xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /> In de brochure Wielerexpo, n.a.v. de grote tentoonstelling rond WK 57 van 1 tot 11 juli in de Schalmei op de campus van de Kunstacademie, brengen de organisatoren ook een eresaluut aan twee grote Waregemnaars, met name mecenas Valère Devos en secretaris Antoon Callu. Het is een verhaal dat uiteraard bijzonder past in deze e-Waregem. We blijven proberen om met deze Waregemse internetkrant, waarvan één van de hoofdmotieven nog altijd is om verhalen te brengen met heemkundige en/of historische inslag, een goed op te slagen archief aan te leggen dat nuttig kan zijn voor toekomstig historische onderzoek naar het gebeuren in Waregem. Dergelijke informatie blijft dus zeker welkom
Industrieel Valere Devos (°1905-1991) en gemeentesecretaris Antoon Callu (°Desselgem,18 april 1911- Waregem,1 januari 1980) waren erg belangrijk in het proces om het Wereldkampioenschap 1957 naar Waregem te halen. Valere Devos zorgde voor een stevige financiële ruggengraat. Antoon Callu verzette hemel en aarde om van de 'verzopen' Gaverbeekmeersen tijdig een sportstadion te maken. Hij kon het Ministerie van Volksgezondheid overtuigen om mee te investeren in de nieuwe 'recreatieruimte'.
Het WK 1957 binnenhalen vergde bijzondere inspanningen, want amper enkele maanden voor datum liet de UCI weten dat er een 'rechte lijn' van 250 meter nodig was om een reglementaire spurt te garanderen. Gelukkig stonden de 'Delmulle-brothers' paraat om het onmogelijke te realiseren. De wereldpers keek met ingehouden adem toe. Zou Waregem erin slagen de wedloop te winnen? Ja, want de wilskracht van Callu en de mogelijkheden van Valere Devos werden samen gesmeed tot een ijzersterk en onklopbaar duo.
Valere Devos is zonder meer erg belangrijk geweest in de relance van het Waregemse op industrieel vlak. In 1928 stond hij aan de wieg van Devos gebrs. Na WO II stichtte hij de Textielfabrieken Valere Devos, die later Sofinal werd. Vanaf 1971 kende Sofinal succes en dat leidde tot de overname van Cotesa (1986). Devos was een self-made economist, vijfde van zes zonen uit een gezin met elf kinderen. Hij was niet alleen een succesvol ondernemer, maar ook een sociaal bewogen man, voorzitter van vele verenigingen. Hij had als mecenas een heel belangrijke inbreng in het binnenhalen van het WK 1957.
Antoon Callu
Voor hij in 1937 gemeentesecretaris werd in Waregem, had hij al drie jaar ervaring opgedaan in het vak in zijn geboortedorp Desselgem. Heel weinigen weten dat hij daar omstreeks 1930 ondermeer met een selecte plaatselijke groep eerder intellectuele jongeren uit alle volkslagen van de bevolking deelnam aan gespreksavonden van de toenmalige KAJ-proost en Cardijn-aanhanger Jan De Cuyper, die later ondermeer voorzitter werd van Leiegouw Kortrijk. Hij had in Kortrijk ook dergelijke volksverheffende groep met ondermeer Albert De Clerck, Dries Dequa en Alfred Detaeye. Bedoeling van De Cuyper was in de geest van Cardijn studerende jongeren ook te begeleiden met de bedoeling van hen toekomstige leiders te maken in het belang van de toekomstige ontwikkeling in Vlaanderen.
Antoon Callu mag zeker de architect van het moderne Waregem worden genoemd. Als gemeentesecretaris was hij erg daadkrachtig. Geen deur in Brussel bleef voor hem ongeopend. Geen mens, behalve Callu en de gebrs. Delmulle, geloofde dat het sportstadion tegen 17 augustus 1957 zou klaar zijn voor het WK. De werken aan de brug konden pas aanvangen op 15 mei. Op 25 dagen werd de 120 meter lange brug gebouwd door Bouwwerken Delmulle. Callu werkte systematisch alle administratieve obstakels weg. Samen met burgemeester August Cras mag hij de vader van het sportstadion worden genoemd.
In mei 1956 vergaderden de vijf burgemeesters van de gemeenten langs het parcours. Het waren naast Waregem ook Vichte, Ingooigemn, Tiegem en Anzegem. Waregem kreeg de aankomst toegewezen. Maar het was nog niet uitgemaakt of dit zou gebeuren in de Holstraat of op het nog aan te leggen sportstadion. De wielerbonzen hakten op een UCI-congres in Kopenhagen de knoop door en het wereldkampioenschap moest op het stadion plaatsvinden. Er was daar een brug over de vijver nodig om een voldoende lange aankomststrook van minstens 250 meter te hebben.
Antoon Callu zette er zijn schouders onder en blijkbaar was toen meer mogelijk dan nu. In iedere administratie en in de provincie werd het dossier als hoogdringend opgevolgd. Het ministerie van Volksgezondheid gaf in februari 1957 zijn zegen voor het dossier van de brug. Op 15 mei werd telefonisch de goedkeuring gegeven om de werken te starten en de dag nadien vingen die werken al aan. Elf dagen later brak er een staking uit in de bouwsector, maar ook daar wisten Callu en de zijnen raad mee.
Op 25 dagen werd de 120 meter lang brug gebouwd. De werken kostten 3,6 miljoen frank (ongeveer 90.000 euro). De aannemers Degroeve (Kortrijk) en Delmulle (Wortegem) klaarden samen met Roger Mehuy van de administratie de klus.
Het project van het stadion zelf was enkele jaren voordien opgestart. Secretaris Callu en burgemeester Cras hadden de idee van het sportstadion altijd verdedigd. Op 31 december 1952 belde minister Alfred De Taeye de secretaris dat de Staat akkoord ging met het project en dat er een miljoen frank (50.000 euro) werd vrijgemaakt om de werken aan te vatten. De Waregemnaars waren meteen enthousiast en sloegen de handen aan de ploeg om van de vroegere, natte Keukelmeersen een prachtig ontspanningsoord te maken. Callu magt zeker deze en nog vele andere pluimen op zijn hoed steken.
|