over de sociale en politieke actualiteit en gebeurtenissen Kom meer te weten op http://www.rvp.be
14-01-2005
Sociale zekerheid
Een betaalbaar sociaal zekerheidstelsel
Elk jaar opnieuw, en dit steeds luider, zijn er politici die er op wijzen dat ons sociaal zekerheidstelsel in de toekomst onbetaalbaar zal worden. Door de steeds groter wordende groep ouderen en een steeds kleiner wordende groep 'actieven' zal er meer geld nodig zijn voor pensioenen, ziekteverzekering enz, terwijl er minder geld voor beschikbaar zal zijn.
Liberale denktanks zien alle heil in het langer werken (uitstellen van pensioensleeftijd), lagere pensioenen, werkloosheids- en ziekte uitkeringen die daarenboven beperkt in tijd zouden zijn. Voor pensioenen en ziekteverzekering zal de overheid volgens hen niet meer kunnen instaan en zal beroep moeten worden gedaan op de private verzekeringsmarkt. Iedereen moet meer zijn eigen verantwoordelijkheid nemen en de 'staat' zal steeds minder 'verstrekker' van 'zekerheid' worden. M.a.w. een kopie van het Amerikaanse model, met een heel rijke topklasse en een gegoede middenklasse, waarvan de rest van de bevolking afhankelijk wordt voor werk. Tenminste, zolang men gezond is, en fysiek in staat om het stijgende tempo opgelegd door de winstjagers aan te kunnen.
Daartegenover staat het idéé om ons huidig sociaal zekerheidstelsel die door het 'gelijkheidsprincipe' zijn eigenlijke doelstelling ver overtreft, zodanig te hervormen dat het enkel ter dienste staat voor diegenen die het nodig hebben. Door allerhande vergoedingen zoals kinderbijslag, ziektekosten, werkloosheidsvergoedingen en pensioenen afhankelijk te maken van de persoonlijke en gezinsinkomsten, en ja, zelfs de onroerende en financiële bezittingen, kan men met een relatief sterk dalend bedrag aan sociale bijdragen, in de toekomst de nodige uitkeringen verstrekken; maar dan wel enkel aan diegenen die het bij gebrek aan voldoende middelen nodig hebben. Men zou er dan zelfs in slagen het huidige belachelijke 'bestaansminimum drastisch op te trekken naar een levenswaardig bedrag.
Vraag is of wij met zijn allen voldoende solidariteit weten op te brengen om af te stappen van het tot heden geldend idéé, dat je recht hebt op werkloosheidsvergoeding, terugbetaling van ziektekosten en pensioen omdat je er voor betaald hebt, i.p.v. omdat je niet voldoende middelen hebt om zonder dat een aanvaardbaar leven te leiden.
Zoals Colombus indertijd een eenvoudige oplossing vond voor een ei dat maar niet op zijn kop wilde blijven staan, zo komt onze federale eerste minister, als een onvervalste Eenoog in het spreekwoordelijke land van blinden, met een oplossing die onze wankele economie terug het elan van de jaren zestig zou moeten geven.
Niemand betwijfelt dat de westerse industrielanden, betreffende loonkost op geen enkele wijze kunnen concurreren met de Oostbloklanden, laat staan met opkomende nieuwe economische machten zoals China en India.
De boosdoener is ons sociaal zekerheidstelsel, dat voor het grootste deel door de werkgevers wordt gefinancierd. Samen met een sterke vermindering van de Venootschapsbelasting, zien echte kapitalisten in het hervormen (geleidelijk afbouwen) van het sociaal zekerheidstelsel, dan ook als het enige middel om onze toekomst veilig te stellen..
Op die manier zou onze loonkost met 30-a 40% verminderd kunnen worden. (hoewel dat niet echt veel aarde aan de dijk zou brengen, gezien de loonkosten tussen West-Europa en Azië zich verhouden van 1 tot 10-12)
Maar omdat voorlopig de linkse (sociale) krachten nog een relatief dikke vinger in de pap hebben, is dat politiek een niet echt haalbare optie. Daarom komt onze federale eerste minister met een wondermiddel aandraven waardoor er (op het eerste zicht) niet geraakt wordt aan onze sociale verworvenheden.
