Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    20-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lied

    Een gedicht van Cornelis ten Hoet 1794-1831

    Lied van Gelderland.

    Kent gij - dat land, waar ronde gulheid woont;
    Eenvoudigheid in taal en zeden troont;
    Natuur, vol pracht, in maagden frisheid bloeit;
    Een zilvren stroom langs malse beemden vloeit?
    Kent gij dat land? - Daarheen - daarheen -
    Daar trekt mij 't hart, o mijn geliefde, heen.

    Kent gij dat land, vol heuvlen, lachend schoon,
    En koele dalen, waar de reine toon
    Des nachtegaals bij brongemurmel klinkt,
    Als lentes zon aan d' avondhemel zinkt?
    Kent gij dat land? - Daarheen - daarheen -
    Daar trekt mij 't hart, o mijn geliefde, heen.

    Kent gij dat land, waar, op het welig veld,
    De gouden vrucht van Ceres golvend zwelt;
    Pomona's ooft met keur van verwen gloort,
    En door zijn waas 't verlangend oog bekoort?
    Kent gij dat land? - Daarheen - daarheen -
    Daar trekt mij 't hart, o mijn geliefde, heen.

    Mijne Ida, ja, ik ken dit schoon gewest,
    Waar gulheid nog en eenvoud zijn gevest,
    En waar natuur, met schatten rijk bestrooid,
    Gelijk een bruid, aanminnig is getooid:
    't Is Gelderland! - Daarheen - daarheen
    Trek dáár met mij, o mijn geliefde heen!

    Dan klimmen wij die heuvlen vrolijk op,
    En staren, diep verrukt, van hunne top;
    Dan rusten wij in 't fraaiste bloemendal,
    Bij vooglenzang, aan beekjes van kristal.
    Mijne Ida, kom! - Daarheen - daarheen -
    Trek dáár met mij, o mijn geliefde, heen!

    Dan wandlen wij dat golvend graanveld door,
    En aadmen bloemengeuren op ons spoor;
    Dan lokt Pomona's ooft ons tot genot,
    En 't zoet der min bekroont ons heilrijk lot.
    Mijne Ida, kom! - Daarheen - daarheen -
    Trek dáár met mij, o mijn geliefde, heen!

    schrijver

    20-06-2015 om 19:41 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    19-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.wensen

    Een gedicht van Johan Michiel Dautzenberg 1808-1869

    Mijne wensen.

    Vriendschap kwam mij zoetjes strelen
    In mijn blijdschap, in mijn leed,
    Toen ik bij de kinderspelen
    's Levens lentedagen sleet.

    Mocht wie in mijn vreugden deelde,
    Met een traan mijn droefheid heelde;
    Mocht die vriend en speelgenoot
    Mij beminnen tot de dood!

    Aan een meisje zacht van zinnen
    Hechte ik mij met hart en oog.
    't Was mijn zuiver, teder minnen,
    Dat tot liefde haar bewoog.

    Sinds een heilig band ons strengelt,
    Vliet ons leven als verengeld.
    Steeds bestrooi' met bloem en blad
    Reine liefde ons effen pad.

    Onze taal was vroeg ontloken,
    Aan de frisse Scheldestrand;
    Nog wordt zij met klem gesproken
    In ons dierbaar vaderland.

    Blijv' die taal met ere blinken,
    En in 't lied der Belgen klinken!
    Blijve ze immer lief en schoon
    Boven elke vreemde toon.

    'k Trotse, ver van 's werelds razen,
    Pennenstrijd en wapenklank.
    'k Zit gerust bij volle glazen,
    'k Drink de vaderlandse drank,
    'k Zing een Vlaams, een lustig liedje;
    'k Droom mij zalig in 't gebiedje
    Van mijn vrouwtje en mijn vrind;
    En sla 't oovrige in de wind.

    Gedichten (1850)

    schrijver

    19-06-2015 om 22:04 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    14-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vreugd

    Een gedicht van rené de Clercq 1877-1932

    ZON ZIT BINNEN ONZE VREUGD

    Zon zit binnen onze vreugd
    te stralen.
    Het is het vurigst, reinst geneucht:
    een ademhalen
    in glans en jeugd.

