Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    30-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zingen
    Een gedicht van Nico van Suchtelen 1878-1949

    Ik dacht dat ik niet zingen kon dan blijde?

    Ik dacht dat ik niet zingen kon dan blijde?
    Maar ruist de zee niet rusteloos haar zang,
    Nu zacht en klaar, dan war en wild en bang,
    Anders in stil, anders in stormgetijde?

    Zo glanzenrijk als wisseltintge zijde,
    Dan armlijk grauw en wedrom, voor hoelang?
    Eén blanke blauwte, en zò wisselt die zang
    Die eeuwig 't eeuwig spel zal begeleiden.

    O wijde zee en wijdgestrekte stranden,
    Hoe waande ik dat mijn ziel, wijl liefdeleeg
    En dor als groene landen die verzandden

    Mijn leven leek, nu ook voor immer zweeg,
    Schoon rustloos als uw almaar branden branden
    Diep in mij de eeuwge tijzang zonk of steeg!

    De Beweging (1909)

    schrijver

    30-09-2014 om 16:21 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    29-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herfstwee
    Een gedicht van René de Clercq 1877-1932

    Herfstwee. 

    In reke,
    langs de beke,
    en lijk bijeengevlucht,
    vol schamelheid en schaamte,
    geraamte bij geraamte,
    de bomen in de schemerlucht.
    Hoog rijzen ze in hun rildheid,
    die reuzen, bronzig-bruin,
    en steken, vol gestildheid,
    lijk stommen, kruin bij kruin.
    Hun brede voeten
    duiken ze in het boordevolle bed
    der beeweggaande wateren, die met
    een lage zang hun hoge smert verzoeten.
    Grauw omendomme ligt de wee
    die 's zomers groenegroeiend deinde,
    en zong gelijk een zachte zee,
    geluidloos in een weedom zonder einde.

    Geen kalfjes rond een luie koe
    die hippewippend huppelen.
    Geen koeien kerft een wilgeroe
    tot wissen en tot knuppelen.
    Allenig ligt het gras nu, moe
    en tenden tot bestervens toe,
    vol dikke, matte druppelen.
    En lijze, onhoorbaar haast,
    doch zichtbaar aan den drijf der avonddomen,
    blaast
    een dodenadem nog een loverke uit de bomen,
    rolt het, glazig-nat en ners,
    alover 't streuvelende gers,
    tot in de biezen die de beek omzomen;
    en laat het dan,
    gevallen, van
    het laagste lis, heel langzaam boven 't water stromen.

    Gedichten (1911)

    schrijver

    29-09-2014 om 19:53 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kroon
    Een gedicht van Willem Kloos 1859=1938

    Gij zult niet met een kroon op 't hoofd

    Gij zult niet met een kroon op 't hoofd in 't Rijk
    Der Lettren zitten na uw dood, verdwaasden,
    Gij knutslaars ijdlijk, die alleen maar aasden
    Om eens te zitten, niet voor 't Volk, te prijk

    Voor boeren, die dan zouden zeggen: ‘Kijk,
    Dat 's óók een knappe dichter, maar 'k bereik
    Er niets van, met mijn dom hoofd, 't zijn verraasden,
    Die liever zorgen moesten dat zij kaasden.’

    O allen gij, die meent te zijn een dichter,
    Maak toch u-zelf een aantal ponden lichter
    En weet wel dat de enig-echte kunst slechts daar staat,

    Waar zij oprecht fier op haar benen waar staat,
    Weet toch dat Uw taal slechts is in m i j n hand veilig,
    Wijl zij gestaêg door m i j n stem slechts klinkt heilig.

