groep van vier wordt na enkele toeren afgelost door een andere groep. Er zijn een twintigtal deelnemers. Wie de kop afhakt, is koning en krijgt een papieren hoed op zijn hoofd en als prijs een fles wijn. Met zoveel volk zijn er zaken te doen. Daarom staat Keeske Frik met een tafeltje snoepgoed ten voordele van de klub. En hoor, Keeske zingt :

    "  HET LIED DER MUNTEBOLLEN" :

    Komt meisjes, jongens, komt met spoed,
    Ik heb hier bollekens suikergoed,
    die ik bestel voor eenen kleinen bagatel.
    Ja, het zijn de beste die men ziet,
    enkel suiker en anders niet.
    Ja ja, en 't voornaamste van de zaak,
    ze zijn uiterst fijn van smaak.
    ------------------------------------------
    refrein :
    Proeft er onze muntebollekens maar
    zonder vreze of gevaar.
    Zoekt er eenentwintig uit
    voor een dikken kluit (5 centen)
    ......................  

    -  actua  +  -

    - Zondag 21 mei 2006 : De Kalmthoutse Heide Vroeger en Nu. Wandeling van 2.5 uur of  rond de 6 kilometer door de verschillende landschappen van de Kalmthoutse heide, waar dan de dophei in bloei staat. De gids vertelt je over de specifieke flora en fauna en over de natuurkundige en cultuurhistorische geschiedenis van het gebied. Start om 14 uur op de parking van de Putse steenweg, 131 Kalmthout. Info : Toeristische dienst Kalmthout , Tf : 03/666/61/01. 

    - zondag 28 mei 2006 : Arboretum Kalmthout, 150 jaar Van Geertenhof en 20 jaar provinciaal groendomein, feestelijke viering in deze droom van een tuin, gratis toegang op deze dag, begeleide wandelingen vanaf 8 uur 's morgens.


    -  Awdoe  +  :  - 

    volgende week een nieuw cursiefje met : "17. De Grote Man van Achterbroek".  En vergeet het niet : door onderaan links in het blog telkens op de rode pijl te klikken roept U de reeds verschenen cursiefjes in chronologische volgorde op.

    15-05-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    08-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15. Achter het broek.
    In ons introductiecursiefje hebben we het reeds gehad over Kalmthout en zijn eigenzinnige wijken.  Met deze posting brengen we voor het eerst een bezoek aan zo één van deze wijken  :        't  Achter broek , ons Achterbroek.
    Achterbroek is vandaag de Kalmthoutse landbouwerswijk bij uitstek.  Weilanden en veeteelt (melkvee) zijn er de hoofdtroeven van onze landbouwers. Reeds in de middeleeuwen richtten de paters van Tongerlo langsheen de huidige Roosendaalse baan hun modelhoeve "In 't Achterbroek" op. In het westen gaf de abdijhoeve met haar potstal uitzicht op het met hoogveen gevuld broek van de concave vallei van de Kleine Aa. In het oosten keek de jonge boerin in haar opkamer vol verrukking uit over dat enig mooie landschap van de Marijnenvennen, gelegen in het oude fossiele dal naar Nieuwmoer, die andere uitgesproken landbouwwijk van Kalmthout. Ook vandaag nog siert de benaming "In 't Achterbroek" één van de imposante boerderijen langsheen de Roosendaalse baan.  
    Veel later, in 1909, bouwt de Achterbroekse coöperatieve NV " Melkerij hand in hand" langsheen de Achterbroekse steenweg, een grote stoommelkerij.  De melkerij heeft zoveel succes bij onze Achterbroekse boeren dat zij tot op het einde van de 20-ste eeuw functionneert. De schouw van de melkerij, die imposante getuige van Achterbroekse landbouwerssolidariteit, is nog steeds visueel in het Achterbroekse landschap aanwezig. U moet ze maar eens bekijken als U met de fiets de kerkendijk optrekt en langs de "Hoeve achter de kerk" de vallei van de Kleine Aa induikt : een unieke baken in een uniek landschap.
    In 1847 heeft men op het Heiken (oosterse rand van de vallei van de Kleine Aa) een windmolen gebouwd, onmisbaar voor een agrarische gemeenschap in die tijd. Deze windmolen ging twee keer in de vlammen op. In de eerste helft van de 20-ste eeuw is hij ontmanteld, in de tweede helft tenslotte afgebroken.
    De naam "Achterbroek" vindt zijn oorsprong in de ligging van de wijk ten overstaan van de oude kern van Kalmthout. In de middeleeuwen ligt de wijk immers " achter het broek", dit wil zeggen achter de moerassen die in de vallei van de Kleine Aa menigvuldig aanwezig zijn en die er de veenvorming in de hand werken. Weet U dat op een bepaald ogenblik, in de 13-de eeuw, het niveau aan het kruispunt van Achterbroek meters hoger was dan vandaag door het vanuit de vallei van de Kleine Aa overgroeiend hoogveen : afstervende veenmossen door inkoling op weg naar turf.
    Oorspronkelijk bevinden er zich in de Karolingische tijd ten oosten van de vallei van de Kleine Aa alleen maar kleine woonkernen op de zanderige verhevenheden binnen de vallei : 't Handelaar, 't Hillo, Onderzeel. Tussen deze woonkernen liggen de depressies met de moerassen.  Met de tijd echter gaat een aloude baan, de huidige Roosendalse baan/Brasschaatse steenweg, langs de oostkant van de vallei deze kernen verbinden. Er ontstaat een baan die de opposant is van die andere oude baan ten westen van de vallei doorheen Kalmthout-dorp, die zuidwaarts daarvan de huidige Kapellensteenweg uitmaakt en noordwaarts via Wildert en de Oude baan te Essen de verbinding maakt met Nispen, het moederdorp uit de vroege middeleeuwen.
    (vervolgt met " Achterbroek opstandig dorp).

    -  poëzie  +  -  

    Marijnenvennen (Jan Caluwaerts - 1999)

    Oh Marijnenvennen, nog schoner dan het dagen,
    hoe kun jij mij zo in je lentetooi behagen!

    Met je groene weiden, die 't mensenhart verblijden,
    Zo blauw je lucht, met die kievit in zijn baltse vlucht.

    En aan de einder, Nieuwmoers kerkje spitse toren,
    Geen mens, geen uitgelaten gast, loopt hier verloren.

    - actua +  -

    - 28 mei - dag van het park - Arboretum Kalmthout, die droom van een tuin : feestelijke viering 150 jaar Van Geertenhof -  historische wandelingen vanaf  8 uur 's morgens -  info : Tf. 03/666.67.41 of http://www.arboretumkalmthout.be

    - 21 mei  -  heidewandeling : "De Kalmthoutse heide vroeger en nu" - start : 14 u. aan het Natuureducatief Centrum op de heideparking van de Putse steenweg  -  + 2.5 u. begeleid wandelen doorheen de verschillende landschappen van de Kalmthoutse heide - natuureexplorerende en cultuurhistorische benadering van het grootste natuurreservaat in Vlaanderen. Op dat ogenblik staat de dophei in bloei. Info : Toeristische Dienst Kalmthout, tf.: 03.666.61.01.

    -  Awdoe  + :  -

    tot volgende week met een volgend Kalmthouts broodje : "16. Achterbroek, opstandig dorp " en vergeet het niet : om alle cursiefjes chronologisch terug op te roepen telkens onderaan het blog links op de rode pijl klikken.



