Mijn teksten
Van harte welkom !!
Inhoud blog
  • Corona-Pasen.
  • Sporten is gezond.
  • Koude nachten.
  • Een rampzalige dag.
  • Slecht nieuws.
  • De eerste lentedag.
  • Militaire keuring voor dieren.
  • Een winterprik in februari.
  • Een haarbos.
  • Een gevecht tussen hond en kat.
  • De opvoeding van vroeger en nu.
  • Flipper de flip zijn geboorte.
  • Ma, es ’t eten nog nie gereed?.
  • Ieder huisje heeft zijn ......
  • Een kort verslagske over mijne hond.
  • Flipper de flip zijn beroepsschool.
  • Van de kleuterklas naar de.....
  • Flipper de flip zijn jeugdjaren.
  • Corona-solden.
  • Maandag, kuisdag.
  • Gelukkig 2021.
  • Vaarwel 2020.
  • Bye bye 2020.
  • Krimpen of groeien?.
  • Mijn fantasie.
  • Jeugdherinneringen – deel 5.
  • Een winderige zondag.
  • Flipper de flip zijn wandelvoorbereiding.
  • Jeugdherinneringen - deel 4.
  • Flipper de flip zijn Kerstspessel.
  • Jeugdherinneringen – deel 3.
  • Jeugdherinneringen – deel 2.
  • De avond valt.
  • Jeugdherinneringen – deel 1.
  • Kerstmis.
  • Terug in de tijd - deel 3.
  • Dierenmoppen 50
  • Dierenmoppen 49
  • Dierenmoppen 48
  • Dierenmoppen 47
  • Dierenmoppen 46
  • Vluchten kan niet meer.
  • De Corona-winter.
  • Wedden dat...
  • Het jaar bloed stilaan dood.
  • Even terug in de tijd.
  • ’t Is opgelost.
  • Paniek.
  • Een nachtelijke droom.
  • Lopen, pa zit achter u.
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek.
  • Fijne dag blogmaatje
  • Fijn Pinksterweekend blogmaatje
  • Geluksbrenertje
  • Paasgroeten
  • Fijn weekend blogmaatje

    09-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Plezante moppen 6.

    Er staat een man langs de Maas gras te eten, als er op een gegeven moment een Belg voorbij komt die hem vraagt: Wat ben je aan het doen?, waarop de man zegt: Ik gras eten, want ik geen geld hebben. Hier hebt je 25 euro, zegt de Belg. Een dag Mac Donald en toen was het op. Na die dag staat de man weer gras te eten, toen er een Duitser langs komt en hem vraagt: Wat ben je aan het doen?, waarop de man zegt: Ik gras eten, want ik geen geld hebben. Hier hebt je 50 euro, zegt de Duitser. Nou, goed voor twee dagen Mac Donald en toen was het op. Twee dagen later staat de man weer langs de Maas gras aan 't eten, toen er een Nederlander langs komt die hem vraagt: Wat ben je aan het doen?, waarop de man zegt: Ik gras eten, want ik geen geld hebben. Hier hebt je 75 cent om met de boot naar de overkant te varen, want daar staat het gras nog wat hoger, zegt de Nederlander.

    Een Limburger krijgt platte band en weet echt niet wat hij moet aanvangen. Plots komt meneer pastoor voorbij, die zegt: Maar jong toch, blaas hem via uw uitlaat weer op. Zo gezegd, zo gedaan. Even later komt de rijkswacht voorbij en vraagt: Wat is er gebeurd? en de Limburger zegt: Alle lucht is uit mijne band en ik blaas hem nu weer op. Waarop de rijkswachter zegt: Dan zult ge nog lang mogen blazen, want uw raam staat open.

    Jan kom Karel tegen op straat en Jan zegt tegen Karel: Maar man, wat zie jij er slecht uit. Ja, ik weet het, zegt Karel. Ik werk in de haven van Gent, schepen lossen en laden. Echte slavenarbeid. 's Morgens om vijf uur beginnen en om drie uur thuis, zo kapot als 'k weet niet wat. En hoelang doe je dat al?, vraagt Jan. Ik moet maandag beginnen, zegt Karel.

    Een Limburger wil Antwerpenaar worden, stapt het stadhuis binnen en zegt: Ik wil Antwerpenaar worden, wat moet ik daarvoor doen?. De bediende aan de balie kan zijn lach niet onderdrukken en zegt dat hij gewoon bij de slager 100 gr hesp moet halen, dat hij dan Antwerpenaar is. De Limburger stapt in het centrum een winkel binnen en vraagt daar 100 gr hesp. Meneer is zeker van Limburg?, vraagt de winkelbediende. Ja, hoe weet je dat?, vraagt de Limburger. Omdat u hier bij de fietsenmaker bent. Zegt de Antwerpenaar

    Een bromfietser rijdt een dikke man omver. Razend komt hij overeind, en schreeuwt: Zeg, kon je niet rond mij rijden, in plaats van tegen mij?. Dat was ik van plan, maar ik was bang dat ik niet genoeg benzine zou hebben, zegt de bromfietser.

    Een man komt diep in de nacht dronken thuis en staart met een dwaze blik naar de koekoeksklok. Juist op dat moment klapt het luikje open en roept het vogeltje vier keer koekoek. Houd je snavel, klerebeest. Zegt de man. Ik weet heus wel dat het één uur is, en dat hoef je me niet vier keer te vertellen.

    Een man brengt zijn auto naar de garage omdat hij onder het rijden een vervelende tik hoort. Als hij zijn wagen 's avonds wil ophalen, ziet hij dat deze helemaal uit elkaar ligt. De monteur staat ernaast met een knalrode knop en zegt: Sorry, meneer, het zat een beetje tegen. Hij is morgenmiddag pas klaar. Maar we hebben de oorzaak gevonden en wat was er aan de hand?, vraagt de klant. Ik denk dat uw zoontje de schuldige is, want er lag namelijk een knikker in asbak. Zegt de monteur.

    Een kleine zakenman heeft een bankrekening geopend en krijgt een chequeboekje. Dat vindt hij reuze gemakkelijk. Iedereen die hij moet betalen geeft hij een cheque. Na een tijdje krijgt hij een briefje van de bank met het verzoek even langs te komen. Bij de directeur op de kamer binnen gelaten zijnde, zegt deze: Kijkt u eens meneer, u hebt hier een rekening geopend en er duizend euro's op gestort. Maar nu hebt u al vijfduizend euro's uitgegeven. Ik zou graag zien dat u het tekort aan zou vullen. Dat is toch geen enkel probleem. Ik zal wel even een cheque uitschrijven. Zegt de zakenman.

    Vlak voordat de ter dood veroordeelde op de elektrische stoel plaatsneemt, vraagt de gevangenisdirecteur of hij nog een laatste wens heeft. Ja, directeur. Wilt u zo dadelijk alstublieft mijn hand vasthouden?.

    Twee bananen zitten in bad en zegt de éne tegen de andere: Geef eens even de shampoo aan?, terwijl je recht staat.

    Een man zegt tegen een vrouw: In mijn ogen staat geschreven, hoeveel ik van je hou. Waarop de vrouw zegt: Sorry, maar ik heb mijn bril niet op.

    Er waren twee aardappelen die wouden oversteken. De eerste steekt over en er gebeurt niks. De tweede steekt over en hij wordt geplet door een auto, waarop de eerste roept: Hoera, we hebben aardappelpuree.

    Er lopen twee gekken over de spoorweg en zegt de éne tegen de andere gek: Wat een lange trap is dit. Zegt de andere gek: Ja, zeg dat wel en ook die leuning zit zo laag.

    Twee mannen zijn aan het golven, als er plots een begrafenisstoet voorbij komt. Eén van de twee mannen neemt zijn pet af, en houd deze tegen zijn hart. God, dat vind ik een mooi gebaar van je, om zo je pet af te nemen. Ja, zegt de andere man, dat was het minste wat ik voor haar kon doen na twintig jaar huwelijk.

    Jan en Karel wandelen door een weiland en plots valt Jan in een sloot. Help, roept Jan. We hadden afgesproken van geen oude koeien uit de sloot te halen, zegt Karel.

    De moeder van Jantje ligt in bed, en zegt: Ik ben zo ziek als een hond. Ik ga even de dierenarts bellen, zegt Jantje.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    09-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verloren, maar nooit teruggevonden.

    Ja mannekes, overall waar ik ga of sta, verlies ik iets.

    De mensen zeggen soms:

    Als ge iets veliest, dan moet ge erachter zoeken.

    Potverdekke zeg, ik doe niet anders dan zoeken, maar ik vind het nooit niet terug hoor.

    Gisteren ging ik naar een schoolbijeenkomst, studenten die nu ongeveer zo oud zijn als ik.

    Ik was nog geen kwartier binnen, of ik begon al te zoeken naar iets dat ik verloren had. Iedereen stond van verbazing met open mond te gapen, alsof er iets gebeurt was.

    Eén van die mannen kwam naar mij en vroeg:

    - Flipper de flip, ben je iets kwijt?.

    - Iets kwijt?.

    - Ge ziet het toch.

    - Kunnen wij u soms niet helpen?.

    - Ja, door mee te zoeken.

    Opeens begonnen al die mannekes al kruipend op hun knieën te zoeken, terwijn hun vrouwen of lief zich afvroegen:

    Achter wat zoeken die feitelijk?.

    Die mannekes hebben daar twee uur achter een verloren voorwerp gezocht, maar nooit gevonden.

    Ik kon dat niet meer aanzien en zei:

    - Kom mannekes, ge moet er niet meer achter zoeken hoor.

    - Peis waar is dat verloren voorwerp naartoe?.

    Potverdekke zeg, door al dat zoekwerk was ook die bijeenkomst afgelopen en mochten wij met zijn allen terug naar huis gaan.

    De meesten onder ons hadden ondertussen een vreselijke honger gekregen van al dat zoeken. Terwijl wij aan het zoeken waren, hadden die schoon madammekes al de tafels afgeruimd en konden wij met onze hongerige maag naar een frituur gaan, die nog open was.

    Niemand heeft ooit geweten achter wat ik echt aan het zoeken was en het nooit heb gevonden.

    ’t Was potverdekke mijn eigen voetstappen, die ik zocht en nooit vond.

    PS. Nu ben ben ik op zoek naar mijne asem, want ‘k ben hem ook kwijt hoor.

    Groetjes van flipper de flip.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    09-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    06-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 30.

    Ik heb vijf vliegen doodgeslagen, zegt vader.

    Drie mannetjes en twee vrouwtjes.

    Hoe wist je welke vliegen mannetjes of vrouwtjes waren?, vraagt jantje makkelijk.

    Twee zaten er op de poederdoos voor de spiegel en de andere drie op de fles cognac.

    Een eekhorentje komt bij een brug en ziet plots een bord.

    Met daarop de volgende tekst:

    De brug kan maar één eekhorentje tegelijk houden.

    Dus het eekhorentje loopt de brug op.

    Halverwege stort de brug in. het eekhorentje snapt er niets van.

    Maar toch aan de overkant gekomen via het ravijn en via een bergpad.

    Staat er een bord bij de ingestorte brug:

    Een gewaarschuwd eekhorentje telt voor twee.

    Het gebeurde in de tijd van de kruistochten.

    Een leeuw zag een ridder die geharnast onder een boom lag te slapen.

    Heb jij trek in die vent?, vroeg de leeuw aan zijn leeuwin.

    Nee, natuurlijk niet. Je weet toch dat ik een hekel heb aan vlees in blik.

    Twee vrienden lopen gezellig over straat, tot dat de éne vriend tegen de andere zengt:

    Ik ga een geit kopen.

    Een geit kopen?, vraagt de andere.

    Ja, zegt de éne dan, en waar moet je hem laten als het zomer is dan?, vraagt de andere.

    Nou, dan zet ik hem op het balkon en als het winter is?.

    Nou, dan laat ik hem binnen, zegt de éne weer. En de stank dan?, vraagt de andere.

    Oh, daar moet hij dan maar aan wennen.

    Ik liep laatst in de stad zag ik daar in een dierenwinkel twee tortelduifjes staan.

    De verkoper zei dat ze zo verliefd op elkaar zijn dat als je ze uit elkaar haalt dat ze dan dood gaan.

    Dus vond ik ze zo leuk heb ik er meteen eentje gekocht. Heeft jouw hond een stamboom?.

    Nee, hij pist tegen elke boom.

    Op straat danst een man van de pijn van zijn éne voet op de andere.

    Die Teckel van u heeft me in mijn teen gebeten, roept hij woedend tegen een dame.

    Deze haalt haar schouders op en zegt:

    U kunt van zo'n klein beestje toch moeilijk verwachten dat hij in uw neus bijt.

    Vier schildpadden gingen picknicken.

    Ze namen koekjes, bier en appels mee.

    Na een jaartje of 20 waren ze op de plek aangekomen.

    Ze wilden eerst bier drinken, maar toen zagen ze dat ze de flesopener vergeten waren.

    Dus, moest iemand terug, Temel (de jongste) moest terug.

    Ik ga op één voorwaarde: Jullie moeten niks eten, zei hij. De anderen vonden het goed.

    Dus Temel ging, en Temel was al 1 jaar onderweg 2,3,4 jaar en na een jaartje of 15 werd een oude schildpad ziek.

    De anderen vroegen wat is je laatste wens.

    Hij zei: Ook al hebben we het beloofd, maar ik wil 1 koekje.

    En precies op het moment dat hij het koekje in zijn mond stopte.

    De Temel sprong uit de struiken en zei: Zie je wel, ik ga gewoon niet.

    Een bezoeker in de dierentuin voedert pruimen aan de apen.

    Hij roept er een bewaker bij omdat er een aap tussen zit die telkens hij een pruim krijgt, de steen er uit haalt.

    De steen in zijn achterste prangt, deze er terug uithaalt en terug in de pruim steekt om tot slot de pruim met steen en al op te eten.

    Niet op letten beste, zegt de bewaker.

    Hij heeft ooit eens een perzik gekregen en daarvan was de steen blijven steken, vandaar dat hij nu eerst de maat neemt om te zien of die er wel door kan.

    Een duif en een mus zitten een tak van een boom af te zagen.

    Een zwaluw komt langs en zegt:

    Jullie moeten niet op die tak niet gaan zitten zagen.

    Als jullie die tak hebben doorgezaagd, vallen jullie er mee naar beneden.

    De duif en de mus kijken elkaar aan en gaan gewoon door.

    Even later gebuurde wat de zwaluw voorspelde:

    Ze vallen samen met de tak uit de boom.

    Ze klimmen de boom weer in en beginnen opnieuw.

    Even later komt de zwaluw weer langs.

    De mus gaf de duif een tikje en fluistert:

    Kijk, daar heb je die waarzegster weer.

    Een man vindt een pinguïn op de straat. Hij gaat naar de politiebureau met de pinguïn.

