xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

Toerisme in Vlaanderen scheert hoge toppen

Het Vlaamse toerisme scoort internationaal hoog. Dat zegt Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois naar aanleiding van eerdere berichtgeving over het jongste jaarboek van Eurostat. Het aantal overnachtingen van buitenlandse toeristen in Vlaanderen was nog nooit zo hoog. In 2006 waren dat er 13 miljoen per jaar, een stijging met 3,2% t.o.v. 2005. Bovendien zijn de inkomsten die uit het toerisme voortvloeien in Vlaanderen verhoudingsgewijs veel hoger dan in toeristische toplanden zoals Frankrijk en Italië. "En de sociaal-economische impact van het toerisme blijft het allerbelangrijkste", zegt minister Bourgeois. "Een bloeiende toeristische sector zorgt voor een goed draaiende economie en werk in eigen streek."

Het jaarrapport van Eurostat meet de toeristische intensiteit van een lidstaat. Die index berekent Eurostat door het aantal overnachtingen van binnen- en buitenlandse toeristen door het aantal inwoners te delen. België haalt een cijfer van 2,8. Vlaanderen doet een stuk beter, met 3,2. Toch blijft ook Vlaanderen een stuk onder het Europese gemiddelde, 4,7. Maar dat is logisch te verklaren. Hoe dichter bevolkt, hoe lager het indexcijfer. Hoe kleiner een land, hoe minder overnachtingen van binnenlandse toeristen. "Als je enkel de overnachtingen van buitenlandse toeristen in rekening neemt, ziet het er al heel wat rooskleuriger uit. Vlaanderen, inclusief Brussel, haalt jaarlijks 13 miljoen buitenlandse overnachtingen. Dat is bijna 2 per inwoner. Nederland bijvoorbeeld, scoort met 25 miljoen buitenlandse overnachtingen en 16 miljoen inwoners minder goed," duidt de minister.

Veel relevanter dan de toeristische intensiteit zijn de inkomsten die het toerisme in Vlaanderen genereert. "Daar zien we dat Vlaanderen verhoudingsgewijs heel goed scoort," stelt de minister. Om dat indexcijfer te berekenen neemt Eurostat de inkomsten uit toerisme in verhouding tot het bruto binnenlands product. België behaalt 2,9. "Vlaanderen haalt nog iets meer, 3,1. Dat is een pak beter dan toeristische toplanden als Frankrijk (1,9) en Italië (2,1). Maar ook vergelijkbare landen als Ierland (2,4), Denemarken (1,9) en Nederland (1,7) laten we ver achter ons", aldus minister Bourgeois.

De goede cijfers zijn voor toerismeminister Bourgeois vooral een stimulans om in de toekomst nog beter te doen. "Samen met de toeristische sector wil ik er voor zorgen dat we onze toeristische troeven blijven verzilveren. Dat kunnen we alleen als we het toeristische aanbod blijven vernieuwen en de allerbeste kwaliteit bieden", besluit de toerismeminister.  RVH.