    Op aarde schittert geen vermogen
    licht als uw ogen.
    Geen slag, geen schok, geen ruk
    kan liefde scheuren uit de hemel daar wij schijnen.
    De ganse wereld mag verdwijnen:
    Zon is de kern van ons geluk.

    Het boek der liefde (1921)

    schrijver

    14-06-2015 om 21:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    13-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zangers

    Een gedicht van Emanuel Hiel 1834-1899

    Meester-zangers.

    Des morgens, bij het strelend zonnegloren,
    Stijgt Meester Leeuwerk uit het dromend koren.
    Hel trillend, fel schettrend klinkt zijn zonnezang;
    De lovers, heesters luistren bevend... bang
    Dat hun een toontje zoude gaan verloren.
    Geliefde vogel, ik mocht u aanhoren.
    o Leer me zingen, Meester? 'k Zing u dank! -
    Bemin, riep hij, want liefde is zoet gezang.

    't Is lentenacht, 'k ben in het bos aan 't dwalen,
    'k Verneem het roerend lied der nachtegalen.
    Mijn hert, betoverd, wil in 't grensloos gaan:
    Ik zie der liefde en ook des lijdens traan.
    'k Wil liefde met de zielegoedheid helpen,
    'k Wil smerten troosten, elke ellende stelpen...
    o Meester, leer mij trouw uw wondren klank,
    Gevoel, leert hij; gevoelen leert gezang.

    Ginds waait de wufte wind door wilgenbomen,
    Hoe zalig in hun schaduw diep te dromen!
    De wind, stil fluistrend, draagt de bloemengeur
    Van wei tot wei, verdrijvend dwaas getreur.
    Opééns begon hij breed te blazen, blazen;
    Men hoorde bomen bruisen, stromen razen...
    o Leer me, wind, uw orglend koorgeklank? -
    Denk diep, galmt het, want denken wordt gezang.

    Ik sta aan 't duin. Rondom grolt dol de donder,
    De baren brullen, buitlen op en onder.
    Door dwarlend, huilend, schuiflend stormgedans,
    Slingren bliksems hun geelgroene glans.
    Ter duine stuift het siddrend zand in wolken;
    De wolken barsten bang, als waterkolken.
    o Meesters, drijft in mij die driftendrang? -
    Vloek 't kwaad, vloek smaad, door uwe stoute zang!

    Ik zag een maagd, een schoonheidsengel knielen,
    Voor 't outer Gods; een innig rein bezielen
    Straalt uit heure ogen; uit de rozenmond
    Stroomt hemelzoet gebed, tot vreêverbond
    Der mensen. Handen, boezemwaarts gevouwen,
    Getuigen van haar zalig Godsvertrouwen.
    o Geef, vervoering, mij heur zilvren klank! -
    Bid, zong ze teer, want bidden is gezang.

    ‘Volk op! de rode vane stout verheven!’
    Zo tieren zij, door afgunst trots gedreven,
    In 't wee der duisternis, door euveldaden rood...
    Zij, die op 's volks ellende buitten laf en snood,
    Vergeten 't vaderland, met 't vreemde draven...
    Doch 't volk, verlicht, veracht die logenslaven,
    En zingt een zang, verdelgend vuige dwang.
    o Leer mij, Meester Volk, die vrijheidszang!

    Ten krijgewaart! De vijands komen... komen!
    De Vorst spreekt: reeds vloot 't bloed met stromen, stromen.
    Soldaten, op! Uw moed is landes kracht en eer...
    Ik snel vooruit met 't zwaard, volg mij ten landesweer!
    Ach, hoort men moeders angstig snikken, wenen...
    Vooruit! de vijand vlucht verslagen henen...
    Daar klinkt een zegekreet, als donderklank! -
    Soldaten, leer me fier die heldenzang.

