De jaarlijkse paardenrennen van Waregem Koerse
worden toegevoegd aan de Vlaamse inventaris van immaterieel cultureel erfgoed. Dit
jaar wordt ondermeer ook de traditie van het vinkenzetten, waarvoor Waregem
recent nog gaststad was voor het kampioenschap van België, aan de lijst
toegevoegd. Immaterieel erfgoed wordt omschreven als "gewoontes,
gebruiken, kennis en praktijken die een gemeenschap of groep overgeërfd heeft
en die de gemeenschap voldoende belangrijk acht om door te geven aan
toekomstige generaties". Op de inventaris van het erfgoed staan nu 37 tradities,
fenomenen en gewoontes.
Cultuurminister Joke
Schauvliege voegde dit jaar op advies van de expertencommissie Immaterieel
Cultureel Erfgoed vier nieuwe tradities toe. Benevens Waregem
Koerse en het vinkenzetten worden dit jaar ook bloemencorso's (optochten van
met bloemen versierde wagens) en de traditionele teelt van grondwitloof aan de
lijst toegevoegd. Op de lijst staan ondermeer tradities als de Heilige
Bloedprocessie in Brugge, Aalst carnaval, het Krakelingenfeest in
Geraardsbergen of de Ros Beiaardommegang van Dendermonde. Twee jaar geleden
kwam ook het met Waregem verbonden hanenzetten, vergelijkbaar met het
vinkenzetten, al op de lijst.
Vlaams minister van Cultuur Joke Schauvliege: In
Vlaanderen sluiten we met ons beleid perfect aan bij de Unesco-Conventie 2003
die de culturele diversiteit in de wereld wil vrijwaren en in beeld brengen. Opname op de Inventaris Vlaanderen voor
Immaterieel Cultureel Erfgoed betekent geen extra subsidiëring, maar wel een
grotere zichtbaarheid en kansen op uitwisseling van kennis, ervaringen,
expertise, acties en programmas. En dit zowel in Vlaanderen als in het
buitenland. Waregem Koerse Feesten is een jaarlijks terugkerend zomers
massa-evenement. Het hoogtepunt van deze Feesten is Waregem Koerse. Het zijn
paardenrennen, die sinds het midden van de negentiende eeuw op de eerste
dinsdag na het laatste weekend van augustus worden georganiseerd. De Feesten
worden de donderdag voordien officieel geopend door de belleman van Waregem.
De eerste paardenrennen te Waregem hadden in 1847
plaats als een bescheiden onderdeel van de lokale oogstfeesten en kermis.
Geleidelijk aan wonnen de rennen aan populariteit, niet in het minst sinds de
inrichting van de eerste 'Grand Steeple des Flandres' in 1857. Vanaf dan
klommen de rennen op tot de Belgische top.
De laatste vijftig jaar professionaliseerde de
Koersmaatschappij enerzijds de organisatie van Waregem Koerse om het
voorbestaan te garanderen. Anderzijds werden onder impuls van het stadsbestuur
de Waregem Koerse Feesten nieuw leven ingeblazen door het uitwerken van een
tiendaags feestprogramma en door het ondersteunen van lokale initiatieven. Dit
heeft ervoor gezorgd dat de algemene crisis die de Belgische paardensport de
laatste decennia doormaakte in Waregem zo goed als onbestaande is. Op de eerste
dinsdag na de laatste zondag van augustus wordt er gekoerst en gefeest aan de
Gaverbeek alsof het nooit anders is geweest.
Sociaal-culturele
betekenis:
De betekenis van de koersen en de feesten voor
Waregem en zijn wijdere omgeving kan en mag niet onderschat worden. De
feestelijkheden vormen een hoeksteen van de Waregemse identiteit en zijn
immaterieel erfgoed. Zo is Waregem Koerse het enige overblijvende,
grootschalige en internationaal beroemde paardenrennenevenement in België en
heeft het zich sinds 165 jaar bijzonder stevig lokaal kunnen verankeren.
