Gebruik baard, pruik en snor nooit om uw gezicht te verbergen!
Hoofdpunten blog wandelen
sinterklaas
03-05-2012
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin (2) Op bezoek in Sint-Niklaas en bij SNG Vlaanderen
Arne, hoe leerde je Sinterklaas kennen?
Ik wist dat het Kerstpersonage Santa Claus gebaseerd was op een heilige uit Turkije, de heilige Nicolaas. Maar ik had geen idee hoe dat gebeurd was. Daarom besloot ik mezelf te scholen door boeken te lezen over godsdienstgeschiedenis, cultuurgeschiedenis en geschiedenis. Hierbij kwam ik tot de vaststelling dat het verhaal van deze heilige een groot verhaal is, nooit echt geschreven. Daarom besliste ik 4 jaar geleden het zelf te schrijven. De titel van dit boek wordt wellicht "Op zoek naar Santa Claus" Een bemerking hierbij: Zweden is niet bepaald een godsdienstig land. Ikzelf ben geen lid van een kerk. Mensen die naar de kerk gaan (2à3%) zijn protestants en over heiligen hoor je bijna nooit.
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin(1) Op bezoek in Sint-Niklaas en bij SNG Vlaanderen.
Aan het Nicolaasbeeld aan het stadhuis: Arne Norlin op een paaltje gezeten, wachtend op Luc en Anne-Mie, de beheerders van ons documentatiebestand. Hij had met hen contact opgenomen via het wereldwijde web. Nicolaas als cultuurfenomeen boeit hem enorm. Hij vindt dat het echte verhaal van onze grote vriend nog nooit echt geschreven is, buiten de context van de heiligencultus en de "amerikanisering" (Santa Claus) Daarom besloot hij het zelf te schrijven. Hij deed de reis van bisschop Nicolaas van Lycië (toen Grieks, nu Turkijë) naar west-Europa over. Zijn laatste stop was Sint-Niklaas, van waaruit hij zijn boek wil starten. Even een korte biografie: Arne 62 jaar was meer dan 30 jaar journalist bij Zwedens grootste dagblad "Aftonbladet". Hij begon als schrijver van misdaadromans. Vier van zijn boeken zijn in het Nederlands vertaald. Sinds 2002 is hij fulltime schrijver. Hij schrijft vooral kinderboeken. Elk jaar schrijft hij minstens 1 prentenboek en 1 boek voor 9 tot 13 jarigen. Op dit ogenblik staat hij nummer 12 op de toplijst van de bibliotheken in Zweden: de 12de meest ontleende schrijver. Wij stelden hem via de digitale snelweg onze klassieke sinterviewvragen: (wordt vervogdt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
5 December is het feest van Sinterklaas, komt hij samen met zijn Pieterbaas. Op zijn schimmel rijdt hij met een zak vol pepernoten en cadeautjes, familie hebben al getrokken hun lootjes. Kinderen zingen: "Sinterklaasje kom maar binnen met je knecht, want wij zitten allemaal even recht." Rijmpjes en surprises worden vezonnen, Sinterklaas is begonnen. Ellen Verstegen
Op zijn rug een ton in trechtervorm die men in de Alpen aantreft om hout te dragen of gebruikt bij de druivenpluk. Die moest dienen om stoute kinderen mee te nemen. Krampus was op drie terreinen werkzaam. Het eerste was als dienstdoende kinderverschrikker, het tweede als getemde duivel, die zelfs door een klein meisje kon gewassen worden. Als derde punt wordt hij naar voor geschoven als vrouwenverleider en versierder. De meer modernere kaarten tonen dat bestraffing en verleiding niet zover uit elkaar liggen. Zijn roede doet dienst als weegschaal, links het geld en rechts het hart of de liefde. De echtgenotes werd de raad gegeven: "Maak de juiste keuze, anders komt Krampus" Verwonderlijk is wel dat men op het eind van de 19é eeuw kaarten drukte waarop schaars geklede dames in de handen van Krampus zijn gevallen, en hieruit enkel konden ontsnappen door hem ter wille te zijn. In de hele verzameling is slechts een kaart te vinden waarop een tafereel is te zien waarin een klein meisje Krampus buiten jaagt met een roede. Op de kast zien we een klein Sinterklaasbeeldje. Dit was de enige kaart waarop Krampus in aanraking kwam met Sint Nikolaas. Het is pas in het begin van de 20é eeuw dat Krampus gelinkt werd aan de komst van de Sint. Zo ging het ook in Vlaanderen, zestig jaar geleden was Zwarte Piet ook nog niet van de partij en sprak men hier steevast van Nicodemus die je in de zak stak bij slecht gedrag. Raf Rumes uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
In delen van Zwitserland en Zuid-Tirol is het gezelschap van Nikolaas vredelievender. Meisjes als witgeklede engelen, met of zonder vleugels, maar wel met een gouden kroon en een zweem van heiligheid op hun gezicht helpen de Sint bij het bedelen van de gaven. In Duitsland maar vooral in Oostenrijk is Krampus in dienst, alhoewel dit een geval apart is.