    08-05-2006 om 17:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    01-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.14. Eenzaam staat het kruis langs de weg naar Nispen.
    Onze Kalmthoutse voorouders de Salische Franken zijn reeds zeer vroeg gekerstend. In de vroege middeleeuwen trekken zij voor het vervullen van hun godsdienstplichten langs 's Heren wegen naar de aloude Sint-Lambertuskerk van Nispen. Dopen, trouwen en begraven gebeurt voor onze mensen aldaar. En ook wanneer de heerlijkheid Kalmthout/Essen tot stand komt , blijft de kerk van Nispen nog voor eeuwen hun hoofdkerk. De Abt van Tongerlo heeft immers ook het "patroonsrecht", het recht om de pastoor aan te stellen, verworven voor het oude Nispen. Met ingang van de tweede helft van de 12-de eeuw is de pastoor van Nispen trouwens ook een Witheer van Tongerlo. De Sint-Lambertuskerk van Nispen wordt dan de O.L.V.-kerk,  naar de patroonheilige van de abdij van Tongerlo : Onze Lieve Vrouw . De weg naar Nispen is voor onze voorouders lang en gevaarlijk.Meer dan 2,5 uur moet er gestapt worden, in de winter zelfs langs onbegaanbare wegen en achter elke struik kan men oog in oog komen te staan met de gevaarlijke wolf uit de lage landen bij de zee. Finaal kunnen de Calmetholters er hun heer, de abt van Tongerlo, van overtuigen ten minste voor de borelingetjes mededogen op te brengen. In 1338 verwerven zij de toelating een bidhuis met doopvont in Kalmthout op te richten. Dit bidhuis zou, volgens de meest recente gegevens, reeds op Kerkeneind hebben gestaan. Tot in 1551 blijft de kerk van Nispen voor de Kalmthoutenaars nochtans de hoofdkerk. Ondertussen is er in 1514 te midden van de Germaanse dries in het aloude dorp, "langs de weg naar Compostella", ook een Sint-Kristoffelkapel opgericht, waarvan de naam al heel vlug verandert in Sint-Jacobskapel.  In deze enig mooie romaans-gotische kapel hing het beroemde schilderij "De Triptiek van Sint-Anna" die de Kalmthoutenaars vandaag in de kerk van ... Maria-Ter-Heide - Brasschaat kunnen gaan bewonderen. In 1551 krijgt Kalmthout op Kerkeneind dan "eindelijk" zijn eigen volwaardige parochiekerk, eveneens opgedragen aan OLV van Tongerlo. Tijdens de tachtigjarige oorlog, wanneer het franse leger, onder de leiding van generaal Biron, de Hollanders ter hulp schiet, door de belegering van het kasteel van Wouw, waar de Spanjaarden bezit hadden van genomen, wordt de Kalmthoutse parochiekerk reeds in 1583 verwoest. Bij de doortocht van de fransen wordt trouwens ook de Sint-Jacobskapel verwoest. Zij is het eerst heropgebouwd en zal tot in 1642, jaar waarin ook de parochiekerk heropgebouwd is, de functie van deze parochiekerk overnemen. In 1899 vervangt de huidige OLV-kerk de vorige. Zij is in grote mate aan de voorzijde van de  oorspronkelijke parochiekerk opgetrokken. Deze laatste stond meer oostwaarts, waar nu het kerkhof is. Gedeeltelijk verwoest tijdens de tweede wereldoorlog, is de huidige kerk in 1949 hersteld. De Sint-Jacobskapel ging het minder voor de wind. Eveneens beschadigd tijdens de tweede wereldoorlog , wordt zij in 1960 afgebroken of beter nog opgeruimd. Een onherstelbare doodzonde in hoofde van de Kalmthoutenaars. In de late middeleeuwen, meer bepaald in de 15-de eeuw, zullen ook de Kalmthoutse wijken Nieuwmoer en Achterbroek een eigen kapel krijgen. Zij zullen nochtans tot in de 19-de eeuw moeten wachten op een eigen parochie. Maar daarover meer in een latere aflevering.

    - poëzie +  -

    Aan de Sint Jacobskapel (Jos Vorsselmans - 1944).

    Nu de avond vredig daalt
    En zonnepurper maalt
    Hoor 'k klinken, zilverhel,
    De bel der dorpskapel... .

    Uw luister is getaand
    Verleden en verlept...
    Geen pelgrim, hoegenaamd
    Bij U nog zeegning schept.

    Vergrijsd, van ouderdom
    Vermolmd en verwend
    verzwijgt ge stoïs-stom,
    Welk schrijnend leed U deert.

    Op 't stille dorpsplein,
    Prijkt ge als een oud kleinood.
    In 't schamel huizenschrijn
    Dat U zijn deernis bood.

    Der vadren godsdienstzin
    Spreekt uit Uw moede leeën.
    Geen bouwwerk, naar mijn zin,
    Bindt mij zoo aan 't verleeën.

    -  actua + -

    - Op maandag 8 mei e.k. te 20 u. in het Volkshuis, Kapellensteenweg, Kalmthout organiseert Wilfried Verhaert en zijn culturele kring Curieus een gespreksavond "Onvrede in de wereld". Niemand minder dan oud-minister en oud-secretaris van de Navo Willy Claes is  er de gastspreker. Info :03.666.40.89 of verhaert.hagberg@scarlet.be.

    - De leerlingen van BUSO Berkenbeek pakken uit met een knappe tentoonstelling van kunstwerken in het Strijboshof te Kalmthout (gelegen tussen de verkeerslichten van Kalmthout dorp en deze van Achterbroek.). De expo is te bezoeken tot 26 mei e.k..

    - Zondag 21 mei e.k. : "De Kalmthoutse heide vroeger en nu". Wandeling van 2.5 à 3 uur (6 km) door de verschillende landschappen van de Kalmthoutse heide, waar op dat ogenblik de dopheide in bloei staat!  De gids vertelt je over de specifieke flora en fauna en over de natuurkundige en cultuurhistorische geschiedenis van dit gebied. Start om 14 u. op de parking van de Putse steenweg aan de ingang van het Natuureducatief Centrum "De Vroente".  Info : Toeristische dienst van Kalmthout , telefoon : 03.666.61.01.

    -  Awdoe + :  -

    tot volgende week met een 15-de Kalmthouts Broodje  :  "Achter het broek ".