Waregem houdt met andere woorden de verdwijnende traditie van het Belgische
paardenrennen overeind. Daarenboven bevorderen ze nog steeds de sociale cohesie
binnenin de stad en tussen de stedelingen onderling. Elk jaar opnieuw scheppen
ze een moment en plaats van ontmoeting, waarbij oude vrienden, familieleden, collegas,
buren en studiegenoten elkaar in een opperbeste feeststemming terug ontmoeten.
De feesten worden derhalve door een ruime (stedelijke) gemeenschap ondersteund
en gedragen, zowel vandaag als vroeger, onder meer door het stadsbestuur, de
horeca, de vele handelaars, verenigingen en particulieren.
Geschiedenis
van de Waregem Koerse Feesten
De Waregem Koerse Feesten is een jaarlijks
terugkerend massa-evenement dat in de zomerperiode plaatsvindt. Het algemene
hoogtepunt van deze feesten is de Waregem Koerse zelf. Hieronder wordt de reeks
paardenrennen verstaan, die sinds het midden van de negentiende eeuw op de
eerste dinsdag na het laatste weekend van augustus wordt ingericht. De Feesten
worden op de voorafgaande donderdag officieel geopend door de bellenman van
Waregem en eindigen de woensdag erna.
De betekenis van de koersen en de feesten voor
Waregem en zijn wijdere omgeving kan en mag niet onderschat worden. De
feestelijkheden vormen een hoeksteen van de Waregemse identiteit en zijn
immaterieel erfgoed. Zo is Waregem Koerse het enige overblijvende,
grootschalige en internationaal beroemde paardenrennenevenement in België en
heeft het zich sinds 165 jaar bijzonder stevig lokaal kunnen verankeren.
Waregem houdt met andere woorden de verdwijnende traditie van het Belgische
paardenrennen overeind. Daarenboven bevorderen ze nog steeds de sociale cohesie
binnenin de stad en tussen de stedelingen onderling. Elk jaar opnieuw scheppen
ze een moment en plaats van ontmoeting, waarbij oude vrienden, familieleden, collegas,
buren en studiegenoten elkaar in een opperbeste feeststemming terug ontmoeten.
De feesten worden derhalve door een ruime (stedelijke) gemeenschap ondersteund
en gedragen, zowel vandaag als vroeger, onder meer door het stadsbestuur, de
horeca, de vele handelaars, verenigingen en particulieren.
De evolutie van Waregem Koerse en haar feesten liep
parallel met de ontwikkeling van Waregem als plattelandsgemeente tot een
geïndustrialiseerde stad met een ruim verzorgingsgebied. Vanaf medio de
negentiende eeuw begonnen de grootschalige, moderne paardenrennen die al
decennia in metropolen zoals Gent en Brussel werden georganiseerd, tot het
platteland door te dringen. Zo vonden ook in Waregem in 1847 de eerste
paardenrennen plaats als een bescheiden onderdeel van de lokale oogstfeesten en
kermis. Toch hielden de Waregemense rennen in de eerste jaren weinig meer in
dan louter kermisvermaak. Op enkele lokale notabelen na bestond het publiek en
de deelnemers vooral uit landbouwers uit de omstreken. Voor de meeste boeren
uit de regio betekenden de rennen namelijk een goede gelegenheid om hun
fokresultaten publiekelijk te kunnen voorstellen. Na enige tijd begonnen de
rennen tijdens de kermis aan populariteit te winnen en trokken ze duizenden
toeschouwers uit de eigen en de omliggende gemeenten aan. Vermoedelijk droeg de
mogelijkheid er te kunnen gokken hier niet onbeduidend toe bij. Ook de sociale
structuur van het evenement begon te diversifiëren. De weegplaats (pesage)
werd voorbehouden voor de burgerlijke en aristocratische elites. De minder
kapitaalkrachtigen werden op het minder comfortabele grasveld (pelouse)
samengebracht.