    Verzen (1894)

    schrijver

    28-09-2014 om 22:29 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    27-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kind
    Een gedicht van Koos Speenhoff 1869-1945

    Het kind van de zonde

    Ik ben een lichtzinnig persoontje,
    Te jong om verstandig te doen.
    Ik lach als een ander zou huilen,
    Mijn hele fortuin is een zoen.
    Mijn naam kan me niemendal schelen,
    Omdat ik niet weet wie ik ben.
    Ik kan ‘m niet lezen of schrijven,
    Want lachen is al wat ik ken.
    Ik ben maar een kind van de zonde,
    Ik leef voor de glanzende schijn;
    Wanneer er geen zonden bestonden,
    Dan zou ik een engeltje zijn.

    schrijver

    27-09-2014 om 21:50 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.voorbijgangster
    Een gedicht van Johan van 't Lindenhout 1893-1916

    Voorbijgangster

    Een lief gelaat in tere lijnen
    Een stille lach om jonge mond:
    Zo schreed zij daar; en de eigen stond
    Voelde ik een leegte in mij schrijnen.

    Zag zij mijn blik bewondrend schijnen?
    De lange wimpers zonken blond
    Op de ogen; 'k zag haar lach verkwijnen
    En voelde schaamte om wat ik schond.

    Toen welde in ’t hart een diep verlangen:
    Een jong gelaat, dat minnend vleit,
    Wenste ik, een hand vol tederheid,
    Die mild de mijne hield omvangen,
    Een fluist’rend woord, dat troost zou langen
    En breken deze eentonigheid. -

    Nagelaten verzen (1918)

    schrijver

    26-09-2014 om 21:45 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    25-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.moeder
    Een gedicht van J.P. Haasbroek 1812-1896

    AAN ENE MOEDER.

    Hoe schoon stond de bloemkroon op 't jeugdige hoofd,
    Toen 'k u in de Bruidzaal mocht groeten;
    Toen waart ge aan de Vreugd en de Schoonheid verloofd;
    De Jonkheid bracht hulde aan uw voeten;
    De oranjebloem zelfs scheen niet wit bij de glans
    Van 't elpenblank voorhoofd, gedekt met haar krans.

    Thans buigt zich uw schedel allengskens ter neer;
    Uw voorhoofd, met rimplen doorsneden,
    Tooit sneeuwwitte bloesem noch elpenbeen meer;
    Geen jeugd strooit gebloemt' voor uw schreden.
    o Moeder, in wie dus de Schone verdween,
    Waar is nu de bloemkroon van gisteren heen?

    Maar hoe? Is die bloemkroon gevallen ter aard',
    Waarheen mij uw blik schijnt te wijzen?
    Ja, 'k zie daar, als bloesem, die viel in de gaard,
    Een krans, om zijn schoonheid te prijzen;
    Een krans, die maar enkel uit knoppen bestaat,
    Waarin zich de wordende Schoonheid verraadt.

    Een krans is 't van — kindren, gekweekt met úw bloed,
    Dat helder hun wangen doet blozen;
    Van kindren, wier oogstraal nu blinkt van úw gloed,
    Wier lip is bedekt met úw rozen;
    Van kindren, in wie gij, o Moeder! herleeft,
    En ons weer úw schoon te bewonderen geeft!

    Buk, Moeder! naar de aarde, en vergaar op uw schoot
    Het kroost, dat uw voeten omhuppelt;
    Dan tooit u de krans, die uw lokken ontschoot,
    Met tranen van vreugde bedruppeld.
    Cornelia sprak: mijn juwelen zijn hier!
    En gij: Zie de bloemen, waar 'k thans mij mee sier!

    Winde-kelken (1864)

    schrijver

    25-09-2014 om 21:19 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    23-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vervulling
    Een gedicht van Aaart van der Leeuw 1876-1931

    Vervulling

    De moeder schuift het venster op en weent,
    De kalme kamer ligt van zon doorspeeld
    En, op de rand der stervenssponde, leent
    De ziel des doden over tot zijn beeld.

    Hij kan niet scheiden, want hij ziet zijn mond
    Die, als een sikkel door het koren zwaait,
    Oogsten deed zinken, zoet-gerijpt en blond;
    Maar nu zijn alle velden afgemaaid.

    Bleek rust het voorhoofd, dat rijk bijenhuis,
    Waarin gedachten vlogen zwaar-bevracht,
    Om ledig uit te gaan, met licht geruis,
    Den laatste last te zaamlen vóor de nacht.