Door de lasten die werkgevers betalen (sociale bijdragen op het loon, vennootschapsbelastingen, enz) sterk te verminderen of zelfs af te schaffen en het inkomensverlies voor de gemeenschap te vervangen door verhoging van BTW op consumptiegoederen en bijkomende taksen en accijnzen, en dit te verkopen als belastingsvermindering hoopt hij, behalve zijn coalitiepartners, ook de andere Europese landen mee in de boot te krijgen.
Naar de bevolking toe wordt een dergelijke oplossing voorgesteld als sociaal, humaan, en een adequaat middel om het steeds groeiend probleem van delokalisatie van bedrijven naar het oosten, met de daar aan gekoppelde werkloosheid, een halt toe te roepen.
Een eenvoudige rekenoefening leert echter dat men niet op Verhofstadt moest wachten om het warm water uit te vinden:
Op een maandbrutoloon van 2000 betaalt een werkgever gemiddeld 680 sociale lasten en draagt de werknemer gemiddeld 260 af.
Indien deze bijdragen zouden wegvallen, zou iedereen tevreden kunnen zijn: de werknemer zijn nettoloon stijft met 260 en de loonlast van de werkgever daalt met 680.
Als gevolg daar van ontvangt de Staat 940 minder sociale bijdragen, maar in het recept van onze wonderboy wordt dit bedrag gerecupereerd door hogere BTW op de consumptiegoederen en hogere en/of bijkomende taksen.
Eindresultaat: alhoewel de werknemer netto 260 meer verdient, geeft hij door de (btw en accijnzen) stijging van de consumptieprijzen tegelijkertijd ook 940 meer uit! Dus een netto meeruitgave van 680,- (dus in feite wordt in dit systeem de werkgeversbijdrage door de werknemer betaald)
Gelukkig voor wie werk heeft wordt de pil wat verguld daar de meeruitgave van 940 voor een deel ook gedragen worden door diegenen die voor hun inkomen afhangen van een leefloon, werklozensteun, ziekte-uitkeringen enz. Zij krijgen uiteraard geen frank meer, maar moeten wel door de verhoging van BTW en taksen aardig wat meer uitgeven. (dus de gebruikers van het sociale zekerheidsysteem betalen een niet onbelangrijk deel van de rekening)
Wie wordt er beter van? Juist! De aandeelhouder die zijn winsten (dividenden) aanzienlijk ziet stijgen. En uiteraard de meerverdiener. Want gezien de BTW, taksen en accijnzen per eenheid voor iedereen het zelfde zijn, heeft dat als gevolg dat hoe meer men verdient, hoe minder men procentueel bijdraagt aan de inlevering.
Dus zowat het tegenovergestelde van ons huidig systeem: Tot vandaag betalen de hogere inkomens procentueel ook meer af aan de gemeenschap (hoe sterker de schouder, hoe groter de draagkracht). Met Verhofstadt zijn ei wordt het systeem op zijn kop gezet: hoe meer men verdient, hoe minder men procentueel bijdraagt aan de gemeenschap.
Een belastingverlaging voor de grootverdieners, en hoe meer men verdient hoe groter (procentueel) de belastingsverlaging.
Daartegenover draait het voorgestelde systeem uit op een belastingsverhoging voor de modaal- en kleinsverdieners, en hoe minder men verdient hoe meer belastingen (procentueel) men betaalt.
Een nieuwe poging van de rechts-liberale goeroes die de regulerende en herverdelende belasting op het inkomen geleidelijk wil vervangen door lineaire lasten die geen rekening houden met draagkracht van de burger.
Een voorstel dat moeilijk nog kapitalistischer, rechtser en asocialer kan. Schrijver dezes is benieuwd in hoever de linkse realos en salonsocialisten daar in trappen.