In de huidige Kapucijnenstraat bevond zich het
kleine klooster van de Lollarden. Dit klooster werd rond 1300 door twee
Brusselse broeders opgericht. Deze Lollarden hielden zich toen vooral
bezig met ziekenverzorging en het begraven van doden. ("lollen" betekent
in het Middelnederlands "prevelen"). Vanaf 1441 werden ze Cellebroeders
genoemd. Deze naam is afkomstig van het Latijnse cella wat kamertje
betekent, waarin de broeders zelf woonden of waar ze de zieken en
krankzinnigen verzorgden. Op het einde van de 16de eeuw had de stad veel
te lijden onder oorlogsgeweld en besmettelijke ziekten. De Tiense
bevolking werd op het einde van deze eeuw met een derde verminderd. Tot
overmaat van ramp vielen vijandelijke troepen in 1589 de stad binnen
waarbij het klooster vernield werd.
In de 17de eeuw schonk de stad de kloosterorde een nieuwe woonplaats
in de Veldbornstraat op voorwaarde dat de broeders hun diensten aan de
gemeenschap zouden voortzetten. Nieuwe gebouwen werden opgericht en in
de 18de eeuw uitgebreid. Zo verrees in 1773 de kapel in Lodewijk
XVI-stijl. Ook dit klooster werd niet gespaard tijdens de Franse
overheersing. De broeders moesten vluchten en konden pas vijf jaar later
terugkeren naar hun geplunderd klooster.
De Cellebroeders kochten de huizen van Ponsaert, Ark van Noë en de
Renesse aan. Toch was al het leed nog niet geleden. Op 30 juli 1930
ontstond er een brand in de gebouwen langs de kant de Renesse, waardoor
men in 1931 een nieuw gebouw diende op te trekken.
Momenteel noemt de site "Broeders Alexianen Tienen" en is nu het een gerenommeerd afkickcentrum voor drug en alcohol verslaafden.
http://www.alexianentienen.be/index.php
|