    Ik heb een pinguïn gevonden:

    Wat moet ik ermee doen?, vraagt hij.

    U moet hem meenemen naar de dierentuin, zegt de commissaris.

    Een week later ontmoet de commissaris dezelfde man met de pinguïn.

    Bent u er niet mee naar de dierentuin geweest?, vraag de commissaris.

    Jawel, zegt de man. Het was een erg goed idee.

    Hij houdt veel van de dierentuin en vandaag gaan we naar de bioscoop.

    Ik ben met een wonderbaarlijke man getrouwd, zegt Maria.

    Hoezo?, vraagt haar vriendin.

    Nou, hij gaat 's avonds met de hond uit en komt 's morgens met een kater terug, zegt Maria.

    Dokter, wat moet ik doen?.

    De honden likken altijd aan mijn vingers als ze me zien.

    Probeert u eens met mes en vork te eten, zegt de dokter.

    Een dame komt in een dierenwinkel en zegt:

    Ik wil graag drie dieren die me aan mijn vorige week overleden man doen denken.

    Dat is erg sympathiek van u, zegt de verkoper.

    Welke wilt u dan hebben?.

    Een hond die de hele dag tegen mij gromt, een papegaai die vloekt en een kater die de hele nacht niet thuiskomt, zegt de dame.

    De pasgetrouwde man komt thuis van zijn werk en vindt zijn vrouw in tranen.

    Je weet toch dat ik een recept had om een boterkoek te bakken?, huilt ze.

    Ik heb de boterkoek gemaakt en daarna buitengezet om hem af te laten koelen.

    Maar nou heeft de hond hem opgegeten.

    Ach, maak je maar niet zo druk, zegt haar echtgenoot rustig.

    We vinden heus wel een andere hond.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 29.

    Een man rijdt met zijn brommer langs een weiland, waar een zwart en een wit paard staat. Plots begint de brommer te stotteren en slaat af. Een vette bougie, zegt het wit paard. De man kijkt verbaasd naar het wit paard en kijkt zijn bougie na en jawel hoor, inderdaad een vette bougie. Hij herstelt dit en rijdt verder. Verbaasd als hij is, gaat hij naar de boer en vertelt hem het hele verhaal. Oh, zegt de boer, dan heb je geluk dat het zwarte paard zich er niet mee bemoeid heeft, die heeft alleen maar verstand van auto's.

    Een pastoor heeft een papegaai die de sterren van de hemel vloekt. Wat de pastoor ook doet, hij kan het niet afleren. Teneinde raad verkoopt hij de papegaai aan een dierenwinkel en hij word bij andere papegaaien geplaatst. Er komt geen onvertogen woord meer uit de bek van de vogel. De winkeleigenaar vraagt aan de vogel, waarom hij nu niet meer vloekt. Wat denk je zegt de papegaai, hier zijn vrouwtjes genoeg, daar heb ik nou jaren om gebeden. En toen dat niet hielp ben ik maar gaan vloeken. En zie, het heeft geholpen.

    Er stapt een pinguïn een café binnen en besteld een rondje voor de hele zaak. En de kastelein mag ook wat te drinken. Dat gaat zo een dikke twee uur door. Waarop die kastelein tegen die pinguïn zegt: Hé vriend, ga je tussen door nog eens betalen, want je rekening loopt aardig hoog op. Zegt die pinguïn: Heb jij weleens een pinguïn met geld op zak gezien. Waarop die kastelein die pinguïn mee naar buiten neemt en hem helemaal in elkaar slaat. Even later komt die pinguïn het café weer binnen en zegt: Een rond voor de hele zaak, alleen voor de kastelein niet, want die word agressief als hij heeft gedronken.

    Er was eens een man met een labrador en een man met een chiwawa. Ze wilden samen ergens gaan drinken en de man van de labrador stelde voor, om bij een chique restaurant te gaan drinken. Daar komen we nooit in, met onze honden, zegt de man van de chiwawa. Doe mij maar gewoon na, zegt de man van de labrador. De man met de labrador loopt op de portier af en zegt: Ik wil graag een tafel. U mag niet met uw hond naar binnen, zegt de portier. Ja, maar meneer, dit is mijn blindgeleindehond. En hij mag doorlopen. Oh, dat kan ik ook, zegt de man van de chiwawa. Hij loopt ook op de portier af en zegt: Ik wil graag een tafeltje. U mag niet met uw chiwawa naar binnen, zegt de portier. Watte?, zegt de man verschrikt. Hebben ze mij een chiwawa als blindgeleidenhond gegeven?.

    Er rent een konijn keihard door het bos, komt die een giraffe tegen die een jointje staat te roken. Gooi weg dat spul, dat is hartstikke slecht voor je, zegt dat konijn. Kom lekker met me mee rennen door het bos, da's veel gezonder. De giraffe vindt dat het konijntje wel gelijk heeft, gooit het jointje aan de kant en rent met hem mee. Het konijn en de giraffe zijn samen lekker aan het rennen en komen verder in het bos een olifant tegen die coke staat te snuiven. Het konijn roept: Gooi weg dat spul, dat is hartstikke slecht voor je. Kom lekker met ons door het bos rennen. De olifant is gelijk enthousiast, blaast de coke aan de kant en zet het samen met het konijn en de giraffe op een lopen. Met zijn drieën huppelen en rennen ze door het bos en komen wat later een leeuw tegen die net een dikke spuit in zijn poot wil zetten. Gooi dat toch weg die spuit, zegt het konijn. Dat is hartstikke slecht voor je. Kom lekker met ons door het bos rennen, da's veel gezonder. Daarop pakt de leeuw het konijn vast en geeft hem een paar flinke beuken. Wat doe je nou leeuw?, zeggen de giraffe en de olifant. Da's toch nergens voor nodig?. Hij wilde je alleen maar helpen. Helemaal niet, zegt die leeuw. Dat kutkonijn laat me elke keer door het bos rennen als ie weer een paar pillen heeft geslikt.

    Er zit een man aan de waterkant. Links heeft hij een emmertje met wormen staan, en rechts ligt een hamer. Er komt een andere man langs die vraagt wat hij aan het doen is. Ik ben aan het vissen, zegt de man. Hoe doe je dat dan?, vraagt de ander. Voor een 10 euro wil ik het wel vertellen, zegt de man. De ander betaalt 10 euro en zegt: Ik gooi een worm in het water, en zodra er een vis naar hapt, geef ik die een klap op zijn kop met mijn hamer. En, is die vis dan doen?, vraagt de man. Nee, want hij had zijn helm nog op.

    Een man zit aan de ontbijttafel te eten, als er plots gebeld wordt. Hij blijft verder eten, terwijl zijn vrouw naar de telefoon loopt en zegt: Met wie spreek ik?, en een paardenstem zei: U spreekt met zijn paard en 't is om te zeggen dat ik zondag niet kan lopen, want ik heb daarnet mijne poot omgeslagen. En hoe is da gebeurd?, vraagt de vrouw en het paard zegt: Tijdens het eten van mijn haver, ben ik van mijn stoel gevallen.

    Een echtpaar was een dagje uit naar de dierentuin. Toen ze bij het apenhuis bij de grote gorilla kwamen, zei de man tegen zijn vrouw, Open je blouse een beetje. Toen ze dat deed, kwam de gorilla dichter bij het raam. Toen zei de man tegen zijn vrouw, probeer nog een paar knoopjes lager. Nadat ze dat deed, sloeg de gorilla zich op zijn borst. Haal je éne borst uit je blouse, zei de man verder. Toen ze dat deed, werd de gorilla helemaal wild en sloeg steeds vaker en harder op zijn borst. Doe je rokje eens omhoog, kijken hoe hij reageert. Nu werd de gorilla helemaal wild en oncontroleerbaar. Hij liep rond in zijn kooi en sloeg zijn kop tegen de ruiten. Toen zei de man tegen zijn vrouw: Doe je slipje eens naar beneden. De vrouw keek eerst eens om zich heen voor ze verder ging met het spelletje. Nu kon de gorilla zich bijna niet meer inhouden en stond letterlijk op knappen. De man opende de kooi daarna en duwde zijn vrouw naar de gorilla toe en gooide de deur dicht. De vrouw keek hem onbegrijpend aan, waarna hij uitriep: En probeer die gorilla nu maar eens te vertellen dat je hoofdpijn hebt.

    Een regenworm en een mier overnachten in een hotel. Net als ze willen gaan slapen klinkt in de kamer naast hen een ontzettend lawaai. Boos kruipt de regenworm uit bed om te zien wie die herrie veroorzaakt. Als hij terugkomt zegt hij tegen de mier: Nou, slapen kunnen we voorlopig wel vergeten. Onze buurman is erg dronken en is zijn schoenen aan het uittrekken. Nou en?, het is een duizendpoot.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 28.

    Heel ver hier vandaan, is er een bos, met veel wilde dieren. Midden in het bos staat een winkeltje, met een hele lange rij. Met beren, konijnen, schildpadden en nog veel meer. Achterin de rij staat een irritante wolf. Die wolf ziet aan zijn rechter zijde een mol voorbij gaan, waaruit volgt dat de wolf hem bij zijn kraag pakt, een tik op zijn hoofd geeft en zegt: Jij bent achter mij, vriend. De mol is een beetje versuft, de rij is inmiddels langer geworden. De mol probeert het maar aan de linker kant van de wolf. Heel voorzichtig loopt hij op zijn tenen. Maar nee hoor, de wolf ziet hem in zijn ooghoeken en gaat als een beest tekeer en smijt hem terug aan het einde van de rij. De mol ziet het niet meer zitten, maar wil het nog één keer proberen. Nu moest de mol iets anders bedenken. Als hij nou snel over die gasten zou springen, zou het dan lukken?. Snel springt de mol over alle dieren heen en komt tot zijn verbazing voorbij de wolf. De mol springt door tot aan de beer voorop, die moet ie wel van opzij passeren want die is gewoon te groot. De hongerige beer, die extra vroeg op is gaan staan voor zijn eerste ontbijt, ziet de mol van links passeren. Zonder te aarzelen geeft de beer een ellenboog in de mol zijn gezicht, geeft nog een paar rake klappen, en smijt hem terug naar het einde van de rij. De mol ziet het helemaal niet meer zitten en zegt: Nou zeg, ik denk dat ik het winkeltje maar niet ga openen vandaag.

    Vader Ooievaar tracht zijn zoon een beetje gerust te stellen tijdens één van moeder Ooievaars regelmatig voorkomende nachtelijke absenties. Huil maar niet, jongen, zegt de vader sussend, je moeder brengt baby's naar de mensen en dat maakt die mensen heel gelukkig. De volgende nacht is het de beurt van de moeder om zoonlief te troosten. Jongen, je vader is zo weer terug als hij de pappies en mammies hun kindje heeft bezorgd. Een paar dagen later zijn vader en moeder Ooievaar vreselijk ongerust, want hun jongen is de hele nacht niet in zijn nest geweest. Als hij eindelijk, bij het krieken van de dag, terugkeert, vragen zijn opgeluchte ouders waar hij de hele nacht geweest is. Oh, ik heb een paar studenten de schrik van hun leven bezorgd.

    Een kippenkweker zit in zijn stamcafé naast een vrouw en bestelt een glas champagne. De vrouw kijkt op en zegt: Kijk nu, ik bestelde ook net een glas champagne. Wat een toeval, zegt de man, want dit is een speciale dag voor mij. Ik heb iets te vieren. Voor mij is het ook een speciale dag en ik ben ook aan het vieren, zegt de vrouw. Wat een toeval, zegt de man. Als ze klinken vraagt hij: En wat ben jij aan het vieren?. Wel, mijn echtgenoot en ik proberen al lang een kind te krijgen en vandaag vertelde mijn dokter dat ik zwanger ben. Wat een toeval, zegt de man. Ik ben een kippenkweker, en jarenlang waren mijn kippen onvruchtbaar, maar vandaag zijn ze eindelijk bevruchte eieren beginnen leggen. Dat is groot nieuws, zegt de vrouw. En hoe werden je kippen vruchtbaar?. Ik veranderde van haan, antwoordt hij. Zij lacht eens en zegt: Wat een toeval.

    Een groepje zakenlui gaat in Alaska op berenjacht. Nadat ze hun bagage in de berghut hebben uitgeladen, geeft de gids hun uitleg over het soort geweer dat ze moeten gebruiken en hoe ze veilig een beer kunnen vangen. Maar één van hen, een Amerikaan, vraagt: Waar zitten die griezels eigenlijk?. De gids wijst in noordelijke richting en waarschuwt: Wanneer u zonder geweer die kant op loopt, bent u er geweest. De Amerikaan stapt ongewapend naar buiten, een paar minuten later zien ze hem op topsnelheid naar de hut rennen met een woedende beer op zijn hielen. Als de Amerikaan bij de deur komt, rukt hij die open, springt opzij, en de beer die niet op tijd kan afremmen, stormt regelrecht de hut in. De Amerikaan slaat de deur dicht en schreeuwt naar zijn collega’s in de hut: Villen jullie deze alvast, dan ga ik er nog een paar halen.

    Een oudere hond liep mijn tuin in. Hij zag er vreselijk vermoeid uit. Maar zo op het eerste gezicht kon ik zien dat hij goed verzorgd was en waarschijnlijk dus een liefhebbende thuis had. Hij kwam op zijn gemakje naar me toe en ik gaf hem een paar klopjes op zijn kop. Daarna volgende hij me mijn huis in, liep langzaam naar de hal, krulde zich op in de hoek en viel in slaap. Een uur later liep hij naar de deur en ik liet hem eruit. De volgende dag was hij er weer, groette me in de tuin, liep naar binnen, zocht zijn plekje in de hal en sliep er weer een uurtje. Op deze manier verliep het een paar weken. Nieuwsgierig geworden klemde ik een briefje aan zijn halsband: Ik wil graag weten wie de eigenaar is van deze mooie, lieve hond en of u zich ervan bewust bent dat uw hond haast elke middag naar mijn huis komt om te slapen. De volgende dag arriveerde de hond voor zijn dutje, met een ander briefje aan zijn halsband: Hij woont in een huis met zes kinderen, waarvan twee jonger zijn dan drie jaar. Hij probeert zijn slaap in te halen. Mag ik morgen met hem meekomen?.

    Een politiehond reageert op een advertentie van de FBI. Je moet eerst aan al onze voorwaarden voldoen, zegt het hoofd personeelszaken. Ten eerste moet je zestig woorden per minuut kunnen typen. De hond gaat achter de typemachine zitten en typt tachtig woorden per minuut. Heel goed, zegt het hoofd personeelszaken, maar je moet ook een fysieke test doen en daarna een hindernissenparcours foutloos afleggen. De hond legt beide tests zonder fouten af in een record tijd. De laatste eis is dat je volledig tweetalig moet zijn, zegt de man van personeelszaken. Vol zelfvertrouwen kijkt de hond hem aan en zegt: Miauw.

