IN- EN UITTREDINGEN
Zes jaar na hun afwerking zijn de acht banden Eeklose In- en Uittredingen 1816-1940 bij de genealogen een vertrouwde bron geworden. Zij zijn in de eerste plaats nuttig voor de "gevorderde" stamboomzoekers, die zich niet tevreden stellen met de klassieke data geboorte-huwelijk-overlijden, maar het leven van hun voorouders in detail willen reconstrueren. Waar de mensen voor en na hun verblijf in Eeklo gevestigd waren, is namelijk verder alleen te vinden in de tienjaarlijkse tellingen, en die zijn in principe alleen tot 1920 raadpleegbaar...
Vanzelfsprekend gingen de blikken ook uit naar eventuele vervolgdelen, maar op het stadhuis werd toen aangenomen dat men door de oorlog met deze aparte registratie was gestopt. De verrassing was dan ook groot toen bij het leegmaken van de Vredegerechtzolder eind 2017 een omvangrijke reeks vervolgregisters te voorschijn kwam, die tot in de jaren negentig van de vorige eeuw liep. Deze techniek liep toen duidelijk op zijn laatste beentjes: er volgden nog enkele jaargangen op losse bladen, op het einde zelfs schots en scheef verknipt.
Het waarom van deze teloorgang is duidelijk. Bij deze chronologische lijsten werd geen index gemaakt, zodat iemand terugvinden een tijdrovende opgave is, met 450 à 900 personen per jaar. En eigenlijk had men die ook niet strikt nodig, want alles was terug te vinden in het Rijksregister.
Voor ons Stadsarchief wenkte hier meteen een opdracht: een digitale versie, zoals de vorige decennia per twintig jaar alfabetisch geordend. Concreet : 1961-1980 en 1981-2000, in vier digitale bestanden. Niet zomaar een klusje natuurlijk, want dit betekent telkens negen- à elfduizend namen.
Niettemin vorderden de werken goed, tot in 1962 een probleem opdook. Van de vertrekkenden en aankomenden werden namelijk alleen familienaam plus één voornaam genoteerd, niet erg handig bij courante namen. In het register werd gelukkig ook de bladzijde in de tienjaarlijkse telling vermeld. In 1962 werd dit soort tellingregisters echter vervangen door steekkaarten. Die vele duizenden stuks zitten op het stadhuis alfabetisch geordend en zijn niet genummerd. Met andere woorden: tijdrovend zoekwerk bij mogelijke dubbelgangers, en deze administratie is niet toegankelijk voor het publiek ... .
Wegens de privacywetgeving komen de nieuwe registerindexen hoe dan ook nog enkele decennia niet ter beschikking van de bevolking, maar in de stedelijke administratie zullen zij de verbinding met het Rijksregister aanzienlijk kunnen ontlasten.
(Freddy Pille)
|