    01-05-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    24-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.13. De Tongderlose Norbertijnen en hun rechtsmacht.
    Welke was nu de reële rechtsmacht van de Tongerlose Norbertijnen binnen de heerlijkheid Kalmthout/Essen ?  Wanneer Arnold Brabant en zijn kinderen Kalmthout en Essen aan de abdij van Tongerlo schenken ontstaan er in hoofde van de abdij rechten. Zo beschikt de abdij over het eigendomsrecht van de heerlijkheid en over het recht belastingen te innen van de inwoners van de twee dorpen. Deze laatste volgen immers als laten de overgedragen grond. Deze beide rechten worden aangeduid met het begrip "laag recht". Naast dit "laag recht" bezit de abdij ook het "middelbaar recht", het recht om in burgerlijke en strafzaken geldboeten op te leggen. Nog een ander recht waarover de abdij beschikt is het waranderecht : het recht op jagen en op het vangen van vis. Zowel voor het oorspronkelijke Nispen als voor de eigen nieuwe heerlijkheid Kalmthout/Essen ontvangt de abdij daarenboven "het patroonsrecht", d.w.z. het recht om in beide heerlijkheden de pastoor aan te stellen. Kalmthoutenaren en Essenaren zullen in de middeleeuwen dan ook nog jaren naar de moederkerk van Nispen trekken om er hun godsdienstige verplichtingen na te komen. De " hogere rechtsmacht" daarentegen, het recht om zware overtredingen te bestraffen , heel dikwijls onder de vorm van lijfstraffen, blijft oorspronkelijk de bevoegdheid van de hertog van Brabant, onder wiens jurisprudentie de heerlijkheid ressorteert. Wanneer later de abt van Tongerlo, als trouwe volgeling van de hertog van Brabant, ook deze rechtsmacht verwerft wordt hij op dat ogenblik van heer "IN" Kalmthout/Essen de heer "VAN" Kalmthout/Essen.
    Hoe laat de abt van Tongerlo zich nu in zijn heerlijkheid Kalmthout/Essen vertegenwoordigen? Zoals we reeds zagen speelden in een allereerste fase op de abdijhoeven, die speerpunten van de abdij binnen de heerlijkheid, de magisters-bestuurders van de hoeven de hoofdrol. In een latere fase zal de abt zich laten vertegenwoordigen door een meier (een soort rentmeester) voor de uitoefening van zijn lagere, middelbare en achteraf ook hogere rechten. De hertog liet zich in de heerlijkheid vertegenwoordigen door een schout. Waar nu op Kerkeneind de "oude pastorij" staat, stond allereerst in de vroege middeleeuwen " 's Heerenhuys", waar de meier verbleef en ook de schout de dorpelingen ontving. Ook de Schepenbanken die mede de dorpsgemeenschappen bestuurden in de heerlijkheid konden er terecht. Finaal wordt de abt van Tongerlo vertegenwoordigt door een provisor, o.m. belast met het innen van de "tienden". Op het einde van het ancien regime kreeg de heerlijkheid een zeer beroemde provisor die door de dorpelingen zeer geliefd was : Godfried Hermans. Hij resideerde op de abdijhoeve "De Greef", die hij omtoverde tot een soort "super bazar avant-la-lettre". Hij moderniseerde o.m.de aloude postbaan op Kalmthouts grondgebied in Achterbroek die binnen de lage landen  Noord en Zuid verbond. Hij richtte ter ontsluiting van de grote Suyderheide de laatste abdijhoeve van Tongerlo op : de oude Withoef.  En last but not least werd hij op het einde van het Ancien regime abt van Tongerlo. Zoals uit onderstaand huldegedicht, opgesteld naar aanleiding van zijn aanstelling tot abt ,blijkt werd Godfried Hermans door Kalmthoutenaars en Essenaars op de handen gedragen.

    - poëzie + -

    Vreugde-zang inhaling abt Godfried Hermans (Onbekende Kalmthoutse/Essense Poëet - 1780).

    Apollo stelt uw snaeren
    En laet het zoet geluyt
    Der Musen keélen paeren
    Met 't spel van uwe luyt.
    Komt, Pan,Bosch-Goën en Saters,
    Juygt op dez' blyde feest,
    Komt Nymphen, uyt de waters,
    Verheugt U om het meest.

    Nu Callempthout op heden
    En Esschen heeft de eer
    Van te zien binnen treden
    Godfridum hunnen Heer,
    Hoor ik van alle zyden
    In 't veld en op de straet
    Hun roepen met verblyden :
    Zyt welkom Heer Prelaet.

    Zyt wellekom, Godfrede,
    En leeft hier langen tyd;
    God gev' U synen vrede
    Nu en in eeuwigheid.
    Leeft zonder ziekt oft smerte,
    Leeft, Hermans, honderd jaer,
    Wy wenschen uyt'er herte,
    Dat gy word Jubilaer.

    Laet, Bacchus, uwe gaeven
    Op dezen blyden tyd
    Onz'drooge keélen laeven,
    Den wyn maekt vrolykheyd,
    Dan roepen wy, beschonken
    Met lekker druyven nat,
    Al weder hallef dronken,
    Dat Hermans leéft, vivat.

    - actua +  -

    - Burgemeester Lucas Jacobs en zijn gemeentebestuur pakken op 28,29 en 30 april e.k. uit met een Kalmthouts cultureel gebeuren : " HANGART". Info en tickets : ten gemeentehuize bij de Jeugd- en cultuurdienst en in de bibliotheek of het zwembad van Kalmthout .

    -Tentoonstelling "Zimbabwe 50 jaar sculpturen". Van 1 mei tot 1 oktober 2006 in het Arboretum van Kalmthout. Info www.arboretumkalmthout.be.

    - Grote prijs Piet Bedroefd, viswedstrijd 13u. tot 18u.op maandag 1 mei in de visvijver De Maatjes te Nieuwmoer-Kalmthout, Hanneke Wiewau Nieuwmoer. Info 0496158572 of www.vcdemaatjes.be.

    24-04-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    17-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.12. Over klotten, peperkoeken en kattepoten.
    Wie onder de Kalmthoutenaars fietst niet eens langs het pad naast het Sint-Vincentiusrusthuis om te genieten van dat unieke zicht over de uitgestreken vallei van de kleine Aa?  Wie onder ons peddelt in Achterbroek niet eens het Vossenstraatje in om na een regenachtige Herfst zichzelf te zoeken in wijdse waterplassen op de verlande kleibodems van wat eens de Marijnenvennen zijn geweest ? En wie onder ons verliest zich verder, aan de andere kant van de Wuustwezelse steenweg, niet eens graag in die ongeëvenaarde natuurpracht van immense rietvelden en menig zompig broekbos rondom de Nieuwmoerse maatjes ?
    Brede valleien die regelmatig onderlopen, ondoordringbare kleilagen en zompige afgedamde kommen met rietvelden en verzopen elzen en wilgenbossen : een ideaal milieu voor veenvorming. Wat nu in de zomer veelal gecultiveerd weiland is, toont ons weinig over het moerassige en desolate Kalmthout van weleer.Alleen het vochtige najaar verrast ons af en toe met onvermoede getuigen die het, als gekoesterde relicten, bij onophoudelijke najaarsbuien, uit de schoot van de aarde tovert. Waar planten afsterven en hun resten massaal terecht komen in een waterrijk en zuurstofarm milieu vormt er zich inderdaad veen doordat het normale verrottingsproces bij afstervende planten afbreekt en inkoling in de plaats treedt.
    Onze Tongerlose paters ( zie voorgaande cursiefjes) en onze voorouders realiseren zich al heel vlug dat de ingekoolde plantenresten een ideale brandstof opleveren. En dat juist op een ogenblik dat de meeste bossen in onze streek door ongebreidelde roofbouw verdwijnen en men van ondergrondse steenkool zelf nog niet kan dromen. De "mannen van Tongerlo" halen van onder de waterspiegel de vettige donkere moer (ingekoold riet en ander plantenmateriaal) en steken elders boven de waterspiegel de lichtere bruine turf (ingekoolde veenmosresten) uit. De georganiseerde exploitatie van deze turf (onze mensen noemen de moer ook turf), eerst in eigen beheer, daarna door uitbesteding, kan dan ook al heel vlug beginnen. Na ontwatering van het moerveld steekt men het hoogveen met speciale turfspaden uit en baggert men het laagveen met moerscheppers op. Men verwerkt moer en turf tot "klotten", die de vorm aannemen van een "peperkoek". Men droogt deze peperkoeken als "kattepoten" - drie klotten verticaal naast elkaar op de smalste zijde rustend en een vierde klot met de breedste zijde er horizontaal overheen - en stapelt ze vervolgens als zachte "briketten" in het turfkot op om ze tenslotte als gegeerde brandstof met vletten langs turfvaarten naar Roosendaal en Bergen-op-Zoom - en zo naar Antwerpen - af te voeren. Vandaag zijn er van deze turfvaarten nog duidelijk sporen te zien. Bepaalde vaarttrajecten maken zelfs nog deel uit van onze hedendaagse Kalmthoutse waterhuishouding. Wie van het "Sluisje" (kort bij het boswachtershuisje achter het stappersven) langs de servitudeweg van de eikendreef naar de Essense steenweg wandelt ziet neer op een stuk turfvaart dat na behoorlijke regenval vanuit de Nol nog altijd bruin "klot"-water vervoert naar het domein De Greef om het daar in de kleine Aa te storten. Vroeger werden de "klotten" vanuit de Nol en het Stappersven langs deze aftakkingsvaart met vlakke bodemvletten naar de Roosendaalse vaart afgevoerd die vertrekt vanuit Nieuwmoer, het Kalmthoutse turfstekersdorp dat zijn ontstaan in de late middeleeuwen uitdrukkelijk aan deze turfwinning te danken heeft. De turfindustrie is voor onze streek economisch zeer belangrijk gebleken, al was het maar dat zij tot in de 18-de eeuw een uitsluitend agrarische gemeenschap ook een nijverheidsfunctie heeft gegeven die de eigen mensen, de mensen uit de regio, en -via Antwerpen-  zelfs de Engelsen op het gepaste moment heeft voorzien van brandstof

