Ik ben Paulie, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Prettig gestoord.
Ik ben een man en woon in Menen (België) en mijn beroep is Het zotteken uithangen.
Ik ben geboren op 19/03/2005 en ben nu dus 19 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Iedere dag lekker rondfladderen in het huis en vooral aan mijn baasje zijn oren knabbelen.
Ik ben hier aangekomen op 15 juni 2005 en ik was toen 12 weken oud en ik moet zeggen, ik ben hier met mijn gat in de boter gevallen.
Paulie vertelt
Over ons gezin Iedere dag is de moeite waard
21-02-2006
Recept
Gegratineerde tortellini in romige tomaten/pestosaus
Ingrediënten
125 gram tortellini met kaasvulling (gebruik je verse tortellini dan kun je de rest invriezen) 1 sjalotje 1 eetlepel olijfolie ½ dl witte wijn 1/2 blik gepelde tomatenblokjes 1 dl room culinair 1 eetlepel rode pesto (wat je overhebt kun je goed invriezen) 3 gedroogde tomaten in smalle reepjes (voorgeweekt of uit de olie: goed uitgelekt) peper, zout wat suiker naar smaak 1 theelepel oregano 2 eetlepels vers geraspte pecorino of Parmezaanse kaas vuurvaste schaal
Oven voorverwarmen op 200°C. Tortellini beetgaar koken volgens de gebruiksaanwijzing.
Tomatenblokjes in een zeef goed laten uitlekken.
Sjalotje pellen en snipperen.
Olie verhitten en sjalotjes hierin glazig bakken.
Afblussen met witte wijn en in laten koken tot bijna al het vocht verdwenen is. Tomatenblokjes toevoegen en alles goed verwarmen.
Crème fraiche erbij en op hoog vuur de saus aan de kook brengen tot deze bindt.
Gedroogde tomatenreepjes toevoegen.
Saus op smaak maken met rode pesto, peper, zout, oregano en wat suiker en met de tortellini vermengen.
Alles in een vuurvaste schaal doen.
Kaas erover strooien. ± 15 minuten in het midden van de voorverwarmde oven tot de kaas een mooi kleurtje heeft gekregen. Lekker met een tomatensalade.
Bereidingstijd: 0-20 minuten Schil de buitenste laag van de 2 stengels bleekselderij af met een dunschiller en maak de bolle kant iets platter door daar een extra laagje weg te schillen.
Snijd de stengels in 8 gelijke stukjes.
Snijd de leverworst aan een stuk in de lengte ook in 8 gelijke stukjes.
Druk de stukjes leverworst in de opening van de bleekselderij en bestrooi met 1 eetlepel maanzaad.
± 150 gram zalmfilet zout en peper 1 dl creme fraiche 1 klein glas witte wijn 1 klein sjalotje 1/2 eetlepel boter 2 eetlepels fijngesneden bieslook boter
Pel en snipper het sjalotje en fruit deze glazig in de boter.
Blus af met de wijn en laat dit inkoken tot je nog 1 eetlepel vocht over hebt.
Zeef het vocht en doe dit terug in de pan.
Voeg de creme fraiche hierbij en laat de saus koken tot deze dikker wordt. (± 5-10 minuten). Maak de saus op smaak af met zout en peper.
Voeg de fijngesneden bieslook toe (van het vuur af). Bestrooi de vis met peper en zout en bak de vis in weinig boter aan beide zijden 2 minuten. De zalm moet van binnen nog rosé zijn!
Leg de vis op de borden en giet wat van de saus hierover.
Serveer de rest van de saus apart. Lekker met gekookte krieltjes en courgette/wortel reepjes.
Roerbak de reepjes samen met de geperste look, de kruiden en wat zout.
Verwarm de toastjes intussen in de oven.
Schep een lepel paprika's op elk toastje en serveer warm (hou ze tijdens het vullen warm in de oven).
Tip: u kunt ook minideegbakjes gebruiken.
Gorgonzola-polenta
Ingrediënten voor 4 personen
100 g gorgonzola 3 granaatappels 150 g kastanjechampignons 150 g oesterzwammen 150 g shiitake 150 g cantharellen 1 teentje knoflook 400 g spinazie 3 cl olijfolie (extra vierge) 2 cl balsamicoazijn 8 kerstomaatjes kiemen 150 g maïsmeel 40 g boter (roomboter) 50 g boter (bakboter) peper zout 10 dl water
Bereid de polenta één dag van tevoren.
Breng in een pan met een dikke bodem het water aan de kook.