Onlangs kon ik inzage krijgen in een postkaartenverzameling van Mr Hans Huber uit Graz (A). Postkaarten met het opschrift "Grüss vom Krampus", kaarten die wij hier een halve eeuw geleden ook kenden zoals "Groeten van Sinterklaas" of "Vrolijk Pasen". De traditie elkaar zulke kaarten te zenden is volledig verdwenen, enkel met Kerstmis en Nieuwjaar houdt het nog stand. In het begin van de 19é eeuw had Krampus niets te maken met Sint-Nikolaas. Nikolaas beloonde de brave kinderen op 5 december en Krampus de stoute op 6 december. Krampus is afgebeeld als een vervaarlijke duivel, met een lange staart, een lange rode tong, horens zoals een duivel, kettingen en een roede van berkenrijs in de hand, en rechtop lopend op bokkepoten. (wordt vervolgdt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Hier ten lande en ook bij onze noorderburen, is het vanzelfsprekend dat de Sint op zijn ronde vergezeld is van Zwarte Piet. In de ons omringende landen is het verschillend van land tot land. In Frankrijk kennen we Pére Fouettard, in Duitsland spreken we van Krampus, in Oostenrijk en Zwitserland zijn het meestal Rumpelklause en in Zuid-Tirol zijn het voor het merendeel engelen die onze vriend vergezellen. De Franse pére Fouettard ziet men meestal als een gebaarde oude man in een bruine pij met een bussel berkenrijs in de hand die dienst doet als roede. De Rumpelklause zijn gekleed met balen, een masker verbergt hun gezicht, en een baard van hennep moet het geheel kompleet maken. Rond hun middel bengelen kettingen en talrijke bellen, groot en klein. Zij zijn niet de directe helpers van de Sint, maar als deze zich op pad begeeft lopen zij in zijn omgeving en zijn een beetje de stoorzenders in het spel. Zij zijn er enkel op uit de jonge meisjes de stuipen op het lijf te jagen. (wordt vervolgdt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Op zes december telt de nacht een sterretje meer Als je heel goed kijkt naar het twinkelen in de nacht Als je zoekt boven de daken tussen de bomen en de maan Als je luistert vanuit je bedje naar KLIKKLAK hoefjes op het dak Als je droomt van varkentjes, varkentjes biggetjes van marsepein van appeltje, appeltje, sientjes mandarijntjes o zo klein Als je zingt over de stoomboot En over letters van banket Wel dan, onder die sterrenpracht Komt Sinterklaas En 's morgens, langverwacht Kijk je dan naar wat die ster ons heeft gebracht
Emma Franckaert uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Van Sinter Claes en Santa Claus (slot) Santa Claus van Irving Washington
Opvallend aan de prent van de Sint is de stok die hij in de rechterhand heeft, de bijenkorf die op de achtergrond staat en het hondje aan zijn voeten. In de Engelse vertaling heeft Pintard verklarende voetnoten gezet bij Tabard ("kind of jacket") bij Apples bright of Oranje ("Oranges") en bij Granate ("pomegranatas"). Misschien geven deze verklaringen al meteen de moeilijkheid aan bij deze poging van Pintard om Amerika een 'echte' Sint-Nicolaas te geven. Er moest teveel uitgelegd worden over het oude Nicolaasfeest. In elk geval sloeg Pintards opstartpoging voor een St. Nicolas Day op 5/6 december niet aan. Wellicht lag het politieke aspect er te dik bovenop. De onafhankelijkheidsoorlog eindigde in 1814 dus de Amerikaanse soldaten hadden ook geen geuzenheilige meer nodig. Drs. H.J. Franzen uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Van Sinter Claes en Santa Claus (4) Sancte Claes van Irving Washington
Sancte Claus goed heylig man! Reis daer me' na Amsterdam Van Amsterdam na 'Spanje Vaer appelen van Oranje Vaer appelen van granaten Die rollen door de straten Sancte Claus, mijn goede Vriend! Ik heb u allen tijd gedient, Wille u mij wat geven Ik zal u dienen alle mijn Leven.