    - poëzie + -

    Nieuwmoers Maatjesvijver. ( Jan Caluwaerts - 1998)

    Als blij de mei haar zonnebrand aan juni schenkt,
    gaat heel Nieuwmoer op stap, waar Hanne Wiewau wenkt.
    Bij die maatjesvijver vol van 't zoete leven,
    wil "Blijdenberg" telkens weer zichzelf beleven.

    Pitrussen, kragen van riet en gele lissen,
    Eeuwig en eeuwig : het cirkelen der vissen,
    als trouwe contoeren uit oeroude moeren,
    waar witte madammen de "Kijfhoek" verlammen.

    En op de Milleniumbrug een kleine Jaan,
    In zijn speels gebaar wijst hij de sturfsteker aan,
    die voorva van weleer, die peperkoeken steekt
    en als dorpstoeverlaat de bange stilte breekt.

    Boven het rietland roept de grutto fel zijn naam,
    doet de kleine Jaan onbeweeglijk pal gaan staan.
    Een dankbare groet van Nieuwmoer, als met die roep,
    op de huid van de wind, Jaan de turfsteker zingt!

    -  actua  -

    - Tot 28 mei e.k. loopt in het wereldwijd gekende arboretum van Kalmthout, die droom van een tuin van Mevrouw Jelena De Belder,  nog steeds de tentoonstelling "Slakken, vriend  of vijand?". Deze tentoonstelling spreekt ook de kinderen aan! info : 03.666.67.41, www.arboretumkalmthout.be
    - Zie ook nog de actua in voorgaand cursiefje over de bedrijvigheden op 23 april e.k. rond "Kleur" in De Vroente en Bijenteeltmuseum, alsook de heidewandeling op 23 april e.k.om 14 u.onder de titel "De Kalmthoutse heide vroeger en nu".

    17-04-2006 om 11:21 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    10-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.11. Primum vivere, het leven gaat voor.
    Een mens leeft niet van brood alleen. Maar anderzijds moet hij zich toch voor alles " de wereld onderwerpen". Immers : "Primum vivere", het leven gaat voor alles. En wie geen eten heeft moet sterven. Ook op economisch vlak hebben de paters van Tongerlo tijdens het ancien regime een grote betekenis gehad voor onze Kalmthoutse en Essense dorpsgemeenschappen. Bij een snel stijgende bevolking, zoals wij die in de middeleeuwen op bepaalde ogenblikken hebben gekend, is het vruchtbaar maken en cultiveren van woeste gronden door ontbossing, drooglegging en inpoldering dan soms ook een dwingende noodzaak. Zulke ondernemingen vereisen samenwerking en leiding. De Tongerlose Norbertijnen nemen, als heren van de heerlijkheid "Kalmthout-Essen", deze taak in onze contreien op zich. Om eenzelfde reden moet de beschikbare grond ook meer opbrengen, hetgeen om technische creativiteit roept. De witheren bezitten ze en stellen ze ter beschikking.  Denken wij maar aan de verbetering van het drieslagstelsel op de akker (zomergraan,wintergraan, braak), de optimalisering van het potstalsysteem (omvorming in de stalput van heideplaggen en dierenuitwerpselen tot vruchtbare stalmest), de mogelijkheid tot dieper ploegen met een zwaardere karploeg, de innovatie van de halster met een hogere trekkracht ter vervanging van de halsband en, niet te vergeten, de modelhoeven van de abdij met hun nevenbedrijven. De oudste van deze abdijhoeven staan in een driehoek rond "Kerkeneind" : "het Hof,schuin achter de oude pastorij, "Achter de Kerk", ten einde de Kerkendijk en aan "De Heie", in de Kijkuitstraat. Met deze abdijhoeven heeft de abdij de grondslag gelegd voor "' t Kalmthouts centrum". In "'t aloude dorp" was immers geen plaats meer voor de aangelande paters. Bij deze oudste abdijhoeven horen ook nog : "In 't Achterbroek" op de Roosendaalse baan, "De Greef" op Noordeind en "In de Hoek" op de Zwanenberg. "De Greef" op Noordeind is niet alleen één van de oudste abdijhoeven, maar op het einde van het ancien regime ook de belangrijkste, omdat ze de woonplaats wordt van de Tongerlose provisor. In deze abdijhoeven kweken de paters nieuwe akkerplanten zoals boekwijt, spurrie, klaver en aardappelen, die een intensievere landbouw toelaten.  Sommige van deze abdijhoeven groeien uit tot "super bazars" avant la lettre, zoals dit bvb. het geval is met "De Greef". Oorspronkelijk runnen lekenbroeders onder het gezag van een pater-magister zelf de abdijhoeven. Maar met de tijd volgen vrijgevochten leken-pachters de lekenbroeders op. Zij betalen de abdij een pachtsom "voorlijf" genoemd en "tienden" in natura. De abdijhoeven gaan model staan voor de andere hoeven.  In een agrarische gemeenschap is in aloude tijden ook een graanmolen nodig. In allereerste instantie waren de Kalmthoutenaars afhankelijk van de watermolen van het zusterdorp Essen. De eerste Kalmthoutse windmolen is door toedoen van de abdij in de 14-de eeuw opgetrokken binnen "de Windmolenblok", zijnde de huidige driehoek "Kapellaan-Vandenbogaertlei-Statiestraat". Hij is in de 15-de eeuw vervangen door een molen in de Molenbaan op de hoek met de Wipstraat. Tenslotte kwam er in het centrum nog een windmolen aan de Kerkendijk / Kapellensteenweg. Op de belangrijkste economische activiteit van de paters van Tongerlo, het turfsteken, komen we nog terug.

    - poëzie + -

    (uit) Aarde en hemel, hemel en aarde ( Anton Van Wilderode - 1986)

    Ik ben de boever-lekebroer die mij
    van jongsafaan verbond aan de abdij
    omdat ik hield van god en paarden.
    Ik kwam eraan met vader die me zei :
    "Dit zijn gebouwen van een boerderij
    met poorten op de hemel en op aarde".

    En gotisch sliep ik onder het gebint
    van eikenhout gelijk ik sliep als kind
    een hoge wand van hooi aan alle zijden
    op een bakstenen schip dat stevig in
    de wisselvalligheid van weer en wind
    gestrand stond op een weergaloze weide.