    Aan 't wiegje zit de moeder droef te wiegen,
    Verjaagt voorzichtig de arge ronkersvliegen.
    Het zieke kindje slaapt niet, jammert treurend voort...
    Zacht klinkt uit 't moederhert een heilig liefdewoord:
    Een liedje door de Schepper ingegeven,
    Een moederzang, de reinste bron van 't leven!
    En 't kindje sliep... God, zucht de moeder, dank!
    Zij leert: o, gans de moeder is gezang.

    Gedichten (1895)

    schrijver

    13-06-2015 om 19:17 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    12-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bij

    Een gedicht van P.C. Boutens 1870-1943

    Bij een dode

    Lief ik kan niet om hem wenen,
    Waar hij stil en eenzaam ligt.
    In het schoon doorzichtig stenen
    Masker voor zijn aangezicht
    Dat de dingen er om henen
    Met zijn bleke toorts belicht.

    Lief ik kan geen tranen vinden
    Als mijn hart hem elders peist,
    Waar zijn ziel met de beminde
    Sterren van de avond rijst
    En ons, dagelijks verblinden,
    Hoger wegen wijst.

    Naar de heemlen van de lage zoden
    Stijg' de gouden offervlam!
    Wie kan wenen naar de vroeg vergoden
    Die de dood ons halen kwam? -
    Tranen, lief, zijn enkel voor de doden
    Die het leven nam.

    --------------------------
    Vergeten liedjes (1909)

    schrijver

    12-06-2015 om 21:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.raadsel

    Een gedicht van Willem Bilderdijk 1756-1831

    RAADSEL.

    Met ons beide zijn wij zeven,
    Met ons tienen zeventien.
    En gij moogt ontelbre keren
    Ons verdubblen of vermeeren,
    Altijd zult ge ons zeven zien.

    Londen, 1796.

    De Dichtwerken I (1884)

    schrijver

    11-06-2015 om 21:31 geschreven door Dora


    >> Reageer (1)
    10-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.man

    Eenngedicht van P.C. Boutens 1870-1943

     

    Aan de Hermes van Praxiteles

    Zoals een man na jaren wedervindt
    Oudtere relikie, zijn jonge beeld:
    Onder de blonde val van vlossen weeld'
    Dat zuiver oog dat God in moeder mint, -

    Zo door het floers der eeuwen, dat haar blindt,
    En 't wee der wereld, dat haar u verheelt,
    Zovaak glimp van geluk de schemer deelt,
    Groet ziel van ver u, als die man dat kind:

    O ziel, o glans die 't oogeblank gelaat
    Omvloeit zoals de eedle steen zijn schijn,
    Ondeelbaar als de geur is om de bloem,

    Hoe reê vergat mijn ziel de ijdle roem
    Van 't luide leven om uw stille staat,
    Uw waterklare wijs van niet-te-zijn.

    Illustratie: Hermes van Praxiteles

    schrijver

    10-06-2015 om 09:31 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.leeuw

    Een gedicht van Johan de Laet 1815-1891

    Zwarte Leeuw

    Ziet gij de zwarte leeuw niet rijzen,
    Zo fier op ’t trotse gouden veld?
    Ziet gij zijn forse reuzenklauwen,
    Waarvan één slag de vijand velt;
    Ziet gij zijn bloedige ogen gloeien,
    Beschouwt zijn maan zo breed verward? –
    Die leeuw is onze Leeuw van Vlaandren
    Die rustend nog de wereld tart!

    Hij sloeg zijn klauwen op het Oosten
    En ’t Oosterheir vlood siddrend heen,
    Zijn blik vernielde d’halve manen
    Van d’ongetemde Saraceen.
    Dan toog hij weder naar het Westen
    En schonk, hun dapperheid loon,
    Aan d’onversaagdste zijner zonen
    Een konings- of een keizerstroon.