Saint Nicholas, good holy man! Put on the Tabard best you can Go, clad therewith, to Amsterdam From Amsterdan to Hispanje where apples bright of Oranje and likewise those granate surnam'd roll through the streets, all free unclaim'd Saint Nicholas my dear good friend To serve you ever was my end If you will, now, me something give, I 'll serve you ever while I live. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Van Sinter Claes en Santa Claus (3) Santa Claus van Irving Washington
In 1810 gaf John Pintard, vriend van Irving, op 6 december een groots banket voor de leden van Historical Society en bracht een toost uit op Santa Claus goed heylig man. Hij liet zelfs een prent drukken voor de gelegenheid. Saint Nicholas staat erop met z'n sterfdatum 6 dec 343, een lief en een stout kind, een open haard met twee kousen waarvan één gevuld met cadeautjes, de andere met een roe. Verder twee sinterklaasversjes: het Nederlandse 'Sinter Claes goed heylig man' met een Engelse vertaling erbij. Het woord 'Sinter Claes' was aangepast aan de spelling die Irving had toegepast in zijn 'Knickerbocker's History. (wordt vervolgdt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Van Sinter Claes en Santa Claus (2) Santa Caus van Irvin Washington
In 1804 werd in New York de Historical Society opgericht als teken van de ontwaakte geschiedenisbestudering, nu de ene na de andere Amerikaanse staat zich afscheidde van de Britse overheersing. De Amerikanen kregen behoefte aan een eigen identiteit, een eigen cultuur en eigen gebruiken. Een uiting daarvan is het boek 'Kinckerbocker's History' van de schrijver Washington Irving uitgegeven in 1809. Hij schijnt de eerste te zijn geweest die Sint-Nicolaas de schutspatroon van Nieuw Amsterdam heeft genoemd. Een voordehand liggende veronderstelling, omdat onze Sint al eeuwen de beschermheilige was van 'oud Amsterdam'. Hij beschrijft de Sint zo: a jolly old Dutchman, nicknamed Santa Claus, who parket his wagon on rooftops and slid down chimneys with gifts for sleeping children. Het idealiseren van de band met Nederland was waarschijnlijk met opzet gekozen: de Nederlanders vochten zich vrij van de Spanjaarden in de Tachtigjarige Oorlog, zo zouden de Amerikanen zich vrij vechten van de Engelsen in de Onafhankelijksoorlogen. De Engelsen hadden een machtige schutspatroon in Saint Georges, maar Sint-Nicolaas van de Nederlanders zou een geduchte geuzenheilige zijn voor Manhattan. (wordt vervolgdt) uit:Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Van Sinter Claes en Sante Claus (1) Santa Claus van Irving Washington
Hollandse emigranten namen de gebruiken rond 5 en 6 december mee toen ze zich vestigden in Amerika en zo ontstond uit Sinter Claes na een tijdje Sante Claus. Deze verklaring van het ontstaan van de naam van de Amerikaanse Kerstman kom je vaak tegen in allerlei bronnen. Maar is dit ook zo? En waarom komt Santa in Amerika in the night before Christmas en niet op 5 december?
Een verkenning.
In 1660 ging Nieuw Nederland met de hoofdstad Nieuw Amsterdam over in Engelse handen. De vroegste vermelding (uit 1733) van het vieren van het Sinterklaasfeest wordt aangehaald door E.G. Burrows en M. Wallace in 'Gotham, a history of New York City' (Newyork Oxford,1999): A group of descendants of the ancient Dutch families celebrated the sixth of December with great joy and festivity. De schrijvers melden ook dat er rond 1800 geen spoor meer te vinden was van een Sinterklaasfeest op Manhattan. Het enige winterfeest schijnt New Year's Day te zijn geweest. Geen Sint, geen Kerst. (wordt vervolgdt) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Opa en Oma, De kleinkinderen zijn een lust in je leven. Je wilt ze graag alle aandacht geven. Ze vinden het fijn om bij julie te spelen. Jij mag dan graag wat snoepgoed uitdelen.
Ze mogen bij julie wat ze thuis niet mogen. Ze hoeven niet stil te zijn en ingetogen. Julie zorgen voor veel gezelligheid. En tot oppassen zijn julie altijd bereid.
Julie zijn echt een Opa en Oma naar ons hart Sint en Piet legden voor beiden een pakje apart.