    -  actua +  -

    - Kleur je dag op. Allerlei leuke activiteiten voor jong en oud op zondag 23 april 2006 van 10 tot 17 uur in het NEC De Vroente en het Bijenteeltmuseum, Putse steenweg 129 te Kalmthout - gratis toegang. Info : 03/620.18.30.
    - "De Kalmthoutse heide vroeger en nu". Heidewandeling met gids op zondag 23 april e.k.. Vertrek om 14 u. aan de ingang van het NEC De Vroente&Bijenteeltmuseum, Putse steenweg 129 Kalmthout.Deelname gratis. Info : 03/666.61.01.


    10-04-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    03-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10. De Omhelzing van de Tongerlose Norbertijnen.
    In de mallemolen van de middeleeuwse feodaliteit, met zijn leenheren en zijn vazallen schenken de Nispense vrijheer uit het land van de Brede Aa, Arnold Brabant en zijn kinderen het zuidelijke deel van hun heerlijkheid Nispen aan de nog jonge Norbertijnenabdij van Tongerlo. De schenking wordt bevestigd in een pauselijke bulle van Eugenius de 3-de en achteraf  komt een schilderij van Goswyn Van der Weyden, gemaakt in opdracht van de abt van Tongerlo, deze schenking bevestigen. Het schilderij is vandaag nog altijd te bezichtigen in het museum van Berlijn. Men ziet op het schilderij hoe Arnold Brabant aan O.L.V. van Tongerlo symbolisch een stuk grond aanbiedt, met daarop een boompje en rietstengels ( = " calmetholt ", die rietplekken in 't bos.}Zo ontstaat in de middeleeuwen een heerlijkheid "Kalmthout-Essen-Oost-Huyberghen" onder het gezag van de "Mannen van Tongerlo". Kalmthout en Essen zullen binnen deze heerlijkheid wel en wee samen delen tot op het einde van het Ancien Regime (Hoe luidt het ook weer in de wijze volksmond : Essen de pracht en Kalmthout de macht ? Of was het andersom? In ieder geval voelen onze twee gemeenten zich over de Franse revolutie heen ook vandaag nog nauw met elkaar verbonden!). Waarom deze schenkingen aan de abdij van Tongerlo? Wat een mens - zeker in de middeleeuwen - al niet doet om zijn zieleheil af te kopen! In ieder geval leert de geschiedenis ons dat het verblijf onder de " kromstaf van Tongerlo" onze voorouders geen windeieren heeft gelegd. "Bidden en werken" luidt het aloude monnikendevies sinds de heilige Benedictus. Enerzijds staan de middeleeuwse monikkengemeenschappen, in een dan toch voor de gewone landman niet gemakkelijke wereld, borg voor de verspreiding en de beleving van de leer van Jezus van Nazareth, waarin individuele menswaardigheid en maatschappelijk mededogen belangrijke peilers zijn. Is de slavernij in onze contrijen al niet lang afgeschaft, als ze elders nog bestaat? Anderzijds zijn de geestelijken en kloostergemeenschappen in de middeleeuwen de dragers en beoefenaars van de toen nog heel sterk geïntegreerde wetenschappen en kunsten, zodat onze voorouders-landbouwers al heel vlug van de creatieve Norbertijnen één en ander kunnen opsteken. En staan monnikendevotie en militair geweld in de middeleeuwen met zijn "godsbestanden" en "godsvredes" ook niet tegenover elkaar? Moest de sterke in de samenleving de zwakkere niet beschermen ? De grote verdiensten van de Paters van Tongerlo voor onze streek liggen daarnaast echter ook op het economische vlak. Maar daar komen wij later op terug. 

    -   poëzie +  - 

    Boerengebed ( Felix Timmermans - 1886-1947)

    't Kruis staat eenzaam op de velden,
    door mijn zware boerenhand
    uitgesneden en gebeeldhouwd
    en godvruchtig neergeplant.

    Jezus is voor ons gestorven
    en misschien ook voor mijn veld.
    Al onz' haren en de sterren
    ook het zaad heeft Hij geteld.

    Heer, laat ons elkander helpen,
    Gij, die 't stroo niet hebt miskend,
    geef mij 't zaad, ik geef de tarwe
    voor Uw heilig Sacrament.

    -  actua +  -

    Erfgoeddag en opening toeristisch seizoen zondag 23 april e.k..
    Ondermeer :
    1/Bijenteeltmuseum Kalmthout, Putse steenweg, 131. -  Tentoonstelling en workshop : Kleur in de bijenwereld :
    In 1922 publiceerde dr. Karl Von Frisch de eerste resultaten van een onderzoek naar bijen.Een van de onderzoeken ging over de vraag of bijen kleuren zien.We gaan in onze tentoonstelling in op kleuren in de bijenwereld. Niet alleen het zien van kleuren, maar ook de kleur van was en honing komt aan bod. Kinderen kunnen houten bijtjes schilderen in kleuren naar keuze.
    (Open tussen 10 en 18 uur.De tentoonstelling loopt nog tot 2 september 2006.)

    2/Gratis heidewandeling : "De Kalmthoutse heide vroeger en nu". Wandeling door de verschillende landschappen van de Kalmthoutse heide (bos,natte&droge heide, vennen ,stuifduinen). De gids vertelt je over de specifieke flora en fauna en over de natuurkundige en cultuurhistorische geschiedenis van dit gebied, o.m. aan de hand van artefacten en vergeelde foto's. Vertrek om 14 uur aan de grote heideparking, Putse steenweg, 131.Duurtijd wandeling : + 2.5 u.. Info toeristische dienst Kalmthout, tf.:03.666.61.01(inschrijving verplicht).

    03-04-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    27-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9. Arnold Brabant : Vrijheer van Nispen.
    De Kalmthoutse uithof behoort, samen met het zusterdorp Essen, in de vroege middeleeuwen tot de heerlijkheid Nispen.Deze heerlijkheid behoort op haar beurt tot het Land van Rijen, het latere Markgraafschap Antwerpen, een onderverdeling van het Hertogdom Brabant, in 't bijzonder belast met de verdediging van de grens van het Duitse rijk. Binnen het hertogdom Brabant grenst het Markgraafschap Antwerpen aan het Markiezaat van Bergen-op-Zoom, de Baronie van Breda en het Land van Hoogstraten. Het hertogdom Brabant, een leen van de Duitse keizer, strekt zich uit over het huidige Vlaams en Waals Brabant, Antwerpen, Noord-Brabant en finaal ook Limburg.
    In het begin van de 12-de eeuw behoorde de heerlijkheid Nispen toe aan de vrijheer uit het land van Rijen : Arnold Brabant. Alhoewel daar geen absolute zekerheid over bestaat, wordt hij verondersteld een nazaat te zijn van de Berthouts, de machtige dynastie van de heren van Grimbergen, die zich ooit met de graven van Leuven in de strijd wierpen voor de titel van hertog van Brabant en die, alhoewel ze die strijd verloren, achteraf door de hertog gerehabiliteerd werden. Via zijn vrouw is Arnold Brabant ook aanverwant met de baron van Breda. De heerlijkheid Nispen zou hij trouwens langs die kant verworven hebben.


    -  poëzie + -

    Sonnet voor Brabant  ( Harriet Laurey 1955  )

    Op weg naar Brabant wordt de wereld warmer.
    Inniger leven doet zich aan mij voor :
    vanuit de hoge hoeven dringt het door
    en rekt zich uit in de gestrekte armen

    van populieren, duizelend van licht.
    Dit licht, ik kom het in de mensen tegen,
    ik zie het in hun oogopslag bewegen
    en rimpels krijgen op een smal gezicht.