     Een vogelkenner staat elke avond als de schemering invalt in zijn tuin uil geluiden te maken. Op een avond wordt zijn roep beantwoord. Een jaar lang converseren hij en zijn gevederde vriend over en weer. Hij houdt zelfs een log bij om te ontcijferen of er daadwerkelijk een conversatie is. Juist op het moment dat hij denkt een doorbraak te hebben op het gebied van vogelcommunicatie heeft zijn vrouw een kort gesprek met haar buurvrouw en zij zegt: Mijn man spendeert elke avond met het roepen naar een uil. Waarop de buurvrouw zegt: Da's toevallig. Die van mij ook.

     U hoeft niet bang te zijn, zei de oppasser in de dierentuin tegen de bezoekers. De leeuw is heel tam, hij is met de fles grootgebracht. Dat ben ik ook, zei één van de bezoekers. Toch ben ik dol op biefstuk en karbonade.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 27.

    Er was een man, en die werkte in een fietsenwinkel. Hij was bezig met benzine, voor een brommer. Opeens komt er een kat binnen, en die dronk al de benzine op. Ze sloeg op hol, en opeens stond ze stil. Weet ge wat er is gebeurd?. De benzine die de kat opgedronken had, was leeg.

    Een aap geeft een cadeau aan een ijsbeer. De ijsbeer doet het pakje open, en er sprint een kikker uit. Ben je geschrokken?, vraagt de aap aan de kikker. Hoe weet jij dat?, vraagt de ijsbeer aan de aap. Je ziet zo wit, zegt de aap.

    De koeien van boer Jansens zijn alweer uit de wei weggelopen, en de boer zegt tegen de knecht: Ga nu een bord schrijven waarop staat: Niet meer uit de wei weglopen. Maar dat kunnen koeien toch niet lezen, zegt de boer. Waarop de boer zegt: Dan schrijft ge het maar in grote koeienletters.

    Vader, ben jij bang voor schildpadden?, vraagt Jantje. Nee, zegt vader. Waarop Jantje zegt: Maar dat zijn toch heel vreedzame dieren?. Waarop vader zegt: Dat zeggen ze allemaal, maar je weet nooit wat zo'n pad in zijn schild voert.

    Er zitten twee goudvissen in een visbokaal, waarvan er éne naar buiten kijkt en zegt: Gelukkig zitten wij binnen lekker droog, want buiten regent het.

    Een jongen ziet voor het eerst een bij, en zegt tegen zijn moeder: Kijk ma, die vlieg heeft een gestreepte truitje aan getrokken.

    Twee kamelen lopen door de woestijn, en zegt de éne kameel: Ik krijg nog eens een bult van al dat lopen.

    Liesje drinkt voor het eerst karnemelk. Geschrokken zet ze het glas op tafel en roept: Ik geloof dat deze koe nog niet rijp was.

    Een man stapt een dierenwinkel binnen en vraagt om 265 kakkerlakken, 3 ratten, 13 spinnen en 18 muizen. Ik heb alleen maar muizen, zegt de verkoper. Waar heeft u die andere dieren voor nodig?, vraagt hij. Ik ga morgen verhuizen, en die huiseigenaar staat erop dat ik mijn huis achterlaat zoals ik erin kwam, zegt de man.

    Is het echt zo vochtig bij jullie thuis?. Ja, het is verschrikkelijk. Vanmorgen zat er een vis in de muizenval.

    Een mannetjes kangoeroe vraagt: Waar is mijn kind?. Zegt de vrouw: Nu weet ik waarom ze zoveel waarschuwen over zakkenrollers.

    Buurman, we zullen geen last meer hebben van die vervelende mol, want ik heb hem een uurtje geleden levend en wel gevangen. En de buurman vraagt wat hij ermee gedaan heeft en hij zegt: Ik heb een put gemaakt in de tuin, en hem levend begraven.

    Een muis en een olifant staan samen aan de rand van het zwembad. Plots zegt de muis tegen de olifant: Voel eens aan het water of het niet te heet is?. En de olifant zegt: Jaja, en mij erin duwen zeker.

    Twee kikkers zwemmen in het water en zegt de éne kikker tegen de andere: Zie je genoeg?. Nee, hoe komt het?. Omdat ik blind ben.

    Ober, wat moet die vlieg in mijn soep?. Weet ik niet meneer. Ik ben hier aanvaard als ober, maar niet als waarzegger.

    Een man komt met zijn paard aan de kassa van een bioscoop en bestel twee kaartjes. Meneer, u wilt toch zeker niet met dat paard naar binnen?. Natuurlijk, hij heeft het boek al twee keer gelezen, en nu wil hij de film zien.

    Ik heb twee goudvissen, maar ik weet niet wie het mannetje en wie het vrouwtje is?. Dat is toch heel eenvoudig. Je strooit een paar korrels in de visbak en als hij hapt, dan is het een manneke en als zij hapt, dat is het een vrouwtje.

    Een heer komt in een dierenwinkel. Ik ben op zoek naar een rustige, zenuwachtige hond. Hoe zegt u?, vraag de verbaasde winkelier. Een onrustige hond. Zo een hond waar mijn vrouw van zal zeggen: Jan, ik geloof dat de hond nodig uitgelaten moet worden. Ga eens een eindje met hem wandelen.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 26.

    Een bouvier en een herdershond zitten in de wachtkamer van een dierenarts. Opeens vraagt de bouvier aan de herdershond, waar hij voor komt. Dat zal ik je vertellen, zegt de herdershond. Gisteren liep de poes van de buren bij ons door de tuin, ik kon me niet beheersen en beet haar dood. Nu krijg ik mijn verdiende loon, een spuit. Wat verschrikkelijk, zegt de bouvier. En de herdershond vraagt: maar wat kom jij hier doen?. Dat zal je vertellen, zegt de bouvier. Gisteren was mijn vrouwke aan het douchen, ze liet de zeep vallen en bukte zich. Ook ik kon me niet inhouden, en ik besprong haar van achteren. Nou, zegt de herdershond, dan zal jij ook wel een spuit krijgen?. Nee nee, zegt de bouvier, want ik kom hier om mijn nagels te knippen.

    Een klein meisje vraagt aan haar moeder: Mama, mag ik met de hond een wandelingetje maken?. Nee, ze staat loops, zegt moeder. Wat wil dat zeggen?, vraagt het kleine meisje. Vraag dat maar eens aan je vader. Ik geloof dat hij in de garage is. Het meisje gaat naar de garage en zegt: Papa, mag ik met de hond gaan wandelen?. Ik heb het moeder gevraagd, maar ze zegt de Belle loops staat en dat ik het jou moest vragen. Breng Belle eens tot bij mij, zegt vader. De vader neemt een doek, dempt die in benzine en wrijft vervolgens de hond de rug in om zo de loopse geur te minimaliseren en zegt: Ok. Je kunt nu met Belle?, enkel toertje om de blok maken maar doe haar een hondenriem aan. Het meisje vertrekt met haar hond om enkele minuten later terug te komen zonder hondenriem en zonder hond. Verrast vraagt de vader: Waar is Belle?. Ze is halverwege zonder naft gevallen en een andere hond tracht haar nu tot hier te duwen, zegt het kleine meisje.

    Er komt een olifant voorbij en die loopt nogal mank. Een muis ziet dat en vraagt aan de olifant, wat er aan de hand is. Ik heb een splinter in mijn poot, zegt de olifant. O, zegt de muis, die wil ik er wel even voor je uittrekken. En de muis trekt de splinter uit de poot van de olifant. Ik ben je eeuwig dankbaar, zegt de olifant. Als ik jou ooit van dienst kan zijn, dan moet je het maar zeggen. Nou, dat komt goed uit, zegt de muis. Ik ben een mannetjes-muis, jij bent een vrouwtjesolifant: Ik heb altijd al een olifant willen neuken. Nou, da's goed, zegt de olifant, ga je gang. Dus die muis loopt naar achteren, kruipt tegen de poot van de olifant op en tilt zijn staart op. Vlakbij in een boom zit een aap. Juist als de muis ten aanval gaat, gooit de aap een kokosnoot keihard op de kop van de olifant. De olifant gooit zijn oren opzij en zijn slurf omhoog: Tetteretetteretetteretet. Waarop die muis roept: Ja, schreeuw maar, schreeuw maar, roept de muis.

    De man loopt rond tussen de hokken en kiest een hond uit. Is die hond wel trouw?, vraagt de man. Trouw?, zegt de ander: Meneer, ik heb die hond al vier keer verkocht, maar elke keer komt hij weer terug, zegt de verkoper.

    Een vrouw gaat naar een bijenhouder en zegt: Eén van uw bijen heeft mij weer gestoken. Zegt de bijenhouder: Duid maar aan welke, dan zal ik hem zwaar straffen.

    Op een morgen klimt een schildpadje helemaal naar boven in een grote boom. Dat duurt de hele dag en als hij eindelijk boven is, springt hij naar beneden en fladdert snel op en neer met zijn pootjes. Hij valt op de grond, maar is gelukkig ongedeerd. Dit schouwspel herhaalt zich enkele keren en telkens valt het schildpadje met een smak op de grond. Op een tak van de boom zit een koppeltje musjes, zegt het vrouwtje tegen het mannetje, zouden we niet beter zeggen dat hij geadopteerd is.

    Er stonden eens twee koeien in de wei. Zegt de éne koe tegen de andere: Meuh, zegt de andere koe: Ge neemt me de woorden uit de mond.

    Wat is het verschil tussen een paard en een ezel?. Er zijn geen paarden die op ezels rijden, maar wel veel ezels die op paarden rijden.

    Een boxer loopt naar de overkant waar zijn vriend de herdershond woont. Hij roept: Hé, Mike, kom je buiten spelen?. Nee, zei Mike, ik mag niet van de baas. Ik moet op het huis passen en ik kan niet naar buiten, want de voor en achterdeur zijn op slot. Nou, zei de boxer, dan spring je toch van het balkon af?. Ja, ik ben gek zeg, roept de herdershond. Als ik dat doe, krijg ik net zo'n platte bek als jij.

    Waarom klinkt het geloei van een koe altijd zo verdrietig?. Ze spelen elke dag met haar tepels, maar ze wordt maar éne keer per jaar gedekt.

    Een vader hoort zijn zoontje aan een konijn vragen: Hoeveel is drie plus twee?. Wat ben jij in godsnaam aan het doen, vraagt de vader aan het jongetje. Wel pa, de meester zegt dat konijnen zo snel kunnen vermenigvuldigen. Maar dat stom konijn kan zelfs nog niet eens optellen.

    Er was eens een olifant aan het zwemmen en ineens hoorde hij een stem die riep: Kom uit dat water en de olifant dacht bij zijn eigen: Waarom zou ik uit het water gaan, ik blijf maar lekker verder zwemmen. Na een tijdje hoorde de olifant weer die stem: Kom uit het water. Het grote grijze dier zag een klein grijs diertje, een muis. De muis zei tegen de olifant: Ga maar terug het water in. De olifant werd boos en zei: Niet met mijn voeten spelen, hé. Waarom moest ik er dan uit, en nu er weer in?. Het was maar om te zien of jij soms mijn zwembroek niet aan had.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    04-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 25.

    De Jef komt thuis van de gemeente en hij vertelt het goede nieuws aan zijn vrouw.

    Onze hond krijgt niet alleen een werkloosheidsuitkering, maar hij krijgt ook nog kindergeld, gratis medische verzorging en een sociale woning aangeboden.

    Een man komt schreeuwend van de pijn bij de dokter en zegt:

    Alstublieft dokter, u moet me helpen, want ik ben gestoken door een wesp.

    Rustig maar, zegt de dokter, ik doe er wel wat zalf op.

    Waarop de man zegt:

    Ja, maar die wesp vindt u nooit meer terug, want die is al kilometers ver weg.

    U begrijpt me niet, zegt de dokter.

    Ik doe wat zalf op de plaats waar u bent gestoken, en de man zegt:

    Ik was in de tuin en ik zat onder de appelboom.

    Waarop de dokter woedend zegt:

    Ik bedoel, op welke gedeelte van je lichaam heeft die wesp je gestoken?.

    En de man zei:

    De wesp heeft in mijn vinger gestoken, en dat doe echt pijn hoor.

    De dokter slaat met zijn vuist op tafel, en vraagt woedend welke wesp het was.

    De man zei: Hoe weet ik dat, alle wespen zien er voor mij hetzelfde uit.

    Er komen twee kippen elkaar tegen, en de éne kip vraagt aan de andere kip:

    Hoe is het met je kinderen?.

    Goed hoor, de éne is advocaat geworden en de andere is uitsmijter, zegt de kip.

    Twee slakken lopen op straat, en ze gaan naar het strand.

    Een slak ziet een naaktslak liggen en zegt:

    Kom, we zijn hier weg, want het is een naaktstrand.

    Een leeuw werd op een morgen wakker, en voelde zich heel gemeen en stoer.

    Hij begon aan een wandeling in de jungle, en dreef een klein aapje in het nauw en brulde:

    Wie is de machtigste van alle dieren in de jungle?, en het levende aapje zei:

    Dat ben jij, machtige leeuw.

    Iets later confronteerde hij een buffel, en gromde gemeen:

    Wie is de machtigste van alle dieren in de jungle?, en de bibberende buffel stamelde:

    Oh, grote leeuw, jij bent de machtigste van alle dieren.

    De leeuw loopt nu over van zelfvertrouwen, stapt op een olifant af en brult:

    Wie is de machtigste van alle dieren in de jungle?.

    Nog voor de leeuw het goed en wel besefte, neemt de olifant hem vast met zijn slurf, slaat hem een tiental keren keihard tegen een boom, gooit hem op de grond, stampt nog een paar keer op de leeuw en loopt rustig verder.

    De leeuw kermt van de pijn, tilt zachtjes zijn kop op en zegt tegen de olifant:

    Je hoeft je niet zo kwaad te maken, gewoon omdat je het antwoordt niet weet.

    Twee mussen zitten samen op een tak, als er plots een straaljager overvliegt en de éné mus zegt tegen de andere:

    Nou, die kan wel gillen zeg, waarop de andere mus zegt:

    Ja, wat zou jij doen, moest je staart in brand staan?.

    Er waren eens drie mannen, en die gingen samen op reis.

    Ze kwamen aan, en gingen naar een hotel.

    De éne sliep boven in een stapelbed, de andere beneden en ook één in de zetel.

    De eerste nacht zei deze die boven in het stapelbed lag, aan deze die in de zetel lag:

    Makker, wil jij boven in het stapelbed slapen, want ik ben gebeten door een mier.

    Ok, hij ging boven in het stapelbed slapen, en werd ook gebeten door een mier.