Een belangrijke stimulans voor de vroegste
organisatie van de paardenrennen kwam uit de elitaire Sociéte dEncouragement
pour les Courses et lÉlevage de chevaux de Waereghem die in de vroege jaren
1850 werd opgericht. Deze maatschappij onderlijnde het belang van de rennen in
het verbeteren van het paardenras en bij uitbreiding ook de paardenindustrie,
hetwelk een nationale landbouwprioriteit was. Deze vereniging bouwde een breed
netwerk uit dat de paardenrennen ondersteunde en ze aan belang deed winnen. Zo
zorgde ze ervoor dat er meer prijzengeld werd uitgereikt, waardoor de koersen
betere paarden aantrokken en ze verdere bekendheid verwierven.
De uiteindelijke doorbraak van de Waregemse
paardenrennen kan op de inrichting van de eerste Grand Steeple des Flandres in
1857 worden teruggebracht. Vanaf dan klommen de rennen op tot de Belgische top.
Dit werd in de daaropvolgende decennia versterkt door een verdere
democratisering van de spoorwegen waardoor bezoekers en paarden van buiten de
onmiddellijke regio eenvoudig op de hippodroom aan de Gaverbeek geraakten. De
schaalvergroting en verankering van de rennen vertaalden zich in een brede en diepgaande
invloed op de lokale gemeenschap met zichtbare overblijfselen tot vandaag de
dag. Zonevreemde elementen werden in de Waregemse gemeente binnengebracht door
verscheidene stoeterijen van Noord-Franse en Belgische industriëlen die de
regionale hippische industrie ondersteunden. Zo werd de Anglo-Normandische
bouwstijl geïntroduceerd en migreerden Britse invloeden mee met de Britse
jockeys die door deze stoeterijen in dienst werden genomen. Verscheidene van
deze Anglo-Normandische villas behoren vandaag tot het belangrijkste
onroerende erfgoed van de jonge stad.
Tijdens het interbellum namen de Waregemse rennen
een bemiddelende positie in tussen de twee grootste paardenrennen van het jaar;
die van Oostende in het zomerseizoen en die van Brussel in het winterseizoen.
Beide waren bijzonder dominant en dat bemoeilijkten de oprichting van nieuwe
evenementen in andere plaatsen in België. Waregem daarentegen werd als een
traditionele stop tussen beide seizoenen ervaren en kreeg daarom
niet af te rekenen met een verwoestende, directe
concurrentie. In hippische milieus sprak men over de Waregemse tussenstop als
een pelgrimage naar de wieg van de paardensport.
In de naoorlogse jaren was er een duidelijk verval
van het bezoekersaantal waar te nemen. De veranderde sociale en
maatschappelijke toestand van het midden van de jaren vijftig deed de
populariteit van de paardenrennen en het kermisgebeuren snel afnemen. De
Koersmaatschappij vond daarop slechts in de jaren zestig een duurzaam antwoord
door grote sponsors aan te trekken en de rennen een meer exclusief karakter te
geven. Deze manier van werken had succes en tegen het midden van de jaren
zestig steeg het bezoekersaantal opnieuw. Dat was vooral te danken aan een
relatieve stijging van het aantal bezoekers op de weegplaats.
De laatste vijftig jaar professionaliseerde de
Koersmaatschappij enerzijds de organisatie van Waregem Koerse om het
voorbestaan te garanderen. Anderzijds werden onder impuls van het stadsbestuur
de Waregem Koerse Feesten nieuw leven ingeblazen door het uitwerken van een
tiendaags feestprogramma en door het ondersteunen van lokale initiatieven. Dit
heeft ervoor gezorgd dat de algemene crisis die de Belgische paardensport de
laatste decennia doormaakte in Waregem zo goed als onbestaande is. Op de eerste
dinsdag na de laatste zondag van augustus wordt er gekoerst en gefeest aan de
Gaverbeek alsof het nooit anders is geweest.