    En nergens is het kinderlijk geluid
    zo zuiver afgestemd op vogelzingen,
    en nergens komen de gewone dingen
    zo openharitg voor zichzelf uit.

    En nergens ligt een glimlach zo gereed
    als waar de wereld land van Brabant heet.

    -  actua +  - 

    - Burgervader Lucas Jacobs en het Kalmthouts gemeentebestuur organiseren,  in samenwerking met de plaatselijke jeugd-, senioren- en volwassenenverenigingen en met de locale amateurkunstenaars en academies op 28, 29  en 30 april e.k.in de heidegemeente de cultuurmarkt" hangArt " . Info : ten gemeentehuize op nummer 036662266.

    - "De Kalmthoutse Heide Vroeger en Nu.".  Met de lente start de Toeristische dienst van Kalmthout ondermeer weer met deze (zowel natuurontdekkende als cultuurhistorische) begeleide groepswandeling op de Kalmthoutse heide. Info Toeristische dienst Kalmthout op nummer 03/666.61.01.

    27-03-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    20-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.8. De Kalmthoutse "Uithof".
    De vroegmiddeleeuwse heerlijkheid Nispen ontwikkelt naast het kerndorp ook enkele belangrijke uithoven die op hun beurt tot echte dorpen zullen uitgroeien. Zo ontstaat het aloude dorp Kalmthout.
    Jonge veetelers uit de meer zuidelijk gelegen vruchtbare regios ontvluchten er een overbevolkte streek en komen naar onze regio afgezakt om er zich definitief te vestigen.
    Watervoorraad is essentieel voor schapen en koeien. En dat is hier aanwezig. Anderzijds is in een drassige streek als de noorderkempen een verheven landrug niet te versmaden. In Kalmthout wordt de dorpsbeek aan de rand van de vallei van de Kleine Aa de uitverkoren dorpsplek. De driehoekige dries breidt er zich verder uit langs een brede "dorpsstraat" die van "Noordeind" tot "Vogelenzang" loopt langs de oude weg naar Nispen. De toekomende aangelanden ontwikkelen er hun akkers tussen de "Kapellaan" en de "Groene Weg". Schaapherders trekken met hun schapen de gemeenschappelijke vroente in, die zich zowel in de vallei aan de Kleine Aa in het oosten, als in het Kalmthoutse duinenlandschap in het westen ontwikkelt.
    Onze jonge boeren hadden het niet gemakkelijk om de arme, ruwe zandgrond van de Kempen om te bouwen tot vruchtbare akkers. Bij de aanvang past men dan ook het drieslagstelsel toe, dat erin bestaat ieder jaar op dezelfde akker achter elkaar zomergraan en wintergraan te zaaien, om die grond dan tijdens het derde jaar braak te laten liggen.
    De "gemeine" heidegronden zullen tot op het einde van het ancien regime dienst bewijzen als gemeenschappelijke graasweiden voor de schapen en in mindere mate ook voor de koeien. En voor de noodzakelijke bemesting van de arme zandgrond ontwikkelt men het potstalsysteem, waarbij in stalputten de heideplaggen (= heideklotten) vermengd worden met de uitwerpselen van de schapen of koeien, waardoor vruchtbare stalmest ontstaat.


    -  Poëzie  +  -

    Het zwarte schaap (L. Th. Lehman - 1947)

    Het zwarte schaap staat in de sneeuw
    het staat er langer dan een eeuw
    en als een tentzeil hangt de grond
    om zijn vier poten in het rond.

    Het zwarte schaap is iets dat weet
    en elke hoef is een magneet
    voor 't voetstuk dat onzichtbaar is,
    in bei zijn ogen zwemt een vis.

    Des nachts kijkt niemand uit het raam
    want wie weet waar het dan kan staan
    en als het ooit wordt weggebracht
    laat het een vuurspoor in de nacht.

    Het zwarte schaap staat in de sneeuw
    het staat er langer dan een eeuw.

    20-03-2006 om 17:53 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    13-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7. Onze voorouders : de Salische Franken.
    Onze voorouders, de Salische Francken - heel Kalmthout is ergens wel aanverwant met een Francken -, komen zich in de Kempen, als veetelers van over de Rijn, verspreiden met ingang van de derde-vierde eeuw na Jezus Christus. Het zal nochtans nog tot in de Karolingische tijd duren voor ze zich, en dan nog in verspreide orde, definitief gaan vestigen in Calmetholt : aan de dorpsbeek, op het Hillo, in Onderzeel, op het Handelaar, in de Foxemaat, op de Ganzendries... . Hun nederzettingen komen tot stand rond een waterput of aan een beek, meestal aan de rand van een dal en zijn, waarschijnlijk uit veiligheidsoverwegingen, in vele gevallen met een drietal hoevekes samen opgetrokken. Onmiddellijk achter de hoevekes bevinden zich dan de akkers, waarop men rogge en later ook boekweit wint en rond deze akkers situeert zich de immense vroente, de gemeenschappelijke heidevelden, om het vee, vooral schapen, te laten grazen. Door de heide heen verbindt men dan de ene nederzetting met de andere langs heidepaden, die men doorheen de tijd "inloopt". Het is wel boeiend te bedenken dat deze heidepaden eigenlijk de elementaire voorlopers zijn van ons huidig wegennet. Ze hebben trouwens een heilzame invloed op de vorming van de locale gemeenschap. En de nederzettingen worden aldus dorpen. Het Frankische dorp bij uitstek in die eerste eeuwen van onze jaartelling in onze streek is NISIPA : "het water dat door het lage land loopt". Dit latere Nispen zal uitgroeien tot de kern van de middeleeuwse heerlijkheid waartoe ook het hedendaagse Roosendaal, een deel van Zundert, Essen en Kalmthout als "uithoven" behoren.

    - poëzie + -

    En toen, zo'n tiental eeuwen geleden daagde het met dat ene zinnetje uit het niet meer te achterhalen volksliedje :
    Hebben olla vogala nestas hagunan, hinase ic onda thu, wat unbidan we nu ?  "

    13-03-2006 om 14:53 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    11-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6. De "Oude Calmetholters" achterna.
    In zijn "Kalmthout door de eeuwen heen" spreekt onze Kalmthoutse "heemkundige Bart", wijlen meester Vorsselmans over vuurstenen die hij in zijn jeugd heeft gevonden rondom de "Zwarten Heuvel".Deze magische steentjes getuigen volgens hem van de aanwezigheid van mensen in onze contrijen, die hier circa 3000 jaar voor Jezus Christus, in de jonge steentijd, zijn doorgetrokken. Zij leefden toen van jacht en visvangst, pluk en honingroof en verbleven in voorlopig opgetrokken hutten uit hout en lover. Uit onze vaderlandse geschiedenis herinneren wij ons ook nog de beroemde woorden van de Romeinse veldheer Julius Caesaer dat "onder de Galliërs de Belgae de dappersten zijn".  Of hij daarmee ook de "Calmetholtse Belgae" bedoelt, is vandaag nog moeilijk te achterhalen. Wel lijkt het vast te staan dat ook bij de aanvang van onze tijdrekening mensen in onze regio - zij het in geringe mate - aanwezig zijn geweest, die bij de komst van de Romeinen, ofwel zijn uitgemoord, ofwel met hebben en houwen zijn gevlucht naar de meest ontoegankelijke broek- en veenbossen van de streek. Noteer trouwens dat de Romeinse heirbaan naar het Noorden via Brecht loopt omdat het in het uiterste noordwesten van de Kempen toendertijd veel te moerassig is geweest. De Romeinen zelf blijven trouwens veel liever hangen temidden van de rijke vruchtbare "löss"-gronden van Zuid-Brabant, Henegouwen en Haspengouw, dan zich te komen kwijtspelen in die onvruchtbare en toendertijd in hoge mate moerassige gronden van onze Kempen. Al drongen ze af en toe wel eens tot hier door om zich tegenover de meest noorderlijke stammen van het rijk te bevestigen. 