Strooi al roerend het maïsmeel erin.
Draai het vuur lager en kook in 15 minuten tot een dikke pap.
Blijf roeren.
Smelt de boter en de gorgonzola, meng met de polenta en laat alles nog 1 uur nagaren.
Laat afkoelen, schep de polenta in boterhampapier, vouw dicht en maak er een rol van.
Laat zo minstens 3 uur opstijven in de koelkast.
Snij de granaatappels open en haal de zaadjes eruit.
Hou 1/4 van de zaadjes apart, pureer de rest en wrijf door een zeef.
Laat het sap 10 minuten zachtjes inkoken en laat afkoelen.
Maak de paddestoelen schoon, verwijder de steeltjes en bak ze met de geperste knoflook in wat olijfolie.
Breng op smaak met zout en peper.
Haal de polenta uit het boterhampapier, snij in plakken van 1 cm en bak die krokant in flink wat olie.
Was de spinazie, verwijder de dikke stelen en bak in enkele minuten in een wok in olijfolie.
Meng het granaatappelsap, de balsamicoazijn en de olijfolie en breng op smaak met peper en zout.
Leg wat spinazie op elk bord, leg de polenta er bovenop, daarna weer wat spinazie en daarop de paddestoelen.
Overgiet met granaatappelsaus.
Garneer met granaatappelzaadjes, kiemen en halve kerstomaatjes.
Chocomousse
Ingrediënten voor 4 personen
150 g chocolade (puur) 2 eieren 30 g suiker 2 cl grand-marnier 2 dl room 1 eetlepel cacaopoeder
De chocolade in stukken breken en smelten au bain-marie.
Het eigeel schuimig kloppen met tweederde van de suiker.
Wanneer de suiker volledig opgelost is, de grand marnier en het cacaopoeder erdoor roeren.
De eiwitten stijfkloppen en al kloppend de rest van de suiker toevoegen.
Ook de slagroom stijfkloppen.
Langzaam de gesmolten chocolade door het eimengsel roeren.
Voorzichtig de slagroom en het stijfgeklopte eiwit toevoegen.
De mousse in schaaltjes verdelen en enkele uren laten opstijven in de koelkast.
Eventueel serveren met chocoladeschilfers of bestuiven met poedersuiker.
1 liter vlees- of kippenbouillon, zelf getrokken, uit een pot of van tabletten
1 dl kookroom
50 gram boter
250 gram spekblokjes
1 theel. gedroogde tijm
zout en versgemalen peper
Bereidingstijd: 20-30 minuten Snijd de geschilde aardappelen in blokjes.
Snipper de uien grof en de knoflook fijn.
Snijd de geschrapte winterwortel in de lengte in tweeën of vieren (afhankelijk van de dikte) en snijd de stukken in plakjes van 0,5 cm dik.
Halveer de prei in de lengte, spoel goed schoon onder de koude kraan en snijd in boogjes. Snijd de bleekselderij in boogjes.
Snijd de schoongemaakte paprika in blokjes.
Kook de aardappelblokjes in de bouillon gaar en pureer met de room met de staafmixer tot een gladde soep.
Verhit intussen de boter in een grote koekenpan en laat de spekblokjes omscheppend 5 minuten uitbakken.
Voeg de ui en de tijm toe en laat meefruiten tot de ui glazig is.
Laat de knoflook kort meefruiten.
Voeg de wortel, de prei, de bleekselderij en de paprika toe en roerbak tot de groenten beginnen te kleuren.
Doe de roergebakken groenten met het spek bij de soep, breng aan de kook, draai het vuur laag en laat circa 10 minuten zachtjes koken tot de groenten gaar zijn.
Laat de verse rookworst wellen of laat de voorgegaarde rookworst meeverwarmen.
De aardappelen schoonboenen en ze, in de schil, in weinig water in ± 15 minuten gaarkoken. Ze uit de pan nemen en pellen zolang ze nog warm zijn. De aardappelen in partjes snijden.
De sjalotjes fijnsnipperen.
De ham in reepjes snijden.
De boter of margarine verhitten en de sjalotjes hierin lichtgeel fruiten, ze daarna uit de pan nemen. De aardappelpartjes in het bakvet rondom bruin bakken.
De hamreepjes de laatste 2 minuten meebakken, de sjalotjes weer toevoegen, goed doorwarmen en het geheel uit laten lekken op keukenpapier.
4 tomaten 4 eieren 30 g kaas 1 takje tijm 1 takje oregano 80 g Noordzeegarnalen (gepeld) 20 g boter (roomboter) peper zout 4 sneetjes wit brood
Voor dit recept kunnen best mooie grote vleestomaten worden genomen.
