Sintsnoepjes hebben een verhaal (7)
De sinaasappels en mandarijntjes komen er pas in de 16de eeuw. Wellicht speelt de analogie met de appels, maar door de kleur is er zeker een link met de beurzen met goud die Nicolaas binnengooit bij z'n buurman met de drie dochters. Al deze vruchten zullen dan later ook verschijnen, nagemaakt in marsepein, dat op z'n beurt gemaakt is van amandelen en weer verwijst naar vruchtbaarheid en levenskracht. Hieraan gelinkt zijn de eekhoorntjes onder de sintsnoep. Zij leggen juist grote voorraden van noten aan om de winter door te komen. Op hun beurt verwijzen zij naar vruchtbaarheid, maar tevens staan zij model voor hoe de mensen het koude, donkere seizoen moeten aanpakken. (wordt vervolgt) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
|