‘The Blue Danube’ – Johann Strauss jr. / ‘Also sprach Zarathustra’ – Berliner Philharmoniker
Beide klassieke werken komen voor in de originele soundtrack van de film '2001: A Space Odyssey' van Stanley Kubrick, duidelijk een inspiratiebron voor David Bowie's ‘A Space Oddity’ in 1969. Maar die laatste komt in een volgende reeks aan bod.
‘The Blue Danube’ is in onze contreien beter bekend als 'An der schönen blauen Donau', één van de bekendste composities van Johann Strauss jr., een Oostenrijks violist en componist van vele walsen en operettes. Deze versie wordt gespeeld door het London Philarmonic Orchestra o.l.v. Franz Welser-Most.
'Also sprach Zarathustra, Op. 30', is een symfonisch gedicht uit 1896 van de Duitse componist Richard Strauss, geïnspireerd door de filosofische roman Also sprach Zarathustra uit 1883–85 van Friedrich Nietzsche. Het eerste deel is sinds 1968 beroemd door het gebruik in de film '2001: A Space Odyssey'. Richard Georg Strauss was een Duitse componist en dirigent. Hij is niet verwant met Johann Strauss en diens familie uit Wenen. In 1973 bracht de Braziliaanse musicus en arrangeur Eumir Deodato een fantastische en zeer dansbare popversie uit waarmee hij in 1974 een Grammy Award won.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Lalena’ / ‘Atlantis’ – Donovan
Donovan Leitch, de Schotse bard, werd bij aanvang van zijn muzikale loopbaan vaak afgedaan in de pers als een flauw afkooksel van Bob Dylan. Niets is minder waar want Donovan had veel meer in zijn mars dan het zingen van protestliederen. Hij bracht meesterlijke singles uit in zijn psychedelische periode (1966/1967). In 1968 vergezelde hij The Beatles naar India en leerde John en Paul daar fingerpickin' op akoestische gitaar. Denk maar aan het prachtige 'Blackbird'.
En hij slaagde er zelfs in twee prachtige composities op de wereld los te laten in 1968 zoals 'Lalena', een droefgeestige ballade en 'Atlantis', een prachtig verhaal van hoe de wereld eruitzag vóór de grote zondvloed en het mysterieuze continent Atlantis verzwolgen werd in de ... Atlantische oceaan! Donovan stond in 1969 ook nog hier en daar in de hitlijsten met dit geweldig nummer. Het duurde niet lang of Deep Purple bracht in 1969 een coverversie uit van 'Lalena'.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
'Mony Mony' - Tommy James & The Shondells
Tommy James & The Shondells was een Amerikaanse popgroep, opgericht in 1964. In februari 1964 nam de band het Jeff Barry/Ellie Greenwich-nummer 'Hanky Panky' op (oorspronkelijk een b-kantje van The Raindrops). Snap Records, het label waaronder Hanky Panky oorspronkelijk werd uitgebracht, had geen nationale distributie. De band toerde door het oostelijke midwesten, maar geen enkele andere markt deed mee met het nummer. De single slaagde er niet in om zich nationaal te plaatsen in de hitlijst en The Shondells ontbonden in 1965, nadat de leden van de middelbare school waren afgestudeerd. Ondertussen had de danspromotor Bob Mack uit Pittsburgh de vergeten single 'Hanky Panky' opgegraven, die hij op verschillende dansfeesten speelde en radiostations daar prezen het als een exclusief nummer. De respons van de luisteraars moedigde regelmatig spelen aan en de vraag steeg en dankzij nationale promotie steeg de single in de zomer van 1966 naar de eerste plaats! Alle opvolgers flopten jammerlijk behalve 'I Think We're Alone Now' uit 1967 en deze zeer dansbare 'Mony Mony', met dank aan een opzwepende intro.
Tommy James & The Shondells scoorden nogmaals een nummer 1 in hun thuisland, ditmaal met een psychedelisch nummer, eind 1968/begin 1969. Er is een merkwaardige anekdote aan die single verbonden i.v.m. mijn vader zaliger. Maar dat is voor later in deze reeks!
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Young Girl’ – Gary Puckett & The Union Gap
In 1967 heette deze band nog kortweg The Union Gap en met 'Woman, Woman' werd de Amerikaanse groep meermaals gedraaid op de toenmalige BRT. De BRT Top 30 zou pas twee jaar later opgericht worden, dus over hitnoteringen of verkoopcijfers beschik ik niet.
De tenorstem van Gary Puckett viel zodanig in de smaak (vooral bij de vrouwelijke fans) dat de platenfirma besliste de groepsnaam te wijzigen in Gary Puckett & The Union Gap.
De bandleden kleedden zich als een visuele gimmick in Union Army-stijl uniformen uit de Amerikaanse Burgeroorlog. Wie zich daarbij niets kan voorstellen moet maar eens de stripreeks 'De Blauwbloezen' lezen. Deze humoristische strip wordt sinds 1972 uitgegeven.
De grootste hits van Gary Puckett & The Union Gap handelden altijd over vrouwen: 1967: 'Woman, Woman'; 1968: 'Young Girl'; 1968: 'Lady Willpower'; 1968: 'Over You'; 1969: 'Don't Give In To Him'; 1969: 'This Girl Is A Woman Now'.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Race With The Devil’ – The Gun
De hitlijsten van 1968 stonden vaak bol van hemelse muziek alhoewel er in de volgende drie nummers van deze reeks niet over engelen gezongen wordt maar over een bovennatuurlijk wezen dat het kwaad verpersoonlijkt. Gemeenzaam wordt het schepsel aangeduid als de duivel, Lucifer of Satan. Meer gekscherende benamingen voor de duivel zijn: de duvel, Droes, Drommel, doivelke, Joos, Joosje, Joos pek, Joosje pek en Joost. Denk maar aan de uitdrukking: "Joost mag het weten." ...
The Gun (soms ook Gun) was een Britse psychedelische rockband, bestaande uit de broers Adrian Gurvitz (gitaar en zang) en Paul Gurvitz (basgitaar en zang) met Louis Farrell (drums), die in 1968 hun eerste hit scoorden met het nummer 'Race With The Devil'. Zij waren voorlopers van de heavy metal. In 1970 werd de groep opgeheven. Gun betekent in het Engels zowel kanon als geweer, vuurwapen, pistool of schietwapen maar in dit geval zou ik opteren voor kanon want die debuutsingle van The Gun sloeg in als een bom (of een kanonbal).
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Sympathy For The Devil’ – The Rolling Stones
Het is een van de bekendste nummers van de Stones en verscheen in 1968 op het album 'Beggars Banquet'. Het nummer werd geschreven door het duo Jagger/Richards maar is toch vooral het werk van Mick Jagger. 'Sympathy For The Devil' werd opgenomen in de Olympic Studios in Londen. Opmerkelijk is dat Keith Richards op de bas speelt en niet, zoals gewoonlijk, Bill Wyman, die bij deze opname maracas en andere percussie bespeelde. Het lied is geschreven vanuit het standpunt van Lucifer, de duivel, en geïnspireerd op het boek "De Meester en Margarita" van de Russische schrijver Michail Boelgakov. Lucifer legt uit hoe hij duizenden jaren lang getuige is geweest van het geweld dat de mensheid tegen zichzelf gebruikt heeft, vaak in naam van religie. Het was destijds een controversieel nummer omdat het werd uitgelegd als een oproep tot Duivelsaanbidding. Daarnaast kan het gezien worden als protest tegen de Vietnamoorlog.
De tekst wil ik jullie niet onthouden want die vind ik fenomenaal:
"Please allow me to introduce myself I'm a man of wealth and taste I've been around for a long, long years Stole million man's soul an faith and I was 'round when Jesus Christ Had his moment of doubt and pain Made damn sure that Pilate washed his hands and sealed his fate Pleased to meet you hope you guess my name But what's puzzling you is the nature of my game Stuck around St. Petersburg when I saw it was a time for a change Killed Tsar and his ministers, Anastasia screamed in vain I rode a tank, held a general's rank When the blitzkrieg raged and the bodies stank Pleased to meet you hope you guess my name, oh yeah Ah, what's puzzling you is the nature of my game, oh yeah I watched with glee while your kings and queens Fought for ten decades for the gods they made I shouted out who killed the Kennedys? When after all it was you and me Let me please introduce myself I'm a man of wealth and taste And I laid traps for troubadours Who get killed before they reached Bombay Pleased to meet you hope you guessed my name, oh yeah But what's puzzling you Is the nature of my game, oh yeah, get down, baby Pleased to meet you hope you guessed my name, oh yeah But what's confusing you is just the nature of my game Just as every cop is a criminal and all the sinners saints As heads is tails just call me Lucifer 'Cause I'm in need of some restraint so if you meet me Have some courtesy Have some sympathy, and some taste Use all your well-learned politnesse Or I'll lay your soul to waste, mm yeah Pleased to meet you hope you guessed my name, mm yeah But what's puzzling you Is the nature of my game, mm mean it, get down Woo, who ... Oh yeah, get on down ... Oh yeah ... Aah yeah Tell me baby, what's my name? Tell me honey, can ya guess my name? Tell me baby, what's my name? I tell you one time, you're to blame, what's my name Tell me, baby, what's my name? Tell me, sweetie, what's my name?"
In de oorspronkelijke tekst stond "Who killed Kennedy?" maar toen in 1968 de broer van John F. Kennedy, Robert F. alias Bobby, ook werd vermoord wijzigde Jagger de tekst vlug in "Who killed the Kennedys?" ...
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Fire’ – The Crazy World Of Arthur Brown
♫♫♫ "I am the god of hellfire and I bring you ... Fire, I'll take you to burn - Fire, I'll take you to learn, I'll see you burn! " ♫♫♫ ...
Zo klonk de intro van die duivelse single van Arthur Brown want hij zong over de god van het hellevuur en dat is niemand minder dan de gevallen engel. Dit is de derde single uit 1968 die over dat luguber onderwerp handelde. De vorige twee waren ‘Race With The Devil’ van The Gun en ‘Sympathy For The Devil’ van The Rolling Stones. Arthur Wilton Brown (Whitby, 24 juni 1942) is een Britse rock-'n-roll muzikant, die vooral bekend is vanwege zijn flamboyante stijl en zijn grote invloed op artiesten als Alice Cooper, Peter Gabriel, Marilyn Manson, George Clinton, Kiss, en Bruce Dickinson, leadzanger van de heavymetalband Iron Maiden. Brown studeerde filosofie en rechten aan de Universiteit van Londen, maar besloot zich toch op muziek te richten. Eind 1966 en begin 1967 was hij lid van een Londense R&B/Soul/Ska-groep die uiteindelijk overging in The Foundations. Arthur was binnen deze groep zanger, samen met Clem Curtis. In totaal zat Brown slechts zes weken bij de band.
Na zijn periode bij The Foundations richtte Brown zijn eigen band op: The Crazy World of Arthur Brown. Leden waren Vincent Crane (hammondorgel en piano), Drachen Theaker (drums) en Nick Greenwood (basgitaar). Met deze band verkreeg Brown al snel bekendheid vanwege zijn bizarre en vaak macabere optredens, waarbij hij onder andere gebruik maakte van een brandende metalen helm. Dit ging soms mis, bijvoorbeeld toen tijdens een optreden in Windsor de methanol waarmee de helm in brand werd gestoken lekte en Browns hoofd ook vlam vatte. Twee omstanders konden het vuur op tijd doven om ernstige verwondingen te voorkomen. Ook ging Brown bij zijn optredens weleens uit de kleren, zoals in Italië. Hiervoor werd hij gearresteerd en het land uitgezet.
Het debuutalbum heette 'The Crazy World Of Arthur Brown' en bevatte naast 'Fire' tevens een macabere cover van 'I Put A Spell On You' van Screamin' Jay Hawkins, ongetwijfeld een voorbeeld voor Brown. Tijdens een opname van de dubbele witte elpee van The Beatles op 10 september 1968 deed George Harrison in de studio tijdens 'Helter Skelter' ook een "Arthur Brown" door met een brandende asbak op zijn hoofd rond te lopen! Het ontlokte Paul McCartney een reactie die in de finale mix echter niet meer hoorbaar is.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Summertime Blues’ – Blue Cheer
Een stralende zon in de winter maar wel een snijdende, gure wind en dan maar snakken naar de zomer! 'Summertime Blues' is een rocknummer van de Amerikaanse artiest Eddie Cochran. Op 21 juli 1958 bracht hij het uit als single. Het nummer werd gecoverd door verscheidene artiesten, en het werd een hit in de versies van Blue Cheer (1968) en The Who (1970).
