Ik ben Everaert Albert, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Awbeir (Eeklo's voor Albert).
Ik ben een man en woon in Eeklo (Belgiƫ) en mijn beroep is ...bloggen.
Ik ben geboren op 11/02/1948 en ben nu dus 77 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: mijn blog, foto's, computer, fietsen...
Voldoende opvang voor kinderen tussen 0 en 3 jaar is heel belangrijk voor gezinnen in onze stad. Daarom kunnen vanaf 1 mei, ook de bestaande opvanginitiatieven die het aantal plaatsen willen uitbreiden een premie aanvragen.
Sinds vorig jaar kunnen al startende gezins- en groepsopvanginitiatieven een premie aanvragen. Nu komen daar ook bestaande opvanginitiatieven bij die willen uitbreiden. De premie is bedoeld om de uitbreiding of opstart van nieuwe kwaliteitsvolle en duurzame opvanginitiatieven financieel draagbaarder te maken. Op die manier proberen we het aanbod aan kinderopvang te vergroten in de stad en ook de economische activiteit te stimuleren.
Om in aanmerking te komen voor de premie moet de gezins- of groepsopvang voldoen aan de volgende voorwaarden:
Het opvanginitiatief is gevestigd op het grondgebied van Stad Eeklo
Het opvanginitiatief kan de premie aanvragen zodra er een vergunning van het Agentschap Opgroeien is.
Het opvanginitiatief is aangesloten bij het digitaal loket kinderopvang van de Stad Eeklo
De premie kan één keer verkregen worden per initiatief. Voor een startende gezinsopvang bedraagt de premie 1.500 euro. Voor een startende groepsopvang bedraagt de premie 2.000 euro. Voor en uitbreiding van een opvanginitiatief bedraagt de premie 187,50 euro per bijkomende opvangplaats met een maximum van 2.000 euro.
Een opvanginitiatief kan tot zes maanden na de opstart of uitbreiding een aanvraag indienen om de premie te bekomen. De premie kan aangevraagd worden vanaf begin mei 2024 tot eind 2024.
Schepen Filip Smet: “Een voldoende aanbod aan kinderopvang voor 0 tot 3 jaar is zeer belangrijk. De stad wil daarbij opvanginitiatieven ondersteunen. Naast startende initiatieven willen we ook uitbreiding van het aantal plaatsen door een bestaand opvanginitiatief financieel ondersteunen."
De werken aan het openleggen van het Leiken gaan goed vooruit. De meeste mensen zijn het misschien al vergeten en sommigen weten het niet maar die periode in februari dat het zoveel geregend heeft stond dit deel van de Dullaert onder water. Dit is nu opgelost.
Velen vragen zich af waarom dit zo een kleine watergang is maar het is om bij hevige regen het meeste water op te vangen. Het is nooit de bedoeling geweest dat hier boten gingen varen....
Af en toe komen Eeklonaars glunderend aankloppen met een stapeltje familiedocumenten : “is dit misschien iets voor het Stadsarchief?” Het spreekt vanzelf dat die stukken niet allemaal een plaatsje in de rekken kunnen krijgen: na een vriendelijke bedanking moet er geselecteerd worden …
Vallen onmiddellijk af: kaartjes ter gelegenheid van geboorte, heilige of plechtige communie, huwelijksaankondigingen (én feestmenu’s !), zilveren en gouden bruiloften: zij bevatten nooit gegevens die niet in de officiële bronnen te vinden zijn.
Bidprentjes worden wel bewaard, maar met het nodige scepticisme. Sommige mensen besteden jaren lang al hun vrijetijd aan zo’n verzameling, en voor wie aan een biografisch boek of artikel werkt, lijken ze wel een basisillustratie te zijn. De archivaris en de genealoog echter houden vooral voor ogen dat ze vaak niet te vertrouwen zijn, wegens dikwijls in grote haast en verwarring opgesteld en doordoor met foutieve spellingen en zelfs data. Om de vele gegadigden tevreden te stellen houdt ons Stadsarchief er wel een ruime collectie bij: momenteel zo’n 15 meter. Voorwaarde is wel dat de overledenen in Eeklo moeten geboren zijn of er hebben gewoond.
