De edele KVVV hofnar vat aan voor het ridderfeest begint met het aloude Herbakkersgedicht:
Sa mensen, goede lieden hoort!
Luistert goed en elk zegge het voort.
In d’al oude stede Eeklo woonde ooit
‘DE HERBAKKER’ van het land.
Hij kon kneden en herbakken ieder hoofd,
Op de wijze aan zijn klant beloofd.
Terwijl een kool was op de romp gezet
Werd ’t hoofd van iedere kwaal ontsmet.
Hij heette de oven zo van pas
En bakte alsof het geschilderd was.
Al was het een hoofd vol willekens,
Al was het een hoofd vol grillekens,
Al was het een hoofd heel vies en schots,
Al was het een hoofd vol vals trots,
Al was het een schaapskop nog zo slecht,
Hij knapte het op met zijne knecht.
Hij liet ze bakken tot de noen,
Dit hadden ze zeker wel van doen,.
Zowel de dienaar als meneer
En vrouw en meid al even zeer
En jong en oud en wijs en gek
Want ieder hoofd had zijn gebrek.
Sien, die toornig was en gram,
Werd plots zachtmoedig als een lam.
Dit roemrijk en aloud herbakken
Bracht soelaas bij tal van ongemakken,
De naam van EEKLO werd aldus gemaakt
En ’t nageslacht volbracht zijn taak.
(Door Jan Martens)