Gebruik baard, pruik en snor nooit om uw gezicht te verbergen!
Hoofdpunten blog wandelen
sinterklaas
28-01-2009
Sintsnoepjes hebben een verhaal
Sintsnoepjes hebben een verhaal (4)
En nu de snoepjes Daaronder zit oorspronkelijk veel "koekerij". Dit heeft te maken met oude offergebruiken. Wodan was een god die je gunstig moest stellen opdat hij zijn gunstenzaden voor de nieuwe oogst - milt zou strooien. Ook moest je hem gunstig stemmen om zware stormen af te weren. Wat offer je dan : mensen, dieren, haver, hooi, wortels, bieten, rapen, noten appels... Offerbroden of offerkoeken in de vorm van mensen en dieren vervingen al heel vlug de originelen. De laatste schoof van de oogst bleef op het veld voor Wodan, of er werd een offerkoek van gebakken. Een koek bevat immers "korengeest". Dit gebeurde vooral in het voorjaar en het najaar, de periode van de zwaarste stormen en in de 12 donkere dagen, wanneer Wodan met z'n heir door het luchtruim klieft. Het waren "gewijde" nachten, Weihnachten...De offergaven werden bij de haard gelegt, waar warmte was, en voedsel, waar men de kinderen bakerde en waarbij de oude verhalen rondgingen. Daar was ook de schoorsteen, waar doorheen je de wind, Wodan, kon horen. De schoorsteen was de weg waarlangs de goden en geesten in de mensenwereld binnenkwamen. Helemaal onbekend klinkt dit niet. Bij de haard werden ook de huwelijken gesloten. (wordt vervolgt) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
De heilige Nicolaas handelde altijd wijs en was trouw aan de ware leer. Op de Griekse iconen-Burtscheid-icoon! - staat hij met een evangelieboek in zijn handen. Een boek suggereert ook de kennis en literatuur. Wodan is de God van het woord, de dichtkunst en de runen en van de wijsheid.
Wanneer de verering van Nicolaas West-Europa binnen dringt, zijn de ambtsgewaden van de bisschoppen hier al gestandaardiseerd, verschillend van die van het Oosten. Ook hier zijn paralellellen die meespelen in de mix. Nicolaas draagt een mijter, Woen een grote hoed. De Germaanse god heeft een grote speer in de hand, symbool van recht en rechtvaardigheid, de christelijke heilige heeft z'n kromstaf, symbool van de herder die zorgt voor het welzijn van z'n kudde. Een grote wijde mantel hangt om de schouders van Wodan, Nicolaas draagt een cappa, een bisschopsmantel. Bisschoppen in het Karolingische rijk verplaatsten zich ongetwijfeld te paard, Wodan doorkliefde het luchtruim op z'n achtpotig paard Sleipnir. Wellicht is dit gegeven de oorsprong van de"dakvaardigheden" van Sinterklaas. Tenslotte heeft ongetwijfeld het feit dat de feestdag van de heilige Nicolaas in de donkerste en guurste periode van het jaar valt, waarin Wodan door de wolken kliefde en waarin de mensen met veel onzekerheden voor de toekomst leefden, ook invloed gehad op het koppelen van"wodaniaanse" gegevens aan"nicoliaanse". (wordt vervolgt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Wodan was de beschermheer van de scheepvaart, want hij is de god van de wind, en van de handelaars, die afhankelijk zijn van de scheepvaart, maar ook van de vruchtbaarheid van de aarde. Die vruchtbaarheid is dan weer gekoppeld met de effecten van de wind op landbouw en veeteelt. Zo is de oppergod dan tevens een vruchtbaarheidsgod. Nicolaas, in de oudste legenden, beschemt zeelieden tegen de storm, ja, is zelfs in staat storm te beheersen. Ook hij is beschermheer van de scheepvaart en van de handelaars. Beiden beschikken over wondere krachten en zijn milde schenkers. Wodan kan zorgen voor de zaden voor de oogst, Nicolaas beschermt met zijn wondermacht zijn stadsgenoten tegen de hongersnood en deelt het graan uit. De Germaanse oppergod waakt over recht en gerechtigheid en huwelijk, de bisschop van Myra komt op voor onterecht veroordeelden 3 generaals, 3 onschuldigen en maakt voor 3 meisjes een huwelijk mogelijk. (wordt vervolgt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Speculaas, marsepein, chocolade, guimauve, taai-taai, lettergebak, nic-nac, pepernoten, appels, sinaasappels, noten... Heerlijk snoepgoed voor alle lieve kleine en grote kindertjes die nog echt in Sinterklaas geloven. Gul strooit hij er mee. Maar...Weten die lieve kinderen ook dat al dat strooigoed een eigen verhaal heeft? Waarom speculaaspoppen, harten, hartjes van suiker, Onze-lieve-vrouwkens, varkentjes, eekhoorntjes, ezeltjes, appeltjes, sinaasappeltjes, mandarijntjes, vruchten, noten, pepernoten, letters, munten...?