    - Poësie + -

    De Gisanten - (Raymond Herreman 1937)

    Zij liggen in steen verhuld,
    Elkaar nabij voor duizend jaar,
    Van hart en mond en hand gesteld,
    Maar toch nog eeuwen bij elkaar.

    Zij hebben naakt elkaar bemind,
    En zijn in marmer nu gekleed,
    Dat nooit een dij een dij meer vindt,
    En toch nog voor elkaar gereed.

    Hoe rijk van vreugd, zij kende wel,
    De snelle brand van hun schoon vuur,
    Maar speelden toch het innig spel,
    Te winnen op tijds korte duur.

    Zij droomden dit gisantengraf,
    Tot teken dat hun beider geest
    - Al brokkelt ook de steen eens af -
    Nimmer gescheiden is geweest.


    11-03-2006 om 14:59 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    06-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5. In de Schaduw van het Atlantisch Loofbos.
    Zo'n 10.000 jaar geleden is de ijstijd voorgoed voorbij. In de Kempen ontstaat nu een taiga-dennenbos. Volgens de meeste wetenschappers zijn die toenmalige dennen reeds de voorlopers van de grove den, de typische Kempense vliegden van vandaag, met zijn koperrode bovenstam. Doorheen de tijd gaat het dennenwoud evolueren naar een uitgesproken loofbos : een berken/eikenbos op de heuvelruggen en een wilgen/elzenbos in de natte depressies.  De Kempense pionier onder de loofbomen in die oeroude tijden is ongetwijfeld de ruwe berk. Hij is bij uitstek de lieveling van de arme, droge, zure zandgronden van bij ons. Die sierlijke, slanke en rijzige lichthoutsoortige boom met zijn dunne buigzame twijgen is ook vandaag overal in de Kalmthoutse heide en in de ganse Kempen aanwezig. In de meer natte heide vervangt zijn neefje, de zachte berk, hem. Deze laatste heeft minder afhangende twijgen en een stuggere kroon. Vandaag zijn er op de Kalmthoutse heide meerdere variëteiten merkbaar die zich situeren tussen de ruwe en de zachte berk. Een oudere ruwe berk kan soms de allure aannemen van een treurberk.Hoe ouder de ruwe berk wordt, hoe dikker de  zwarte plekken zijn  en hoe dieper de scheuren die voorkomen op zijn witzilveren, rijzige stam . Ook de zomereik met zijn kortgesteelde bladeren is in het Atlantisch loofbos pertinent aanwezig. Men vindt er "de koning van het bos" op de meer vochtige zandige leemgrond terug met zijn zwaar verwrongen hoofdtakken en zijn eigenaardige eikeltjes, die eikenvruchten, waarop de eekhoorntjes en de Vlaamse gaaien zo verzot zijn. Zoals reeds gezegd verschijnen in de zompige depressies de wilgen en de elzen, meestal  tussen de met riet begroeide broekvelden. Door het stijgen van de grondwatertafel vangt in die depressies bij de aanvang van het Holoceen trouwens de veenvorming aan.
     
    - poëzie + -

    uit "Het Land van Amen" (Anton van Wilderode - 1978).

    De bomen in gebed boven de aarde
    met ingetogen takken en gebaren
    zonder uitbundigheid, woorden van blaren
    tegen de lucht gezegd, innig bewaarde
    gevoelens van verknochtheid in de wortels.
    Door wind gevormd en zijdelings bewogen
    de kruinen en de toppen in den hoge.

    06-03-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    02-03-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4. Kempenland : een "land van zand".

    Tijdens het midden-pleistoceen, tussen 500.000 tot 100.000 jaar geleden, komt Kalmthout volledig zeevrij te liggen. Het door de Noordzee achtergelaten "kempens kleipakket" ondergaat de invloed van de ondertussen aangelande ijstijden en tussenijstijden. Tijdens de ijstijden heersen er ijzige noorderwinden. Daarbij leggen aangroeiende ijskappen de zeeën droog. Tijdens de ijstijdzomers en tijdens de tussenijstijden gaat het smeltende ijswater het kleipakket uitschuren. Zo ontstaan de oeroude fossiele dalen van Kalmthout : het fossiele dal van de Nol, dat zich verder ontwikkelt op Essens grondgebied, het fossiele dalhoofd van De Greef,dat zich voortzet in Wildert en de fossiele dalen van Kalmthout en Nieuwmoer die in elkaar overgaan. Zij zullen de matrijs vormen voor de latere vallei van de Kleine Aa in het Oosten en de vallei van de Spillebeek in het Westen. Tijdens de laatste ijstijd voeren de noorderwinden de uitgeschuurde deeltjes van de droge noordzee mee : de lichtere leemdeeltjes belanden in Haspengouw, Brabant, Namen en Henegouwen, de zwaardere zandkorrels vallen o.m. dichterbij in de Kempen. We krijgen in Kalmthout voor de eerste maal zand op ons hoofd. Dekzanden van 1 tot 3 meter dik bedekken in onze gemeente de "Kempense kleilaag". Daarbij vullen plaatselijke verstuivingen de beekdalen meer op dan de heuvelruggen. De oeroude fossiele dalen zijn door deze dekzanden ondergestopt, al blijven er afgeblokte depressies over. Hierdoor niveleert zich het Kalmthoutse landschap in grote mate. Na de ijstijden, zo'n 15.000 jaar geleden, trekt de ijskap zich terug naar het noorden en worden de winden bij ons nu grotendeels westenwinden. Ten westen van Kalmthout ligt de oude Scheldevallei achter de Brabantse wal er nog droog bij en de westenwinden blazen het zand uit deze vallei naar het oosten. We krijgen in Kalmthout voor de tweede maal zand over ons heen. Van Brasschaat tot Halsteren in Nederland ontstaan er zandduinen door plaatselijke opstuiving. Deze duinen gaan zich echter vooral focussen in de duinmassieven van de Kalmthoutse Heide.

    - poëzie + -

    uit "Land en Leven in Vlaanderen" (Stijn Streuvels - 1923)
    Over heel de noorderlijke kant van Antwerpen en Limburg strekt, in onafzienbare verten, de blakke streek der Kempen. Uitgemeten als een zee, in haar eentonigheid, licht het zanderig oppervlak met kale bodem, zonder afwisseling, met niets dat die eentonigheid breekt, tenzij hier en daar enige troppels dennebossen, die als zwarte vlekken tegen de lucht gestompt staan en het uitzicht van weemoed en treurigheid nog verhogen. Gelijk weemoed en treurigheid op zichzelf een wondere aantrekkingskracht en een eigenaardige bekoring verwekken, zo ook hebben de Kempen hun schoonheid die een diepe indruk maakt en op een heel eigen manier aantrekt. In de wisselende luchten, over de eindeloze bodemvlakte, zweeft een poëzie, een innigheid die men nergens elders gewaar wordt; over heel de streek spreidt een wade van somberbruine kleur, als een gebrande turf, gruwelijk van uitzicht soms, die 't gevoel van opperste desolatie en algemene onleefbaarheid verwekt - een echt doods kleed - , maar de luchtschakeringen van het uitspansel over de rimpeling van die bruine aardpij, spelen er met allerfijnste tonen, in een toverachtige harmonie. 