    Hij sluimert nu. – Der Walen koning
    Beknel’ hem vrij in ijzren band,
    Hij sture vrij zijn roversbenden
    Tot op der leeuwen Vaderland…
    Want zo de leeuw ontwaakt, – gij roovren!
    Wordt ge allen door zijn klauw verscheurd,
    Dan wordt uw trotse witte lelie
    Door hem met bloed en slijk besmeurd.

    schrijver

    08-06-2015 om 22:24 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    07-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Een gedicht van Jaqueline van der Waals 1868-1922

    Avondnevel

    O, die blinkend witte nevel over de venen! de uitgestrekte,
    Grote, stille nevelzee, wier waatren de aarde bedekten!


    Wij liepen des avonds tegen
    De tijd, dat de zon onderging,
    Samen op stille wegen
    Door het moeras en zwegen
    Van verwondering.
    Slechts hoopjes turf en daken
    Van donkere huisjes staken
    Zwart uit de nevel omhoog.
    Ze was zo stil, zo zonderling,
    Die zee, waar niets bewoog.

    O, die zwarte, grillige heuvelkust,
    Die met haar brede lijn,
    Scheidde de blinkende nevelrust
    Van 't gloeiende karmijn!
    Want boven de donkere landen
    Stond vuurrood de hemel te branden
    Met onheilspellende schijn.

    Ik werd onrustig en ik zocht
    Een woord, dat de stilte verbreken mocht.
    Ik keek in de zon, in het nevelmeer....
    Het zwijgen werd pijnlijk.
    De avond, de aarde, mijn leven werd zeer,
    zeer onwaarschijnlijk.

    schrijver

    07-06-2015 om 22:27 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    06-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.schutsluis

    Een gedicht van Jan Prins 1876-1948

    De Schutsluis

    De tjalken schieten aan tussen de strakke dijken
    en vullen 't glad kanaal met driftig schuimgedruis,
    totdat zij met een vaart hun lange zeilen strijken
    en glijdend binnengaan in 't veilig vak der sluis.

    Daar dringen zij dooreen: de harde boorden kraken,
    zodra een druk rumoer zich opzet in de lucht,
    totdat de wachters weer de poorten open maken,
    en al dat ongeduld ver in de ruimte vlucht.

    Dan lijkt de morgen stil na 't jong geluid, dat heen is
    en ons verliet, nog vóór 't zijn volle groei begon,
    en in de lege sluis, waar 't licht nu weer alleen is,
    drijft enkel nog wat schuim, dat schittert in de zon.

    De Beweging (1905)

    schrijver

    06-06-2015 om 21:46 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    05-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vlinder
    Een gedicht van Bernard van Meurs 1835-1915

    Bleek vliendertje.

    Bij 't muurke, waor de druufkes hangen,
    Daor speult, met bleekheid op de wangen
    En flonkerieng ien 't donker oog,
    Mien jungske; 't gooit zien petje umhoog
    Um 't witte vliendertje op te vangen.

    'k Stao naor dâ kienderspul te turen,
    En zie 't zoo graog en toch zo nooi...
    Ocherm! 'et zal nie lang meer duren:
    Went ook de dood duut gooi op gooi -
    Bleek vliendertje wordt gauw zien prooi.

    uit: Kriekende Kriekske [1894]

    schrijver

    05-06-2015 om 21:30 geschreven door Dora


    >> Reageer (1)
    03-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kinderjaren

    Een gedicht van Helene Swarth 1859-1941

     

    Ik vond een vogel, stervende in de tuin

    Kinderjaren.

    I

    Ik vond een vogel, stervende in de tuin.
    Geen koestren hielp, hij drinken wou noch eten.
    Gelijk een bloem, wier stengel werd gereten,
    Aan 't slappe halsje hing het kopje schuin.

    Eén siddering - en dan, in niets meer weten,
    Verstrakte 't lijfje, als de aarde grijzigbruin.
    Wij hebben 't stil begraven in de tuin -
    Die kleine vogel kan ik nooit vergeten.

    Zo zag 'k voor 't eerst het wonder van de dood
    - Nu moest die vogel zang en vliegspel derven,
    Weerloos vergaan tot aarde in aardeschoot.

