In 1968 was er naast schitterende muziek ook veel ontevredenheid. De jeugd kwam in opstand tegen het ouderlijk gezag. Zo begon januari met jongerenbetogingen in Leuven en elders in België (Leuven Vlaams – Walen buiten) i.v.m. de splitsing van de universiteit. Nog dat jaar werd Louvain-la-Neuve, een universiteitsstad in de Belgische provincie Waals-Brabant en onderdeel van de stad Ottignies-Louvain-la-Neuve, uit de grond gestampt. Louvain-la-Neuve ligt ongeveer 20 kilometer ten zuidoosten van Brussel en is specifiek gebouwd om de université catholique de Louvain te behuizen.
Vooral in Frankrijk kwamen de jongeren in opstand met een triest hoogtepunt in de maand mei. De betogingen waren daar veel gewelddadiger dan in België. In mei 1968 brak vanuit een studentenopstand een algemene staking uit over heel Frankrijk, de Parijse studentenrevolte genaamd. Ook in andere landen waren er grootschalige protesten. Al snel namen de gebeurtenissen bijna revolutionaire vormen aan, tot het protest uiteindelijk uitstierf na onderdrukking door de overheid. De manifestaties waren uniek omdat ze niet uitgingen van een bepaalde bevolkingsgroep, maar omdat ze etniciteit, cultuur, klasse en leeftijd overstegen. De proteststakingen waren vooral gericht tegen de "oude maatschappij" en traditionele moraliteit, waarbij vooral het onderwijssysteem en werkgelegenheid bekritiseerd werden. In Parijs namen deze opstanden zulke enorme vormen aan dat er straatgevechten ontstonden tussen betogers en politie.
1968 was over het algemeen een onrustig jaar waarin internationaal veel politieke revoluties en opstanden uitbraken, maar de politieke gevolgen uiterst klein waren. De gebeurtenissen hadden echter wel een enorme sociale impact. Er kwamen meer en meer protesten tegen de uitzinnige oorlog in Vietnam.
Met talrijke reacties in de popmuziek, zoals onder meer:
- ‘Paris, Mai’ van Claude Nougaro
- ‘Street Fighting Man’ van The Rolling Stones en ‘Revolution’ van The Beatles
- ‘A tout casser’ van Johnny Hallyday (uit de gelijknamige film) met gitaarwerk van Jimmy Page. Deze single is veel toepasselijker dan ‘Il est 5 heures, Paris s’éveille’ van Jacques Dutronc die vaak in documentaires over Mei 1968 te horen is! Maar het blijft een formidabel nummer natuurlijk!
- ‘America’ van The Nice, de voormalige begeidingsband van zangeres P.P. Arnold. Keith Emerson verbrandde bij het spelen van dit nummer de Amerikaanse vlag tijdens een van hun optredens, zeer tot ongenoegen van componisten Stephen Sondheim (tekst) en Leonard Bernstein (muziek) die vonden dat hun thema uit West Side Story verkracht werd! Volgens sommigen de eerste instrumentale protestsong ooit. In dit specifiek geval tegen de Vietnamoorlog.
De Praagse Lente (Pra¸ské jaro) is de naam die men geeft aan de periode in de Tsjecho-Slowaakse geschiedenis van januari 1968 tot 20 augustus 1968, toen Alexander Dubček het communistische Tsjecho-Slowakije een meer gematigde koers uitstuurde. Aan deze periode werd abrupt een einde gemaakt door de andere vijf leden van het Warschaupact, onder leiding van de USSR met de inval van hun troepen op 20 augustus 1968. De tv-beelden van de Russische tanks in Praag zullen mij altijd bijblijven… Ik denk dan vaak aan The Rascals (ondertussen waren ze volwassen geworden en was Young geschrapt in hun groepsnaam) met ‘People Got To Be Free’.
