een eigenwijze kijk op het leven en gezondheid korte teksten die informatie, ervaringen en/of meningen weergeven.Ik heb geenszins de bedoeling om volledig of uitgebreid te zijn.Voor meer informatie wordt er regelmatig een link gelegd naar een andere website. Reacties en vragen zijn altijd welkom.
30-01-2010
Een vergrote prostaat en je voeding.
Een vergrote prostaat : voorkomen is beter dan
genezen , welke rol speelt jedagelijks dieet ?
Het risico op een vergrote
prostaat met plasproblemen (Benigne prostaathypertrofie of BPH) neemt na je 55
elk jaar toe met 4 procent. Op hun zestigste hebben 1 op de 2 mannen er last
van en dit wordt 95% op hun 85 ste.
Kan echter een bepaalde
voeding bijdragen tot een gezonde prostaat en deze nare plasproblemen op latere
leeftijd voorkomen? Uit een aantal onderzoeken blijkt inderdaad dat een aanpassing van je dieet en lijfstijl
een positieve invloed heeften de
risicos op BPH gevoelig vermindert.
In de medische literatuur
raadt men aan om:
regelmatig te bewegen door bvb. te sporten, wandelen, joggen, tuinieren,
fitnessen
niet te veel (verzadigde) vetten te eten
buikvet
te vermijden, dus je gewicht
onder controle te houden
vijf (ong. 500gr.) of meer porties
groenten per dag te consumeren.
De heilzaamste groenten in dit verband zijn o.a. broccoli, spruitjes,
bloemkool, pepers, koolrabi, erwtjes
zinkrijk
voedsel te eten zoals oesters,
krab, droge bonen, eend, lams, mager rund.
Fruit en
voedingssupplementen blijken geen effect te hebben.
Ten slotte voor een gezonde prostaat: beweeg, vermijd
overgewicht, eet dagelijks je porties groenten, wees matig met vet.
Dit is waar de meeste mensen
van overtuigd zijn. Het is echter een misvatting. Het zijn de koolhydraten die veel meer bijdragen tot overgewicht dan wel de
vetten. Door het louter tellen van calorieën, lijkt het logisch dat vetten
de grote boosdoeners zijn bij dik worden. (9 kilocalorieën per gram vet tegenover
4 kilocalorieën voor de koolhydraten). Maar alleen calorieën tellen is een naïeve
manier van voorstellen, want onze stofwisseling zit veel ingewikkelder in
elkaar.
Bij overgewicht is er sprake
van een teveel aan koolhydraten met een
hogeglycemische index. Door dit
surplus aan koolhydraten worden ze in je
organismeopgeslagen als vetten.
Koolhydraten met een hoge glycemische index (bvb. suiker,wit brood, witte
rijst, gebak, koekjes, snoepjes) zorgen voor een plotse verhoging van je bloedsuikerspiegel.
De pancreas reageert door een extra afscheiding van het hormoon insuline in je
bloed. Insuline is naast
bloeddrukverlagend ook een adipogeen hormoon dat de opslag van koolhydraten onder de vorm van vetten bevordert.
Wil je iets doen aan je
overgewicht en toch gezond blijven. Ban
alle geraffineerde (witte)koolhydraten
uit je dagelijks dieet. En let er vooral op om toch voldoende oliën te
eten. Het slechtste voor je gezondheid is jezelf op een 0%vet-dieet zetten.
Variaties op het thema : verzadigde vetten en je gezondheid.
De (slechte) reputatie van verzadigde vetten
een nuancering is op zijn plaats
Verzadigde vetten kan je herkennen aan hun vaste vorm. Vetten en oliën die
stollen in de koelkast bestaan voor het grootste gedeelte uit verzadigde
vetzuren.Men vindt veel verzadigde vetten in bvb.:
-
Volvette harde kazen type Gouda,
parmezaan, gruyère .
-
Volvette zachte kazen type camembert,
chaumes
-
Volle melk, yoghurt, room
-
Echte boter
-
Spek
-
Ijskreem en roomijs
-
Palmvet en kokosolie
De meeste verzadigde vetten zijn van dierlijke oorsprong.