    De volgende ochtend vroeg hij aan deze die in de zetel had geslapen, of hij ook gebeten was door een mier.

    Nee, ik heb er één doodgeslagen, en de andere zijn weg naar de begrafenis.

    Er komt een olifant in de bus, en zegt de buschauffeur:

    Ik heb nog nooit een olifant in mijn bus gehad, waarop de olifant zegt:

    Ja, en dat is dan ook de laatste keer, want morgen is mijn fietsband weer geplakt.

    Onlangs liep ik op straat, en kom ik daar een huilend eendje tegen.

    Waarom huil je zo?.

    Ik ben daarnet in elkaar geslagen, door een paar hooligans, zegt het huilend eendje.

    Er zijn 3 kangoeroes uit de dierentuin ontsnapt en bij hun terugkeer zegt de éne:

    Wie over die muur kan springen zonder hem aan te raken is gewonnen.

    De grootste kangoeroe springt over de muur, zonder hem aan te raken.

    De iets kleinere kangoeroe springt ook over de muur, maar hij raakt de muur wel aan.

    En de kleinste kangoeroe wil erover springen, maar knalt er tegen.

    Dan ben ik gewonnen, zei de grootste kangoeroe?.

    Nee nee, de kleinste kangoeroe heeft gewonnen, want hij ziet sterretjes boven zijne kop.

    Er staat een koe in de hoek van een wei, stokstijf tegen een prikkeldraad aan.

    Opeens komen er allerlei dieren aan:

    Konijnen, vogels, ratten, muizen, enz..

    Komt er een haas aangelopen, en die vraagt aan de koe:

    Waarom sta je stokstijf recht tegen de prikkeldraad aan en helemaal in de hoek?.

    Waarop de koe zegt:

    Ik had op het nieuws gehoord dat het in het midden van het land ging regenen.

    Op een dag verhuist de Jef naar het plattenland, en koopt bij een oude boer een ezel voor 100 euro.

    De boer moet de ezel de dag erop bij Jef thuis brengen, maar die beruste voormiddag gebeurde er iets en de boer zegt:

    Sorry jongen, maar ik heb slecht nieuws voor u.

    Mijn ezel lag deze ochtend dood, toen ik hem wilde voederen.

    Waarop de Jef zegt:

    Wel dan, geef me gewoon mijn 100 euro terug.

    Waarop de boer zegt:

    Maar dat kan ik niet, want ik heb alles uitgegeven.

    Waarop Jef zegt:

    Wel goed dan, breng me dan toch die ezel maar.

    Waarop de boer vraagt:

    En wat ga je ermee doen?.

    Waarop de Jef zegt:

    Wel, ik ga hem als prijs verloten in een tombola.

    Waarop de boer zegt:

    Maar je kunt toch geen dode ezel verloten?.

    Waarop de Jef zegt:

    Zeker weten van wel, ik zal gewoon aan niemand zeggen dat hij dood is.

    Daarop bedenkt de boer dat het eigenlijk zijn probleem niet is, en vindt dat hij het voorstel van de Jef niet moet afkeuren en hij levert de dode ezel aan Jef.

    Een maand later loopt de boer nog eens bij de Jef langs en vraagt:

    En, hoe is het nu met mijn dode ezel afgelopen?.

    Waarop Jef zegt:

    Wel, zoals ik je al zei:

    Ik heb hem verloot.

    Ik heb in het totaal 500 tombolabiljetten van 2 euro per stuk verkocht, en uiteindelijk een winst gedaan van 898 euro.

    Alleen maar de winnaar, maar ik heb hem onmiddellijk zijn 2 euro teruggegeven en klaar was kees.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 24.

    Een gepensioneerde man gaat naar het OCMW om een uitkering te vragen, en na lange tijd gewacht te hebben is hij aan de beurt.

    De vrouw aan het loket vraagt zijn identiteitskaart, om zijn ouderdom te controleren.

    De man vind ze niet en realiseert zich, dat zijn brieventas thuis heeft laten liggen.

    De man zegt tegen de vrouw dat hij zal naar huis gaan en met zijn identiteitskaart terug zal komen.

    Waarop de vrouw zegt:

    Doe de knoopjes van je hemd eens open, hij opent zijn hemd en de vrouw ziet veel grijs borsthaar.

    Oké, zegt ze.

    Dat zegt genoeg, je bent oud genoeg voor de uitkering.

    Nadat de papieren ingevuld zijn, gaat de man tevreden naar huis en thuis gekomen verteld hij aan zijn vrouw wat hij heeft meegemaakt.

    Waarop zijn vrouw daarop zegt:

    Je had je broek moeten uitdoen, dan kreeg je wellicht nog een invaliditeitstoelage ook.

    Mijn oma is net een dagblad, zegt Peter tegen Hans.

    Hoezo, vertelt ze dan zoveel nieuwtjes?.

    Dat niet, maar ze verschijnt dagelijks.

    Erik huilt tranen met tuiten omdat zijn cavia is gestorven.

    Nou niet huilen Erik, zegt vader.

    Dat deed je ook niet toen opa was gestorven.

    Ja maar die heb ik niet van mijn zakgeld gekocht.

    Een paard komt het café binnen en besteld een glas alcoholvrij bier.

    Waarom bestel je alcoholvrij bier, vraagt de cafébaas aan het paard?.

    Oh, ik moet nog rijden, zegt het paard.

    Twee ezels breken in, en na afloop willen ze de boel in brand steken.

    Vraagt de éne:

    Weet je zeker dat de lucifers het wel doen?.

    Zeker, want ik heb ze gisteren allemaal uitgeprobeerd.

    Een kat komt per ongeluk een vleermuis tegen en zegt:

    Mooi is dat, nu beginnen ze ook nog te vliegen.

    Er zit een paard in een café en die drinkt een glas melk.

    Opeens komt er een koe binnen, en het paard vraagt:

    Sinds wanneer komt de leverancier langs de voordeur naar binnen?.

    Twee slakken komen aan een weg, zegt de éne slak tegen de andere slak:

    Zullen we oversteken?.

    Nee, zegt de andere slak, want ik heb gehoord dat er morgen een bus langs komt.

    Er staan twee paarden in de wei, en ze zijn heel boos op elkaar.

    Zegt het éne paard tegen het ander paard:

    Ik sta morgen heel vroeg op en dan schrijf ik:

    Ezel, op de deur.

    Dan sta ik morgen nog wat eerder op, om het eraf te vegen. Zegt het ander paard.

    Een leeuw zit in een restaurant en de ober zegt tegen de leeuw:

    Alstublieft, hier is de rekening.

    Maar kan ik verder nog iets voor u doen?.

    Ja, zegt de leeuw:

    Breng iemand die de rekening voor me betaalt.

    Er lopen twee pinguïns over straat en de ene zegt pinguïn:

    Waarom ben jij zwart-wit?.

    Ik ben acteur geweest, maar toen was de kleurentelevisie nog niet uitgevonden, zegt de andere pinguïn.

    Het regent en twee vissen zitten in een kom naar buiten te kijken.

    Zegt de éne vis tegen de andere vis:

    Ben ik blij dat we binnen zitten.

    Wat mankeert je hond eigenlijk?, vraagt Jan.

    Niets, hij is alleen maar wat lui.

    Zit hij daarom altijd zo te janken?, zegt Karel.

    Nee, maar hij zit op een cactus en is te lui om eraf te komen en weg te lopen.

    Vader en moeder konijn zitten samen naar de TV te kijken.

    Er is juist een goochelaar bezig met zijn show, en hij tovert het éne konijn na het andere uit zijn hoge hoed.

    Na een tijdje zegt moeder konijn tegen haar echtgenoot:

    Ik weet niet wat jouw mening is, maar ik vind onze manier toch veel leuker.

    Er rijd een man over de snelweg aan 100 km per uur, en plots ziet hij een kip naast zich.

    Hij wrijft in zijn ogen en kijkt nog een keer, maar ziet het echt goed.

    Hij gaat de kip achterna, komt op de boerderij terecht en zegt tegen de boer:

    Ik zag uw kip aan 100 km per uur rijden, kan dat?. Waarop de boer zegt:

    Ja, dat klopt, want ik ben met een experiment.

    Wij zijn met 3 in de familie, en eten allemaal graag kippenbouten.

    Vroeger was het altijd ruzie wie er geen zou krijgen, daarom heb ik een kippenras ontwikkeld met 3 poten en de man zegt:

    Dan smaken ze zeker dubbel zo lekker?, en de boer zegt:

    Ik weet het niet, want ik krijg ze maar niet te pakken.

    Twee olifanten komen elkaar tegen, en één van hen heeft zijn hoofd in het gips.

    Hoe krijgt je dat nu voor elkaar?, wil de andere olifant weten.

    Gisteren was ik een dagje op het platteland.

    Ik ben op bezoek bij een molenaar, en wil uit het raam kijken.

    De molenaar had me net verteld dat er vier wieken aan die molen zaten.

    Dus, ik tel één, twee, drie, vier en ik stak mijn kop uit het raam.

    En op dat moment kwam er toch wel een vijfde wiek aan zeker.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 23.

    Twee kamelen (vader en zoon), staan naast elkaar en zoon kameel vraagt:

    Pa, waarom hebben wij zo lange poten?.

    Wel zoon, dat is voor in de woestijn, zodat wij niet in het zand zouden zakken.

    De zoon denkt nog eens na, en na tien minuten:

    Pa, waarom hebben wij twee bulten op onze rug?.

    Wel zoon, deze twee bulten zijn ook voor in de woestijn.

    Deze dienen voor de mensen, zodat die niet van onze rug zouden vallen.

    Weer tien minuten later.

    Pa, waarom hebben wij zo lange wimpers?.

    Wel zoon, deze hebben wij ook nodig in de woestijn.

    Deze dienen om het zand tegen te houden, anders zien wij niet meer waar we lopen.

    Na een half uurtje denken.

    Pa, waarom is dat nodig?, wij staan toch in Planckendael.

    Er lopen twee muizen over de straat, als er plots een vleermuis voorbij vliegt.

    De éne muis begint te zwaaien.

    Waarop de andere muis zegt: Hé mafkees, waarom loopt jij zo te zwaaien?.

    Waarop hij zegt:

    Dat is mijn neef, die zit bij de luchtmacht.

    Een breedbekkikker maakt een wandeling door het bos, en komt een konijn tegen.

    Hij vraagt aan het konijn: Wat eet jij altijd?.

    Waarop het konijn zegt: Sla.

    Met deze kennis wandelt de breedbekkikker weer verder.

    Even later komt hij een leeuw tegen, en vraagt opnieuw:

    Wat eet jij altijd?.

    Waarop de leeuw zegt: Biefstukken, altijd maar biefstukken.

    Nog wat later komt de breedbekkikker een ooievaar tegen, en vraagt opnieuw:

    Wat eet jij altijd?, en de ooievaar zegt: Breedbekkikkers.

    Waarop de breedbekkikker zegt:

    Och, die zie je hier niet veel.

    Een man gaat naar de dierentuin, en komt een kooi tegen met een aap erin.

    De man had nog nooit een aap aangeraakt, en wou het wel eens doen.

    Voorzichtig stak hij zijn vinger in de kooi, en raakte de aap aan.

    De aap schrok heel erg, begon hard te krijsen en brak de kooi open.

    De man rende zo snel als hij kon weg, maar na drie uur lopen werd hij heel erg moe.

    Hij keek achter zich, maar de aap achtervolgde hem nog steeds.

    Hij stapte in een vliegtuig, vloog naar de andere kant van de wereld en stapte uit, maar de aap achtervolgde hem nog steeds.

    Dus de man ging weer wegrennen, maar na een tijdje werd hij weer moe en gaf het op.

    De aap stormde op hem af, tikte hem aan en zei:

    Och, jij bent het.

    Een jager leest een advertentie in de krant, dat er een unieke jachthond te koop is.

    Hij besluit te gaan kijken, en de verkoper neemt hem mee naar een hok.

    De jager kijkt en zegt:

    Maar dat is gewoon een Labrador.

    Waarop de verkoper zegt:

    Ja, maar deze hond is echt uniek hoor.

    We zullen even een stukje gaan jagen.

    De verkoper haalt zijn geweer, en de twee lopen met de hond naar het meer toe.

    De verkoper knalt op een eend die in de lucht vliegt, en de eend valt in het water.

    De hond loop over het water naar de eend toe, neemt de eend in zijn muil en brengt hem over het water lopend mee terug naar de twee mannen.

    Waarop de jager zegt:

    Dat is inderdaad heel bijzonder, en wat moet die hond kosten?.

    Waarop de verkoper zegt:

    Hij is natuurlijk niet goedkoop, maar voor 2500 euro moogt ge hem hebben.

    Waarom de jager zegt: Watte?. 2500 euro voor een hond die niet kan zwemmen?.

    Een giraf komt terug in de dierentuin en de bewaker vraagt:

    Waarom kijkt je zo chagrijnig?.

    Ik kom van de kapper, en alleen mijn nek uitscheren heb ik 1500 euro moeten betalen, zegt de giraf.

    Er waren twee vissen aan het zwemmen, en plots begon het te regenen.

    Zegt de éne vis tegen de andere vis.

    Zullen we onder die brug schuilen, want ik wordt nat.

    Een man en zijn vrouw stappen een vijf sterren restaurant binnen en de ober vraagt wat ze wilden drinken.

    Waarop de vrouw zegt:

    Voor mij een glas champagne.

    En voor meneer:

    Geef hem maar een glas plat water, zegt zijn vrouw.

    De ober is erg verbaasd, maar goed, hij mag daar immers geen commentaar op geven.

    Na een kwartiertje komt de ober terug en vraagt of ze al hun keuze gemaakt hebben.

    Waarop zijn vrouw zegt:

    Jazeker, voor mij als voorgerecht kroketten met een stuk kreeft, daarna als nagerecht kaas met een aardbeitaartje, en om te drinken mag je me een halve fles Petrus van 1989 geven.

    En voor meneer?. Waarop zijn vrouw zegt:

    Voor meneer een blaadje sla als voorgerecht, daarna gekookte wortelen en als nagerecht een klein glaasje ijs op basis van wortelen en om te drinken een glas groentesap.

    De ober kan het niet laten en vraagt:

    Meneer is zeker op dieet?.

    Waarop zijn vrouw zegt:

    Nee, maar zolang meneer neukt gelijk de konijnen, zal hij eten gelijk de konijnen.

    Op een morgen doet een pastoor de deur van zijn kerk open en vindt daar een dode ezel.

    Hij weet niet goed wat doen en belt naar de burgemeester met het verzoek om het dier te laten weghalen.

    Los uw problemen zelf op, zegt de burgenmeester, die feitelijk een gloeiende hekel aan de pastoor heeft.

    Per slot van rekening is het uw taak om de doden te begraven.

    Daarom bel ik u juist op, zegt de pastoor, want volgens het laatste sacrament moet ik eerst de familie raadplegen.