    Toen wist ik: - Nu nog zijn mijn wangen rood,
    Nog zing en dans ik, maar ook ik moet sterven -
    'k Voel nog de kou, die héél mijn zijn doorvloot.

    De gids (1921)

    schrijver

    03-06-2015 om 23:27 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    02-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.geruis

    Een gedicht van Frederik van Eden 1860-1932

    Het zee-geruis

    Het zee-geruis zal ik nog dán gedenken
    als diep in zand mijn hoorloos oor vergaat,
    als lichten mild mijn ogen niet meer drenken,
    als zonder woon mijn ijle wezen staat.

    Naar 't zee-geruis zal ik nog dán verlangen
    als naar het liefst wat mij de wereld deê.
    Zij zingt de kroonzang aller wereld-zangen,
    de op zandig veld neerdonderende zee.

    Verheugt u toch, gij die dit rijmke lezen
    en nog in gloed der zonne wandlen meugt
    de stranden langs, - wen mijn verstorven wezen
    reeds lang ontbeert wat 't zózeer heeft verheugd.

    Zegen dan uwe zinne' en uwe dag!
    Ik die dit schreef ging met een hart vol wonden
    handen vol euvel, oren vol geklag,
    en heb het leven toch zó schoon gevonden.

    --------------------------------
    Van de passielooze lelie (1901)

    schrijver

     

    02-06-2015 om 18:43 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    01-06-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ziel
    Een gedicht van Albert Verwey 1856-1936

    Lamp mijner ziel, die me in ’t verborgen gloort

    V.

    Lamp mijner ziel, die me in ’t verborgen gloort,
    Zoet wonder van ’t heelal, dat niemand weet,
    Brand niet zo duister in die mist van leed,
    Maak niet altoos uw schijnsel droef; – gloed hoort

    Bij gloed, wat schoon is brengt wat schoon is voort,
    Zoet zoekt zoet, lief! och, dat gij ook zo deed,
    U zelve zoet, uw zoet Zelf minder wreed,
    Dat dus mijn bidden eindlijk werd verhoord.

    Of als ge in smart dan altijd leven moet,
    Laat dan mijn ziel in tot uw ziel en paar
    Hen beiden in één smart en éne klacht; –

    Opdat ze als tweeling-vlammen in één nacht,
    Verborgen branden, gloren naast elkaar,
    In ene stille walm en ronde gloed.

    Van de liefde  die vriendschap heet

    schrijver

    01-06-2015 om 21:42 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    31-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.troost

    Een gedicht van Ernst von Wildenbruch

    Troost bij leed (vertaling)

    Wil je ziel het opgeven
    in de overmaat van je lijden
    zorg dan dat je mond niet klaagt
    en zorg dat je niet haatdragend bent

    Lees de diepe tekenen van het leed
    op zoveel gezichten
    jouw leed zal op velerlei leed gelijken
    en het is niet het enige leed op de wereld

    Nee, de tranen van de mensen stromen
    overal, waar de zon maar schijnt
    en slechts hij kan tranen stillen
    die zelf eens bitter gehuild heeft

    Draag daarom met stille kracht
    al het leed waardoor je getroffen wordt
    het werd je gezonden door God
    voor het heilige werk van de liefde

    schrijver

    31-05-2015 om 14:23 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    30-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.novalis

    Een gedicht van Jan Jacob Slauerhoff 1898-1936

    Novalis

    Hij wist met kalme angst hoe alles moest
    Leven: voortleven, zalig of verdoemd.
    Niets wordt vernietigd, spoorloos verwoest;
    Een geur, een toon die in de stilte zoemt,

    Iets blijft - hoe ook verijld, versteend, verbloemd,
    Leven moet alles tot in eeuwigheid.
    Geen sluimring, geen min, geen dood verzoent
    De kruistooht redeloos door ruimte en tijd.

    De doden rusten niet, gezweept tot feesten
    Waarin zij ijdel trachten te bezwijmen
    Tot redding uit de onduldbare geheimen.

    En ieder zwervling is omzwermd door geesten:
    Nooit worden wij eenzaam en nooit met rust
    Gelaten aan een beek, een graf, een kust.

