Het is een geschiedkundig gegeven dat binnen een zelfde land, etnische of taalkundige minderheden streven naar meer autonomie of zelfs onafhankelijkheid, iets waar de etnische meerderheid zich dan meestal tegen verzet. België is daar een uitzondering op, want daar is het de Vlaamse meerderheid die afwil van de lasten die de Franstalige minderheid met zich meebrengen.
Tot de jaren zeventig hadden wij Vlamingen, nog een logische en aanvaardbare motivering ter rechtvaardiging van onze zelfstandigheidsdrang. Sindsdien hebben verschillende fasen van de staatshervorming een relatief ver doorgedreven zelfstandigheid aan de gewesten en gemeenschappen gegeven. Daardoor werd een einde gemaakt aan de culturele, politieke en sociale dominantie van de Franstalige minderheid, welke ingebed lag in de oorspronkelijke structuur van de Belgische staat. Een moderne democratie, en solidair sociaal stelsel waardig, zorgen een reeks grondwettelijke waarborgen er voor, dat zowel op politiek als op economisch en sociaal vlak, een gewest of gemeenschap geen daden kan stellen die ten nadele zijn van de andere gewesten of gemeenschappen.
Vandaag moet ik vaststellen dat mijn volksgenoten de overeengekomen waarborgen ervaren als een onaanvaardbare hinder voor hun, nu reeds superieure economische ontwikkeling en welvaart. Het Franstalige verzet tegen verdere, voor hen nadelige hervormingen, omdat die de waarborgen tegen nadelige meerderheidsbeslissingen, en de solidariteit op de helling zetten, stuit op egoïstisch Vlaams onbegrip.
Als een sociaal mens kan ik daar enkel schaamte bij voelen.
Vlaanderen moet zijn meerderheid niet misbruiken om gemaakte afspraken te herzien,of nieuwe af te dwingen, maar om de in het verleden gemaakte overeenkomsten te doen naleven. Wij kunnen misschien beginnen met zelf het goede voorbeeld (blijven) te geven
|