503 Cultuur Kort na de 2de wereldoorlog was er van Cultuur in Meise nog weinig sprake. We hadden wel de parochiale bibliotheek in de Limbosweg. Maar daar waren vooral Hollandse meisjesboeken te vinden. Maar dat was een begin ! En de jaarlijkse boeken die bij de prijsuitdeling te verdienen waren stilden onze leeshonger amper. Wie een krant had thuis, kon daar zijn gading in vinden. Ik moest naar de overkant van de Cuyperstaat (nu Boechtstraat) om dagelijks de avonturen van Eric de Noorman te lezen. Er was ook het Davidsfonds. Mijn vader was lid en bestelde elk jaar zoals gebruikelijk leesvoer van Vlaamse katholieke schrijvers. De anderen stonden op de index. Wij kregen niet de gelegenheid om die auteurs stiekem te lezen. De Culturele activiteiten van het Davidsfonds lokten ons naar de parochiezaal. Er viel toch niets anders te beleven. Van op den uil (1ste verdieping achteraan) luisterden wij met enig leedvermaak naar de toespraken van voorzitter. De man doorspekte zijn volzinnen, zoals alle grote redenaars trouwens, met af en toe een eu. Wij probeerden dat gelijktijdig met hem na te bootsen. Dat deed de arme man uiteraard regelmatig de draad van zijn betoog verliezen. Maar met de komst van Herman Boon pr., werd onze culturele vorming drastisch bijgeschaafd. De kansen die wij via hem kregen tilden ons op ver boven de Vlaamse middelmaat. Hij verankerde de zin naar schoonheid zelfs muurvast in het Chiroheem dat wij zelf bouwden. De muurschildering van constructivist Jan Beekman, de metalen figuur op de gevel, het Mariakapelletje, de keramiek kruisbeelden en moeder met kind in alle lokalen, zijn hiervan de blijvende getuigen. En ook in het straatbeeld duiken her en der mooie kunstwerken op, die op zijn initiatief geplaatst werden. In de Jeugdraad (1965 en later) hebben wij met onze proost allen samen aan culturele uitstraling gedaan. Wij hadden daar geen dure artiesten, gebouwen of cultureel web voor nodig. En dat was ook van de bovenste plank, met als meerwaarde onze eigen creatieve inbreng.
|