11. Tiense Suikerraffinaderij - De wijzigingen van de jaren 87/92
In mei 87 wordt de Tiense Suikerraffinaderij geïntroduceerd op
de beurs van Brussel. 25% van de aandelen worden hierdoor onder het publiek
verspreid. De meerderheid,hetzij 75%
blijft in handen van de familiale Groep. In de loop van het jaar 1989 neemt
deze laatste de beslissing de suikeractiviteiten van de T.S. van de hand te
doen om voldoende middelen vrij te maken voor een belangrijke expansie in de voedingssector
op wereldvlak.Eind 1989 wordt dus een
overeenkomst afgesloten tussen de T.S. Holding en de Südzucker AG waarbij de
eerste aan de laatste al zijn aandelen in de suikeractiviteiten van de T.S.
verkoopt. De T.S. Holding behoudt alle diversificatiefilialen en Südzucker
verbindt zich ertoe een OAB te doen voor de aandelen die nog onder het publiek
verspreid zijn. Dit gebeurt in maart 1990. De bestuurders van de Duitse Groep geven
de wens te kennen dat de T.S. zich verder onafhankelijk zou blijven ontwikkelen,
zonder wijziging van directie of kaderleden.
Met een productie van 4,6 miljoen ton suiker en een geconsolideerde
omzet van 5,8 miljard in 2006/07 is de Groep Südzucker, die in 2001 via de
Tiense ook Saint-Louis Sucre, tweede producent in Frankrijk, opkocht, de
belangrijkste suikergroep van de EU. De Groep Südzucker heeft een
leiderspositie op de Europese markt (21,5% van het Europees productiequotum) en produceert in 50 suikerfabrieken in 10 Europese landen. Van Frankrijk in het westen en Moldavië in het oosten.
10. Tiense Suikerraffinaderij - Een tienjarenplan voor technische en sociale vooruitgang
In dit nieuwe klimaat ontwikkelt de Tiense
Suikerraffinaderij zich gestadig tot het eind van de jaren zeventig. Met als objectief
een van meest productieve suiker producerende groepen van de EU te worden,
werkt ze op dat ogenblik een groots project van vernieuwing uit. Met de medewerking
van een wereldbekende consultant wordt een nauwkeurige en volledige analyse
opgemaakt. De handicaps van de groep worden zonder enige toegevendheid
omschreven:complexiteit van het
productienet, onvoldoende productiviteit,te uitgebreid productengamma, verouderd materieel, zware
energie-uitgaven...
Er moest dus zonder dralen een structuurhervorming doorgevoerd
en investeringen gedaan worden. Deze structuurwijzingen treffen het geheel van
de groep en omvatten eveneens de afschaffing van werkgelegenheden op alle
niveaus. Daarom wordt meteen een plan van vroegtijdig pensioen bestudeerd en in
1981 toegepast.
Ook het beheersysteem moet volledig herzien worden. Men
geeft de te ver doorgedreven centralisatie op, ten gunste van de autonomie van
de verschillende eenheden, en men stelt een multidisciplinair management in
waarvan de kern het Uitvoerend Comité is. De commerciële diensten worden in
autonome cellen gegroepeerd volgens de markten die bediend worden, de producten
die verkocht worden en de behoeften van de eindverbruiker.
In 1984 wordt nog een
aanvullende stap gezet om de producten van de Tiense Suikerraffinaderij
volledig af te stemmen op de behoeften van de verbruiker van het jaar 2000. Dat
is de opdracht van de nieuwe New Business Development cel die op de oude
dienst voor Opzoekingen en Ontwikkeling geënt wordt.
9. Tiense Suikerraffinaderij - Het verdrag van Rome
Het Verdrag van Rome, waarmee de Europese Economische Gemeenschap
het daglicht ziet, wordt ondertekend op 25 maart 1957. Maar het is pas het
volgende jaar, tijdens de conferentie van Stresa, dat de basisprincipes van de Gemeenschappelijke
Landbouwpolitiek bepaald worden. Een politiek die bij de suikerfabrikanten en
suikerbiettelers vele vragen doet rijzen. Inderdaad, binnen deze Europese Markt
voert ons land de meest liberale politiek. Met andere woorden, onze industrie is
de minst beschermde. Onze salarissen liggen hoog, onze sociale lasten zijn
zwaar en onze energie is zeer duur. Zullen onze partners daar niet van meet af
aan voordeel uithalen?
In 1963-64 uiten zowel de suikerfabrikanten als de
suikerbiettelers dezelfde eis: ieder jaar moeten de prijzen van de suikerbiet en
van de suiker herzien worden, tot in alle zes landen van de EEG hetzelfde regime
in voege treedt. Maar we moeten tot 1 juli 1968 wachten vooraleer de
gemeenschappelijke reglementering inzake suiker wordt ingevoerd.De Gemeenschappelijke landbouwpolitiek berust
op drie fundamentele principes: de eenheid van de markt die de vrije circulatie
van producten mogelijk maakt, de voorkeur van de gemeenschap die beschermende maatregelen
inhoudt ten overstaan van landen buiten de EU en tenslotte de financiële
solidariteit die gebaseerd is op een systeem van bijdragen, afhoudingen en
terugbetalingen. Ieder land krijgt productie quotas toegewezen. In 1968 bedraagt
het jaarlijks suikerquota voor België 550.000 ton. Dat cijfer is in 2001 tot
826.000 ton gestegen. 559.846 ton daarvan gaan naar de ondernemingen van de
groep Tiense Suikerraffinaderij.