    Hij ziet zijn hand, en 't lijkt hem of haar greep,
    Die zich gekromd had vast om 't klinkend goud,
    En kostlijk sap uit alle vruchten neep,
    Nu ook, in starre kramp, zíjn vlucht weerhoudt.

    De wind beweegt een goudenregentros,
    Doorgolft de kamer met oneindigheid,
    En maakt het lichaam tot de ijdle dos,
    Die graag wordt afgelegd voor slapenstijd;

    Dan, gloeiend, voelt de jonge vreemdeling
    Hoe 't binnendringend koeltje in kaf verwaait
    Wat eens als paarlen om die vingers hing,
    Doch dat nu 't ware graan werd uitgezaaid.

    En ook dit voorhoofd, als haar geur de roos,
    Zijn vroom vermoeden koestrend diep-verhúld,
    Die mond, zo veel-begerend en zo broos,
    Het beiden liefstbeloofde is hier vervuld.

    Een stem roept drangvol met een nieuwe naam,
    De tweede wereld breidt haar bloesemgouw
    En, luchtig zwevend door 't omrankte raam,
    Verliest de schim zich in het wenkend blauw.

    Herscheppingen (Van de tweede Wereld)

    schrijver

    23-09-2014 om 21:36 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    22-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.schone
    Een gedicht van Jacobus Bellamy 1757-1786

    De weifelende schone

    Waarom zoude ik toch beminnen?
    Is de Liefde dan zo zoet?
    Doris zal mij niet verwinnen,
    Schoon hij zo veel moeite doet!
    Schatten heeft hij - maar - zijn schatten
    Dan de bronnen onzer vreugd?
    Neen! de rijkdom, niet te omvatten,
    Is 't bezit der schone deugd!

    Waarom zoude ik toch beminnen?
    Is de Liefde dan zo zoet?

    Hylas zal mij niet verwinnen,
    Schoon hij zo veel moeite doet.
    Welgevormd en juist van leden
    Is hij 't puik der frisse jeugd;
    Maar! zijn woeste en losse zeden
    Missen 't kenmerk van de deugd!

    Waarom zoude ik toch beminnen?
    Is de Liefde dan zo zoet?

    Daphnis zal mij niet verwinnen,
    Schoon hij zo veel moeite doet!
    Daphnis is zo braaf als schrander....!
    Dit is immers 't merk der deugd? -
    Hij heeft, boven menig ander,
    Grijze wijsheid in zijn jeugd!

    Ach! indien ik kon beminnen!....
    Mooglijk is de Liefde zoet!
    Daphnis zou mij wel verwinnen,
    Want hij heeft een eêl gemoed.
    Daphnis, ja! ik moet u achten....
    Zacht! - zo dit eens liefde waar?....
    Neen! dit moet hij nimmer wachten!
    'k Min hem niet - ik acht hem maar!

    Gezangen mijner jeugd (1782)

    schrijver

    22-09-2014 om 22:05 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    21-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.roosje
    Een gedicht van J.P. Heije 1809-1876

    Geen roosje zonder doornen.

    Een roos, die zonder doornen bloeit,
    Waar mag ze zijn te vinden?
    'k Vrees, dat ze in weinig hoven groeit;
    Je zoekt vergeefs, me-vrinden!

    En of ze ook al te vinden waar',
    Ligt dat ze u zou mishagen;
    Het hoort nu eenmaal bij elkaar,
    Dat roosjes Doornen dragen.

    Wat leed in lust, wat lust in leed,
    Zo is ons aardse leven;
    En als het ons geen goed en deed,
    't Ware ànders ons gegeven.

    Dies neemt de roosjes, als ze zijn;
    Het leven met zijn nukken;
    En doet het soms een beetje pijn....
    Het leer' voorzichtig plukken.

    schrijver

    21-09-2014 om 19:50 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    20-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kinderzin
    Een gedicht van P.A. de Génestet 1821-1869

    KINDERZIN

    ’t Klein volk dat buiten zich zo vrij
       In ’t leventje verheugde,
    ’t Is nu ’t weer oprukt even blij
       In stad wacht nieuwe vreugde!