Het bovenste kapje van de tomaten snijden en uithollen.
Omkeren op een rooster zodat ze goed kunnen uitlekken en vervolgens binnenin kruiden met peper, zout, tijm en oregano.
De tomatenpulp tot moes fruiten in boter met peper, zout, tijm en oregano.
De uitgelekte tomaten in een beboterde vuurvaste schotel zetten, een beetje kaas op elke bodem strooien, een soeplepel gepelde Noordzeegarnalen toevoegen en er een ei in breken. Een weinig tomatenmoes op het ei scheppen en bestrooien met een beetje kaas.
Het tomatenkapje erop leggen, bestrijken met gesmolten boter en in een op 180 graden voorverwarmde oven 12 tot 15 minuten laten bakken.
De tomaten uit de schotel nemen en op een geroosterd sneetje brood schikken.
Varkenshaasje met broccoli
Ingrediënten voor 4 personen
400 g varkenshaasje 1 eetlepel mosterd peper zout 400 g tomaten in blik 400 g broccoli 4 aardappelen (Rosa) 0.5 cl olijfolie (extra vierge) 1 sjalot 1 teentje knoflook 1 takje rozemarijn
De oven voorverwarmen op 220 graden.
Het varkenshaasje insmeren met mosterd en kruiden met peper en zout.
Op een rooster onder de ovengrill leggen en onderaan in de oven een vuurvast kommetje met water zetten.
Het haasje gedurende 15 minuten braden in de hete oven.
Ondertussen water aan de kook brengen in een kookpan of in een stoomkoker.
De broccoli schoonmaken en de aardappelen grondig wassen.
De ongeschilde aardappelen gedurende 20 minuten stomen boven de hete waterdamp en 2 minuten voor het einde van de gaartijd de broccoliroosjes toevoegen.
De ui en de knoflook fijnhakken en fruiten in hete olijfolie.
De uitgelekte tomaten toevoegen, kruiden met peper, zout en rozemarijn en op een zacht vuur laten verderstoven.
Het vlees eventjes laten rusten op een snijplank en ondertussen de aardappelen pellen.
Het vlees in plakjes snijden en opdienen met broccoli, gepelde aardappelen en tomatensaus.
Wortelcake
Ingrediënten voor 4 personen
4 wortelen 75 g amandelpoeder 75 g hazelnoten (gemalen) 50 g walnoten (gemalen) 7 eieren 300 g suiker zout kaneelpoeder 50 g paneermeel 50 g bloem (tarwebloem) 7 g bakpoeder 10 g boter (bakboter) 20 g poedersuiker 50 g amandelschilfers
De eierdooiers mooi schuimig kloppen met de helft van de suiker, een snuifje zout en een mespuntje kaneelpoeder.
De gemalen noten (amandelnoten, walnoten en hazelnoten) mengen met evenveel geraspte wortelen, het paneermeel, het bakpoeder en de gezeefde bloem.
Alles door de eierdooiers roeren.
De eiwitten tot sneeuw kloppen met de rest van de suiker en zorgvuldig door het deeg spatelen.
In een beboterde springvorm overscheppen en gedurende 45 minuten bakken in een voorverwarmde oven van 180 graden.
Uit de oven nemen, volledig laten afkoelen en de vorm verwijderen.
Een dagje laten opstijven in de koelkast alvorens aan te snijden.
Bestuiven met poedersuiker en garneren met geroosterde amandelschilfers.
Tip: in plaats van de taart te bestuiven, kan ze ook worden gegarneerd met suikerglazuur. Hiervoor moet 200 gram bloemsuiker in een warmwaterbad worden gemengd met 2 eetlepels citroensap en 2 eetlepels kirsch.
Het visvlees van de zeeduivel in balkvormpjes snijden, ze 1 minuut pocheren in visfumet en ze verder laten garen aan de kant van het vuur.
De prei en de witte selderij (in brunoise versneden) aanstoven in boter en er de geplette look bijdoen.
Een koffielepel tomatenpuree toevoegen en goed omroeren.
Bevochtigen met de droge witte wijn en er de visfumet bijgieten waarin de zeeduivel gepocheerd is.
Kruiden met peper en zout, tijm, laurier en de saffraandraadjes.
De soep 20 minuten laten koken op een klein vuurtje.
Intussen de wortel, de koolraap, de komkommer en de courgette versnijden en elk apart gaarkoken in water met zout en een weinig citroensap.