Het lied is geschreven door Cochran en Jerry Capehart en geproduceerd door Cochran. Het nummer gaat over het leven van een tiener tijdens de zomervakantie. Hij heeft geen zin om een baan te zoeken voor de zomer zodat hij geld kan verdienen, en hij kan zijn vriendin niet mee uit nemen omdat zijn baas hem altijd in de late uren laat werken. Hij liegt vervolgens tegen zijn baas dat hij ziek is, maar de ouders van de jongen willen hun auto niet aan hem lenen omdat ze hem te lui vinden. Hij overweegt om langs de Verenigde Naties te gaan om over zijn situatie te klagen, maar uiteindelijk laat hij het bij een brief naar zijn lokale congreslid, die geen antwoord geeft omdat de jongen te jong is om te stemmen.
In 1967 werd 'Summertime Blues' gecoverd door de Amerikaanse rockband Blue Cheer. Zij brachten het uit op hun debuutalbum 'Vincebus Eruptum', dat een jaar later uitkwam. Op deze cover werd het vraag-en-antwoordspel weggelaten. In plaats hiervan speelt elk bandlid een korte solo. Ook is de gitaarriff uit 'Foxy Lady' van Jimi Hendrix een aantal keer te horen.
Blue Cheer speelde destijds ongewoon hard en wordt wel gezien als een van de voorlopers van de heavy metal en hardrock. De naam Blue Cheer staat voor een soort LSD, die weer genoemd was naar een destijds populair wasmiddel. En laat de lente nu maar vlug komen!
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Requiem pour un c…’ – Serge Gainsbourg + Michel Colombier & son orchestre
'Le Pacha' is een Frans/Italiaanse misdaadfilm uit 1968 geregisseerd door Georges Lautner met Jean Gabin en Dany Carrel in de hoofdrollen en is gebaseerd op de roman 'Pouce!' door Jean Laborde. Het verhaal gaat over een hoge politieman uit Parijs die een meedogenloze moordenaar achtervolgt. Gainsbourg vertolkt een minieme rol zonder ervoor gecrediteerd te worden.
In 1968 mocht het woord "con" nog niet voluit geschreven worden maar wel uitgesproken of gezongen worden. Vergelijk het met het Engels woord "fuck" dat in de Verenigde Staten constant wordt afgekort tot "f..." of gebliept wordt.
De samenwerking tussen Gainsbourg en het orkest van Michel Colombier mondt uit tot een perfecte soundtrack van deze politiefilm.
In 1991 verscheen 'Requiem Pour Un Con (Remix 91)' op single en die versie werd wel een hit. En toen mocht het woord "con" ook voluit geschreven worden. Het woord betekent in eerste instantie nochtans "nietsnut, rekel, rabauw, of deugniet". Niks om zich zorgen over te maken ...
Het trio Jean Gabin - Lino Ventura - Alain Delon behoort al jàren tot mijn lievelingsacteurs. Zij zijn te bewonderen in de prent 'Le Clan des Siciliens' uit 1969. Maar dat is een ander verhaal.
-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-=-
‘Harper Valley P.T.A.’ – Jeannie C. Riley
P.T.A. was in de jaren zestig een veelgebruikte afkorting in de Verenigde Staten en zij staat voor "Parent-Teacher Association", zeg maar de Ouderraad met leden van het schoolbestuur.
In 1967 hadden verontruste ouders de toenmalige BRT verplicht de televisieserie Batman na amper 7 uitzendingen te stoppen omdat er te veel geweld (sic) in voorkwam!
In de ouderraad waarover Jeannie C. Riley zong zullen ook verontruste ouders gezeteld hebben want zij keurden het gedrag van de moeder in het lied (Mrs. Johnson) niet goed: haar rokken waren te kort, zij ging te veel uit met jonge kerels en de alcohol vloeide te rijkelijk; kortom geen goed voorbeeld voor haar dochtertje. Mrs. Johnson trok zelf naar de ouderraad in een minirokje en diende de hypocrieten van een gepast antwoord. Zij vergeleek het dorp zelfs met "Peyton Place", een populaire soap die op de Amerikaanse televisie liep van 1964 tot 1969.
Waarschijnlijk was dit een van de eerste country & western hits in onze contreien, Johnny Cash even buiten beschouwing gelaten.