    Grootmoeder is niet wel gemutst,
       Daar geen der dartle klenen,
    Die zij bedroefd ten afscheid kust,
       Zelfs met één oog kan wenen.

    Wie als een kind zijn dag geniet,
       Zal nooit zijn dag beklagen
    En schept, wat kome, in ’t nieuw verschiet
       Weer altijd nieuw behagen.

    schrijver

    20-09-2014 om 18:54 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    19-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zomeravond
    Een gedicht van Albert Verwey 1865-1936

    Een zomeravond

    De poëzie komt over me als een droom
    Vol sterren en een lijfelijke nacht
    Van duister, waar me een hel gelaat van licht
    En vriendelijke ogen - enkel dat gelaat,
    Want ál de rest is nevel zonder vorm.
    En heel den nacht nijg ik me er heen en houd
    Stille gemeenschap tot de morgen daagt. -
    Dan lig ik stil met half geloken wimpers
    Te staren, waar ik telkens nog de lach
    Dier ogen meen te zien en 't blonde haar
    Half over 't voorhoofd - dan zijgt zijwaarts af
    Mijn hoofd in 't kussen en ik slaap in 't licht.-

    schrijver

    19-09-2014 om 22:06 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    18-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vrouw
    Een gedicht van Johan Danser 1893-1920

    DE VERLOREN VROUW

    Een grauw verdriet is in mijn ziel begonnen,
    De dag is triest en vol onduldbaar wee...
    Ik weet het nu: 'k heb mij te laat bezonnen,
    Geen deelt mij ooit meer van zijn deernis mee.

    Vroeger ben ik mijn eigen zelf ontronnen,
    Wellust verkoor ik boven zoele vreê.
    En thans, helaas! ik geef mij laf verwonnen:
    Ik ben een wrak op zwalpend-zwarte zee.

    Ach vond ik één die zat van vreugde en zwerven
    De troosting zoekt die ik zo droef ontbeer
    En die als ik 't geluk heeft moeten derven:

    'k Zou hem weer vrouw zijn, balsem voor zijn zeer,
    En willoos in zijn armen zou ik sterven
    Die zaalge dood die ik zo fel begeer.

    De Beweging (1915)

    schrijver

    18-09-2014 om 21:57 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    16-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kusjens
    Een gedicht van J.J.L. ten Kate 1819-1889
    KUSJENS.

    Wilt gij weten, lieve Schone,
    Zielvermeestrend als Dione!
    Hoeveel kusjens ik verlang,
    Als ik, van uw arm omstrengeld,
    Door de zoetste min verengeld,
    Hijgende aan uw boezem hang?
    Tel dan (zo gij 't moogt) de zuchtjens
    Van de zwoele lenteluchtjens,
    Die hier, fladdrende of en aan,
    Dartlen door de lindeblaân;
    Tel het heir der bloesemknoppen,
    Dat bij zefiers lentegroet
    Van zijn zwachtels zich ontdoet,
    Of de vruchtbre pareldroppen,
    Die de blonde Aurore weent,
    Als ze, omgord van al haar luister,
    Na het scheemrend avondduister
    't Aardrijk nieuwe kracht verleent;
    Tel de zilverblanke vlokken,
    Die de norse wintervorst
    Bibbrende afschudt van zijn lokken,
    Als hij 't veld met sneeuw omschorst;                                      
    Tel de starren die er glansen
    Aan het onbewolkt azuur
    Van de dichtbestrooide transen
    In het zwijgend avonduur,
    Of de golfjens, die er dansen
    Op de kristallijnen vloed,
    Die hier kabbelt aan mijn voet:
    Even zoveel malse kusjens,
    Gloeiend van de teerste lustjens
    En bevrucht met ambrozijn,
    Blijf ik van uw lipsatijn
    En uw donzen rozenwangen,
    Lieve! in zulk een stond verlangen.


              1836.