Meerjarig
cultureel erfgoedproject 'Met Paardenkracht
In het kader van het stedelijk erfgoedbeheer wordt
proactief ingezet op het verzamelen, verwerven, beheren, onderzoeken en
ontsluiten van de collecties met betrekking tot de geschiedenis en de plaats
van het paard binnen de Waregemse (historische) samenleving. Centraal binnen
dit paardenerfgoed staan de Koerse en de Koerse Feesten. Bij uitbreiding worden
onder dit paardenerfgoed ook de verregaande effecten verstaan die de
aanwezigheid van het paardenrennen op de Waregemse gemeente, gemeenschap en
stad teweeg heeft gebracht en nog steeds brengt.
In 2011 ontwikkelde het stadsarchief een meerjarig
cultureel erfgoedproject Met Paardenkracht
Registratie en ontsluiting van
paardenerfgoed in Vlaanderen. In een eerste fase werd de tijdelijke
tentoonstelling Van paardenmiddel tot paardendokter ingericht. In een tweede
fase wordt het hippische erfgoedlandschap verder verkend en de opstart
aangevangen van de registratie van het erfgoed, archivalisch en documentair
materiaal met betrekking tot paardengeschiedenis. In een derde fase wordt tot
slot de registratie methodologisch verwerkt en publiekelijk ontsloten, bij
voorkeur via publicaties en een permanente website.
Vooral in de laatste twee fasen van dit project
wordt de nodige aandacht besteed aan het Belgische paardenrennen en in het
bijzonder de centrale positie van Waregem Koerse (en de feesten) hierin. In
aanloop van de tweede fase werd door het stadsarchief reeds de aanzet gegeven
een exhaustief bronnenrepertorium op te maken met betrekking tot
paardengeneeskunde. Later wordt dit uitgebreid en alomvattend verspreid over
het gehele (historische) paardenlandschap, met inbegrip van paardenrennen en
Waregem Koerse in het bijzonder.
Sinds jaar en dag beheert de Koninklijke
Koersemaatschappij haar rijke archief in eigen hand. Om de permanente bewaring
van en de toegankelijkheid tot dit privaatrechtelijke archief te bevorderen
ondernam het stadsarchief al enkele stappen om de overdracht naar de stedelijke
depots te bewerkstelligen. In 2009 werd een basisinventaris opgesteld om een
overzicht op het omvangrijke archief te krijgen. In 2012 werden er vervolgens
verdere afspraken gemaakt om de overdracht te organiseren. Er werd een
voorakkoord bereikt over een inbewaargeving voor een voorlopige termijn van 27
jaar. Alle archiefbescheiden werden reeds geschoond en herverpakt en een
nieuwe, gedetailleerde inventaris werd opgesteld. De uiteindelijke finalisering
van het akkoord zal plaatsvinden in mei 2013.
Het stadsarchief stelde haar acquisitiebeleid af op
het verzamelen en verwerven van documentaire en archivalische (Waregemse)
stukken met betrekking tot paardenerfgoed, en in het bijzonder Waregem Koerse,
buiten het archief van de Koersemaatschappij om. Er volgden reeds enkele kleine
en grote schenkingen die een nieuw licht wierpen op de aanwezigheid, belang en
effecten van paarden, paardenrennen en de Koerse Feesten in en op de Waregemse
(erfgoed)gemeenschap.
Tot slot documenteert het stadsarchief elke editie
van de Koerse Feesten. Alle publicaties, persberichten en overig (bestuurlijk)
archivalisch en documentair materiaal wordt systematisch verzameld en
gearchiveerd.
http://www.immaterieelerfgoed.be/
http://www.immaterieelerfgoed.be/waregem-koerse-feesten
http://www.immaterieelerfgoed.be/vinkenzetten-in-vlaanderen
http://blog.seniorennet.be/wareber2/archief.php?ID=941331
|