Maar plantaardige vetten zoals palmvet en kokosolie bevatten ook veel verzadigde
vetzuren. Waarschijnlijk denk je dat je geen palmvet en kokosolie eet, maar
weet dan dat in commercieel gebak en koekjes meestal palmvet en/of kokosolie is
verwerkt.
Vetten zijn broodnodig in een gezond dieet. Voor zuigelingen wordt de aanvoer vanhun calorieën voor 50% geleverd door vetten
uit de moedermelk. En in moedermelk bestaan de vetten voor 40 à 45% uit
verzadigde vetten. Verzadigde vetten krijgen de schuld bij slagaderverkalking.
Toch bestaat het vetbeslag van de vaatwanden voor het grootste deel uit
onverzadigde (3/4) tegenover verzadigde (1/4).
Uiteraard moet er in je dagelijkse voeding een goede balans zijn tussenonverzadigde en verzadigde vetten en
mogen de voedingsvetten in je dieet zeker niet
voor het grootste deel uit verzadigde vetten bestaan.
Er zijn toch een aantal redenen om verzadigde
vetten te gebruiken:
Ze
zijn een onderdeel van elke levende cel. De fosfolipiden ( in de celwand) die voor 50% uit verzadigde
vetten moeten bestaan zorgen mee voor de opname en afgifte van stoffen.
Voor
de juiste consistentie van de celmembranen zijn de meervoudige
onverzadigde vetzuren noodzakelijk voor een goede doorlaatbaarheid,
terwijl de verzadigde vetten nodig zijn voor een goede vastheid van de cellen.
Je
hartspiercellen gebruiken naast glucose ook verzadigde vetten (vooral palmitinezuur en stearinezuur) als brandstof.
Je hart wordt beschermd
door een omhulsel van voornamelijk verzadigde vetten.
Verzadigde
vetten (laurine-, caprine-, caprinylzuur) hebben een bewezen immuun-stimulerende werking.
Verzadigde
vetten verminderen (zoals de onverzadigde omega 3 ALA) de C- reactieve
proteïne (CRP) in het bloed en verminderen
zo de kans opontstekingsverschijnselen.
De longsurfactant, een stof die zorgt
voor een goede werking van de longen en die voorkomt dat de longblaasjes
dichtklappen, bestaat voor bijna
100% uit verzadigde vetten.
Wat betekent dit nu voor je dagelijkse voeding?
Gebruik voldoende
oliën, liefst de ongeraffineerde vormen en varieer: , zoals : olijfolie,
lijnolie, koolzaadolie, zonnebloemolie . Dierlijke vetten krijg je voldoende binnen
als je (beperkt) vlees, eieren en kaas, zuivel eet . Belangrijk is om door
het eten van (vette) vis de omega3
oliën op te nemen.
Alle oliën bestaan uit een combinatie van
onverzadigde (mono- en poly-) en verzadigde vetten, waarbij de verhouding
redelijk evenwichtig is samengesteld met een overwicht van onverzadigde. En zo
is het best voor je gezondheid.
Transvetten zijn (chemisch) bewerkte vetten die
toegevoegd worden aan bereid voedsel om het langer vers te houden, meer smaak
te geven en hittebestendiger te maken. Vloeibare olie wordt door hydrogenatie
omgezet tot een vastere substantie. Deze gedeeltelijk gehydrogeneerde oliën bevatten
transvetten die je slechte cholesterol (LDL) verhogen en je goede cholesterol
(HDL) verlagen. Dit is een belangrijke risicofactor voor een hartaandoening.
Sommige gefrituurde gerechten en commercieel bereid
gebak, taartjes en koekjes bevatten nog steeds transvetten. Ook wordt bij het
frituren in sommige eetgelegenheden gedeeltelijk gehydrogeneerde oliën
gebruikt.
Natuurlijk is het best om
alle transvetten te mijden. Maar het is bijna onmogelijk om ze in commercieel
voedsel op te sporen. De verplichte vermelding op de ingrediëntenlijsten is
niet altijd duidelijk en wordt omzeild door andere omschrijvingen zoals: plantaardig
vet, vet van plantaardige oorsprong. Als je twijfelt, kun je beter een
alternatief product zoeken. In onze westerse samenleving is er een overvloed
aan keuzemogelijkheden en merken
Als een sporter te maken krijgt met kortademigheid
of (sport)astmadan kan
een (voedsel)allergie of pseudo-allergie
dit mee veroorzaken samen met andere factoren zoals temperatuurverschillen
en de intensiteit van de inspanning.