    Dokter, dokter, komt u alstublieft snel, want mijn vrouw heeft een muis ingeslikt en ik weet niet wat ik moet doen?.

    Waarop de dokter zegt:

    Uw vrouw moet haar mond wijd openhouden, terwijl u er een stuk spek voor houdt.

    Als de dokter ter plekke is, ziet hij dat de man een haring voor haar mond houdt.

    Ik heb toch gezegd dat u het met spek moest doen, mompelde de dokter.

    Dat weet ik ook wel, zegt de man, maar ik ben nu bezig met eerst de kat naar buiten te lokken.

    Je bent zo rood, hebt je soms koorts?, vraagt de ene kip.

    Dat zou best kunnen, want sinds gisteren leg ik alleen nog maar hardgekookte eieren, zegt de andere kip.

    Twee parkieten zitten te zweten in een kooi en de éne parkiet vraagt:

    Heb jij soms geen manier om af te koelen?, want 't is hier zo warm.

    Jazeker, ik zal de kooi open zetten, dan kan je wat afkoelen.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 22.

    In de jungle stapt een olifant op een mierenhoop.

    Die mieren zijn helemaal kwaad en schreeuwen tegen elkaar:

    Nu is onze hele stad kapot.

    We gaan dat beest vermoorden.

    Alle mieren klimmen via de poten op de olifant, maar de olifant schud een keer en alle mieren vallen eraf, behalve één.

    En alle mieren roepen:

    Kom op Jan. Wurg hem.

    Wanneer ik brul, zei de beer, dan davert het halve woud.

    Wanneer ik brul, zei de leeuw, dan beeft de hele jungle.

    En wanneer ik hoest, zei de kip, dan doet de hele wereld het in zijn broek.

    Een politiehond reageert op een advertentie van de FBI en hij gaat ernaar toe.

    Je moet eerst aan al onze voorwaarden voldoen, zegt het hoofd personeelszaken.

    Ten eerste moet je 60 woorden per minuut kunnen typen.

    De hond gaat achter de typemachine zitten en typt 80 woorden per minuut.

    Heel goed, zegt het hoofd personeelszaken.

    Maar je moet ook een fysieke test doen en daarna een hindernissenparcours foutloos afleggen.

    De hond legt beide tests zonder fouten af in een record tijd.

    De laatste eis is dat je volledig tweetalig moet zijn, zegt de man van personeelszaken.

    Vol zelfvertrouwen kijkt de hond hem aan en zegt: Miauw.
     

    Drie muizen zijn aan het opscheppen en de eerste muis zegt:

    Ik heb gisteren in een muizenval gezeten, ik heb 5 ribben gebroken en ik ben niet naar de dokter geweest.

    De tweede muis zegt:

    Ik heb gisteren een hele kom rattenvergif opgegeten en ik ben nog in leven.

    En de derde muis staat stoer op en zegt:

    Ik moet naar huis, want ik moet de kat vandaag nog verkrachten.

    Een ooievaar staat in een park de gebeurtenissen van de dag te overpeinzen.

    Dat zie je aan het feit dat hij doodstil op één poot staat en zijn andere poot ingetrokken. Plotseling ziet hij op een bank in het park een vrijend paartje zitten.

    En nou mag je drie maal raden, wat dacht de ooievaar toen?.

    Hij dacht:

    Als ik mijn andere poot nou ook intrek, dan leg ik op mijn platte bek.

    Wat krijg je als je een schaap met een stekelvarken kruist?.

    Een dier dat zijn eigen trui kan breien
     

    Twee vlooien komen elkaar tegen.

    O, zegt de éne vlo: Ik heb het zo koud, ik heb het zo koud.

    Hoe komt dat dan?, vraagt de andere vlo.

    Ik zat laatst in een café, zegt de éne vlo.

    Toen zag ik een man met een grote baard.

    Ik kruip in die baard, blijkt die vent een motorrijder te zijn.

    Zit ik met tachtig kilometer per uur in de wind.

    Dat is ook niet zo slim, zegt de andere vlo.

    Je moet het doen zoals ik, je moet in een damesslipje kruipen, dan zit je altijd warm.

    Een week later komen de twee vlooien elkaar weer tegen.

    O, zegt de éne vlo: Ik heb het zo koud, ik heb het zo koud.

    Hoe kan dat nou?, vraagt de andere vlo.

    Heb je mijn raad niet opgevolgd dan?.

    Jawel, zegt de éne vlo: Ik was laatst weer in datzelfde café.

    Ik zie een vrouw en ik kruip in haar slipje, het is er lekker warm en ik val in slaap, even later word ik weer wakker en wat denk je.

    Zit ik weer in die baard van die motorrijder.

    Een handelsreiziger rijdt met een gangetje van 80 km/u over een landweg.

    Plotseling ziet hij dat hij ingehaald wordt door een kip.

    Verbaasd geeft hij wat extra gas en haalt de kip met 100 km/u langzaam weer in.

    Even later komt de kip hem echter weer voorbij.

    Nu blijft hij met een snelheid van 120 km/u achter de kip aanrijden, want daar wilde hij het fijne wel eens van weten.

    Ineens slaat de kip handig rechtsaf en komt op een boerenerf tot stilstand.

    De handelsreiziger brengt met gierende banden zijn auto tot stilstand, rijdt even achteruit en gaat ook het boerenerf op.

    Daar treft hij de boer en hij vertelt hem wat hij zojuist heeft gezien.

    Ja dat kan kloppen, zegt de boer.

    Kijkt u maar eens goed naar die kip.

    Krijg nou tieten, roept de handelsreiziger verbaasd, dat beest heeft maar liefst drie poten.

    Ja ,dat zit zo, legt de boer uit:

    Ik woon hier met mijn vrouw en wij hebben één zoon.

    En altijd als we vroeger een kip hadden geslacht, kregen we ruzie, omdat er maar twee poten waren.

    Ik werd dat spuugzat, toen heb ik na lang kruisen en selecteren, een kipperas gefokt met drie poten en die blijken heel snel te kunnen lopen.

    De handelsreiziger ziet wel handel in deze curiositeit en vraagt aan de boer:

    En smaken ze ook een beetje?.

    Dat weet ik niet, zegt de boer, want ik heb er nog nooit één te pakken kunnen krijgen.

    Een jonge egel raakt verdwaald in de tropische tuin van Artis.

    Als het donker wordt slaat de angst toe.

    Elke keer als hij zich aan een cactus stoot fluistert hij in paniek:

    Ben jij dat mammie?.

    Erik komt de dierenwinkel binnen en hij zegt tegen de verkoper:

    Ik wil graag 234 kakkerlakken, 3 ratten, 4 muizen en 20 spinnen.

    Ik heb helaas alleen muizen, zegt de verkoper.

    Waarvoor heb je die andere dieren nodig?.

    Nou, ik ga morgen verhuizen en de verhuurder staat erop dat ik mijn huis achterlaat zoals het was toen ik erin kwam, zegt Erik.

    Een kraai zit op een tak boven in een boom en koestert zich in de zon.

    Een konijn op de grond kijkt naar hem en zegt: Ha kraai, wat zit je lekker te niksen.

    Denk je dat ik ook zo kan luieren?.

    Natuurlijk kun je dat, zegt de kraai, ga je gang.

    En het konijn strekt zich uit in het zand en dut in.

    Even later komt er een vos langs, ziet het konijn en vreet het op.

    Om ongestraft niets te kunnen doen, moet je heel hoog in de boom zitten.

    Een grote, stoere, sterke cowboy stapte de saloon binnen.

    Hij pakte een glas cola en dronk die helemaal leeg.

    Daarna ging hij terug naar zijn paard, maar hij ontdekte dat zijn paard gestolen was.

    Woedend stampte hij terug de saloon binnen en roept:

    Wie nu niet zegt wie mijn paard gestolen heeft, dan zal er hetzelfde gebeuren als in 1999.

    Het werd ijzig stil in de saloon.

    Uiteindelijk durfde iemand te vragen: Wat is er toen gebeurd?.

    Nou, zei de cowboy.

    Toen ben ik te voet naar huis gegaan.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 21.

    Drie mannen willen gaan jagen.

    Bij een groot bos waar ze aankomen staat een bord:

    Jagen toegestaan, permissie vragen bij boer Jansen.

    Ze besluiten toch maar even netjes permissie te vragen bij boer Jansen en rijden naar de erf.

    Daar aangekomen gaat een van de drie mannen naar de boer toe die buiten staat.

    Hij vraagt hem of ze mogen jagen.

    De boer stemt in maar net voordat de de man weg wil gaan vraagt de boer hem om een gunst:

    Ik heb hier een paard staan dat moet worden afgemaakt maar ik kan dat niet over mijn hart krijgen.

    Zou u misschien met uw geweer het paard willen afschieten?.

    De man zegt dat hij dat zal doen en loopt terug naar de auto waar zijn twee maten zitten te wachten.

    Hij besluit een geintje uit te halen en zegt tegen zijn vrienden:

    Die zak van een boer laat ons niet toe, ik schiet gewoon zijn paard af en dan gaan we toch jagen.

    De man legt aan en schiet het paard dood.

    Zo, dat zal hem leren, zegt de man, waarna er nog een schot klinkt.

    Ik heb ook die boer te pakken genomen, laten we nu gaan jagen, zegt één van zijn vrienden.

    Een boer uit Lotenhulle neemt zijn zoon voor het eerst mee naar de grote stad.

    Daar bezoeken ze een winkelcentrum.

    En kijken hun ogen uit en verbazen zich over bijna alles wat ze zien.

    Dan ontdekken ze twee glimmende, zilverkleurige deuren die open en dicht gaan.

    Wat is me dat?, vraagt de zoon.

    Vader, die ook nog nooit eerder een lift heeft gezien, zegt:

    Ik heb geen flauw gedacht van wat dat is, ik dat nog van mijn leven niet gezien.

    Terwijl vader en zoon zich met open ogen en mond aan het mirakel vergapen, stapt een oud vrouwtje in de smalle ruimte.

    De deuren sluiten en vader en zoon zien hoe de witte lampjes aanspringen boven de muur. Ineens stoppen de lampjes om vervolgens de tegenovergestelde richting in te gaan.

    De deuren openen en een bloedmooi meisje van 24 stapt naar buiten.

    De vader draait zich in een ruk om en roept naar zijn zoon en zegt:

    Ga direct uw moeder halen.

    Een 80 jarig boertje gaat voor het eerst vliegen.

    Een beetje nerveus stapt hij in en gaat zitten.

    Het vliegtuig gaat helemaal naar links en de boer zegt:

    Ja, dat had ik wel gedacht.

    De piloot kijkt eens achterom en denkt er het zijne van.

    Ze vliegen een tijdje verder en op een gegeven moment gaat het vliegtuig helemaal naar rechts.

    Ja, zegt de boer, dat had ik ook wel gedacht.

    Na weer een tijdje gevlogen te hebben maakt het vliegtuig een looping en de boer zegt:

    Nee, dat had ik niet gedacht.

    Na een veilige landing loopt de piloot naar de boer toe en vraagt hem wat hij wel gedacht had en wat hij niet gedacht had.

    Zuchtend zegt de boer:

    Ik had wel gedacht dat ik in mijn broek zou zeiken en in mijn broek zou schijten.

    Maar dat het mijn nek in zou lopen, nee dat had ik niet gedacht.

    Zijn moeder schrijft terug:

    Beste zoon, wij zijn gelukkig met de geboorte van uw kind.

    Met de rest moet je niet inzitten, want toen je klein was wilde je ook niet zogen aan mijn borsten, en gezien wij op een boerderij woonden hebben wij je direct aan de koe gelegd, om aan haar spenen te zuigen.

    Dat is de reden waarom je nu zo'n KALF geworden bent.

    Een Limburgse boer krijgt bezoek van een Amerikaanse boer.

    Als de Limburgse boer de Amerikaanse boer van het vliegvel haalt in Beek, Limburg vraagt de Amerikaan: What is this?.

    De Limburgse boer zegt daarop: Well, this is an airport.

    De Amerikaanse boer barst in lachen uit en zegt dat het bij hun veeeeeeeeel en veeeeeel groter is.

    Na een tijdje rijden ze langs de DSM in Sittard (chemische Fabriek) en wederom vraagt de Amerikaan wat dat is...

    De Limburgse boer vertelt hem dat DSM een Chemische fabriek is, waarop de Amerikaan weer op zijn beurt keihard begint te lachen en zegt dat het bij hun veeeeeeel en veeeeeeeel groter is.

    De Limburgse boer begint zich nu flink te irriteren aan het opschepperige gedrag van de Amerikaan, maar zwijgt er verder over.

    Hij denkt: Wacht maar totdat we op mijn boerderij komen, dan weet ie niet wat hij ziet.

    Aangekomen op de boerderij van de Limburgse boer vraagt de Amerikaan alweer wat dat is en de Limburgse boer legt uit dat dat zijn boerderij is.

    De Amerikaan begint weer keihard te lachen en zegt dat zijn boerderij veeeeeeeeeel en veeeeeeeel groter is.

    Op datzelfde moment loopt er een ezel over het erf van de boerderij, de zeer opgefokte Limburgse boer pakt zijn jachtgeweer en schiet die ezel neer.

    Waarop de geschrokken Amerikaan vraagt: What are you doing?.

    Dan zegt de Limburgse boer:

    Yeah, those damn rabbits over here.. they are making me sick.

    Er rijd een meneer langs een boerderij.

    Plots hoort hij: Plets.

    Hij stapt uit de auto en kijkt waarover hij heeft gereden.

    Hij ziet een platte kip.

    Hij gaaat de boerderij in en zegt tegen de boer:

    Ik heb hier een kip van je.

    Kan niet, ik heb geen platte kippen, zegt de boer.

    Een marsmannetje en een marsvrouwtje landen op aarde bij een boerderij.

    Zullen we van vrouw ruilen, zegt de boer?.

    Oké, zegt dat mannetje, en kruipt met de boerin in bed.

    Wat heb jij een kleine zegt deze, o zegt dat mannetje:

    Draai eens aan mijn oren en zijn lul groeit en groeit.

    ‘s ochtends zegt de boerin tegen de boer:

    Ik had de nacht van mijn leven.

    Ik niet, zegt de boer, dat vrouwtje draaide de hele tijd aan mijn oren.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee aangrijpende Kerstsprookjes.

    Ja mannekes, Kerstsprookjes zijn mooi om te lezen, maar ze kunnen ook droevig zijn om ze te horen.

    Daarom heb ik er twee uit mijne duim gezogen.

    En wie graag van sprookjes houd, kan het nu lezen.

    Er was eens een jong meisje dat na de scheiding van haar ouders, heel droevig en eenzaam door het leven ging.

    Op ne zekere dag schreef ze ne brief naar de Kerstman, om te vragen of hij haar wens niet in vervulling niet kon doen gaan.

