Gebruik baard, pruik en snor nooit om uw gezicht te verbergen!
Hoofdpunten blog wandelen
sinterklaas
06-10-2005
Sinterklaas verdeelt Belgie
Sinterklaas verdeelt Belgie
In België, waar Sint-Nicolaas actief is als patroon van onder meer graanhandelaren, schippers, winkeliers en voddenkooplui, is verdeeldheid over de viering van het Sinterklaasfeest. In veel streken en plaatsen moet de heilige zijn populariteit delen met zijn collega Sint-Maarten, of Sint Martinus. In grote delen van Vlaanderen wordt het Sinterklaasfeest echter even geestdriftig gevierd als in de noordelijke Nederlanden. De verdeeldheid die belgië ook op dit vlak kenmerkt, wordt het fraaist verbeeld in een gedicht van Paul van Ostaijen:
Het liedje van de twee sinten
Ik hou van sint Niklaas Ik hou van Sinte Martin Ik hou van de ezel van Sint Niklaas Ik hou van het zwaard van Sinte Martin Ik hou van de ezel een oude wijs van zijn goedheid - zijn rug draagt rust door de straat onbewuste venter - Ik hou van het zwaard het klieft de eigen mantel - plotse scherpte van nieuwe ogen over de schijn der dingen - goed en wijs scherp en rustig Ik hou van de ezel van Sint Niklaas Ik hou van het zwaard van Sinte Martin Ik hou van Sint Niklaas Ik hou van Sinte Martin
uit: Wie de koek krijgt, wie de gard(Ed van Eeden)
Toen Nicolaas enige tijd bisschop van Myra was, ontstond er een barre hongersnood in de stad. Alle voorraden waren uitgeput en nergens was er meer een greintje voedsel te vinden. In die barre dagen hoorde Nicolaas, dat er - om een storm te ontwijken - een schip de haven was binnen gelopen dat graan vervoerde. Nicolaas haastte zich erheen en vroeg de kapitein dringend honderd zakken graan af te staan voor de hongerende bevolking van de stad. Maar de kapitein zei: 'Geachte heer, dat kan ik u niet geven. Het gewicht is in Alexandrië precies gewogen. Het graan is bestemd voor de graanschuren van de keizer en we zullen ons voor hem moeten verantwoorden.' Daarop antwoordde Nicolaas: 'Geef mij die honderd zakken graan en ik zeg u, bij de wil van God, dat u geen gram minder gewicht aan boord zult hebben als u in Rome arriveert.' De kapitein deed wat de vastberaden bisschop hem beval en gaf zijn matrozen opdracht de gevraagde hoeveelheid graan aan wal te brengen. Toen de storm was gaan liggen, zeilden ze uit. Bij de aankomst in Rome bleek er bij controle precies evenveel graan aan boord te zijn als in Alexandrië geladen was. Nu vertelden ze wat er hun in Myra was overkomen en ze prezen God en zijn dienaar Nicolaas. Intussen had Nicolaas het graan laten uitdelen onder de behoeftige bevolking en ieder kreeg zijn deel. Hoewel het slechts honderd zakken waren, had de stad gedurende twee jaren meer dan voldoende te eten en bleef er nog genoeg over om te zaaien.