    ---------------------------------------
    Dione - mooie moeder van de godin Aphrodite
    Zefier - (god van de) gunstige westenwind
    Aurore - (godin van de) dageraad
    Ambrozijn - godenspijs

    schrijver

    16-09-2014 om 21:46 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    15-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.taal
    Een gedicht van Guido Gezelle 1830-1899

    DE VLAAMSE TALE IS WONDERZOET

    De vlaamse tale is wonder zoet,
    voor die haar geen geweld en doet,
    maar rusten laat in ‘t herte, alwaar
    ze onmondig leefde en sliep te gaar,
    tot dat ze, eens wakker, vrij en vrank,
    te monde uitgaat haar vrije gang!
    Wat verruwprachtig hoortoneel,
    wat zielverrukkend zingestreel,
    o vlaamse tale, uw kunste ontplooit
    wanneer zij ‘t al vol leven strooit
    en vol onzegbaar schoonzijn, dat,
    lijk wolken wierooks, welt
    uit uw zoet wierookvat!

    -------------------------------
    verruwprachtig - kleurrijk

    schrijver

    15-09-2014 om 21:41 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    14-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lippen
    Een gedicht van J.H. Leopold 1865-1925

    De lippen van het water...

    De lippen van het water leggen zich
    verliefd, verlustigd op de rondom open
    gewelfde kring; zij komen toegeslopen
    en dringen op en rekken zich...

    Gesneden in de alabasten rand
    is er een vers van een zo uitverkoren
    zoetheid van woorden, dat de zin verloren
    wegdeinde in dit bedwelmende verband.

    Een strofe, die in jubel zich verhief
    en dan zich strengelde en zich ging winden
    tot een beschaduwing van de beminde,
    van het besloten, zinsbetoovrend lief.

    En zwijmend onder alle heerlijkheden
    benadert nu een weke en vochte mond
    de kostlijke syllaben, snikte en vond
    er zijn besterven, stom teruggegleden.

    schrijver

    14-09-2014 om 19:24 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    13-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.germanismen
    Een gedicht van Nicolaas Beets 1814-1903

    GERMANISMEN.

    Gij hebt mij, lieve Buren!
    Uw t o o n s t u k niet te sturen;
    Ik zing niet gaarne op D u i t s;
    Houdt, daar gij mij door ’t oor boort
    Met uw afgrijslijk v o o r w o o r d,
    Uw l i e d e r t a f e l s thuis.
    Verlost mij van de d a a d z a a k,
    Waarover ik mij kwaadmaak,
    Gewis niet zonder grond!
    En w i j s, om mij te grieven,
    Niet h e e n naar de o m l o o p s b r i e v e n,
    Die gij mij onlangs zondt.
    Och, dat de Nederlanden
    Toch s p o r e l o o s verbanden
    Wat v o o r t g a a t uit uw huis,
    In plaats van d o o r  t e  v o e r e n
    Wat burgeren en boeren
    Tot schande strekt of kruis.
    Ons Neerduits was welluidend,
    Zolang gij ’t niet b e d u i d e n d
    Met valse klanken schondt;
    Ons Neerduits was verstandig,
    Zolang men ’t niet onhandig
    Verplooide naar uw mond;
    Ons Neerduits zal slechts leven,
    Zolang wij ’t niet vergeven
    Met vruchten van uw grond.

    Gedichten III (1905)

    schrijver

    13-09-2014 om 21:43 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    12-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de dichter
    Een gedicht van Karel van de Woestijne 1878-1929

    DE DICHTER

    Geen zomer-schaâuwe is schoon als 't beeld, in volle teilen,
    der welv'ge melk die ront, van roerig licht ommaald.
    Mijn schamel huis, waar zoel een geur van peren draalt,
    weegt teerder in mijn schroom dan 't hele herfst-verwijlen.

    En, waar van 't winter-dak een schone mane daalt,
    'n weifelt ijl een hele lente in hare wijle,
    o mijn gezóende blik, en moe van eigen-peilen?
    - Geen zoen is goed, dan die vergeten zorg verhaalt...

    Aldus wie zijn geluk in 't noden van een teken
    gelijk een geurig brood meewarig-blij durft breken,
    en nut de zuurste zemel-korst in heil'ge waan;

    om bij het heil dat weende en 't vreemde leed dat lachte,
    en in de hoede van uw deemstren, o Gedachte,
    eens, als een schone vraag, glim-lachend heen te gaan.