Een complex verhaal Wanneer Nicolaas vanuit het Oosten naar het Westen komt, ontmoet hij Wodan (Woen of Odin) de oppergod van de Germanen. Ergens tussen de 8ste en de 10de eeuw komt een unieke mix tussen Oost en West, tussen Christelijke en Germaanse gegevens tot stand. Die ligt aan de basis van de meeste Sinterklaasgebruiken en dito snoepjes.
Laat ons de twee even met elkaar vergelijken. Maar eerst nog dit : het zou fout zijn om uit wat volgt af te leiden dat achter Sinterklaas eigenlijk Wodan schuilgaat. Het is wel degelijk de heilige bisschop uit Myra aan wiens feest Germaanse gebruiken, verbonden vooral met Wodan, gekoppeld raakten op basis van een aantal overeenkomsten tussen de twee figuren.(wordt vervolgt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
1952. Ik mocht zelf Sinterklaas zijn, staande op de stoel naast de bestuurder van een kleine auto met een open dak. Er stonden veel kinderen langs de route..Een meisje keek me met grote, verbaasde ogen aan en zei met een geknepen stem: "Bedankt voor het hart." Dat vertrouwen van zo'n kind in die goede Sint! Aardig van haar moeder om een zelfgemaakt suikerhart in de schoen van haar dochtertje te stoppen. De kinderen van tegenwoordig, overspoeld door vele indrukken, zijn die nog gevoelig voor een bijzondere ervaring? Jazeker. Ik stond met mijn kleinzoontjes langs de route van de intocht van de Sint. Uit de stoet naderde de Hoofdpiet de jongens en zei: "Ha Felix en Tycho, leuk jullie hier te zien". Stomverbaasd waren die knapen. Hoe wist die Zwarte Piet hun namen? Gewoon, 's morgens verteld aan de Hoofdpiet, Bert Jansen. John Kegel uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
De mensen liepen mistroostig op straat. Plotseling zag ik hun gezichten opfleuren. Aan het eind van de straat verscheen Sint-Nicolaas, op een paard. Het was het paard van de groentenboer, want die liep er glunderend naast. De mensen begonnen te lachen. Wat is het fantastisch, dacht ik, dat Sinterklaas onder die moeilijke omstandigheden toch nog zoveel vreugde kon geven. Dat beeld van die blije mensen, in de oorlog, zal ik nooit vergeten. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
"Weet je wat jij eens moest doen, Johny?" "Binnenkort komt Sint-Nicolaas. Zet dan een bakje water voor het paard klaar en leg er een winterpeen naast..." Het was 1939 en het waren de woorden van mijn oude grote broer. Wat bleek de volgende dag? Bakje leeg en de wortel verdwenen. Dat kan natuurlijk niet, was het eerste wat in mij opkwam. Maar ik dacht ook: "Wat zou het mooi zijn als het allemaal wél waar was..." Kinderen van toen kregen niet zoveel indrukken te verwerken als de jeugd van nu. In die tijd was er voor ons geen radio, geen telefoon, geen televisie, geen computer, geen mobieltje. Geen wonder dat zo'n gebeurtenis -water en wortel verdwenen- een gevoelige indruk op mij maakte. 't Was een soort van mystieke ervaring. Ik was ook vreselijk kwaad op die jongens uit de hoogste klas, die mij vertelden dat Sinterklaas niet bestond. Ik wilde dat hij wel bestond, al besefte ik ook dat het dan te mooi zou zijn om waar te zijn. 1943. De grauwheid van de oorlog hoef ik U niet te schetsen. (wordt vervolgd) John Kegel uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap