1 rode paprika (200 g stuk)- 1 groene paprika (200 g stuk)- 1 gele paprika (200 g stuk)-350 g pikante chorizo (in zijn geheel)- 3 eetlepels extra reine olijfolie- 1/2 koffielepel paprika-zout, peper
Maak de paprika's schoon: verwijder de zaadjes en de witte vezels. Spoel ze onder stromend water en snijd ze in stukken van gelijke grootte. Snijd de chorizo in schijfjes. Prik de schijfjes chorizo en de stukken paprika afwisselend op de spiesjes.
Meng de olie en de paprika. Smeer dit mengsel op de spiesjes, doe er zout en peper op en grill 15 min. terwijl u ze herhaaldelijk draait.
Tip:
Serveer bij deze pikante spiesjes een grote groene sla met vinaigrette en fijne kruiden.
- Snijd het kalkoenvlees in grote blokjes en leg ze in een diepe schotel. Dompel de perziken even in kokend water, houd ze vervolgens onder de koudwaterkraan. Verwijder de pel en de pit en snijd ze in kwartjes, waarbij u het sap opvangt.
- Giet de zonnebloemolie, de vermout, de sojasaus, de wijn, het perzikensap, de gember en het geperste look in een steelpan en breng dit alles aan de kook. Klop op met de garde en giet de bereiding over de blokjes kalkoen. Roer ze goed om zodat de blokjes in de saus gehuld zijn en laat 2 u weken inde koelkast. Zet ook de stukjes perzik in de koelkast.
- Laat de blokjes kalkoen uitlekken, dep ze droog en rijg ze afwisselend met de kwartjes perzik en de laurierblaadjes aan de spiesjes. Bak ze op de barbecue 7 min aan elke zijde en overgiet ze herhaaldelijk met de marinade.
Doe in een longdrinkglas 3 cl droge campari, 3 cl rode vermouth en een vijftal ijsblokjes. Roer goed om. Leng aan met goed gekoeld sodawater en werk af met een reepje (onbehandelde) sinaasappelschil
Pureer met de staafmixer 60 g verse aardbeien met 5 cl witte rum, 2 à 3 cl limoensap en 1 à 2 cl aardbeiensiroop. Doe er 3 à 3 eetlepels ijsschilfers bij en roer goed om. Schenk in brede glazen. Werk af met een aardbei en een plakje limoen en serveer met een rietje.
400 g tarwebloem- 5 eieren-1 kg snijbiet- 200 g verse ricotta- 4 eetl. Parmezaanse kaas- nootmuskaat- 60 g boter. 8 blaadjes verse salie- zout en peper
1. Maak het raviolideeg. Bewerk het tarwemeel met de 4 eieren en een snuifje zout tot u een homogeen en soepel deeg krijgt. Laat 30 min. rusten onder een handdoek.
2. Snijd en was de snijbiet en kook gedurende 8 min. in zout water. Laat ze uitlekken en hak ze fijn. Meng de ricotta, 1 ei, 1 eetlepel parmezaan, een beetje nootmuskaat, zout en peper in een slakom.
3. verdeel het deeg in tweeën. Bewerk de twee stukken op een tafel met de deegrol, tot u twee identieke vellen van 1 mm dik hebt. Verdeel in gelijke vakjes. Schep op elk vak ongeveer 1 koffielepel ricottamengsel (zie foto 1). Bedek met het andere vel (zie foto 2) en druk met uw vingers de twee vellen rond de vulling samen. Snijd de ravioli met een deegwieltje of een mes (zie foto 3). Bestrooi met bloem en laat 1 uur rusten.
4. Kook de ravioli gedurende 7 minuten in veel water met zout. Laat intussen de boter met de salie in een pan smelten. Laat de ravioli uitlekken en meng ze met de boter. Onmiddellijk opdienen, met de rest van de parmezaan op de rand van het bord.
Koken zonder knoeien:
Om te voorkomen dat de ravioli openbarsten, moet u erop toezien dat het water niet te hard kookt. . Gebruik een plastic spatel om de ravioli voorzichtig met de boter te mengen.
De dag vooraf: snijd de kippenlapjes in heel fijne reepjes. Giet ze in een slakom met de kruiden (behalve de paprika), de olie en het geperste look. Meng en laat 12 uur in de koelkast marineren.
Was de volgende dag de paprika's, snijd ze in twee, verwijder de pitten en witte vezels en snijd ze in dikke reepjes. Pel de uien en hak ze fijn. Pel, ontpit en plet de tomaten. Bescherm uw handen met rubber handschoenen en snijd het piment in twee, verwijder de pitten en snijd in heel fijne schijfjes.
Neem 2 eetlepels van de marinade en verwarm in een braadpan met dikke bodem. Fruit daarin de reepjes paprika en de gehakte ui. Laat nog 6 tot 7 min. op matig vuur doorbakken totdat de groenten gaar zijn. Voeg er de reepjes kip bij en laat 10 min. bakken totdat ze mooi goudbruin en volledig doorbakken zijn.
Pel en ontpit de avocado's. Pureer het vruchtvlees heel fijn met een keukenrobot. Voeg er de tomaten, het piment, het citroensap, zout en peper bij en meng alles goed dooreen. Giet de saus in een kommetje en bestrooi met paprika. Dien de kip en de saus apart op.
1- Scheid de eierdooiers van het eiwit. Klop het eiwit heel stijf.
2- Klop de dooiers met de suiker tot u een schuimig mengsel hebt. Voeg de mascarpone en de Amaretto toe, daarna het eiwit.
3- Doop de vingerkoekjes snel in de koffie en leg ze op de bodem van een vierkante ovenschotel. Giet het mascarponemengsel over de koekjes en bedek met een tweede laag in koffie gedoopte koekjes. Werk af met een gelijkmatige laag mascarpone.
4- Bestrooi met cacaopoeder en laat gedurende 3 uur in de koelkast afkoelen.
Liever licht
Eigenlijk hebt u sterke koffie nodig om tiramisu te maken (het is niet voor niets Italiaans voor kikker mij op'). Zwart gebrande, cafeïnevrije koffie kan echter beter zijn voor uw slaap.
Eieren worden voor bewaring in de koelkast vaak uit het doosje genomen. Het probleem is echter dat je dan na een poosje niet meer weet hoe oud de eieren zijn. In de eierhandel wordt de versheid gecontroleerd door ze te lichten. Een ei is vers als het licht erdoor schijnt, de dooier niet duidelijk zichtbaar en niet beweeglijk is, en de luchtkamer nog klein is. Maar ook thuis kun je snel zien of een ei vers genoeg is voor consumptie.
De drijfproef: in een kom met zout water blijft een vers ei plat op de bodem liggen. Hoe ouder het ei, des te meer de stompe kant naar boven komt. Is de luchtkamer reeds groot (na ongeveer 6 weken), dan kan het ei zelfs beginnen drijven.
De breekproef: bij het breken zal een vers ei een bolronde, stevige dooier en veel stevig eiwit hebben dat weinig uitloopt.
Geen beter middel om de koude uit uw lichaam te verdrijven dan een kop heerlijke soep. Van een eenvoudige wortelsoep over een smaakvolle auberginevelouté tot een feestelijke soep met jakobsschelpen...
Voor 4 personen:
500 g aubergines- 65 cl kippenbouillon- 2 eetlepel olijfolie- 50 g gehakte ui- 1 tomaat van 150 g- 6 blaadjes basilicum- 1/2 theelepel madraskerrie
Fruit de ui en het kerriepoeder met de olijfolie in een pan.
Doe er de in blokjes gesneden tomaat bij en laat 3 minuten koken terwijl u roert.
Giet de bouillon erbij en breng alles samen aan de kook. Schil de aubergines. Snijd ze in stukken en doe ze in de bouillon. Dek af en laat 20 minuten zachtjes sudderen.
Maak alles met de mixer fijn. Breng op smaak, voeg 4 blaadjes basilicum toe en mix opnieuw.
Dien warm op in soepborden en werk af met de twee resterende basilicumblaadjes, die u op het laatste ogenblik rechtstreeks boven de borden met de schaar versnippert.
Tip: Om de soep een aangenaam geroosterd smaakje te geven, snijdt u de aubergines in plakken van 1 cm dik en legt u ze even op de rooster op een houtvuur of onder de grill.
1. Maak de wortelen schoon. Snijd ze fijn en kook ze 35 minuten in een pan met de fijngehakte knoflook, de komijn, de olijfolie en 4 dl kippenbouillon.
2. Pers de sinaasappelen. Giet het sap in een pan en laat het op een zacht vuurtje inkoken tot het stroperig is. Voeg het bij de wortelen en laat nog 5 minuten koken. Breng op smaak met zout en peper.
3. Bewaar 4 eetlepels wortelsoep in de koelkast en mix de rest. Giet er 3 dl kippenbouillon bij die u eerst aan de kook heeft gebracht. Meng en laat de soep snel afkoelen op een kom met ijsblokjes.
4. Schik een lepel worteltjes in het midden van de gekoelde borden. Giet de wortelcrème er omheen.
1 goed rijpe (kleine) ananas- 150 g Thaise rijst (met jasmijnsmaak)- 1 sjalot- 1 teentje knoflook- 1 mespuntje griessuiker-300 ml kokosmelk-50 g gepelde en ongezouten pindanoten- 1 eetlepel korianderzaadjes-korianderblaadjes voor de versiering-peper van de molen-olie
Snijd de ananas in twee en verwijder het vruchtvlees zonder de schors te doorboren. Verwijder het centrale harde gedeelte en hak het vruchtvlees fijn waarbij u het sap opvangt. Pel de sjalot en hak hem fijn.
Was de rijst onder stromend water en laat hem uitlekken. Fruit in een grote bakpan met dikke bodem de rijst in de hete olie totdat hij doorzichtig wordt. Voeg er de gehakte sjalot, het geperste look, de helft van het ananasvlees, een flinke mespunt peper, suiker en kokosmelk bij. Meng, dek af en laat 30 min. sudderen op zacht vuur: er mag geen spoor van vocht meer zijn, maar de rijst moet vast blijven (voeg kokend water toe indien nodig). Bak de pindanoten en de korianderzaden goudbruin in de bakpan en voeg ze op het einde van de kooktijd aan de bereiding toe.
Verdeel het rijstpannetje over een warme dienschotel. Versier met de korianderblaadjes en dien onmiddellijk op.
Degustatie:
Maak van deze garnituur een volledig gerecht door er fijne reepjes gebraden varkensvlees of kip aan toe te voegen.
600 g zalmcarpaccio- 5 cm verse gember- 10 cl ciderazijn- 1 koffielepel fijne mosterd- het .sap van 1/2 groene citroen- 4 eetlepels zonnebloemolie -zout, peper
Zet de zalmcarpaccio 15 min. in de diepvriezer. Schil en rasp het stuk gember.
Voor de saus: breng de azijn aan de kook en dompel daarin de schijfjes gember. Laat 15 min. koken en laat vervolgens afkoelen. Neem de gember en 2 eetlepels azijn uit de pan.
Klop in een kom de azijn, de mosterd, het sap van de groene citroen en verwerk er vervolgens beetje bij beetje de olie in. Zout en peper.
Nappeer de bodem van vooraf ijsgekoelde individuele borden met een beetje saus. Leg daarop de zalmcarpaccio, nappeer met de rest van de saus, garneer met de schijfjes gember en dien heel koel op.
Pel de uien en hak ze fijn. Zout en peper de stukken konijn. Bak ze goudbruin in hete boter in een stoofpan. Neem het vlees uit de pan en fruit er de fijngehakte uien in. Leg de stukken konijn opnieuw in de stoofpan. Bestrooi met bloem en giet de geuze langs de wanden in de pan. Voeg een kruidentuiltje toe, breng zachtjes aan de kook, dek af en laat 40 min. sudderen op zacht vuur.
Dompel de pruimen in het kookvocht, dek af en laat nog 20 min. doorkoken op zacht vuur.
Schik de stukken konijn en de pruimen in diepe schotel. Leng de rodebessengelei aan met een scheplepel saus en giet dit alles in de stoofpan. Voeg de azijn toe, ga na of het voldoende gekruid is en nappeer er de stukken konijn mee. Goed warm opdienen.
Laat het smout smelten. Maak de balletjes klaar: pel de sjalotten en hak ze fijn. Verscheur het broodkruim en laat het 10 min. zwellen in melk. Meng in een slakom het vlees, de geklopte eieren, de aromaten, het paneermeel, de helft van het smout en het broodkruim dat u eerst uitperst tussen de vingers: de bereiding moet goed homogeen zijn. Rol dit alles tot
8 balletjes en wentel ze in de bloem.
Giet de rest van het smout in een gratineerschotel en schik daarin de balletjes, die u stevig tegen elkaar aan drukt. Laat 30 min. bakken in een hete oven (th. 6-7, 200°C).
Voor de saus: pel de uien en hak ze grof. Fruit ze in de hete olie tot ze zacht zijn (+/- 10min.). Voeg daarbij het bonenkruid, de Luikse stroop en laat nog 5 min. koken op matig vuur: de saus moet glanzend zijn.