    De Boom-Gaard der Vogelen en der Vruchten (1903 - 1905)

    schrijver

    12-09-2014 om 21:19 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.letterschrift
    Een gedicht van Willem Bilderdijk 1756-1831

    Het letterschrift

    Hoe! met een ganzenschacht, gegrepen in de vingeren,
    Beveelt ge aan 't vluchtig woord: Rust op dees broze stof!
    Ge aanschouwt het in de zwaai der dode letterslingeren,
    En de eigen klank keert weer, die oor en boezem trof.
    De spreker ging voorbij; zijn adem is gebleven:
    Hij stierf; zijn adem leeft, zijn ziel kleeft vast op 't blad;
    Ja, teelt zich-zelve voort, om 't aardrijk door te zweven;
    Vermaant, getuigt, beveelt, in d'enkle vederspat.
    ô Hemelgift der Taal, gij band der stervelingen!
    Verlichaamd slaapt ge in 't schrift; men roept u, en ge ontwaakt,
    Om aarde en oceaan en eeuwen door te dringen:
    Ja, stift en beitelslag maakt steen en graf bespraakt.
    Neen, Puniër noch Schyt kon zulk een wonder scheppen
    Dat in d'aanschouwbre trek de onzichtbre stem besluit,
    Die d'adem ruisen deed, en tong en lippen reppen,
    Verbond de zichtbre vorm aan 't hoorbre spraakgeluid.
    Wat raast de dwaasheid dan van vroeger beeldentekens,
    Ten dekkleed uitgedacht voor Leerverborgenheên!
    Geen andre schrijvenskunst dan de echte kunst des sprekens!
    Uit God zijn ze afgedaald, en beide zijn slechts één.


    1819.

    schrijver

    11-09-2014 om 21:20 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    10-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.horzel
    Een gedicht van Helen Swarth 1859-1941

    De horzel van mijn onrust drijft mij voort

    De horzel van mijn onrust drijft mij voort,
    Zodat ik nooit mijn vrede weer kan vinden.
    Wil stil ik dromen in den geur der linden,
    Verledengeur, die teder nog bekoort,
    Zoo toornt de horzel en zijn angel boort
    Mij in de keel, tot tranen mij verblinden
    En 'k zwervend weer moet zoeken wie mij minden
    Zoo drijft de horzel mij van oord tot oord.

    Geheimvol daalt de nacht - laat me eindlijk slapen!
    Ik hoor den horzel kloppen aan mijn slapen,
    Mijn brandende ogen steekt de horzel wond.
    Lang, sarrend traag blijft hij mijn hoofd omgonzen,
    Dan in mijn hartekamer hoor ik bonzen,
    En 't is de horzel, die geen uitweg vond.

    De Gids (jrg 84) (1920)

    schrijver

    10-09-2014 om 21:55 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    09-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.woorden

    Een gedicht van Willem Kloos 1859-1938

    Als 't latere geslacht dees woorden leest

    Als 't latere geslacht dees woorden leest, -
    Want dit geslacht zal lachen om dit vers,
    De zotte poppen van de pratte pers
    In de aller-aller-eerste plaats, dán 't Beest

    Voor niets méér dan een groot gevoel bevreesd,
    Dat zich Beschaafd Publiek noemt, dat een kners
    Hoort in een gil of klacht, en van elk vers
    Rijm-zottertje maakt een familie-feest; -

    En ook véél andren zij dit hier gezeid
    (Mensen met hart zijn schaars in deze tijd)
    Maar zo één is, dan heb ik 't hèm gewijd:

    Wees hard, èn koud, èn vreemd, met iedereen,
    En ween nooit mee, 'dat gij niet later ween',
    Rond u-zelf krimpend, op de grond, alleen.