    - actua.+ -

    Tot 31 oktober 2006 loopt in het Natuureducatief Centrum van de Vlaamse Gemeenschap "De Vroente" Putse steenweg, 129 te Kalmthout een bijzondere tentoonstelling met vrije toegang : Land van Zand. Info : 03/620.18.30.

    02-03-2006 om 00:00 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (1)
    28-02-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3. Geboren uit het Schuim der Noordzee.
    Een vergeelde blauwe Geo-gids drukt mij met de neus op de werkelijkheid : miljoenen jaren geleden ligt Kalmthout nog op de bodem van de Noordzee. Voor ik het goed en wel besef brengt de populair wetenschappelijke uitgave mij aan het mijmeren. Oog in oog staan met de grootsheid, maar ook met de relativiteit van de dingen. Uiteraard slaat mijn fantasie op hol. Ik zie walvissen en potvissen zwemmen naast de scherpe toren van Kalmthouts eerbiedwaardige O.L.V.- kerk en boven de Kalmthoutse Heide laten haaien een kolonie haringen schrikken. Maar alle gekheid op een stokje, weet U dat er in onze mooie heidegemeente op een diepte van 70 meter nog haaientanden zijn gevonden!
    Zo'n miljoen jaren geleden trekt de Noordzee zich dan langzaam terug in noordwestelijke richting en ontwikkelt in haar zog een soort land van Saeftinghe. Het spel van eb en vloed formeert in de branding een schorre-en slikkelandschap. Uit sedimentaire aanvoer en aanwerping komt de Kempense kleitafel tot stand, de matrijs van de latere Kempense Landrug, het scheidingsvlak tussen het Schelde- en Maasbekken, die in de Antwerpse Kempen loopt van Arendonk naar Turnhout, naar Malle, Sint-Job-In-'t Goor en zo naar Kalmthout, om achter de Kalmthoutse Heide Nederland binnen te duiken. In onze gemeente steekt deze landrug nabij het aloude "Kapelleke van Heide" op zijn hoogste punt zo'n 27 meter uit boven de zeespiegel. Als men daarbij vaststelt dat aan de andere kant van de grens in Nederland het nabijgelegen Roosendaal reeds naar het nulmeter-hoogtepunt duikt, krijgt die landrug toch betekenis. Noteer dat, behoudens voor een klein stuk Kalmthoutse Heide, het Kalmthoutse regenwater voor het grootste deel naar het Maasbekken afvloeit. De Kempense Kleien hellen immers van de landrug af van het zuidwesten naar het noordoosten.

    - poëzie + -
    ---------------
    De Zee (Prudent Van Duyse - 1842).
    Al peinzend nadert hij tot de onafmeetbare baan,
    Zo vol ontzagelijkheid van d'eeuwige oceaan,
    En hoort het fier gedruis der sombere golvendrommen
    Die in de vert' als uitgevaste wolven grommen,
    Of berggewijze steigren in de zonneglans,
    Als 't lammerenkoor bij Lente in huppelende dans,
    't Zij ze opstaan in hun woede, of vlakgestreken slapen.
    De zee ligt daar volschoon, gelijk ze werd geschapen.
    Haar vrije rug gedraagt der mensen schepping niet :
    Haar muil erkent alleen de toom van 't Algebied,
    Zij is een oorlogsros, welke manen woelig zwaaien,
    En dat men vlokken schuim ziet op zijn renpad zaaien
    Het briest en brult : Ten strijde! en wacht alleen de spoor
    Des meesters af, maar bijt het breidelstaal niet door.
    In die oneindigheid, dit golfgeklots verloren,
    Waant men Gods hand te zien, en 't lofgezang te horen,
    Dat ook de schepping bruist. De mens ontgloeit, verstomt,
    Gezonken in zijn niet, en bidt, diep neergekromd.

    28-02-2006 om 13:34 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)
    24-02-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2. Wat geen Naam heeft, bestaat niet.
    De hedendaagse benaming "Kalmthout" is door de eeuwen heen ontstaan uit het vroeg-middeleeuwse "Calmetholt". In de twaalfde eeuw stond "Calmetholt" voor het eerst zwart op wit geschreven in de pauselijke bulle van Eugenius de 3-de. Bewaard in de eerbiedwaardige archieven van de aloude abdij van Tongerlo, is deze bulle tot ons gekomen. "Calmetholt" bestaat uit twee delen : "calmet" en "holt". Over het tweede woorddeel is men het al lang eens. In het Salische Frankisch van onze voorouders betekent "holt" hout of, bij overgankelijkheid bos. Het eerste woorddeel "calmet" blijft tot vandaag vraagtekens oproepen. Toch begint men meer en meer algemeen te aanvaarden dat "calmet" afgeleid is van het Latijnse woord "calmetum", dat zoiets als een rietveld betekent.Het afgeleide "calmet" zou dan samen met "holt" een bos vol rietplekken aanduiden. En... . Komt men ook vandaag niet in het Muguetbos rond het Gemeentelijk Technisch Instituut, in het openbaar domein Strijboshof, op de foxemaatdijk, rond de gemeentelijke visvijver van Nieuwmoer en noem maar op geen rietbeemden tegen ? Wel kan het op het eerste zicht verwonderen dat een samengesteld woord enerzijds uit een oud-frankisch deelwoord bestaat en anderzijds uit een latijns deelwoord. Maar is het zo verwonderlijk dat in het verleden in onze Germaanse taal een Latijns deelwoord opdook? Vandaag stellen we toch ook vast dat ons hedendaags Nederlands geen broertje dood heeft aan een Engels of Frans leenwoord.

    24-02-2006 om 12:29 geschreven door Jan Caluwaerts


    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 24/09-30/09 2007
  • 17/09-23/09 2007
  • 10/09-16/09 2007
  • 03/09-09/09 2007
  • 27/08-02/09 2007
  • 20/08-26/08 2007
  • 13/08-19/08 2007
  • 06/08-12/08 2007
  • 30/07-05/08 2007
  • 23/07-29/07 2007
  • 16/07-22/07 2007
  • 09/07-15/07 2007
  • 02/07-08/07 2007
  • 25/06-01/07 2007
  • 18/06-24/06 2007
  • 11/06-17/06 2007
  • 04/06-10/06 2007
  • 28/05-03/06 2007
  • 21/05-27/05 2007
  • 14/05-20/05 2007
  • 07/05-13/05 2007
  • 30/04-06/05 2007
  • 23/04-29/04 2007
  • 16/04-22/04 2007
  • 09/04-15/04 2007
  • 02/04-08/04 2007
  • 26/03-01/04 2007
  • 19/03-25/03 2007
  • 12/03-18/03 2007
  • 05/03-11/03 2007
  • 26/02-04/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 12/02-18/02 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 29/01-04/02 2007
  • 22/01-28/01 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 08/01-14/01 2007
  • 01/01-07/01 2007
  • 25/12-31/12 2006
  • 18/12-24/12 2006
  • 11/12-17/12 2006
  • 04/12-10/12 2006
  • 27/11-03/12 2006
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 18/09-24/09 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 28/08-03/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 14/08-20/08 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 03/07-09/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 10/04-16/04 2006
  • 03/04-09/04 2006
  • 27/03-02/04 2006
  • 20/03-26/03 2006
  • 13/03-19/03 2006
  • 06/03-12/03 2006
  • 27/02-05/03 2006
  • 20/02-26/02 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!