Vast onderdeel in de schenkingen zijn ook lid- en identiteitskaarten. Deze laatste hadden eigenlijk bij Burgerzaken ingeleverd moeten worden, en zijn voor het archief ook niet relevant. Een uitzondering vormen die welke in een van de Wereldoorlogen werden uitgereikt: dikwijls vermelden die interessante details over allerlei bewegingsbeperkingen voor de gewone man.
Foto’s ten slotte worden streng geselecteerd. Portret- en familiefoto’s vallen sowieso zonder discussie af: de kans dat die ooit aangevraagd of gebruikt worden is praktisch onbestaande. Hetzelfde geldt voor bijna alle traditionele klas- en schoolfoto’s, die vol staan met nu niet meer te identificeren klasgenoten/-es. Wel interessant worden ze als ze verenigingen in beeld brengen, want op dit punt scoort het stadsarchief niet sterk, het in bewaring geven van verenigingsarchieven is pas de laatste jaren enigszins ingeburgerd.
Alles bij elkaar genomen zouden de schenkers wel teleurgesteld zijn als ze zouden zien at maar door de selectie raakt. Maar het archief houdt het nog altijd het liefst bij de officiële documenten van geboorten, huwelijken, overlijdens, in- en uittredingen en militieregisters. Al zijn zelfs daarin fouten helaas niet uitzonderlijk …
Maandag is men ook gestart aan de Zuidkaai en daar nemen ze de parking onder handen om meer auto's te kunnen plaatsen en om het allemaal een mooier uitzicht te geven.
Alles binnen de eerste omwalling werd aangepakt. Voor de ontsluiting van de gerenoveerde en nieuwe gebouwen werden nieuwe kasseipaden aangelegd, waarbij deels is gewerkt met gerecupereerde materialen. Aan het Streekcafé, met uitzicht op het mooie binnenplein, ligt een nieuw terras in kasseien. Aangrenzend werd een kleine speelzone met houten speelelementen aangelegd.
Wadi
Aan de speelzone ligt ook een wadi, een natuurlijk waterbekken. Dit deel was altijd de vochtigste plek van de hoeve. Met de aanleg van de wadi, waarmee wordt verwezen naar een waterplas voor varkens, wordt in de winter overtollig water opgevangen.
Seizoenprogramma 2024
Tijdens de ‘Expo Melk aan huis’ (vanaf 21 april) kom je meer te weten over de melkboer, die stilaan uit het straatbeeld is verdwenen, en de bekende melkerij Stassano. Met de Moestuinexpo (vanaf 7 april) ontdek je oude tradities en werktuigen van moestuinen vroeger en nu. Luk Van Haute exposeert samen met tien familieleden, allemaal kunstenaars.
Ik ga hier niet alles opnoemen wat er dit jaar te doen is want dat kan ook nog veranderen. Het best is dus de website te raadplegen:https://www.plattelandscentrum.be/agenda
De kritiek op de privacywetgeving is overbekend: vele “geheime” data staan gewoon op het Internet, van bijna alle overlijdens zijn wel bidprentjes te vinden (ook in het Stadsarchief!), en in oude lokale weekbladen als de Eecloonaar staan wekelijks bijna volledige lijsten, niet toevallig dikwijls in de volgorde van de officiële registers.
Het dient gezegd dat ook over de begrenzing van de beschermde documenten niet voldoende is nagedacht. Zo staan in de overlijdensregisters (ontoegankelijk vanaf 1970) uiteraard personen van wie de geboortedatum na 1920 valt, en die dus strikt genomen niet gezien mag worden. En een zilveren of gouden huwelijksjubileum in krant of weekblad is onvermijdelijk een overtreding, want dit soort registers zit achter slot en grendel vanaf 1945 …
Afgezien van het feit dat niemand lijkt te weten hoe en door wie de toepassing van deze wet moet gecontroleerd worden, klagen stamboomzoekers steeds vaker over de weigerachtige houding waarmee ze in de gemeentehuizen worden ontvangen. Afschaffen die rommel, is dan meestal hun conclusie.