    Erts (1927)

    Illustratie: Novalis -  Georg Friedrich Philipp Freiherr von Hardenberg (1772 - 1801)

    schrijver

    30-05-2015 om 21:48 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    29-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.klokke

    Een gedicht van Marie Metz-Koning 1864-1926

    De Klokke.

    Ze wappert in de lucht lijk een geluid
           Van leven en van dood. Ze daalt langs henen
           De smalle vensters nere, daalt als uit
           De hemel zelve, en klappert op de stenen.

    Ons vrouwkens met hun zwarte mantels aan
           Gaan zwijgend, de ene na en de andre voren,       
           Processionaal op de okere eerdebaan -
           En tripplen wuivend om de luide toren.

    En in de vrêege ziel van elkendeen,
           Waar klokkentonen beeldenvormen krijgen,
           Smelt al hun denken met 't geklep ineen…

    Ons klokke luidt het eendelijk geweld,
           Dat wroet in ons en nimmer bovenwelt,
           Maar ommeworstelt in ons effen zwijgen.

    Een bundel letterkundige bijdragen (1900)

    schrijver

    29-05-2015 om 19:56 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.hart

    Een gedicht van Albert Verwey 1856-1936

    Ik heb mijn hart ú tot een huis gewijd

    IV

    Ik heb mijn hart ú tot een huis gewijd,
    En midden in het binnenst heiligdom,
    Waar de outerkaars in ’t donker gloeit, verbeid
    Ik u, mijn lief, mijn zoet sieraad alom!

    Ik sloeg mijn ziel dit zoete donker om,
    Alleen om ú te ontmoeten, die me altijd
    Belooft te komen, in ’t geheim, na stom
    Eerbiedig beiden ene kleine tijd.

    O kom, mijn lief, die nog zo verre staat...
    ’k Verwacht in ’t donker ginds uw licht gelaat...
    Ik-zelf ben een visioen van nacht en gloed!

    O kom, mijn zoete Gloed, mijn sombre Nacht!
    ’t Mysterie is ondoofbaar, – doch ik wacht
    Met beving, daar ik eenmaal sterven moet.

    Van de liefde  die vriendschap heet

    schrijver

    28-05-2015 om 21:55 geschreven door Dora


    >> Reageer (2)
    27-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ring

    Een gedicht van Helen Swarth 1859-1941

    Ring van trouw.

    Eens haatte ik, als symbool van slavenketen,
    De gouden schakel van het trouwverbond.
    Rampzalig dwaas noemde ik wie zich vermeten
    Vlinders te binden die m' in 't blauwe vond.

    Doch sedert gij - nooit zal 'k dat uur vergeten!
    Uw ring mij bood uit rode liefdemond,
    Weet 'k een geheim, nooit zonder u geweten:
    Die kleine ring omspant heel 't wereldrond.

    O plechtig plukte ik, schier van weelde aan 't wenen,
    Als uit een roos in Toverland, uw ring
    En uit die ring, door zomergloed beschenen,

    Straalt nu 't geluk, dat zoveel leed verving,
    Een atmosfeer van goudlicht rond mij henen:
    Uw liefde omringt mij als een toverkring.

    De Gids (1893)

    schrijver

    27-05-2015 om 21:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.spel
    Een gedicht van Jacob Cats 1577-1660

    Grijpt gij 't wel, zo is 't maar spel

    Het brandhout en de min
    zijn twee verscheiden taken;
    Maar op gelijke voet
    door ieder aan te raken.
    Want, of men naar het vuur
    of naar de minne spoedt,
    Er is een zekere kunst
    hoe dat men grijpen moet.
    Tast waar het ligt en gloeit
    gij zult het laten vallen,
    Tast waar het niet en brandt
    zo is het om te mallen.
    De liefde, zoete jeugd!
    is "ik en weet niet wat".
    Zij dient of dient u niet,
    naar dat zij wordt gevat.

    Sinne- en minnebeelden (1627)

    schrijver

    26-05-2015 om 19:05 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!