Neem de balletjes uit de schotel en giet het bakvocht door een fijne puntzeef. Voeg het bij de saus, meng en dompel de balletjes erin. Dek af en laat nog 30 min. koken op zacht vuur, waarbij u de balletjes halfweg de kooktijd omdraait.
4 gekuiste tongen- 1kg mosselen- 250 g grijze garnalen- 2 citroenen- 2 takjes verse tijm- 1 laurierblad- 1 eierdooier- 30 g boter- 1 eetlepel extra vloeiende tarwebloem- 25 cl droge witte wijn- 20 cl verse room- zout en peper
Giet 10 cl witte wijn en 5 cl water in een kookpan. Voeg daarbij de mosselen. Doe er zout en peper op en laat ze 5 min. op fel vuur opengaan. Neem het vlees uit de mosselschelpen en giet het kookvocht door een fijne puntzeef. Leg het mosselvlees en de garnalen in het vocht.
Doe de tongen in een gratineerschotel met de rest van de wijn. Kruid met zout, peper, de tijm en de laurier. Dek de schotel af met aluminiumfolie en zet 10min. in een hete oven, th. 6-7 (200°C). Neem de tongen eruit en houd ze warm op individuele borden.
Giet het kookvocht door een fijne puntzeef. Laat de bloem lichtjes kleuren in de hete boter. Voeg er onder voortdurend roeren 5 cl van het kookvocht bij en laat 10min. sudderen op zacht vuur.
Zet van het vuur en, onder voortdurend kloppen met de garde, er de eierdooier en de room in verwerken en eventueel bijkruiden: de saus moet goed vloeibaar zijn. Laat ze 2 min. indikken op zacht vuur. Giet de saus over de tongen en versier met mosselen en garnalen.
Andijvie met appelen en kip, vinaigrette met kippenlevers
Voor 4 personen:
1 kleine andijvie-. 2 kippenfilets (zonder vel noch been)- 40 g boter- 2 appelen- zout, peper
Voor de vinaigrette
5 schoongemaakte- kippenlevers- 25 cl kippenbouillon- 2 eetlepels wijnazijn op oude wijze-5 eetlepels arachide-olie
Voor de vinaigrette: breng de bouillon aan de kook. Dompel daarin de kippenlevers, draai de warmtebron lager en laat nog 2 min. lichtjes koken. Giet af plet de kippenlevers met een vork en doe ze in een kommetje. Zout en peper en voeg er onder voortdurend kloppen de olie en azijn bij.
Maak de andijvieblaadjes schoon en scheur ze. Snijd het kippenwit in reepjes en bak het 8 min. in een bakpan met de hete boter. Zout, peper en zet opzij. Schil en ontpit de appelen en snijd ze in kleine blokjes.
Giet de andijvieblaadjes, de kippenreepjes en de appelblokjes in een slakom. Overgiet met de vinaigrette en meng alles voorzichtig.
Maak de slablaadjes schoon, spoel ze en zwier ze droog. Pel de sjalotten en hak ze fijn. Wentel de calamaresringen in de gezouten en gepeperde bloem. Schud de overtollige bloem eraf.
Fruit de gehakte sjalotten en calamares
1 à 2 min. op fel vuur in een bakpan met hete olie. Laat ze uitlekken op een bord met een laag keukenpapier. Zout, peper, verwijder het papier en voeg het geperste look en de peterselie toe en roer.
Klop in een slakom de azijn met zout, peper en vervolgens beetje bij beetje de olie. Voeg de slablaadjes toe en meng.
Verdeel de salade en de calamares over individuele borden en dien onmiddellijk op.
Kook de rijst op Creoolse wijze (= in gezouten kokend water). Giet af en laat afkoelen.
Schil de pompelmoes, scheid de partjes en verwijder de velletjes en vezels zodat alleen het vruchtvlees overblijft. Pel de stukken kokosnoot en hak het vruchtvlees fijn. Laat de palmharten uitlekken en snijd ze in stukken. Schil de avocado's, snijd ze in twee en verwijder de pit. Snijd het vruchtvlees in kleine blokjes.
Voor de mayonaise: klop de eierdooier en de mosterd. Voeg onder voortdurend kloppen beetje bij beetje de olie, een mespuntje zout, een flinke mespunt cayennepeper, het citroensap en de gehakte peterselie toe: de mayonaise moet stevig zijn.
Giet in een slakom de rijst, de garnituur en de mayonaise. Meng alles voorzichtig.