In Mexico-Stad werden de Olympische Zomerspelen geopend op 12 oktober 1968. 31 Afrikaanse landen boycotten de Spelen uit protest tegen de deelname van Zuid-Afrika. De sluitingsceremonie vond plaats op 27 oktober 1968. Tijdens hun medailleceremonie in het Olympisch Stadion in Mexico-Stad op 16 oktober 1968, staken twee Afro-Amerikaanse atleten Tommie Smith en John Carlos elk een zwart gehandschoende vuist op tijdens het spelen van het Amerikaanse volkslied, "The Star-Spangled Banner". Tijdens de prijsuitreiking verschenen de twee hardlopers zonder schoenen en met zwarte sokken aan op het podium. Ze droegen beiden één zwarte handschoen en Smith had een zwarte sjaal om zijn nek. De zwarte sokken zonder schoenen symboliseerden zwarte armoede in de Verenigde Staten. Hun zwarte handschoenen stonden symbool voor de Black Power beweging, die streefde naar gelijkheid tussen zwarten en blanken. De zwarte sjaal gaf de trots aan die de atleten voor hun ras voelden. Smith en Carlos gingen op het podium staan en terwijl de Amerikaanse vlag gehesen werd en het Amerikaanse volkslied werd gespeeld, hieven zij beiden een gebalde vuist op. Smith strekte zijn rechterarm uit wat stond voor Black Power, terwijl Carlos zijn gestrekte linkerarm de eenheid van zwarten symboliseerde. Het publiek reageerde met een luid boegeroep en begon de twee atleten uit te schelden: “nikkers moeten terug naar Afrika!” en “ik kan niet geloven hoe jullie nikkers ons behandelen nadat jullie van ons mogen meedoen aan de Spelen”. De protestactie zorgde eveneens voor veel kritiek vanuit de Olympische organisatie. Het Ameri-kaanse Olympische Comité (USOC) ontsloeg de twee atleten en ook het IOC veroordeelde het gebaar. “Het was een gewelddadige breuk met de fundamentele principes van de Olympische Spelen”, aldus een woordvoerder van het IOC. De actie werd echter toegejuicht door zwarte mensen wereldwijd en door hen werden de twee atleten gezien als helden.
Zilver was er voor de gewichtheffer Serge Reding (geboren in Oudergem!) in de klasse van de zwaargewichten (+ 90 kg). Bob Beamon kwam bij het verspringen tot 8,90 meter: een verbetering van 55 cm van het bestaande wereldrecord. De sprong sloeg de officials met verbazing. Om helemaal zeker te zijn controleerden ze de uitslag gegeven door het elektronisch meettoestel nog eens manueel met de decameter. Het record van Beamon hield stand tot 1991, toen Mike Powell 8,95 m sprong. De Amerikaan Dick Fosbury won met zijn spectaculaire "Fosburyflop" het hoogspringen en luidde daarmee een nieuw tijdperk in voor deze sport.
‘Mexico’ van de Brits/Canadese zanger Long John Baldry behaalde een 15de plaats in de Britse hitlijsten en kan bezwaarlijk een protestlied genoemd worden. Het is dan ook de spreekwoordelijke vreemde eend in de bijt…
Nadat Frankrijk onder president De Gaulle zich in 1966 had teruggetrokken uit de militaire samenwerking, besloot de NAVO te verhuizen uit Frankrijk. Sinds 1967 is de NAVO gevestigd in Brussel (Haren) op de plek van het voormalige vliegveld, aan de Bourgetlaan. Ondertussen is er een nieuwe locatie aan de overzijde van de Bourgetlaan (verhuizing 2017/2018). Het Supreme Headquarters Allied Powers Europe (SHAPE) is het militaire commandocentrum. Het is gevestigd in Casteau ten noorden van het Belgische Bergen, Henegouwen. Enkele zonen van Amerikaanse soldaten kwamen in 1968 bijeen en zij vormden de groep Les Irrésistibles en zij hadden een hit in België met een onweerstaanbare melodie: ‘My Year Is A Day’.
Verder nog enkele liedjes uit die woelige periode:
‘No Expectations’ – The Rolling Stones en ‘Sky Pilot’ – Eric Burdon & The Animals
‘Born To Be Wild’ – Steppenwolf en ‘Time Has Come Today’ – Chambers Brothers
‘No Time To Live’ – Traffic en ‘My World Fell Down’ – Sagittarius (gelegenheidsformatie van Gary Usher met o.a. Glen Campbell, Bruce Johnston en Terry Melcher, zoon van Doris Day).