Toch maar even een andere geluid … Op het stadskantoor werkt het archiefteam voor de dienst Burgerzaken aan de digitalisering van de burgerlijke stand 1960-1980, en vooral uit de geboorteregisters komen andere verhalen te voorschijn: jaarlijks tien of meer ongehuwde moeders, heel wat “verplichte” huwelijken kort na zo’n geboorte, zo’n half dozijn processen voor ontkenning van het vaderschap, en opvallend veel moeders van zeventien, zestien jaar, uitzonderlijk zelfs vijftien en veertien jaar. Begrijpelijk dat de betrokkenen daar niet mee te koop lopen.
Het zal dus duidelijk zijn: niet de data dienen afgeschermd te worden, maar de gevoelige informatie in de officiële registers. Voor de overlijdens is daar eigenlijk geen probleem (de tijd dat daarin de doodsoorzaak werd vermeld is lang voorbij , maar bij de huwelijken staan ook de (v)echtscheidingen. En vanzelfsprekend hoeven zeer recente gegevens niet onmiddellijk openbaar te zijn.
Het probleem is dus eens te meer dat wetten achter een Brussels bureau worden gemaakt, zonder enig zicht op de realiteit en de dagelijkse praktijk …
Anna Van Loenhout werd op 1 april 101 jaar. Aangezien Anna haar levenlang altijd 2 dalmatiërs had, dacht de familie eraan haar 101 pluchen dalmatiërs aan te bieden als verrassingsgeschenk.
Het eindresultaat kwam uiteindelijk op 60 stuks...
Ook burgemeester Vandevelde had een exemplaar mee voor de jarige.
Op de foto met ondervoorzitter Etienne Van De Walle, kleindochter met haar man en 2 achterkleinkinderen.
Anna verblijft na 100 jaar op het Kaaiken, sinds januari in Huis Coppens.
Op paaszaterdag was de paashaas terug van de partij voor een activiteit van Gezinsbond Eeklo.
Leden en niet-leden, jong en oud werden uitgenodigd in de gebouwen van Avondzegen om er samen te genieten van muziek, knutselen, verhalen en zoveel meer. In de gangen van Avondzegen bouwden kinderen, ouders, grootouders met lego of duplo blokken hun eigen object. De paashaas was op zoek naar zijn paasmand en aan de hand van verborgen figuren konden de kinderen achterhalen wie de paasmand had verstopt. Daarnaast was er de mogelijkheid om strandbloemen te maken of met wegwerpmaterialen een prachtig knutselwerk te bouwen. In de cafetaria genoot iedereen van een stuk taart. Mathias Blanckaert en Annelien Matthys zongen gekend Likeme liedjes waarmee iedereen meezong. Als kers op de taart kwam de paashaas langs en hielp hij de kinderen mee naar het zoeken van paaseieren in de tuin. Een geslaagde namiddag waar vier generaties van genoten hebben.
Toen stadsarchivaris Erik De Smet (2008) en hulparchivaris Willy Hamerlynck (2010) overleden, was het groepje medewerkers op het Stadsarchief uitgedund tot welgeteld vier man. Maar hoe snel het kan verkeren: binnen de kortste keren meldde de ene na de andere vrijwillig(st)er zich aan. En al meer dan tien jaar geniet het SAE nu de ongekende luxe van een negenkoppig team. Een luxe, maar ook een opgave: zonder het gevoel iets zinvols te presteren zouden de meeste onder hen natuurlijk snel afhaken.
Toen het team zonder veel planning tot stand kwam, moest onmiddellijk een keuze gemaakt worden: de leden opleiden om mettertijd beheerstaken over te nemen (en hen dus alle collecties en details leren kennen), of hen “specialiseren”, zich laten verdiepen in één of meer thema’s en/of periodes. Het SAE ontwikkelde zich na 2010 echter zo snel en veelzijdig, dat de eerste optie eigenlijk niet meer haalbaar werd.