    In die brief stond te lezen:

    - Lieve Kerstman, ik ben Mieke, een meisje van zeven jaar en na vele ruzies die er elke dag waren, zijn mijn ouders uit elkaar gegaan en hebben ze mij achtergelaten.

    - Lieve Kerstman, kan jij mij misschien niet helpen, om mijn ouders weer bij elkaar te brengen?.

    - Lieve Kerstman, ik zou dan weer een heel gelukkig meisje zijn, mocht u mijn wens in vervulling doen gaan.

    De Kerstman las die brief en deed al het nodige om het meisje te helpen, en na veel zoek- en speurwerk is hij er in geslaagd om vader en moeder weer bij elkaar te brengen en ze te verenigen.

    Kerstmis was aangebroken en opeens werd er aan de deur gebeld.

    Het meisje deed de deur open en de Kerstman vertelde haar het goede nieuws.

    Nu zijn vader, moeder en de dochter terug bij elkaar en kunnen ze samen een gezellige Kerstmis vieren.

    Ook de Kerstman was gelukkig, omdat hij de wens van het meisje tot een goed einde heeft gebracht.

                                      Tweede Kerstsprookje.

    Het tweede gaat over een jongetje dat te kampen heeft met een ongeneeslijke ziekte.

    Jantje was zeven jaar, ongeneeslijk ziek en hij mocht van de juffrouw in de klas een brief schrijven naar de Kerstman, om een wens te vragen.

    De jongen begon te schrijven en schreef:

    - Lieve Kerstman. Ik ben Jantje en ik ben ziek.

    - Ik wil geen geschenk in een pakske met rood papier en een grote strik er rond.

    - Ik wil eigenlijk mijn ouders terug zien, want ze zijn omgekomen bij een auto-ongeluk.

    - Ik wil enkel een foto van hen, want ik heb daar geen één van, omdat ik maar één jaar oud was toen ze stierven.

    De directrice van de school kende alle kinderen.

    Ze las dan ook alle brieven voor, zelfs de brief van Jantje las ze voor.

    Ze ging met zijn grootouders spreken, om te vragen of zij geen foto hadden van hun dochter en schoonzoon van voor het ongeluk.

    Opa ging onmiddellijk op zoek en vond de allerlaatste foto die genomen werd, deze van hun huwelijk.

    De grootouders van Jantje zouden dat met de school zo regelen dat de Kerstman hem zelf zou komen afgeven thuis bij Jantje.

    De avond voor Kerstmis zit de Jantje bij zijn grootouders onder de kerstboom de pakskes te openen, als er plots gebeld wordt.

    De Kerstman komt binnen en geeft aan Jantje een omslag en zegt:

    - Jantje, ik heb je brief ontvangen en een foto in de hemel gemaakt van je ouders.

    - Jantje doet de omslag open en ziet de foto van zijn overleden ouders.

    Op zijn aangezicht verschijnt er een grote glimlach en zegt:

    - Lieve Kerstman, ik ben zeer gelukkig.

    - Nu weet ik dat ik mijn ouders snel zal vinden, als ik in de hemel kom.

    De jongen gaat naar zijn bed met de foto in zijn hand. Die avond overlijd hij aan zijn ongeneeslijke ziekte, met een vredige glimlacht op zijn gezicht en met de foto in zijn hand.

    PS. Dit zijn twee aangrijpende Kerstsprookje, maar toch zit er in beiden een beetje waarheid in hoor.

    Groetjes van flipper de flip.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    03-12-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 20.

    Twee honden zijn verdwaald in de woestijn.

    Dan gromt één van hen en zegt:

    Als we nou niet heel een boom tegenkomen, doe ik het in mijn broek.

    Een man staat in een dierenwinkel en ziet een papegaai met twee kettinkjes aan zijn poten.

    De man vraagt aan de eigenaar van de zaak:

    Waar zijn die twee kettinkjes voor?.

    Nou, zegt de man.

    Als je aan het rechter touwtje trekt, roept hij goedemorgen en als je aan het linker touwtje trekt, roept hij goedenavond.

    De man vraagt daarop:

    Wat gebeurt er dan wanneer je aan allebei de touwtjes trekt?.

    Hierop roept de papegaai:

    Dan val ik om, sukkel.

    Tip voor duivenliefhebbers:

    Kruis uw duiven met papegaaien.

    Mochten ze verkeerd vliegen, dan kunnen ze altijd nog de weg vragen.

    Drie Amerikaanse mannen zitten te jagen in de Amerikaanse bossen.

    Tenslotte zegt er één:

    We kunnen wel eens in Afrika gaan jagen op de olifanten enzo, waarop de andere twee zeggen:

    Ja, dat lijkt ons leuk idee.

    De volgende maand zaten de drie al in het vliegtuig naar Afrika.

    Toen ze daar aankwamen gingen ze naar het hotel, en de volgende dag gingen ze jagen in de Afrikaanse bossen.

    Ze splitste zich in drieën, om een wedstrijdje te spelen wie het meest had geschoten.

    Die avond schepte ze alledrie op over hun buit en de één zegt:

    Hé, wat heb jij allemaal geschoten?, waarop hij zei:

    Drie olifanten, vijf giraffen en nog wat gnoes en de ander zegt:

    Das niks, ik heb zes giraffen, vier olifanten, drie leeuwen en drie gnoes.

    De laatste zegt:

    Ik heb 28 no no's geschoten.

    De andere 2 vragen wat is een no no?.

    Dat weet ik ook niet, maar ze riepen allemaal no no please no.

    Hoe roep je een hond zonder poten?.

    Het maak niet uit, want hij komt toch niet.

    Brigadier Jef vindt een loslopende aap in de wandelstraat.

    Hij gaat met zijn vondst naar de commissaris en deze zegt:

    Ga daar maar vlug mee naar de Zoo.

    ‘s Anderdaags ziet de commissaris Jef wandelen met dezelfde aap in de Stationstraat.

    Hij roept Jef en zegt:

    Ik had je gisteren toch gezegd, om met deze aap naar de Zoo te gaan?.

    Ja zegt Jef, daar zijn we gisteren geweest, vandaag gaan we naar cinema.

    Twee vlooien zijn naar het vlooientheater geweest.

    Als ze buiten komen, plenst het pijpenstelen.

    Gaan we te voet, of met de hond, zegt de ene vlo tegen de andere vlo.

    Er waren eens twee slangen die naast mekaar zaten.

    Plots zegt de éne slang tegen de andere:

    Ik hoop dat ik niet giftig ben, zegt plots een slang.

    Waarom niet?, vraagt de andere slang.

    Ik beet daarnet op mijn tong.

    Een man heeft een heel speciale hond die op een dag sterft, de man is heel verdrietig.

    Zijn vrouw stelt voor een nieuwe hond te kopen, maar de man zegt:

    Zo'n speciale hond vind je niet meer.

    De vrouw besluit toch om na haar werk naar het dierenasiel te gaan, en een hond te kopen.

    Ze vraagt aan de man van de receptie:

    Hebt u een speciale hond?, en de man zegt:

    Natuurlijk, kom maar mee.

    Wat later zijn ze bij de speciale hond en de verkoper zegt:

    Deze hond kan karate, kijk maar:

    De hond pakte een stoel en maakt de stoel in stukken van één, waarop de vrouw zegt:

    Dat kan toeval zijn, probeer het nog eens.

    Oké, zegt de man.

    De hond pakte een tafel en met een karateslag viel de tafel in stukken van één en de vrouw koopt de hond.

    Als ze thuis komt zegt ze het tegen haar man dat de hond karate kan, waarop de man zegt : karate, mijn klote.

    Vier schildpadden gingen picknicken.

    Ze namen koekjes, bier, en appels mee.

    Na een jaartje of twintig waren ze op de plek aangekomen.

    Ze wilden eerst bier drinken, maar toen zagen ze dat ze de flesopener vergeten waren.

    Dus iemand moest terug gaan en Twarrel (de jongste) bood zich aan:

    Ik ga, op één voorwaarde:

    Jullie moeten niks eten.

    De anderen vonden het goed.

    Dus Twarrel ging.

    Hij was al een jaar onderweg twee, drie, vier jaar en na een jaartje of vijftien werd één van de oude schilpadden ziek.

    De anderen vroegen wat zijn laatste wens was, en hij zei:

    Ook al hebben we het beloofd, maar toch wil ik graag een koekje.

    En precies op het moment dat hij het koekje in zijn mond stopte, sprong Twarrel uit de struiken en zei:

    Zie je wel, ik ga gewoon niet.

    Er zitten twee vliegen op een heerlijke paardenvijg, zegt de één tegen de ander:

    Zal ik jou eens een leuke mop vertellen?.
    Zegt de ander:

    Als het maar geen vieze mop is, want ik zit net lekker te eten.

    Zegt een vrolijke giraf tegen een droevige:

    ’t Is toch handig hè, met onze lange nekken in die hoge bomen, zegt een vrolijke giraf.

    Nou nee, niet als je je wilt verhangen, zegt een droevig giraf.

    Een olifant en een kameel komen elkaar tegen, en de olifant vraagt aan de kameel:

    Waarom staan u tetten op uwe rug?.

    Dat is toch een rare vraag, zegt de kameel, voor iemand die rondloopt met zijn lul op zijn bakkes.

    Waarom mogen konijnen niet met de kaarten spelen?.

    Omdat ze anders al de klavers zouden opeten.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 19.

    De eerste avond rinkelt de telefoon al op zijn kamer, angstig neemt hij op, het is inderdaad zijn knecht aan de lijn.

    Baas, mijn schup is kapot.

    Moet ge mij daarvoor opbellen, sukkel.

    Ik dacht dat het iets ergs was.

    Hoe kwam het?. Wel, ik was de hond aan het begraven en...

    Wat, is onzen Blackie dood?.

    Hoe dat zo?. Ja, hij zat nog in de schuur toen die afbrandde.

    Mijn schuur?.

    Hoezo, stond die in brand?.

    Ik vermoed dat de vlammen van de boerderij zijn overgeslagen he.

    De boerderij?.

    En hoe kwam dat die in brand stond?.

    Vermoedelijk een omgevallen kaars, zegt den brandweer.

    Een kaars?.

    Maar manneke, wij hebben al jaren elektriciteit.

    Neenee, één van die kaarsen die op de kist van uw vrouw stond.

    Ik rij in mijn auto.

    Op een boerenlandweg staat er midden op de weg een berg stenen meteen zwaailicht.

    Ik vraag aan een boer: Waarom staat dat zwaailicht op die berg stenen?.

    Anders rijden de auto's tegen de berg stenen, zegt de boer.

    Waarom staat dieberg stenen dan op de weg?, vraagt die boer.

    Om het zwaailicht op te zetten.

    Een boerin moest elke dag haar man de boer en zijn knecht helpen.

    Maar er werd ook verwacht dat ze voor het eten zorgde.

    Op een dag zegt de boer:

    Gatverdamme, alweer bruine bonen en gooit meteen zijn stoel door het raam naar buiten.

    De knecht staat op en gooit ook zijn stoel naar buiten. Waarop de boer vraagt:

    Wat ben jij aan het doen?.

    Ik dacht dat we buiten gingen eten, zegt de knecht.

    Een vrouw koopt van een boer twintig eieren.

    De volgende dag is ze weer bij de boer.

    Die eieren waren allemaal leeg en woedend zegt ze:

    Dan rent de boer net zo woedend naar het kippenhok en schreeuwt:

    Wie van jullie gebruikt de pil.

    Een jong koppelke liggen in de auto langs een landwegske van hun gat te geven.

    Als ze hun werk gedaan hebben willen ze terug vertrekken, maar de wielen van de wagen slippen in de modder.

    Ik zal duwen, stuur jij, zegt de jongen.

    Geen centimeter geraakten ze vooruit.

    Misschien als we onze pull voor de wielen leggen, dat er dan beweging inkomt, zegt het meisje.

    Zo gezegd zo gedaan.

    Maar de wielen draaien zo hard door dat de kleren in de boom terecht komen.

    Dan maar geprobeerd met de rok en de broek maar steeds geen resultaat.

    Beiden staan ze nu naakt naast hun wagen. 

    Wat nu gedaan?, zegt het meisje.

    We zullen wachten tot het donker wordt, en dan zullen we in dat hoevetje hier wat verder hulp gaan vragenn zegt de jongen.

    De avond valt en de jongen zegt:

    Het is de moment om hulp gaan te vragen, hier neem mijn schoen en hou die voor uw poes, zodat de boer u niet helemaal naakt ziet.

    Ik blijf hier in de auto wel wachten.

    Het meisje vertrekt richting het hoevetje.

    Met de schoen voor haar poes gehouden klopt ze aan bij de boer.

    De boer doet open.

    Dag meneer den boer, mijn vriend zit vast, zou jij er hem misschien kunnen uittrekken met je tractor, zegt het meisje.

    Hij bekijkt het meisje en ziet ook de schoen.

    Ja, maar, juffrouw, als uw vriend zo diep steekt, zal ik ook niet veel meer kunnen helpen, zegt de boer.

    De eerste avond rinkelt de telefoon al op zijn kamer, angstig neemt hij op, het is inderdaad zijn knecht aan de lijn.

    Baas, mijn schup is kapot.

    Moet ge mij daarvoor opbellen, sukkel.

    Ik dacht dat het iets ergs was.

    Hoe kwam het?.

    Wel, ik was de hond aan het begraven en...

    Wat, is onzen Blackie dood?.

    Hoe dat zo?.

    Ja, hij zat nog in de schuur toen die afbrandde.

    Mijn schuur?.

    Hoezo, stond die in brand?.

    Ik vermoed dat de vlammen van de boerderij zijn overgeslagen he.

    De boerderij?.

    En hoe kwam dat die in brand stond?.

    Vermoedelijk een omgevallen kaars, zegt den brandweer.

    Een kaars?.

    Maar manneke, wij hebben al jaren elektriciteit.

    Neenee, één van die kaarsen die op de kist van uw vrouw stond.

    Twee kameraden maken samen een ritje op de moto.

    De man achterop krijgt veel last van de koude en doet zijn kompaan stoppen.

    Hij besluit zijn jas achterstevoren aan te trekken om zodoende minder last van de wind te hebben.

    Na een tijdje gereden te hebben kijkt de bestuurder achterom en merkt tot zijn verbazing dat zijn vriend verdwenen is.

    Hij keert terug tot hij enkele mensen naast de kant van de weg ziet staan.

    Het zijn enkele verbaasde boeren die over zijn kameraad staan gebogen.

    De motorrijder vraagt al bevend:

    Wel, hoe is met hem?.

    Hij zag er goed uit, totdat we probeerden zijn hoofd terug op zijn plaats te zetten, zegt de boer.

    Een 80 jarig boertje gaat voor het eerst vliegen.