De soep proeven om de kruiding na te gaan en de zeeduivel alsook de groenten opwarmen.
De soep verdelen in warme diepe borden, de zeeduivel in een waaier midden op het bord leggen en de 4 verschillende groenten rond de vis verdelen.
Als presentatie een gekookt mosseltje midden de zeeduivelwaaier plaatsen.
Zalmfondue met koolgroenten van eigen bodem
Ingrediënten voor 4 personen
1200 g zalmfilet 1 bloemkool 400 g broccoli 100 g spruitjes 0.25 groene kool (savooikool) 4 raapjes 10 dl visfumet 10 dl court-bouillon zout 4 plakjes zalm (gerookt) 150 g kaas 1 eetlepel bieslook (fijngehakt)
De zalmfilet spoelen met koud water, droogdeppen en in kleine blokjes snijden.
De bloemkool en broccoli in roosjes verdelen en wassen.
Beide groenten apart 3 minuten laten blancheren in licht gezouten water, laten afkoelen in koud water en laten uitlekken.
De groene kool in stukken verdelen en eveneens blancheren.
De rapen schillen en in dobbelsteentjes snijden.
De buitenste blaadjes van de spruitjes verwijderen.
Beide groenten apart blancheren in licht gezouten water.
Laten afkoelen en uitlekken.
De zalmblokjes en de geblancheerde groenten in waaiervorm op een dienblad schikken.
Op een tweede dienblad het gehakte bieslook, de gemalen kaas en de gerookte zalm (in kleine stukjes) schikken als garnituur bij de fondue.
In een fonduepan de visfumet en de court-bouillon samen aan de kook brengen.
Aan tafel de brander zo regelen dat de bouillon tegen de kook aan blijft pruttelen.
De zalmblokjes en de groenten samen op een fonduevorkje prikken of in een netje leggen en gaar pocheren in de bouillon.
Baklava
Ingrediënten voor 4 personen
1 kg filodeeg boter voor het invetten 500 g walnoten 2 theelepels kaneelpoeder 750 g suiker 450 g boter (geklaard) 150 g griesmeel kruidnagel 250 g honing (vloeibaar) 5 dl water 2 citroenschillen sap van 1 citroen
Meng walnoten (licht geroosterd, dan verkruimelt), kaneelpoeder en 250 g fijne tafelsuiker in een kom en zet apart.
Smelt de helft van de geklaarde boter in een pan en voeg het griesmeel toe.
Roer goed door, maar laat het niet kleuren.
Laat het geheel afkoelen.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Vet een bakvorm van 30 x 15 x 5 cm in.
Leg er 10 vellen filodeeg in, bestrijk elk vel met boter en steeds met griesmeel (in totaal de helft).
Gebruik vooral veel boter! (Wanneer u het filodeeg zelf bereidt, verdubbel dan de hoeveelheden en voeg een theelepel gedroogde gist aan het deeg toe.
Verdeel het deeg in 32 stukken en rol elk stuk uit.)
Voeg een laag toe met de helft van het walnoten-kaneelpoedermengsel.
Leg hier opnieuw tien vellen filodeeg op en bestrijk deze zoals hiervoor met boter en griesmeel.
Vervolg met een laag van de resterende walnoten-mix.
Besluit met de vellen filodeeg en gebruik even veel boter als eerst.
Snijd met een scherp mes de bovenkant van de baklava in.
Decoreer elke portie met een kruidnagel.
Besprenkel de baklava met water en zet 30 minuten in de oven.
Draai de oventemperatuur lager tot 140°C en bak de baklava nog eens 2 tot 2,5 uur.
De bovenkant moet goudkleurig blijven (en niet donkerbruin worden).
Haal de baklava uit de oven en laat afkoelen.
Doe alle ingrediënten voor de siroop (de tijmhoning, 500 g suiker, het water en de fijngeraspte citroenschil), zonder het citroensap, in een pan en breng aan de kook.
Voeg het citroensap toe als de siroop aan een lepel blijft kleven en giet de hete siroop over de afgekoelde baklava.
Laat het een nacht rusten en geniet de volgende dag van dit lekkers!
300 g Callebaut-chocolade 6 eieren 125 g suiker 2 dl melk 3 dl room 100 g bloemsuiker
Breek de chocolade, doe in een kom en laat smelten in een warmwaterbad.
Klop de eiwitten met de helft van de suiker tot een schuimige massa.
Klop de room met de andere helft van de suiker stijf.
