Als CD&V-senatrice Sabine de Bethune haar zin krijgt, moeten 's nachts, of bij mindere zichtbaarheid overdag, alle fietsers een fluojasje dragen. Dat bij totale duisternis een onverlichte hindernis of persoon in donkere kledij, door een met dimlichten rijdende auto pas op 20 meter afstand wordt opgemerkt, valt niet te ontkennen. Dat reflecterend materiaal die afstand tot zelfs 150 meter kan uitbreiden, is een feit. Maar dat men daarvoor de fietsers clownesk moeten worden aangekleed om hen zogenaamd minder 'kwetsbaar' maken, gaat mij toch wat te ver.
Misschien is de brave dame zelf geen fietsgebruiker en is het haar ontgaan dat fietsen, afgezien van een brandend voor- en achterlicht, ook een voor- en achterreflector, en opzij reflecterende banden hebben, en een autobestuurder bijgevolg al stomdronken of stekeblind moet zijn om die met dimlichten niet op grotere afstand te zien. Haar redenering volgende, zou men evengoed de brom- en motorfietsers, alsook voetgangers in donkere kledij en zelfs op de rijbaan geparkeerde wagens, in fluomateriaal moeten hullen.
Alvorens een dergelijk belachelijk wetsvoorstel goed te keuren zou men best eens nagaan hoeveel procent van ongevallen met fietsers bij donker weer of 's nachts die men, ondanks voorzien van reflectoren en reglementaire verlichting, zou kunnen wijten aan het "niet tijdig kunnen opmerken" van de fietser door een reglementair rijdende autobestuurder.
Daaruit besluiten dat fluojassen iets kunnen veranderen aan onaangepaste en overdreven snelheid, controleverlies over het voertuig, dronkenschapdronkenschap van de autobestuurder, of foutief rijgedrag van de fietser zelf, is op zijn zachts gezegd, bedenkelijk.
|