    Verzen (1894)

    schrijver

    09-09-2014 om 21:33 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kreet

    Kreet

     
    Er zijn kreten
    Er zijn valse kreten
    Maar ook hartenkreten
    Doe vooral geen mensen
    erge pijn
    Ieder mens mag er zijn
    In het schrijven mag je verblijven
    En jezelf aanvoelen
    Soms met woorden of letters kroelen
    Laat een gedicht een eerlijk gezicht zijn
    Dan is er ook geen nodeloze pijn!
     Rozen plaatjes

     

    08-09-2014 om 19:28 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    05-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.dood
    Een gedicht van Johan Danser 1893-1920

    De vreemde dood.

    Mijn peinzen kan de vreemde dood nìet loven
    Die me u welhaast voor steeds genomen had:
    Uw lichaam dat mijn droom ontroerd bezat,
    Uw bleek gelaat welks lach mijn smart kan doven.

    Dan had ik u nooit bevend meer omvat,
    Nooit meer uw haar gestreeld, zijn geur gesnoven,
    Met u nooit meer door zomers blijde hoven
    Gedwaald of laat door de avondlichte stad.

    - Neen 't is niet wreed dat na een zalig zwerven
    Door vreugde en hoop en stilte en droefenis
    Wij eindelijk een koele rust verwerven,

    Maar nu: mijn ziel is bang en ongewis,
    Ik kan uw warmte, uw zachtheid nog niet derven,
    Uw liefde die zo zoet-vertroostend is.

    Gedichten (1922)

    schrijver

    05-09-2014 om 21:25 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    04-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.woord-jazz
    Een gedicht van Paul van Ostaijen 1896-1928
    WOORD-JAZZ OP RUSSIES GEGEVEN

    Donkozakken  Donkozakken
        Rogoschin lachen
                  Rogoschin mes
                        Rogoschin mes-lachen
        Wolga ____________________ Wolga
    amper bloed gutsen van de Filippovna
        moe-verzadigd kind haar hart
        Smerdjakoff lachen lachen lachen
                        Smerdjakoff doodt de dood
        In de verte
                   over de tarwe-Oekraine
                   over de tarwezee-Oekraine
                   over het begeerte-geel der zomeroekraine
        dansen de Donkozakken      Donkozakken
                  dansen de gogolgnomen
        gogolgnomen gogolgnomen in zich-zelf gelovig
        Wolga ____________________ Wolga
        Stappen doorstikken steppe
                  gogolgnomen gieten geen gulpen van ietwat licht
                  over lwan
                                       Karamasoff
        Rogoschin lacht een scheermes
                   dood de Filippovna
        Donkozakken     Gogolgnomen     stapdoorstikte steppe
                Topazenoeral
                en het vallen der perziese prinses
                in het wollen wolgawater
        van het russies kabaret
                               B a l j e f f   B a l j e f f
        Wolga    wolga
             steppe    steppe
               tarwezeeoekraine

                        N e e n !

        er is geen stad over Petersburg
                        waar Rogoschin's mes ligt
                        steeds bereid steeds bereid
                                  bereid

        Nachtstappen naar de uiteindelike Heimat
                        daar eten zilveren schalen gogolgnomen
                                  rijstepap


        Wolga                    steppe                 mes

    schrijver

    04-09-2014 om 21:36 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    02-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herinnering
    Een gedicht van Johan Danser 1893-1920

    Herinnering

    Velen die 'k noodde in mijner dromen woon
    en die er 's levens wondre beelden zagen
    hoorde ik elkander met verwondring vragen:
    ‘Hij roemde zo, is dit dan al zijn schoon?’

    En andren lachten luid: ‘Hoe ongewoon!
    Hoe vreemd, hoe dwaas: hoe kan hem dat behagen!’
    en keerden weer naar de eigen grijze dagen.
    Doch geen van hen gaf mij 't verwachte loon.

    En 'k schreide zacht wijl sinds wij beiden scheidden
    geen warme hand mij leidde bij mijn dwalen,
    mij die alleen zo droef ben en zo zwak.

    Maar toen de luchters weer hun schijnen spreidden
    trad ik stil met herinnring door mijn zalen,
    en 't was me als hoorde ik weer uw stem die sprak.

    De Beweging (1914)

    schrijver

    02-09-2014 om 16:19 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!