    Een beetje nerveus stapt hij in en gaat zitten.

    Het vliegtuig gaat helemaal naar links en de boer zegt:

    Ja, dat had ik wel gedacht.

    De piloot kijkt eens achterom en denkt er het zijne van.

    Ze vliegen een tijdje verder en op een gegeven moment gaat het vliegtuig helemaal naar rechts.

    Ja, zegt de boer, dat had ik ook wel gedacht.

    Na weer een tijdje gevlogen te hebben maakt het vliegtuig een looping en de boer zegt:

    Nee, dat had ik niet gedacht.

    Na een veilige landing loopt de piloot naar de boer toe en vraagt hem wat hij wel gedacht had en wat hij niet gedacht had.

    Zuchtend zegt de boer:

    Ik had wel gedacht dat ik in mijn broek zou zeiken en in mijn broek zou schijten.

    Maar dat het mijn nek in zou lopen, nee dat had ik niet gedacht.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 18.

    Waarom heeft een olifant rode stippen op zijn huid?. Om hem te verstoppen tussen de aardbeistruiken.

    Heb je ooit al eens een olifant tussen de aardbeistruiken gezien?. Nee?. Hij kan hem goed verstoppen hé.

    Waarom is een schaap blij als hij kan lopen?. Omdat hij vroeger nog lam is geweest.

    Waarom heeft een krokodil zo'n grote bek?. Anders passen zijn tanden er niet in.

    In mei leggen alle vogeltjes een ei. Dus, moeten ze in april allemaal van bil.

    Liesje koopt een kevertje in een potje, en de volgende dag is hij weg. Ze doet het potje met de kever in een koffer en de volgende dag is hij weer weg. Ze koopt een nieuwe en stopt die in een potje, en stopt dat potje in een koffer en in een grote kist. De volgende dag is het kevertje weer weg en Liesje wil haar handen gaan wassen en wat denk je dat er uit de kraan kwam?. Water natuurlijk.

    Een piraat zegt tegen zijn papegaai: Je moet alles onthouden wat ik zeg. Oké, zeg de papegaai. Als de piraat aan het kaarten is roept de piraat in eens: Hey, jij speelt vals. De papegaai denk, dat moet ik onthouden. Wat later op de dag roep de piraat: Mooie duik. Dus, de papegaai onthoud dat ook weer. Weer wat later zegt de piraat: Bergen in zicht. Als de piraat dood is, word de papegaai verkocht aan een mevrouw. Als die vrouw klaar staat om te springen, roept de papegaai: Hey, jij speelt vals en dan springt de vrouw in het water. De papegaai zegt dan: Mooie duik. De vrouw komt boven water en hare b.h. valt af en dan zegt de papegaai: Bergen in zicht.

    Twee mannen gaan vissen, maar na vijf uur hebben ze nog altijd geen vis gevangen. Er is wel een jongen en hij vangt ieder vijf seconden een vis. Zegt de éne man tegen de andere: Zullen we vragen hoe hij dat doet en de andere zegt: Nee, ’t is te schaamtelijk. Nog vijf uur later, en nog altijd geen vis gevangen. Nu vragen ze het wel aan de jongen en de jongen zegt: Ge moet gewoon in het water gaan staan en de vissen komen vanzelf naar de worm. De twee mannen proberen het en ja hoor, het werkt. De éne man haalt ook om de vijf sec een vis uit het water, maar de andere man niet. De éne man vraagt: Komen er geen vissen naar jou?, en de andere man zegt: Jawel, maar ik laat ze nog efkes doen.

    Er loopt een man door de woestijn, zonder water en met vreselijke dorst. Dan komt hij een man op een kameel tegen en zegt: Water, water alsjeblieft. Sorry, maar ik verkoop alleen stropdassen, zegt de man. De dorstige man kruipt voort. Even later komt hij weer een man op een kameel tegen. Water, water, alstublieft. Sorry, meneer ik verkoop alleen stropdassen, zegt de man. Na een tijdje ziet hij opeens een restaurant in de woestijn en zegt: Eindelijk drinken. Denkt hij en kruipt met zijn laatste krachten naar het restaurant. Bij de deur wordt hij tegen gehouden. Zonder stropdas komt u er echt niet in, meneer.

    Waarom ligt een konijn eerder in bed dan een hond?. Hij hoeft maar twee tanden te poetsen.

    Er zitten twee vliegen op een kaal hoofd. Zegt de éne tegen de andere: Weet je nog, hier speelden wij vroeger verstoppertje.

    Tijdens de kruistochten valt een ridder met harnas in slaap. Er komen twee leeuwen langs. Zegt de éne leeuw tegen de andere: Laten we deze keer maar doorlopen. Ik wil ook niet altijd uit blik eten.

    Er zaten eens twee koeien in de weide. Eén van de beide koeien zat de ganse tijd met haar uier te schudden. Waarbij de andere vroeg: Waarom doe je dat heel de tijd?, waarop de koe zegt: Morgen is het mijn verjaardag, ik maak alvast de slagroom, voor op de taart.

    Drie katten zitten te praten over wat ze zullen doen als ze de lotto winnen en de eerste kat zegt: Als ik de lotto win, dan open ik een melkfabriek. De tweede kat denkt aan een fabriek voor kattenvoer, maar de derde kat zou haar geld eerder in een bierbrouwerij steken. Waarom?, willen de andere katten weten. Waarop de derde kat zegt: Dan heb ik iedere dag een kater.

    Twee ijsberen zijn samen in de woestijn. Zegt de éne ijsbeer tegen de andere ijsbeer: Het heeft hier erg gesneeuwd, want ze hebben veel zand moeten strooien.

    Je loopt in een bos en je merkt na een tijdje dat er allemaal eekhoorntjes achter je aan komen. Hebt je enig idee, waarom?. Ze hebben nog nooit zo'n grote eikel gezien.

    Twee slakken staan op de stoep. Zeg de éne tegen de andere: Kom, we steken over. Nee, want volgende week komt er een bus voorbij.

    Er staan twee koeien in de wei, en de éne koe staat te springen. Vraagt de andere koe: Waarom staat je daar zo te springen?. Ik ben bezig met de slagroom te kloppen voor morgen, want ik ben morgen jarig.

    Met hoeveel pootjes loopt een duizendpoot over een mesthoop?. Met 999, want hij gebruikt er ééntje om zijn neus dicht te knijpen.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 17.

    Een kip zei tegen een andere, dat het niet plezant is om oud te worden. Ik krijg er kippenvel van, zei de andere kip.

    Waarom durven koeien niet zingen?. Omdat ze schrik hebben dat de andere koeien boe gaan roepen.

    Een duizendpoot heeft last van voetschimmel. Hij loopt alle dieren van het bos bij langs voor raad, maar niemand kan hem helpen. Totdat hij bij de uil komt en die zegt: Wordt mier, dan heb je veel minder last. Opgelucht gaat de duizendpoot naar huis, maar onderweg bedenkt hij zich: Hoe word ik een mier?. Hij gaat terug naar de uil en vraagt hem: Hoe word ik mier?, en de uil zegt: Ja hoor eens, ik ben alleen voor beleidszaken.

    In een geheel leeg café stapt een Orang-Oetan naar binnen en gaat aan de bar zitten en besteld een biertje. De cafébaas denkt, ik kan wel wat verdienen aan die aap, het café liep toch al slecht. Hij brengt het biertje en zegt: Da's dan 65 gulden. De Orang-Oetan trekt ergens uit zijn vacht 65 gulden. Vervolgens besteld de aap nog een pilsje en de cafébaas zegt: Da's weer 65 gulden. Zo gaat dat een tijdje door tot de Orang-Oetan 5 biertjes heeft gedronken. De cafébaas wil nu toch wel eens een praatje met de aap maken. Hij stapt op hem toe en zegt: Dat gebeurt niet vaak, dat een Orang-Oetan in dit café komt. Nee, zegt de aap en vind je het gek als je 65 gulden voor een biertje moet betalen.

    Kijk daar, een fazant, zegt de jager tegen zijn collega en zegt: Die kan zijn testament wel maken. Hij mikt en schiet, maar de fazant vliegt rustig weg, waarop zijn collega zegt: Ik denk dat het beest eerst nog even naar de notaris moet.

    Een kok is een kip aan het plukken. Hij stopt de kip in de pan, maar vergeet het vuur aan te steken. Na een kwartier komt de kip naar de kok gewandeld en zegt boos: Zeg, nou geef je of mijn veren terug, of je steekt het vuur aan, want ik sterf van de kou.

    Twee olifanten komen elkaar tegen. Eén van hen heeft zijn hoofd in het gips. Hoe krijg je dat nou voor elkaar?, wil de ander weten. Gisteren was ik een dagje op het platteland. Ik ben op bezoek bij een molenaar en ik wil uit het raam kijken.

    Er komt een man in een verfwinkel binnen en die wil weten of het mogelijk is om zijn vogel kanariegeel te verven. De winkelier raadt het hem af en waarschuwt dat de vogel hier dood aan kan gaan. Maar de man is eigenwijs en gaat toch met de verf naar huis. Een paar dagen later komt de man terug in de winkel en de winkelier vraagt hoe het gegaan is. De man zegt, de vogel is dood. Dat zei ik toch, zegt de winkelier. Maar ik heb hem niet geverfd. Bij het afbranden ging het al fout.

    Een cowboy loopt een bar binnen. Hij biedt 100 € aan die persoon die zijn paard aan het lachen kan brengen. Een vent staat op en fluistert iets in het oor van het paard en het paard begint te schateren van het lachen. Een week later komt de cowboy terug en biedt 200 € voor de persoon die zijn paard aan het huilen kan brengen. Dezelfde kerel van de week daarvoor neemt het paard mee naar het toilet en kort daarna komt het paard terug, huilend als een baby. Verbaasd vraagt de cowboy hoe de kerel dat voor elkaar gekregen heeft. De kerel zegt: Vorige week heb ik het paard verteld dat ik een grotere lul heb dan hem en vandaag heb ik het hem laten zien.

    Een man stapt het café binnen en bestelt een pot bier. Hij kijkt wat in het rond en ziet opeens een pot met 5 € muntjes staan. Hij vraagt de barbier waar die pot voor dient. Nou, zegt de barbier, zie je die deur achter in de zaak?. Daarachter staat een paard. Als je het paard aan het lachen krijgt, krijgt u de pot. Op voorwaarde dat je bij elke keer dat je probeert een 5 muntjes in de pot stopt. De man stopt een 5 muntjes in de pot en loopt naar binnen. Als hij terug komt doet het paard niets anders dan lachen, gieren, brullen. De man krijgt de pot en vertrekt. Na een paar maanden komt dezelfde man weer en ziet weer een pot staan met 5 muntjes. Nieuwsgierig vraagt hij of hij het paard nog een keer aan het lachen moet krijgen. Nee, zegt de barbier, sinds u hier laatst was doet het paard niets anders meer dan lachen. Wie het paard stil krijgt, mag de pot mee naar huis nemen. De man doneert een 5 muntjes en loopt naar binnen. Even later komt hij weer naar buiten en het paard is doodstil. De man pakt de pot en wil vertrekken, maar de eigenaar vraagt hem om zijn geheim. Nou, zegt de man, de eerste keer vertelde ik het paard dat mijn lul groter was als de zijne, en de tweede keer heb ik hem laten zien.

    Een juffrouw vraagt aan haar leerlingen wat hun huisdier is en Jantje zegt: Ik heb een hond Juffrouw en hij is heel lief en zacht. Leuk Jantje. En Piet, heb jij ook een huisdier?. Ja, ik heb een konijn. Hij is nog liever en nog zachter, juffrouw. En Achmed, heb jij ook een huisdier?. Ja, ik heb schaap op me kamer, waarop de Juffrouw zegt: Stinkt dat niet dan?. Nee, da schaap vind da niet erg.

    Erik komt de dierenwinkel binnen. Hij zegt tegen de verkoper: Ik wil graag 234 kakkerlakken, 3 ratten, 4 muizen en 20 spinnen. De verkoper antwoord daarop: Ik heb helaas alleen muizen. Waarvoor heb je die andere dieren nodig?, en Erik zegt: Nou, ik ga morgen verhuizen en de verhuurder staat erop dat ik mijn huis achterlaat zoals het was toen ik erin kwam.

    Een kraai zit op een tak boven in een boom en koestert zich in de zon. Een konijn op de grond kijkt naar hem en zegt: Ha kraai, wat zit je lekker te niksen. Denk je dat ik ook zo kan luieren?. De kraai antwoordt: Natuurlijk kun je dat, ga je gang maar en het konijn strekt zich uit in het zand en dut in. Even later komt er een vos langs, ziet het konijn en vreet het op. Om ongestraft niets te kunnen doen, moet je heel hoog in de boom zitten.

    De buurman is zijn vissen aan het voeren en Jantje vraagt: Met wat voert u de vissen?. Waarop de buurman zegt: Met watervlooien. Waarop Jantje zegt: Gij dierenbeul, die vissen kunnen toch niet krabben?.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dierenmoppen 16..

    Een man is gebeten door een met hondsdolheid besmette hond. Hij wordt onmiddellijk naar het ziekenhuis gebracht en onderzocht. Als de arts heeft geconstateerd dat er inderdaad sprake is van hondsdolheid, vraagt de patiënt om een stuk papier. Wilt u uw testament maken?, vraagt de arts. Nee, ik wil even een lijstje maken met de namen van mensen die ik wil bijten.

    Met zo'n weer ga ik geen boodschappen doen, moppert de man. Je zou er een hond nog niet doorheen jagen. Ik heb toch ook niet gezegd dat je die arme hond mee naar buiten moet nemen?, zegt zijn vrouw.

    Een dame gaat naar de winkel om een drinkbakje voor de hond te kopen. De winkelier laat haar een mooi beschilderd bakje zien met het opschrift: Voor de hond. Het bakje is echter nogal duur. Dat opschrift is nergens voor nodig, zegt de dame tegen de winkelier, mijn man drinkt geen water en de hond kan toch niet lezen.

    Ik ben met een wonderbaarlijke man getrouwd, zegt de dame. Hoezo?, vraagt haar vriendin. Nou, hij gaat 's avonds met de hond uit en komt 's morgens met een kater terug, zegt de dame.

    Twee honden zijn verdwaald in de woestijn. Dan gromt een van hen: Als we nou niet heel snel en boom tegenkomen, doe ik het in mijn broek.

    Waarom trek je zo'n lelijk gezicht tegen die lieve pitbull?, vraagt oma. Henkie: Hij is ermee begonnen.

    In de bus zit een jonge man tegenover een aardige dame met een hondje op haar schoot. Om een gesprek aan te knopen, zegt de man: Ik wou dat ik dat hondje was. Dat weet ik nog zo net niet, zegt de dame. Ik ben met hem onderweg naar de dierenarts om zijn staart te laten couperen.