Klop de eierdooiers tot de massa blanker wordt en voeg al kloppend de kokende melk toe. Doe het mengsel in een kom en roer in een warmwaterbad tot je een mooie, gebonden crème anglaise krijgt.
Doe de gesmolten chocolade met een spatel bij de crème en laat alles afkoelen.
Roer eerst de stijfgeklopte eiwitten en vervolgens de opgeklopte room met een pannenlikker luchtig door de massa.
De mousse moet (jammer genoeg) een nacht rusten (je kan natuurlijk stiekem wat voorproeven).
IK PROTESTEER. Papa Ronny heeft mij weer wat geflikt. Meneertje probeert ook eens een logo te maken. En wat voor een! Een muntstuk van 50 cent met mijn afbeelding erop. 50 cent, is dat alles dat ik waard ben? Awel, papa Ronny, ge zijt bedankt. Ik geef je de goede raad om in het vervolg weer te rekenen op de vakmanschap van onze medebloggers. Beste bloggers, wat vinden julie van dit onding? Je mag het best laten weten hoor want je moet papa Ronny niet sparen. Ik ben benieuwd. Voor mijn part mag hij zijn huiswerk eens overdoen.
Alles in kleine stukjes snijden en in een kom scheppen.
Azijn, kappertjes, suiker en gemalen peper bij de room voegen, eventjes opkloppen.
Alles grondig mengen en 1 uur op een koele plaats zetten.
Daarna de kom versieren met partjes hardgekookt ei.
Witlooftaart
Ingrediënten voor 4 personen
5 eierdooiers 250 g bloem (tarwebloem) 150 g boter (bakboter) 0.5 dl water 4 dl room 8 stronkjes witloof 20 g boter (roomboter) 250 g ham 150 g kaas peper zout nootmuskaat
De bloem mengen met de stukjes boter en een snuifje zout.
Bewerken met 2 messen tot een korrelige massa.
Eén eierdooier toevoegen en lichtjes kneden met wat water.
Het deeg in folie wikkelen en minstens 1 uur laten rusten in de koelkast.
Een taartvorm van 25 centimeter diameter insmeren met boter en bestuiven met bloem en even in de koelkast plaatsen.
Het witloof reinigen en in fijne reepjes snijden.
De ham eveneens in fijne reepjes snijden.
De witloofreepjes bakken in bruine boter.
De eierdooiers loskloppen met de room.
Het uitgelekte witloof, de ham, de kaas, peper, zout en nootmuskaat toevoegen.
De oven voorverwarmen op 200 graden.
Het deeg uitrollen en er de bebloemde vorm mee bekleden.
Het witloofmengsel over het deeg uitgieten en 40 minuten laten bakken in de oven.
Mousse-palets
Ingrediënten voor 4 personen
1.5 dl sinaasappelsap 2 eieren 4 eetlepels agar-agar 50 g chocolade (puur) 150 g cranberrys 175 g suiker 6 dl room
Dit palet bestaat uit een cranberrymousse, een sinaasappelmousse en een chocolademousse.
Begin met de cranberrymousse.
Kook de bessen in water tot de schilletjes openbarsten.
Kook nog 5 minuten door en pureer.
Week de helft van de agar-agar 15 minuten in de cranberrypuree.
Roer het ei met de helft van de suiker los.
Klop de slagroom stijf.
Verdeel de slagroom in drie delen: 1/3 voor de cranberrymousse, 1/3 voor de sinaasappelmousse en 1/3 voor de chocolademousse.
Breng de cranberrypuree aan de kook en los al roerend de agar-agar op.
Haal de pan van het vuur en schep 1/3 van de slagroom en het eimengsel erdoor.
De cranberrymousse in nu klaar.
Maak nu de sinaasappelmousse.
Week de andere helft van de agar-agar 15 minuten in 2/3 van het sinaasappelsap.
Klop het ei met de helft van de suiker los.
Breng het sap aan de kook en laat al roerend de agar-agar oplossen.
Haal de pan van het vuur en schep de rest van het sap, 1/3 van de slagroom en het eimengsel erdoor.
Als heerlijk slot maakt u nu de chocolademousse.
Breek de chocolade in stukjes en smelt in een kom met wat water au bain marie.
Laat enkele minuten afkoelen.
Schep het laatste deel slagroom samen met de suiker door de chocolade.
Laat alle mousses ongeveer 3 uur in de koelkast opstijven.
Schep met twee lepels ovaaltjes van de mousses op bordjes.
Tip: garneer met chocoladehulstblaadjes, sliertjes sinaasappelschil en poedersuiker.