De vrijwilligers krijgen of kiezen dus thematische opdrachten, die allemaal uitmonden in nieuwe “ingangen”: syntheses, indexen, inventarissen of gewoon systematische bundelingen van teksten en foto’s in boekvorm of op cd’s en dvd’s. Enkele teamleden vonden al snel een eigen invalshoek en werkten die breed uit. Zij verrijkten het archief met omvangrijke uitgaven van o.a. de oude stadsrekeningen en de bewijsstukken daarbij, verkopingen van huizen en gronden, resolutieboeken, landboeken, .. Ook de recente decennia werden aangepakt, met uitgaven over W.O. I, de Eecloonaar, de bouwaanvragen en de Eeklose ansichtkaarten.
Wie liever afwisseling wilde, werkte in teamverband mee aan zeer omvangrijke projecten als de digitalisering van de parochieregisters en de burgerlijke stand (momenteel ruim 38 banden), de in- en uitwijking in Eeklo (12 banden), de collectie affiches, de afdeling Kaarten & Plans.
Het enthousiasme was bij momenten zo groot, dat sommige teamleden werk mee naar huis namen om sneller resultaat te zien. Onverwacht gevolg van deze ijver is wel dat de lijst nog uit te voeren taken snel kleiner wordt. Maar in een dynamisch archief als het SAE zal wel altijd nog wel wat te doen zijn.
Op het Oeverpark wordt er achteraan het stuk oude kliniek die daar nog staat ook gewerkt. Er is daar een pad gelegd die zal uitkomen in de Tieltsesteenweg zo te zien.
Zusters kleedden voor laatste keer Mariabeeldje aan
Zusters Annie Duytschaever en Hélène Fransis hebben vorige week voor de laatste keer het Mariabeeldje uit de kapel van College ten Doorn aangekleed. De fakkel wordt vanaf nu doorgegeven aan twee vrijwilligers van de kapel.
Het Mariabeeldje in de kapel van Onze Lieve Vrouw ten Doorn uit Eeklo vierde vorig jaar haar 575e verjaardag. Net zoals bij Manneke Pis leeft de traditie dat het Mariabeeld enkele keren per jaar andere kledij krijgt. Vorige week kreeg Maria haar lenteoutfit, de kledijwissel was specialer dan anders omdat het de laatste keer was dat zuster Annie en zuster Hélène de kledij wisselden.
De traditie in ere houden
De zusters hebben meer dan 40 jaar lang het Mariabeeldje van kledij voorzien, maar voelen zelf dat het wat zwaar voor hen wordt. Daarom nemen 2 vrijwilligers van de kapel, Annemie Willems enHeidi Pollier, de taak van hen over. “We zijn blij dat de traditie verder leeft, het zou zonde zijn dat zoiets mooi verloren gaat.”, aldus Zuster Annie.
De twee vrijwilligers waren er maandag bij en konden zo alle stappen volgen die de zusters uitvoeren bij de kledijwissel. Het is namelijk een heel proces om de kledij van het Mariabeeldje te vervangen, er moet voorzichtig omgegaan worden met de verschillende pakjes, de sieraden en het beeldje zelf uiteraard. Daarnaast moet elke kledingstuk ook in de juiste volgorde aangedaan worden, en moet het beeldje op een voorzichtige manier teruggeplaatst worden.
In het archief
Het volledige proces van de kledijwissel werd gefilmd en gefotografeerd, beeldmateriaal dat door het erfgoedhuis van de Zusters van Liefde in Gent een plaats in hun archief krijgt. De video zal ook gebruikt worden als instructiefilmpje zodat ook voor de latere generaties de kledijwissel correct wordt overgenomen en deze mooie traditie bewaard blijft.
Deze tekst is van de hand van Marit Gouwy, die als studente communicatie enkele dagen meeloopt op onze grote school.