    Het is allemaal nog niet zo erg, hoor dokter. Ik ben zo sterk als een beer, ik werk als een paard en als ik zo moe ben als een hond dan slaap en snurk ik als een os. En mijn vrouw vindt me nog steeds net zo lief als onze poes. Alleen als ik 's morgens naar het toilet moet, dan… Ik weet al genoeg , zegt de dokter. Ik kan helaas niets voor u doen. U kunt beter naar een veearts gaan.

    Wat kost die grote hond?, vraagt de klant in de dierenwinkel. 300 euro, mevrouw. Lieve hemel. Dat is me te duur. En die kleine?. 500 euro, mevrouw. En dat hele kleintje dan?. Dat is een echte kampioen, mevrouw. Die kost 1000 euro. Allemachtig, steunt de dame. Wat kost het me eigenlijk, als ik helemaal geen hond koop?.

    Dokter, wat moet ik doen? De honden likken altijd aan mijn vingers als ze me zien en de arts zegt: Probeert u eens met mes en vork te eten.

    De pasgetrouwde man komt thuis van zijn werk en vindt zijn vrouw in tranen. Je weet toch dat ik een recept had om een boterkoek te bakken?, huilt ze. Ik heb de boterkoek gemaakt en daarna buitengezet om hem af te laten koelen. Maar nou heeft de hond hem opgegeten. Ach, maak je maar niet zo druk, zegt haar echtgenoot rustig. We vinden heus wel een andere hond.

    Twee apen zitten in een dierentuin, en zegt de éne tegen de andere: Zielig hé, al die mensen achter de tralies.

    Ik ga mij een geit kopen, zegt Jan tegen Karel. Een geit kopen?. En waar ga je die geit zetten, want je woont toch op een appartement?. Nou, in de zomer ga ik die geit op mijn balkon zetten. En in de winter?. Dan zet ik die geit gewoon binnen. En die stank dan?. Oh, daar moet die geit maar aan wennen.

    Er waren twee vissen aan het zwemmen en plots begon het te regenen. Zegt de éne vis tegen de andere vis: Zullen we onder die brug schuilen, want ik wordt nat.

    Twee stieren staan boven op een berg. Beneden in de vallei staat een hele kudde koeien. Zegt de éne stier tegen de andere: Kom, we gaan vlug naar beneden en pakken er één. Waarop de andere stier zegt: Nee, we gaan op ons gemak naar beneden en pakken ze allemaal.

    Twee aardappels huilen tranen met tuiten, en de derde aardappel vraagt: Waarom huilen jullie?, waarop de éne zegt: Onze moeder zit in de puree.

    Twee koeien staan in de wei, en zegt de éne koe: 't Is toch erg hé, met die gekke koeienziekte?. Zegt een voorbij lopende konijn: Daar hebben we geen last van.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn kerstkalkoen.

    Ja mannekes, de feestdagen staan voor de deur en zoals elk jaar ga ik ook een feestmaaltijd klaarmaken.

    Maar nu ga ik er wel ietske vroeger aan beginnen, want verleden jaar was mijn eten op één April nog niet klaar.

    Ik had potverdikke toch wel mijn vuur vergeten aansteken zeker.

    Nu zal het geen waar zijn hoor, want mijn vuurke brand nu al.

    Ik eet graag kalkoen, klaargemaakt op moeders wijze.

    Maar voor ik diene kalkoen klaar maak, moet ik hem wel eerst vangen hé.

    Normaal gezien koop ik alles aan soldenprijzen, omdat ge dan ook weet dat het echte solden zijn.

    Verleden jaar heb ik bij ne boer een gans varken gekocht, aan een goedkopen soldenprijs.

    Alé, ‘k ga eraan beginnen, want ’t is daar nogal wat werk aan hé en ik begin stilaan honger te krijgen.

    De morgen ben ik naar de vismarkt geweest en toen ik daar stond te kijken, zag ik daar ne grote vis met twee slachtanden in zijne bek naar mij kijken.

    Ik dacht eerst dat hij mij kende en mij iets wilde zeggen, maar dat vismadammeke zei tegen mij dat ik geen schrik moest hebben.

    Ze hadden hem zo tentoongesteld, om de voorbijvliegende meeuwen weg te jagen.

    Er lagen daar ook nog een paar krabben naar mij te gapen, precies of ze hadden nog nooit ne mens in levende lijve gezien.

    Achteraan zaten vier kreeften aan tafel te kaarten, want dat waren kreeften die in een kaartenclub zaten.

    Oesters moest ik niet hebben, want verleden jaar wilde ik ene opeten en hij beet toch wel in mijn tong zeker.

    Ik heb daar zeker wel twee maanden rondgelopen met een gehandicapte tong, waardoor ik verplicht was om aan mijn buurman te vragen of ik voor twee maanden zijn tong mocht lenen.

    Ik mocht ze niet lenen van zijn vrouw, want hij had ze nodig om haar voeten schoon te likken als ze vuil waren.

    Ik ben dan maar naar huis gegaan, mijne gehandicapte tong op een warme plaats gelegd en aan mijn menu begonnen.

    ‘k Had ook nog ne kalkoen meegekregen van ne mens die ene te veel had gekocht en die hem zeker niet kon opkrijgen, want hij was maar alleen.

    ‘k Heb diene kalkoen vier slaappillen gegeven, om hem een goeie nachtrust te geven.

    Hij is nooit meer opgestaan en de dokter die er bij was heeft hem dan oficieel dood verklaard.

    ‘k Heb hem dan dagen in een badkuip gelegd om te weken, want dan kunt ge hem veel beter ontmantelen hé.

    Ik bedoel dat ge dan ook veel beter al zijn pluimen kunt aftrekken hé.

    Op kerstdag ben ik speciaal twee uur vroeger opgestaan, om aan diene dooie kalkoen te kunnen beginnen.

    Om zes uur in de morgen ben ik begonnen met die dooie kalkoen te pluimen, want hij had 324 lange en 48 korte pluimen aan zijn lijf hangen, die ik moest uittrekken.

    Hoe meer wilde pluimen ik van zijn lijf trok, hoe kaler hij werd.

    ’t Was precies een gepluimd kieken, die ik aan ’t pluimen was.

    Potverdikke zeg, ‘k heb daar toch wel 4 uur aan bezig geweest zeker.

    Als al zijn wilde pluimen uitgetrokken waren, heb ik hem in een kookpot gestoken en hem nog wat water gegeven.

    Want moest hij per ongeluk dorst krijgen, dan had hij toch iets om te drinken hé.

    Terwijl ik die kookpot met diene gepluimde kalkoen erin op dat gasfornuis zette en dat vuur wilde aansteken, werd op beneden aan de deur gebeld.

    Ik deed in de keuken dat raamke open, om te zien wie het was.

    ’t Was toch wel mijn facteur (postbode) zeker.

    Ik loop naar beneden, om de deur open te doen en blijf zeker twintig minuten staan babbelen over alles en nog wat.

    Toen ik terug in mijn keuken kwam en zag dat het vuur niet brande, wilde ik het aansteken en op hetzelfde moment werd er op mijn schouder geklopt.

    ’t Was potverdekke toch wel diene gepluimde kalkoen zeker en weet ge wat hij zei:

    Ga je dat vuur aansteken of ga je mijn pluimen teruggeven, want ik krijg hier kou hoor.

    Alé, ik heb dan maar vlug het vuur aangestoken, want moest hij weglopen van de kou, dan kan ik kerstmis op mijn kin kloppen hé.

    Ik had ondetussen mijn moeder al opgebelt en haar gezegd dat ze geen kalkoen moest meebrengen, want dat mijne kalkoen ligt te zonnebaden in zijn eigen nat en dat we hem binnen enkele uren mogen opdienen.

    Als iedereen aan tafel zat, hoorde ik een klein piepstemmetje dat zei:

    Nu moogt ge me opdienen, maar mijn beentje moogt ge niet opeten hoor.

    En met een knipoog deed die kalkoen het deksel weg en blies zijn laatste adem uit.

    PS. Ik hoop dan ook dat jullie allen van een heerlijke kerstmaaltijd mogen genieten, en mocht u per ongeluk ne kalkoen zonder pluimen zien lopen of tegenkomen, dan zal het de kalkoen zijn waar ik zo lang op zoek was.

    Groetjes van flipper de flip.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-12-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    29-11-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Plezante moppen 5.

    Er zaten een Nederlander, een Belg en een Duitser in een luchtballon.

    De Nederlander gooide een appel naar beneden en zei:

    Die hebben wij niet meer nodig.

    De Belg gooide een hamer naar beneden en zei:

    Die hebben wij niet meer nodig.

    De Duitser gooide een bom naar beneden en zei:

    Die hebben wij niet meer nodig.

    Even later waren ze geland en kwam er een man aangelopen die zei:

    Ik had mijn appel op en had nog steeds honger en toen viel er nog een appel uit de lucht.

    Daarna kwam er nog een man aangelopen en die zei:

    Ik was mijn hamer kwijt en toen kwam er zomaar een hamer uit de lucht vallen.

    Toen kwam er een vrouw lachend aangelopen en zei:

    Ik liet een scheetje en toen ontplofte de hele flat.

    Er zat een Nederlander, een Belg en een Duitser in de trein en de Belg zegt:

    Ik ken een man en die had maar één been en ze hadden er een nieuw been aangenaaid en die was olympisch kampioen geworden met hardlopen.

    Zegt de Duitser, Ik ken een vrouw en die had maar één arm en ze hadden er een nieuwe arm aangenaaid en die werd olympische kampioene in het tennissen.

    Zegt de Nederlander, Ik ken een man en die had geen hoofd meer en ze hadden er een bloemkool opgenaaid en die is minister van landbouw geworden.

    Er was eens een Fransman, een Belg en een Nederlander in een gebouw.

    Opeens ruikt de Fransman brand, hij pakte een paraplu en springt naar beneden.

    De Nederlander doet dat ook en als hij daar aan 't zweven was, ziet hij plots de Belg voorbij suizen.

    Als de Nederlander beneden is, ziet hij de Belg daar liggen en vraagt:

    Wat hebt jij nu gedaan?.

    De paraplu's waren op en toen heb ik maar een regenjas aangetrokken, zegt de Belg.

    De verkoopster vraagt aan een sollicitant:

    Beschikt u over verkoopervaring.

    Ja hoor, want ik heb mijn huis, mijn auto, de piano en bijna al de juwelen van mijn vrouw verkocht.

    Een groep bouwvakkers die vorige week de Mont-Everest wilden beklimmen, zijn in hun poging mislukt.

    Want twintig meter voor de top zaten ze zonder stelling.

    Een man komt bij een steenhandelaar en besteld 20.000 bakstenen, waarop de verkoper zegt:

    Ga je een huis bouwen?.

    Nee, 't is voor een barbecue.

    Maar je hebt toch geen 20.000 bakstenen nodig voor een barbecue?.

    Nee, maar ik woon wel 12 m hoog.

    Twee werklozen komen elkaar tegen op straat en slaan aan de praat en zegt de éne werkloze tegen de ander werkloze:

    Mijn uitkering is verhoogd, de mijne ook, zegt de andere werkloze.

    Het moet toch zijn dat ze tevreden over ons zijn hé.

    Ik vraag me af hoe het komt dat mijn baard al grijs is en mijn haar nog niet, zegt een advocaat.

    Dat komt omdat je veel meer met je kaken dan met je hersenen gewerkt hebt, zegt een vriend.

    Drie zotten zitten achter het stuur.

    Ze staan voor een verkeerslicht en het wordt rood.

    Zegt de eerste zot:

    Wauw, wat een mooi kleurtje.

    Het licht springt op oranje en de tweede zot zegt:

    O, dat is ook een mooi kleurtje, hé.

    Het licht springt op groen en de derde zot zegt:

    Maar dat is ook een mooi kleurtje, hé.

    Het licht springt terug op rood en de eerste zot zegt:

    Kom, we hebben dat kleurtje al gezien, laten we dan maar verder rijden .

    Mijn broer is onlangs van de ladder gevallen, van twintig meter hoog.

    En, heeft hij de klap overleefd?.

    Ja ja, want hij stond pas op de eerste trede.

    Er komt een vrouw bij de dokter en klaagt dat zij een grote en een kleine borst heeft.

    De dokter onderzoekt haar en inderdaad, de grote borst hangt tot op haar knieën.

    Doet uw man er soms iets speciaals mee?, vraagt de dokter.

    Ja, hij houdt mijn éne borst vast als we slapen, zegt de vrouw.

    Maar dat is toch niets speciaals?, zegt de dokter.

    Nee, zegt de vrouw, maar we slapen wel op een stapelbed.

    Twee kopspelden lopen samen door de straat en zijn van plan iets te gaan stelen.

    Opeens fluistert de éne in de ander zijn oor:

    Pas op, want daar hebt je een veiligheidsspeld.

    Een dief komt de slaapkamer van een Hollander binnen en zegt:

    Ik zoek naar geld en de Hollander springt meteen recht en zegt:

    Laten we samen zoeken.

    Twee domme blondjes lopen in een groot bos, op zoek naar een Kerstboom.

    Ze zijn al twee uur onderweg en het vriest dat het kraakt, en in de verte horen ze de wolven huilen, dus ze zijn behoorlijk bang.

    Plotseling zegt het éne dom blondje tegen het ander dom blondje:

    De eerste en de beste spar die ik nu zie, hak ik om, of hij nu versierd is of niet.

    Een vrouw heeft een kamer gehuurd in een hotel, maar een tijd later klaagt ze bij de hoteleigenaar en zegt:

    Het krioelt van de kakkerlakken achter het behang, waarop de hoteleigenaar zegt:

    Mevrouw, ik snap niet wat je achter mijn behang doet?.

    In een café zit er een man aan de toog, en opeens haalt hij zijn glazen oog uit zijn oogkas en smijt ze tegen de ruit.

    Het glazen oog kaatst terug, en de man steekt ze terug in de oogkas.

    Wat doe je nou?, vraagt de man die naast hem zit.

    Ik kijk of mijn fiets er nog staat, zegt de man.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    29-11-2019, 00:00 geschreven door flipper de flip  
    Reacties (0)
    Archief per week
  • 29/03-04/04 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 02/07-08/07 2007
  • 25/06-01/07 2007
  • 04/06-10/06 2007
  • 28/05-03/06 2007
  • 19/03-25/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 29/01-04/02 2007
  • 01/01-07/01 2007
  • 25/12-31/12 2006
  • 18/12-24/12 2006
  • 11/12-17/12 2006
  • 04/12-10/12 2006
  • 27/11-03/12 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 18/09-24/09 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 28/08-03/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 14/08-20/08 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Blog als favoriet !
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    krewinkel
    blog.seniorennet.be/krewink
    Welkom op mijn blog!
    Zoeken in blog

    Startpagina !
    Foto

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!