Het zijn meestal histamines en tyramines (in chocolade,
noten, kaas, sommige vleeswaren, azijn, lever, gistextract) die deze kortademigheid uitlokken of versterken.
Andere triggers zijn sulfieten (
toegevoegd aan wijn of bereide vleeswaren bvb.), salicylaten (in de schil van fruit), benzoaten (bewaarmiddel toegevoegd aan vele voorverpakte voedingsmiddelen) en azokleurstoffen (in kaas)
Biogene amines zoals
histamine en tyramine kunnen ter hoogte van de luchtwegen spiercontracties
uitlokken en hebben een invloed op de bloedcirculatie. Hierdoor vermindert de hoeveelheid op te nemen
zuurstof. Afvalstoffen van het metabolisme (CO2 en melkzuur) worden
eveneens moeilijker afgevoerd. Bij een mogelijke leveroverbelasting door deze
biogene amines en mogelijke andere toxische stoffen (vanuit een lekkende
darm) ontstaat er een storing in de
verwerking van melkzuur wat leidt tot extra vermoeidheid en spierpijnen.
Pseudo-allergieën komen steeds meer voor in onze maatschappij en dus ook bij sporters. Er
worden altijd meer bewaarmiddelen,
smaakversterkers en kleurstoffen toegevoegd aan de voeding. Gewone
voedingsmiddelen die gemakkelijk een pseudo-allergische reactie uitlokken, zijn
o.a.: Tomaten, chocolade,
citrusvruchten, sommige kazen, bepaalde specerijen, alcoholische dranken,
varkensvlees, rode wijn, steenfruit.
Pseudo-allergieën vormen
vaak de basis voor ontstekingen. Zij
duiken op in het bindweefsel dat de structuur is van spieren en pezen. Knieklachten en rugklachten komen vaak
voor bij voedselintoleranties. Overbelasting kan uiteindelijk leiden tot chronische ontstekingsreacties die zelf
een negatieve invloed hebben op de botontwikkeling en calciumopname.
Maag- en darmklachten komen bij sporters ook regelmatig voor. Dit uit zich
bij en na oververmoeidheid. Klachten zoals: darmkrampen, opgeblazen gevoel,
constipatie, diarree, te veel maagzuur. Deze kunnen eveneens worden uitgelokt
door biogene amines.(histamine, tyramine ) Het resultaat kan leiden tot een onevenwichtige darmflora (dysbiose). Een goede darmflora is onmisbaar voor een
optimale opname van vitaminen en mineralen en het zorgt voor de activering van
het immuunsysteem, onmisbaar voor het afweren van ziekteverwekkers en
allergenen. Een slechte darmflora wordt geassocieerd met een verhoogde
doorlaatbaarheid van de darm. Zo worden er meer toxische stoffen opgenomen in
het bloed. Door het ontstaan van een dysbiose kom je terecht in een vicieuze
cirkel die je alleen kan doorbreken door op te sporen welke voedingstriggers
deze maag- darmklachten uitlokken. Op langere termijn kan dit leiden tot
voedingstekorten - doordat men minder voedingsstoffen opneemt - waardoor de energieproductie en het
spierherstel in het gedrang komen.
Ook een lactose-(melksuiker)
en/of fructose-intolerantie(fruitsuiker) kan voor bijkomende maagklachten zorgen.
Om al deze klachten en
(over)vermoeidheid te elimineren is het nodig om alleuitlokkende factoren
samen aan te pakken. Inname van de juiste
voeding enkoolhydraten, rekening
houdend met een mogelijke lactose- en/of fructose-intolerantie, is van
groot belang voor de opbouw van voldoende (glycogeen)reserves. Als je als
sporter zorgt voor een optimale vertering kan je veel problemen vermijden. Door
het opsporen van intoleranties en het elimineren van voedingstriggers kan je je
prestaties herstellen en nog verbeteren.