De stijgbeugel van Nikola (1)
Er leefde, er was eens een boertje; hij heette Morgoén en sloofde zich af, werkte tot hij er bij neerviel, pakte van alles aan, maar niets lukte hem, alles liep verkeerd af. Eens was Morgoén bezig zijn moestuin te bewerken, die vlak aan de straatweg lag; op de weg reed Nikola de Genadigde. "God helpe u, boer!" "Dank u wel, Sint Nikola! Waar gaat ge, de Gode Welgevallige, naar toe?" - "Ik ga naar de Verlosser." - "Barmhartige Nikola, wilt ge zo goed zijn de Verlosser te vragen, of er iets in wereld is, dat mij geluk zou kunnen brengen?" - "Goed, ik zal het vragen." - "Zult ge het heus niet vergeten?" - "Nee, ik vergeet het niet, wees gerust." Het boertje keek aandachtig en zag: de stijgbeugels aan het zadel van Nikola waren van goud.
"Genadigde Nikola, wilt ge zo goed zijn een stijgbeugel af te binden en hem hier te laten? Als ge bij de Verlosser op uw paard zult gaan zitten, zult ge bemerken, dat er een stijgbeugel ontbreekt en dan zult ge aan ons gesprek denken." De Barmhartige stemde er in toe, maakte een stijgbeugel los, gaf hem aan het boertje - en met één stijgbeugel reed hij naar de Verlosser. Nikola de Gode Welgevallige kwam bij de Verlosser, hij besprak er, wat hij te bespreken had en maakte aanstalten om te vertrekken - doch hij dacht niet aan de afspraak met Morgoén. Toen hij zijn paard zou bestijgen, herinnerde hij zich zijn belofte en zei: "Allerreinste Verlosser, de Waarachtige! Het boertje Morgoén heeft mij verzocht U naar zijn geluk te vragen. Hij is zo ongelukkig; is er iets in de wereld, dat hem geluk zou kunnen brengen?" - "Zeker, ook voor hem is er iets, dat hem geluk zou kunnen brengen, zijn geluk is stelen en zweren." (wordt vervolgd) uit : Sinterklaasverhalen
|