Ontmoetingen met de Sint Frankrijk (Côtes-d'Armor - Bretagne)
Plufur (slot) De buitenkant is overdadig versierd met kantelen en spitse kleine torentjes en schijnt de tand des tijds goed doorstaan te hebben. De binnenzijde is in-triest, geen vloer, enkel gestampte aarde, alle vensters zijn vervangen door plastieken platen en verder ook geen interieur of meubilering. De dakstoel, met immens balkwerk, werd reeds gerestaureerd en oogt majestatisch. De eigenaar van de verderop gelegen boerderij wist ons te vertellen dat de restauratie voorzien is met nieuwe ramen en deuren. Hopelijk legt men dan ook een vloer. PS : begin augustus kan je in Plufur de "Pardon de St Nicolas" meemaken, dat is een processie. Raf Rumes uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Ontmoetingen met de Sint Frankrijk (Côtes-d'Armor - Bretangne)
Plufur Komende van Morlaix volgen we de richting St Brieuc, links naar Trêmel en Plufur. Op de rechterkant in het dorp staat de "Chapelle de St Nicolas" reeds aangegeven. Men kan de wagen langs de weg parkeren en dan te voet nog een vijfhonderd meter een breed pad volgen. Midden in het bos, idyllisch gelegen langs een rustig kabbelend riviertje, een plek om romantisch van te worden, vinden we "Chapel Sant Nikolaz" Plufur (Bretoense benaming). Dit is werkelijk een prachtig kleinood, met romaanse, maar hoofdzakelijk gothische trekken gebouwd in het jaar 1499. Zij is zonder het eerste werk van het atelier Beaumanoir en stond model voor talrijke kerken en kapellen in de regio. Langs de kapel kronkelt een GR-wandelpad dat je verder kan volgen langs de "Moulin de St Nicolas" en de hoeve "Kernevez Sant Nikolaz". (wordt vervolgdt)
Port blanc Tussen het haventje van Port blanc en Buguéles langs de wegkant een kleine Nicolaaskapel. Op het naambord aangegeven als "Crec'h St Nicolas". De muren zijn met ruwe rotsblokken opgebouwd en bekroond met een klein vierkant torentje met bijhorende klok. Verdere inlichtingen konden we niet vinden maar naar onze schatting is het zeker middeleeuws. Raf Rumes uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Dit plaatsje heeft een kerk uit de 15-16e eeuw. Het is echter geen Nicolaaskerk. De plaatsnaam is afkomstig van de Nicolaasbron die je links achter de kerk kan vinden. Zij is tegen een huis aangebouwd en is uit de 17e eeuw. Men moet een tiental trappen naar beneden om het geheel te kunnen bekijken. Zij is gebouwd met een nis, waarin achter tralies, een zeer oud, houten Nicolaasbeeld, met kuip en kindjes, is opgesteld, met vooraan enkele waterbekkens die het water van de traag vloeiende bron opvangen. Volgens ons was dit ook de openbare wasplaats. Gezien haar ouderdom is het ook normaal dat het geheel uit bretoense granietsteen opgetrokken bouwwerk reeds sterk verweerd is. Raf Rumens uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Als kind was ik altijd blij 5 december dat mij enorm opwond, Winterpenen, en suikerklontjes. Grote en kleine schoenen Sinterklaas en Pieterbaas Schimmel en pepernoten Een gezellige avond, met Sinterklaas ieder jaar heb ik er van genoten. Ik geloofde toen nog heilig Sint en Piet waren echt. Toch werd ik achterdochtig Hoe kwam de kleding van de Sint bij mijn opa thuis terecht. Mijn opa en Sinterklaas hebben dezelfde geur en schoenen Mijn oma vertelde mij Wie de echte Sinterklaas nu was Ik ben nog steeds blij anders dan als kind Sinterklaas is niet mijn boezem vrind Het was mijn lieve opa de goede Sint.
'De Sint is een kindervriend, maar met mate' Nee, de charme van het sinterklaasfeest zit hem in de aanloop. Zij toveren een geheimzinnige wereld, waarin brieven 's nachts verdwijnen en er 's ochtends - maar kijk nu toch eens! - een chocoladen ventje naast een schoentje staat. Zwarte handafdrukken op de muur. En het allermooiste is dat die volwassenen er helemaal niet in geloven. Dat is het grote verschil met de gruwel die wij Kerstmis noemen: dat je wordt aangespoord om een soort naaldboom uit een travestietentent gezellig te vinden, dat je als een hond de winkelstraten wordt ingejaagd om iets origineels te kopen, en dat je met een steeds maar uitdijende familie wordt opgesloten in een enge ruimte waar het griepvirus handenwrijvend rondspookt, het is op het randje af mensonterend. Nee, dan maar Sinterklaas. Hugo Matthysen. uit: HUMO
'De Sint is een kindervriend maar met mate' Het angstige aanschuiven voor zijn troon. De tekeningen, de brieven, de vraag of je voor Zwarte Piet een glaasje water of een pintje moet klaarzetten. En dan Sinterklaas zelf: vol verwachting de trap af, in de gang wachten tot je toestemming krijgt om op het speelgoed af te stormen. Dat was het mooiste moment. Want dat speelgoed zelf was na drie dagen al voor de helft kapot, en van de andere helft ontbraken stukken. En die snoep, ach ja, zo lekker is speculaas nu ook weer niet. Marsepein wordt door elke kinderarts met klem afgeraden, omdat het constipatie veroorzaakt. En chocolade is de belangrijkste oorzaak van obesitas. (wordt vervolgdt) uit: HUMO